26

Brian stond te wachten terwijl de technici de gelatine van het gezicht van de jongen verwijderden. Het kind knipperde met zijn ogen en begon toen heftig te huiveren. Een van de technici legde een deken over hem heen, terwijl de ander hem een injectie gaf.

Na een paar minuten hield de jongen op met huiveren en deed hij langzaam zijn ogen open. Hij hoestte, en Brian klopte op zijn schouder. 'Ben je in orde?'

De jongen knikte en keek in het laboratorium om zich heen. 'Hoe heet je?' vroeg Brian.

De jongen begon hees en moeizaam te fluisteren. 'Sean.' Hij hoestte weer. 'Sean Donovan.'

Er verspreidde zich langzaam een grijns over Brians gezicht. 'Steven, slimmerik,' fluisterde hij in zichzelf. 'Wat een geschenk voor Diana!'

Diana zag Juliet Parrish spartelen en kronkelen in de doorzichtige bekeringsruimte. Draden en elektroden geleidden de fantasieën die de technici aan haar doorzonden. Diana wierp een snelle blik op de monitors. 'Goed, goed,' zei ze met een kalme stem. 'Misschien lukt het ons deze keer ...'

Ze sprak in een microfoon. 'Juliet? Juliet, luister naar mij. Ik ben Diana. Ik wil je helpen, Juliet. Laat me je helpen hier weg te komen. Geef me je hand, Juliet.'

'Nee ...' De blonde vrouw kreunde en begon met haar benen te rukken. Haar hoofd kwam omhoog alsof ze over haar schouder wilde kijken. 'Nee!'

Diana zag dat de fantasie voor Juliet steeds realistischer werd. De technicus naast haar maakte een waarschuwend gebaar. 'Ik geloof niet dat haar hart het nog veel langer uithoudt.'

'Doorgaan,' zei Diana onverbiddelijk. 'Maak haar armen los.'

'Juliet? Juliet, luister naar me. Laat me je helpen. Steekje hand naar me uit, dan help ik je hier uit. Je zult niet meer hoeven te vluchten. Steekje hand naar me uit, Juliet!'

'Nnn ...' Juliet gilde en spartelde. 'Het krijgt me te pakken! Help! O God! Help! Diana - Diana! Help!'

'Steekje hand naar me uit! Geef me je hand, Juliet!'

Langzaam begon de linkerhand van de vrouw naar boven te komen. 'Hier, Diana! Haal me hier weg!'

'Dat is het! De hersenschakeling is gelukt! Haal haar daar uit!'

Twee van de technici renden naar het glazen omhulsel om de vrouw er uit te halen. 'Betekent dit dat ze klaar is?' vroeg de technicus die naast Diana stond.

'Nee ...' zei Diana. 'Maar het is een belangrijke doorbraak.'

De intercom aan de muur begon te spreken. 'Diana, hier spreekt de hangar. We hebben bericht gekregen dat Mike Donovan gevangen is genomen en aan boord wordt gebracht.'

'Donovan!' Diana kon haar opwinding nauwelijks bedwingen. 'Twee op één dag! Laat hem onmiddellijk hier naar toe brengen!'

'Dit zal ons geweldig helpen,' zei Diana tegen de technicus. 'Om haar achterdochtig te maken tegenover haar vroegere vrienden heb ik Donovan als concentratiepunt in het bekeringsproces gebruikt. Ik maakte hem een van de bedreigende figuren in de achtervolgings- en verkrachtingsfantasieën. Het lijkt me heel interessant om te zien hoe ze op hem reageert.'

Even later siste de laboratoriumdeur open en werd Mike Donovan door twee bewakers naar binnen gebracht. 'Wat leuk u te zien, meneer Donovan!' zei Diana tegen hem. 'Juliet zal erg blij zijn u weer te ontmoeten ... misschien.'

Ze gaf de twee bewakers een teken dat ze hem dichterbij moesten brengen. Juliet werd door een van de technici uit de bekeringsruimte geholpen. Diana kwam dichter naar hem toe en keek opzij om Juliets gezicht te kunnen zien. 'Juliet,' zei ze. 'Zeg eens gedag tegen

Met een onverwachtse heftigheid duwde Mike Donovan de twee bewakers opzij en even plotseling had hij een Bezoeker-wapen in zijn hand. Het pulseren van het wapen galmde door het laboratorium. Diana kon nog net voor het schot wegspringen en ze trok Juliet met zich mee op de vloer. Ze hoorde een klap en zag haar adjudante over het bureau zakken; de helft van haar torso was weggeschroeid.

Er barstte een enorm tumult los. De twee bewakers schoten op Donovan, die vlug wegdook en beide neerschoot. Een van de technici greep een geweer en loste een schot op Donovan, die op de vloer zakte. De technicus liet het geweer zakken en Diana kwam weer overeind.

Ze liep naar de gevallen man en porde met haar voet tegen hem aan. Geen reactie. 'Hij is dood,' zei ze. 'Verdomme.'

'Mike?' Voor het eerst toonde Juliet een reactie. 'Mike?' Op handen en knieën kroop ze naar de slap liggende gestalte. 'Nee! Mike!Néé!'

'Haal haar daar weg,' zei Diana geërgerd. 'En laat de boel hier opruimen.' Ze keek naar de technici die de snikkende vrouw naar de deur sleepten. 'Misschien zijn we nog niet zo ver als ik dacht,' zei ze tegen niemand in het bijzonder.

Een uur later zat Diana in haar persoonlijke kantoor/laboratorium te werken, toen het deurlampje begon te knipperen. 'Identificatie?' vroeg Diana.

'Pamela,' zei het apparaatje.

Binnensmonds vloekend maakte Diana de deur open om haar meerdere binnen te laten. De Opperbevelhebber had de uiterlijke verschijning van een beeldschone vrouw van vijfendertig. 'Ik sprak net met Jake, van Interne Beveiliging,' zei Pamela vriendelijk. 'Ik wist niet dat we aan boord van onze schepen problemen hadden.'

'Interne beveiligingsproblemen?' Diana legde haar schrijfinstrument neer. 'Daar ben ik me niet van bewust. Ik handhaaf een strenge discipline.'

'O ja?' Pamela's perfect gewelfde wenkbrauwen kwamen nog iets verder omhoog. 'O. Dat is dan jammer. Misschien moeten we daar dan eens over praten, Diana

Diana stond langzaam op. 'Als je dat incident van vanmorgen bedoelt ...'

'Jake heeft me over de aanslag verteld.'

'Ja, nou, ik zou die twee bewakers gestraft hebben omdat ze zo nonchalant waren geweest, maar ze waren al dood,' zei Diana. 'Maar een moordaanslag door een menselijke verzetsstrijder is nou niet bepaald een probleem van interne beveiliging.'

'Dat ben ik met je eens. Maar er heeft zich een nieuwe ... ontwikkeling voorgedaan die we in overweging moeten nemen. In het licht van dit... incident... ben ik bang dat er nog meer aanslagen zullen volgen. Dat kunnen we niet dulden.'

'Natuurlijk niet,' zei Diana. 'Ik verzeker je dat ik dit schip volledig onder controle heb.'

'O ja,' zei Pamela met een fluweelzachte stem waar toch een ijzige ondertoon in te horen was. 'Ik geloof dat je met me mee moet komen, Diana.'

'Waarheen?'

'Het lijkenhuis. Ik moet je iets laten zien dat je vast en zeker heel... verhelderend zult vinden.'

Toen Diana en Pamela de deur van het lijkenhuis openmaakten, werden ze daar begroet door Steven en Martin. Tussen hen in lag een gestalte onder een deken. 'Martin,' zei Pamela. 'Wil jij Diana even laten zien wat je hebt ontdekt?'

'Jazeker,' zei Martin. Met een snelle verontschuldigende blik in Diana's richting trok hij de deken weg om Mike Donovans lichaam bloot te leggen. Hij greep in de mond van het lijk en haalde een lange reptielentong te voorschijn. 'We hebben hem nog niet definitief geïdentificeerd,' zei hij.

Diana sperde haar ogen wijd open. 'Een van mijn eigen mensen!' Ze begon zo heftig in haar eigen taal te vloeken dat de huid bij haar mondhoeken helemaal opensprong, zodat haar giftanden te voorschijn kwamen. Ze vloog op het lichaam af en bewerkte het gezicht met haar nagels om de schubben en hagedissekam bloot te leggen.

Een felle klap van Pamela op de zijkant van haar hoofd liet haar achterover wankelen. 'Beheers je, Diana!' zei Pamela op scherpe toon. 'Dat is een bevel. Laat onmiddellijk iets aan je gezicht doen!'

Trillend van woede en met haar handen voor haar gescheurde gezicht verliet Diana de kamer.

Later op de dag hielden de vier officieren een stafbespreking. Diana's gezicht was hersteld en haar withete razernij was vervangen door een ijzige kalmte.

'De Vijfde Colonne,' zei Steven zakelijk. 'Ik heb gehoord van acties aan boord van andere schepen, maar dit is de eerste keer dat wij er zelf mee te maken krijgen. Het verspreidt zich over de hele vloot. Alle schepen melden incidenten.'

'Niet mijn schip,' zei Diana tussen haar tanden door. 'Ik duld geen Vijfde Colonne aan boord van mijn schip.'

Martin nam het woord. 'Ik zou willen voorstellen om de belangrijke gevangenen naar het hoofdkwartier op Aarde over te brengen en ze daar vast te houden tot we het schip gezuiverd hebben. Dat lijkt me veiliger.'

'Hij heeft gelijk,' zei Steven. 'Zolang dit schip besmet is met de Vijfde Colonne, zijn we erg kwetsbaar. We hebben hier Juliet Parrish, een van de belangrijkste leiders van het verzet. We kunnen het ons niet permitteren haar kwijt te raken.'

'Ik ben het ermee eens.' Pamela knikte.

'Ja,' zei Diana. 'Voer Martins voorstel onmiddellijk uit. Ik wil haar vanavond nog overgebracht hebben.'

'Goed,' zei Steven, en hij gaf Martin een teken. De twee officieren gingen weg, zodat Diana en Pamela alleen achterbleven.

Pamela nam een paar rapporten door. 'Ik zal bevel geven de beveiliging strenger te maken. Ik zal het in mijn rapport zetten.'

'Dit is mijn schip.' Diana keek op. 'Ik geef de bevelen op dit schip.'

'Diana.' Pamela nam een geduldige houding aan. 'Jouw schip is er maar één uit mijn eskader. Je vergeet welke rang ik heb.'

Diana tikte even op de tafel en begon toen te glimlachen. 'Misschien heb ik dan niet jouw rang, Pamela, wat ik wél heb is de bijzondere belangstelling van de Leider. En dat is in veel gevallen nog belangrijker dan een hogere rang.'

Pamela's gezicht nam een spijtige uitdrukking aan. 'Ik zou maar niet te veel vertrouwen stellen in jouw relatie met de Leider, Diana. Er is daar heel wat concurrentie te duchten, weet je. Toen ik vertrok, deden er al geruchten de ronde over een nieuwe favoriete. Ik heb haar niet ontmoet, maar ze schijnt beeldschoon te zijn ...'

'Ik geloof je niet!'

'Diana, je zou er ook wel eens over kunnen nadenken dat je... je minnaar... je tachtig triljoen kilometer van huis heeft gestuurd. Niet bepaald een teken dat hij absoluut niet zonder je kon.'

Glimlachend verliet Pamela de kamer.

Mike Donovan trommelde op de deur van een van de kamers in de oude saloon. 'Binnen!' riep Ruby Engels.

De oudere vrouw was juist bezig haar vermomming als schoonmaakster aan te brengen. Ham Tyler zat naast haar.

'We zijn klaar,' zei Donovan tegen hem. 'Ik heb net de wapens uitgedeeld. Ik hoop dat we genoeg munitie hebben.'

'Als jouw mensen zo goed kunnen schieten als jij beweert, zal het meer dan genoeg zijn,' zei Ham. Hij zag Ruby een felle rode vlek op haar wang aanbrengen.

'Je hoeft dit niet te doen, Ruby,' zei Mike. 'Je neemt een vreselijk groot risico voor ons.'

Ruby keek hem aan. 'Als jullie Juliet ook zonder mij vrij kunnen krijgen, moet je het me nu vertellen. Dan blijf ik thuis zitten breien.'

Hij keek haar secondelang recht aan en sloeg toen zijn ogen neer. 'Ruby...'

'Ze is een echte strijder, Mike. Daar begrijp jij toch niets van,' zei Tyler. 'Ik had haar in Polen goed kunnen gebruiken. Onder al die make-up is ze puur staal.' Hij viste in een tas bij zijn voeten. 'Ik heb een paar cadeautjes voor je, Ruby. Hier.' Hij reikte haar een knuppel, een leren schede en een walkie-talkie aan. Toen hij de ijshaak uit de schede trok, keek hij haar vragend aan. 'Weet je waar je bij die hagedissen op moet richten?'

Ruby knikte. 'Ik geloof van wel.' Ze wees naar haar keel, haar oog, en de zijkant van haar hoofd, vlak onder haar oor.

'Goed,' zei Ham. 'En als ze die vervloekte bepantsering niet dragen, kun je hem ook recht tussen de schouderbladen steken.'

'Ik snap het,' zei Ruby.

'Nu. Als ik het sein geef...' Hij tikte op de walkie-talkie. 'Schakel jij de elektriciteit uit. Niets brengt een strijdmacht eerder in verwarring dan wanneer de lichten uitgaan. Wij zullen wachten en op dat moment meteen in actie komen. En dan maak jij dat je wegkomt, begrepen?'

'Begrepen,' zei Ruby.

'Deze hele actie hangt van jou af.'

'Eindelijk een ster!' zei Ruby grijnzend.

Donovan gaf haar een hand. 'Succes, Ruby. Jij hebt meer lef dan wij allemaal.'

'Ik zal goed op mezelf passen,' zei Ruby. 'Zeg jij nou maar tegen iedereen dat we kunnen vertrekken.'

-

Het hoofdkwartier van de Bezoekers was verlicht als een winkelstraat in de dagen voor kerstmis. Ham Tyler, die er door zijn verrekijker naar had getuurd, wendde zich tot de anderen. 'Ze maken zich erg druk en kijken de hele tijd naar de lucht, dus ze verwachten dat het patrouilleschip met belangrijke gevangenen elk moment kan arriveren. We moeten nu in actie komen.'

De verzetsstrijders pakten hun wapens op, terwijl Tyler naar de onder stroom staande omheining tuurde. Hij zette de walkie-talkie aan. 'Ruby?'

'Ja,' was het gedempte antwoord.

'Hoe zit het met de stroom van de omheining?'

‘Ik ben bij de schakelkasten in het souterrain. Ik kan het een minuut afzetten, maar niet langer. Ze hebben een monitor in de controlepost voor de poort, en als de bewaker die kant op kijkt terwijl de stroom is uitgeschakeld, zijn we verloren.'

'Goed.' Tyler nam een zware draadtang en gaf er ook een aan Elias. Zodra de laatste draad was doorgeknipt, zette Ham de walkie-talkie weer aan. 'Schakel maar weer in, Ruby.'

Caleb, Elias, Sancho, Brad, Maggie, Donovan, Chris en de anderen luisterden naar Tylers laatste instructies. 'Goed. Een voor een door het gat, behalve jij, Mike. Weet je wat je te doen staat?'

Donovan knikte. 'Als de lichten uitgaan, ram ik de poort.'

'Goed. En je moet hard rijden, want we zullen niet veel extra tijd hebben.' Hij wendde zich weer tot de anderen. 'Moet ik jullie nog waarschuwen dat als jullie het draad aanraken terwijl jullie door het gat gaan, jullie als oververhitte poffertjes blijven liggen?'

Er werd bevestigend gemompeld.

'Goed,' ging Tyler verder. 'Door de omheining, verspreiden, en als ik het eerste schot los, schakelen jullie zoveel mogelijk hagedissen uit tot het licht uitgaat. Dan grijpen jullie een van de gevangenen. We zien elkaar terug op de rand van de landingsbaan. Nog vragen?'

Er waren geen vragen. Behoedzaam kropen ze door de omheining en verspreidden zich in de duisternis. Tyler was de laatste die door het gat ging.

Een paar minuten later zat hij op zo'n vijftig meter afstand van de grote beton vlakte voor het hoofdkwartier in de schaduwen verborgen. Hoewel er langs de rand een paar auto's geparkeerd stonden, was het midden, waar een landingsbaan voor Bezoeker-schepen was aangelegd, helemaal leeg.

Hij tuurde waakzaam om zich heen maar zag nergens iets bewegen. Ofwel Donovans mensen waren zo goed als hij zei dat ze waren, ofwel ze waren in het donker verdwaald. Dat kon hij niet nagaan.

Plotseling hoorde hij de bewakers voor het hoofdkwartier een schreeuw geven en renden de gewapende Bezoekers naar hun plaats. Boven hen kwam er een lichtstraal uit de onderkant van het Moederschip en even later gleed er een relatief klein patrouilleschip naar buiten dat moeiteloos naar de Aarde afdaalde.

Even later was het patrouilleschip geland. Het luik ging open en Diana en Steven kwamen naar buiten, gevolgd door een aantal menselijke gevangenen onder gewapend escorte. Juliet Parrish liep voorop en Martin liep naast haar. Toen dreigde de blonde vrouw te struikelen en greep de Bezoeker-officier vlug haar arm vast.

Dat is het teken, dacht Ham, en hij richtte zijn M-16. Toen hij de trekker overhaalde, greep Martin naar zijn been en zakte hij in elkaar. Hij sleurde Juliet met zich mee.

Er daverde een salvo schoten over het terrein. Sommige bewakers vielen, anderen schoten in de duisternis terug. Ham zocht naar Diana maar kon haar niet zien. Toen het er naar uitzag dat de bewakers zich begonnen te hergroeperen, haalde hij de schakelaar van de walkie-talkie over.

'Ruby, doe het licht uit!'

De explosie in het souterrain drong vaag tot hem door, en meteen daarop gingen de lichten uit. Tyler hoorde de klap waarmee Donovan met de zware vrachtwagen door de poort ramde, en hij sprong overeind om naar het ontmoetingspunt te rennen.

Terwijl er overal om hem heen geschoten werd, rende Ham over de landingsbaan. Onderweg bleef hij nog even staan om de arm van een verdoofd uit zijn ogen kijkende man vast te grijpen. (Pas later zou hij beseffen dat hij de burgemeester van Los Angeles had gered.) Terwijl hij de gevangene met zich meetrok, rende hij naar de vrachtwagen, waarbij hij alleen op het geluid kon afgaan - òf Donovan wilde geen doelwit voor de Bezoekers vormen, òf ze hadden zijn koplampen geraakt.

Hij bereikte de wagen, hielp de gevangene in de laadbak, zag daar ook Juliet Parrish's blonde hoofd en dook naast Mike in de cabine. De lucht was vervuld van de pulserende Bezoeker-wapens. Donovan reed meteen weg. Maggie en Elias, die nog aan de laadklep hingen, werden vlug door de andere rebellen aan boord getrokken.

Tyler kromp even ineen toen de wagen aan zijn kant tegen de poort sloeg. 'Hebben we haar?' schreeuwde Donovan boven het geluid van de motor uit.

'Het liep gesmeerd, Mike. Jullie hebben het prima gedaan.'

Tyler zag een immense opluchting op Donovans gezicht. Maar hijzelf was nog niet helemaal gerust. 'Ik maak me zorgen om Ruby.'

'Waarom?' zei Donovan. 'Als alles volgens plan verloopt, zal niemand haar verdenken. Als schoonmaakster had ze het volste recht om daar te zijn.'

'Ik weet het, maar toch maak ik me zorgen. Het ging allemaal zo gemakkelijk - niet één gewonde - dat ik geen rust zal vinden voordat ik weet dat Ruby ook in veiligheid is.'

'Ja, ik weet wat je bedoelt.'

-

Ruby Engels bewoog zich voorzichtig door het donkere souterrain. Ze gebruikte de zaklantaren die ze in haar emmer had verborgen, samen met de plasticbommen en de slaghoedjes. De emmer was nu leeg. Ze droeg hem in haar andere hand.

Ze was al bijna bij de trap aangekomen, toen de deur met een ruk openging en ze in de felle schittering van een krachtige schijnwerper stond. Daniël Bernstein stond boven aan de trap. Ruby maakte een sprongetje van schrik en liet haar emmer - en de zaklantaren - vallen. 'Jongen nog aan toe, is me dat schrikken!'

'Wat doe je daar beneden?'

Ruby strompelde naar de trap. 'Ik was aan het schoonmaken in de grote zaal, toen de lichten uitgingen. Ik raakte verdwaald, en voor ik er erg in had, struikelde ik en viel ik langs deze trap omlaag. Ik heb bijna mijn enkel gebroken.'

'Je liegt,' zei Daniël, en hij kwam de trap af. 'Ik zag hier beneden een zaklantaren schijnen. Waar heb je die verstopt?'

Ruby schopte de zaklantaren ongemerkt onder een vuilnisvat. 'Ik weet niet waar je het over hebt, jongen. Kun je me even de trap op helpen? Ik mag van geluk spreken dat ik mijn been niet heb gebroken.'

'Ken ik jou niet?' De jongen scheen met de schijnwerper recht in haar gezicht. 'Je komt me bekend voor.'

'Mij kennen?' zei Ruby. 'Ik wou dat je me dertig jaar eerder had gekend. Ik heb jou nog nooit gezien. Zo'n knappe vent zou ik me herinneren!'

'Nee.' Hij kneep zijn oogleden samen. 'Ik kén jou.' Hij greep haar schouder vast en schudde haar ruw heen en weer. 'Wie ben je?'

Toen hij zijn hand wegtrok, raakten zijn vingers in Ruby's pruik verstrikt en trok hij die scheef. Hij greep er nog eens naar en rukte de pruik van haar hoofd, zodat Ruby's eigen bos dicht wit haar werd blootgelegd. 'Ik wist het!' riep hij uit. 'Ruby Engels, die bij mij aan de overkant woonde! Dat gekke ouwe mens dat bij het verzet ging, als je de geruchten mag geloven ...'

Ruby acteerde niet langer. 'Ja. Je kent me.'

'En jij was zeker degene die de schakelkasten heeft opgeblazen? Als ik jou arresteer, word ik weer een held!'

'Jij zult dan een held zijn, maar je zult de naam van je grootvader nog meer te schande maken. Laat me gaan, Daniël. Doe het voor hem.'

Hij aarzelde even, maar zei toen: 'Nee.'

'Daniël.' Ze kwam wat dichter naar hem toe en sprak met een zachte, overredende stem. 'Ik heb jou je hele leven gekend. Weet je nog dat je naar mijn huis kwam als ik koekjes bakte, en dat je dan bleef staan kijken tot ik ze uit de oven haalde? Ik maakte er kleine gezichtjes op, Danny. Kleine gekke gezichtjes op de honingkoeken.'

Aan zijn gezicht was te zien dat hij in tweestrijd verkeerde.

'Je was toen een goede jongen, Danny. Zou je dan zo erg veranderd kunnen zijn? Zou je iemand kunnen verraden die de vriendin van je grootvader was, iemand die goed voor jou is geweest? Ik denk van niet.'

Ze liep hem langzaam voorbij en keek hem zo lang mogelijk in de ogen. Ze legde haar hand op de leuning van de trap, tilde haar voet op en begon naar boven te gaan. Een stap ... twee ...

'Stop!' riep hij onzeker, maar toen won zijn stem aan kracht en overtuiging. 'Stop! Ik waarschuw je!'

Drie stappen ... O God, laat me hier wegkomen, laat me mijn vrienden terugzien. Vier stappen ... vijf... zes stappen ...

Het schot trof haar in haar rug. Ruby hoorde het pulseren van het wapen en gedurende een eindeloos lange seconde kon ze niet begrijpen waarom haar hand de leuning niet meer wilde vasthouden. Ze begon te vallen ...

Ruby viel op de cementvloer en bleef daar verdoofd en ademloos liggen. De pijn maakte zich helemaal van haar meester.

In een reflex probeerde ze hijgend adem te halen, maar de pijn won het van de lucht, greep haar op, liet haar weer neerdalen, in een duisternis waar er nergens nog plaats voor was, zelfs niet voor pijn.

Tegen de tijd dat Daniël over haar heen stapte om zijn vrienden te roepen, was ze al dood.