17

“Ik maak me vreselijk veel zorgen om Henry,” zei Eva tegen tante Joan. “Ik probeer hem steeds te bellen – vandaag al zeven keer – maar hij neemt nooit op.”

“Misschien geeft hij die cursus waar je over vertelde. Je weet wel, Traditie en Cultuur voor Canadezen.”

“Maar dat duurt hoogstens een uur of twee en bovendien geeft hij niet midden in de nacht les,” zei Eva. “Ik bedoel, er is toch een tijdsverschil?”

“Ja, in Engeland is het vijf uur later dan hier. Het moet daar nu rond middernacht zijn,” zei tante Joan. Oom Wally kreunde in zijn stoel voor de tv. Het had hem de hele dag de grootste moeite gekost om de gedachte te verdringen aan dr. Cohen en het schandaal dat zou losbarsten als het gerucht de ronde deed dat hij anale seks prefereerde. Het leven in Wilma zou onmogelijk worden. Het schandaal zou ook op het meest ongunstige tijdstip komen, net nu hij overwoog om met Immelmann Enterprises in de farmaceutica te stappen, en dan zat hij ook nog eens opgezadeld met een vrouw die niet eens wist dat het in Engeland vijf uur later was dan in de Verenigde Staten. Zou ze eigenlijk wel weten dat de zon opkwam in het oosten?

“Maar dan moet hij nu thuis zijn,” zei Eva, die nog ongeruster werd. “Ik heb hem iedere dag rond deze tijd gebeld omdat zijn cursus er halverwege de middag op zit en hij ‘s-avonds nooit lang uithuizig is. Zal ik het nog eens proberen?”

“Ja,” zei Wally. “Dat lijkt me een goed idee. Misschien heeft hij een ongeluk gehad. Vorig jaar herfst viel er in Alabama iemand van een huishoudtrap. Zijn vrouw belde steeds, maar hij kon niet bij de telefoon komen en ook niet bij de koelkast. Uiteindelijk is hij doodgegaan van de honger. En de dorst. Ze vonden hem pas toen een paar jongens inbraken en er alleen nog maar een geraamte van hem over was.”

Meer hoefde hij niet te zeggen. Eva holde al naar haar slaapkamer om het opnieuw te proberen.

“Moest je dat nou per se zeggen?” bitste tante Joan. “Dat was echt erg van je.”

“Dat moest ik inderdaad en dat was het niet. In elk geval niet erger dan opgesloten zitten met haar en die nichtjes van je.”

“Het zijn toevallig ook jouw nichtjes, Wally Immel-mann.”

Wally glimlachte gemeen en schudde zijn hoofd. “Ik ben met jou getrouwd, schat, en niet met je achterlijke familie. Mijn bloedverwanten zijn het niet.”

Voor er opnieuw een knetterende ruzie kon losbarsten, keerde Eva terug met het nieuws dat ze de telefoon weer heel lang had laten overgaan, maar dat Henry nog steeds niet opnam.

“Verstandig van hem,” zei Wally, maar niet echt hardop.

“Kun je niet aan een vriend van hem vragen of hij even wil gaan kijken?” vroeg tante Joan.

Eva zei dat Henry een hekel had aan de Mottrams en niet op al te goede voet stond met de buren.

“Zijn beste vriend is Peter Braintree. Misschien zou ik hem kunnen proberen.”

Ze ging weer naar de slaapkamer en kwam vijf minuten later terug.

“Hij neemt ook niet op,” zei ze. “Het is zomervakantie en dan zijn ze altijd weg.”

“Misschien is Henry met hen mee,” zei tante Joan.

Eva was niet overtuigd. “Dan had hij me dat wel verteld. Hij heeft duidelijk gezegd dat hij in Engeland moest blijven omdat hij die Canadese cursus moest geven. We hebben het geld hard nodig voor de schoolopleiding van de meisjes.”

“Te oordelen naar wat ze tegen dominee Cooper zeiden…” begon Wally, maar na een blik van Joan deed hij er haastig het zwijgen toe.

“Morgen trekken we er met de zeilboot op uit en gaan we gezellig picknicken,” zei tante Joan. “Rond deze tijd van het jaar is het heerlijk op het meer.”

In het zwembad amuseerde de vierling zich opperbest.

“Die meiden zijn dol op het zwembad,” zei tante Joan. “Ze genieten er echt van.”

“Zeg dat wel,” zei oom Wally. Hij dacht dat hij nu wel wist waarom ze zo apart waren. Met zo’n achterlijke moeder als Eva was het in feite een wonder dat ze zelfs maar konden praten. Voor het eerst betrapte hij zich, tot zijn eigen verbazing, op een gevoel van genegenheid voor de vierling. Ze leidden zijn gedachten tenminste af van zijn andere zorgen.

Ondertussen kon Eva alleen maar aan Henry denken. Het was niets voor hem om de hele tijd de hort op te zijn en hij kon ook niet op vakantie zijn. Dan zou hij wel gebeld hebben. Ze wist niet wie ze om hulp moest vragen. Bovendien zou ze het nu wel gehoord hebben als hij was aangereden of ziek was geworden. Ze had Joans adres en telefoonnummer achtergelaten op het prikbord in de keuken, waar je het onmogelijk over het hoofd kon zien, en om het zekere voor het onzekere te nemen had ze het ook nog eens aan Mavis Mottram doorgegeven, al kon Henry niet opschieten met Mavis of Patrick Mottram en was dat gevoel wederzijds. Mavis kon Henry zelfs niet uitstaan, voornamelijk, vermoedde Eva, omdat ze ooit geprobeerd had hem te verleiden en hij haar nogal bruut had afgewezen. Desondanks zou Mavis direct aan de telefoon hebben gehangen als er iets ergs was gebeurd. Dat zou ze juist heerlijk hebben gevonden. Eva verheugde zich er daarentegen niet op om Mavis te bellen en haar te vragen wat Henry uitvoerde. Nee, dat was alleen voor in uiterste noodgevallen. Ze probeerde zich te troosten met de gedachte dat de meiden heel veel opstaken en zich kostelijk amuseerden.

Ze had in beide opzichten gelijk, al was het niet precies zoals ze gedacht had. Josephine en Samantha hadden de bandrecorder onder het bed vandaan gehaald en aan oom Wally gevraagd of ze zijn koptelefoon mochten lenen, met als smoes dat ze een dagje rustig op hun kamer naar muziek wilden luisteren zonder Wally of tante Joan te storen.

Dat hoefden ze geen twee keer te vragen. “Ga je gang. Doe alsof je thuis bent,” zei Wally enthousiast terwijl hij hen zijn muziekkamer liet zien. “Ik heb dit geluidssysteem zelfgebouwd en het is het beste dat er buiten Nashville te vinden is. Zelfs Elvis heeft nooit zulke apparatuur gehad. Ik noem het mijn muzikale commandocentrum. Hiermee, en met een nummer van Tina Turner, kan ik op vijf kilometer afstand een boot uit het water blazen en de trommelvliezen van zo’n kut…of liever gezegd, de trommelvliezen van een beer op vijfhonderd meter laten springen. Het draait allemaal om decibels, meiden, en de speakers die ik heb geïnstalleerd op het terrein, in de bomen en noem maar op, zijn water- en weerbestendig en zo krachtig dat, als ik een bandje draai van de lancering van de Space Shuttle, dat meer lawaai maakt dan in het echt. Heb ik voor jullie tante gedaan, omdat ze het niet op beren heeft. Daarom heb ik een bandje met geweerschoten aangesloten op een timer, zodat het ieder uur draait als wij weg zijn. Ik kan het ook variëren. Soms eens in de vier uur, en dan drie schoten per minuut. Ik heb ook een bandje met een vreselijk, snerpend gekrijs waar indringers niet van houden. Als ze over het hek klimmen en de sensoren op het terrein afgaan, breekt de hel los. Ik heb het een keer uitgeprobeerd op een kerel die me een dagvaarding wilde overhandigen. Hij kwam gewoon door het hek naar binnen, maar toen liet ik dat automatisch dichtgaan en zette ik de volumeknop vol open. Ik hoorde pas hoe hij gilde toen ik het bandje weer uitzette. Ik zag wel dat hij het niet naar zijn zin had omdat hij als een gek rondrende en over het hek probeerde te klimmen. Uiteindelijk dook hij in het meer en moest ik hem eruit vissen, want hij kon niet zwemmen. Tegen die tijd kon hij trouwens ook niet meer horen. En die dagvaarding heb ik ook nooit gekregen. Zal hij wel ergens zijn kwijtgeraakt, net als zijn gehoor. Hij wilde er een rechtszaak van maken, maar zover is het nooit gekomen. Er waren geen getuigen, behalve beren, en die laten ze niet toe in de rechtbank. Bovendien heb ik invloed in deze contreien. Als ik iets zeg, luisteren de mensen naar die ouwe Wally Immelmann, reken maar van yes. En ze steken er nog wat van op ook.”

De vierling had oom Wally bedankt en de koptelefoon meegenomen naar hun slaapkamer, waar ze hadden geluisterd hoe Wally en tante Joan ruzieden in bed. Ze hadden er inderdaad veel van opgestoken. Terwijl Wally zich gedeisd hield en aan zijn Shermantank sleutelde en tante Joan en Eva koekjes bakten in de keuken – Eva vertelde dat Henry de laatste tijd zo moeilijk deed en dat hij nodig toe was aan een andere baan in plaats van altijd maar les te geven aan die duffe school – ging de vierling terug naar het muzikale commandocentrum en deed daar de nodige dingen. Het waren geen dingen die tante Joan of Eva zelfs maar hadden willen weten en oom Wal-ly’s gevoelens zouden zelfs niet te beschrijven zijn geweest. Ze vonden nog een lange band en maakten een kopie van de bedopnames. Oom Wally was heel behulpzaam. Hij kreeg steeds sterker het idee dat er in feite weinig mis was met de meisjes, behalve dan dat ze werden opgevoed aan een goddeloze nonnenschool. Ze hadden behoefte aan een goede Amerikaanse schoolopleiding en een beetje Amerikaanse knowhow. Hij klom uit de geschutskoepel van de tank en liet nogmaals zien hoe ze de geluidsapparatuur moesten bedienen, bijvoorbeeld als ze de timer wilden gebruiken of dingen wilden kopiëren. Hij was onder de indruk van de snelheid waarmee ze alles doorhadden.

“Die meiden van je hebben talent,” zei hij tegen Eva toen ze halverwege de middag koffie dronken in de keuken. “Eigenlijk zouden ze hier moeten blijven. Als we ze naar Wilma High School zouden sturen, zouden ze binnen de kortste keren echte Amerikanen zijn.”

Eva was blij dat te horen en zei dat ook. Helaas was Henry zo’n aartsconservatieveling dat hij nooit zou willen emigreren.

‘s-Avonds had de vierling oom Wally overgehaald om het muzikale commandocentrum en de timer zo in te stellen dat het zou starten als ze met zijn allen aan het picknicken waren op het eiland in het meer, waar oom Wally nog een barbecue had staan.

“Ik zou jullie graag het maximale aantal decibels laten horen, maar tante Joan vindt het niet leuk als de muziek echt hard staat,” zei hij. “Wat zullen we draaien? Iets wat niet al te luidruchtig is. Jullie tante is dol op Abba. Misschien vinden jullie dat een beetje ouderwets, maar het is kalmerend en we zullen het heel goed kunnen horen.” Hij zette het bandje op en even later denderde Abba door het huis. In de keuken moesten Joan en Eva schreeuwen om elkaar te kunnen verstaan.

“Als ik die tape nog één keer hoor, word ik gek!” gilde Joan. “Ik heb al zo vaak gezegd dat ik Abba niet meer leuk vind, maar hij luistert gewoon niet. Mannen! Ik zei: “Mannen!””

Eva zei dat Henry ook nooit naar haar luisterde. Ze had wel duizend keer gezegd dat hij eens wat meer ambitie moest tonen. Tante Joan knikte, maar had er geen woord van verstaan.

In het muzikale commandocentrum stopte Wally de tape en glimlachte blij. “Hij spoelt automatisch terug,” zei hij tegen de vierling. “Zo blijft de muziek constant doorgaan. Ik heb Frankie Sinatra een keer een maand lang ‘My Way’ laten zingen. Toen was ik er zelf natuurlijk niet, maar ze vertelden me later dat je het tot twintig kilometer verderop kon horen, en dan nog wel met tegenwind. Een vent in de buurt van Lossville moest een machinegeweer kopen, om de hordes beren af te knallen die zijn terrein overspoelden. Ik heb tegen jullie tante gezegd dat, als ze een beer ziet, ze alleen maar ‘My Way’ hoeft te fluiten en hij dan direct de benen neemt. De geluidsinstallatie heeft zijn eigen stroomvoorziening. Als hier wordt ingebroken en ze de elektriciteit uitschakelen, maakt dat niks uit. Kijk, dat noem ik nou Amerikaanse knowhow. Dat leren jullie vast niet in ‘Engeland. En die katholieke nonnen weten ook van toeten noch blazen. Die zijn zelfs nog nooit…nou, ik bedoel dat jullie nog heel wat kunnen leren van ons Amerikanen.”

Dat had de vierling al gedaan. Terwijl oom Wally naar een film keek en whisky dronk, haalden zij het plakkertje van de Abbatape, deden dat op de band die zij hadden gemaakt en deden hem in de recorder, precies zoals oom Wally had voorgedaan. Ze wisten de Abbatape, deden hem in een doos en gingen naar de keuken, om lief te zijn tegen tante Joan en koekjes te eten.

De volgende dag regende het en moest zelfs oom Wally toegeven dat het niet echt weer was om te picknicken.

“We kunnen beter teruggaan naar Wilma. Morgen heb ik een belangrijke vergadering en zo te zien blijft het nog wel een tijdje gieten.”

Ze persten zich met z’n allen in zijn terreinwagen en reden over de onverharde weg door het bos terug naar de stad. Achter hen tikte de timer in het muzikale commandocentrum onheilspellend. Hij was ingesteld op zes uur ‘s-avonds en maximaal volume. Volgens oom Wally was dat zo’n duizend decibel.

Onderweg zei Eva dat ze van plan was de buren in Engeland te bellen, ook al kon Henry niet met hen overweg.

“Hij is heel erg op zijn privacy gesteld,” zei ze. “Hij vindt het vreselijk als mensen weten wat hij doet.”

“Logisch,” zei oom Wally. “Het is een vrij land. Iedereen heeft recht op privacy. Lees het Eerste Amendement op de Grondwet er maar op na. Niemand hoeft zichzelf onnodig te incrimineren.”

“Wat betekent ‘incrimineren’, oom Wally?” vroeg Emmeline.

Achter het stuur groeide oom Wally. Hij vond het heerlijk als mensen hem dingen vroegen, want hij wist alle antwoorden. “Jezelf incrimineren betekent dingen zeggen die je reputatie zouden kunnen schaden, of waardoor je voor de rechter zou kunnen belanden. Het zijn net drie woordjes, ‘in’, ‘crime’, en ‘eren’. Zo kun je dat onthouden, door het woord in kleine stukjes te hakken.”

Vanuit hun huurhuis aan de overkant van de straat zagen Palowski en Murphy hoe de terreinwagen afsloeg naar Starfighter Mansion en de hekken automatisch opengingen.

“Bigfoot is terug,” zei Murphy over de gecodeerde lijn tegen de ploeg in de surveillancewagen achter de oude drive-inbioscoop.

“Ja, we zien ze op het scherm. Geen probleem. Audio en video aan.”

Murphy leunde achterover en moest toegeven dat alle apparatuur perfect werkte. Op het scherm zag hij tante Joan uitstappen en het huis binnengaan.

“Het enige probleem is die mevrouw Immelmann. Om haar te kunnen volgen hebben we breedbeeld nodig,” zei hij tegen Palowski. “Alsof ze een sumoworstelaar een fietspomp in z’n reet hebben gestoken en flink hebben opgepompt. En daar komt nog zo’n tientonner.” Eva en de vierling stapten de hal in. “Ik wil niet zien hoe die vrouwen zich uitkleden. In godsnaam niet! Je zou je hele leven geen zin meer hebben in seks.”

Palowski was meer geïnteresseerd in de vierling.

“Slim om zulke kinderen als dekmantel te gebruiken. Een vierling. Dat zie je niet vaak. Niemand zal denken dat dat drugssmokkelaars zijn. Die mevrouw Wilt moet weinig moedergevoelens hebben. Als ze tot tien of twintig jaar wordt veroordeeld, raakt ze ook de voogdij kwijt. Als ik dat rapport uit Engeland niet had gelezen, had ik nooit gedacht dat ze bij verdachte activiteiten betrokken zou zijn. Ze heeft te veel te verliezen.”

“Op gewichtgebied zou ze zeker wat mogen verliezen. Maar sommige mensen leren het nooit en die meisjes zijn meer dan alleen een dekmantel. Als ze een goede advocaat in de arm neemt en een beetje op het publieke sentiment speelt, belandt ze misschien wel helemaal niet in de bak. Hangt ervan af hoeveel we bij haar vinden.”

“Volgens Sol ging het enkel om een monster. Ze zou zelfs kunnen beweren dat ze niet eens wist dat het in haar koffer zat.”

“Ja, wie weet. Om haar maak ik me ook niet druk. Nee, het is die rotzak van een Immelmann, die wil ik te grazen nemen. Wat is het schema voor het huis aan het meer?”

Murphy sprak met het observatieteam.

“Ze zouden daar nu druk in de weer moeten zijn. Lijkt dat huis je belangrijk?”

“Het heeft zijn eigen vliegveld. Het zou de ideale plek kunnen zijn voor een lab, om die rotzooi te produceren.”

Maar Murphy luisterde niet meer. Tante Joan was naar het toilet gegaan.