Piraat
Amerikaanse ouders, in ieder geval die waar ik tot nu toe mee in aanraking ben gekomen, schijnen het er unaniem over eens te zijn: een kinderverjaardagsfeestje is, net als vaccinaties en tandartsbezoek, een van die onvermijdelijke bijkomstigheden van het ouderschap die je maar beter zo snel en pijnloos mogelijk achter de rug kunt hebben.
De festiviteit vindt daarom niet plaats in het woonhuis van de jarige, maar in een gehuurd zaaltje met brandvrij plafond, bijvoorbeeld gelegen in een sportcomplex aan de afslag van een snelweg. Bij binnenkomst leg je het meegebrachte geschenk op een daartoe opgestelde pronktafel: het zal pas worden uitgepakt wanneer iedereen weer weg is. Omdat het feestje zelden langer dan twee uur duurt, is het voor de ouders niet de moeite tussendoor naar huis te gaan. Die zitten dus, hangende de feestelijkheden, aan de periferie van het zaaltje wat op hun horloge te kijken, met een gelaatsuitdrukking die je ook wel ziet bij mensen die in de wachtkamer zitten voor een chemokuur.
De kinderen worden intussen beziggehouden door ingehuurde, mechanisch glimlachende krachten, zoals daar zijn de ballonnenvouwer, de clown en de goochelaar, terwijl twee of drie sidekicks in identieke t-shirts met logo’s de kinderen voorzien van bakjes chips en pakjes appelsap met de naam van de ‘eigenaar’, om uitwisseling van bacteriën te vermijden. Een uurtje na aanvang wordt de taart aangesneden en rondgedeeld. Die is steevast zeer groot, opgebouwd uit meerdere lagen hevig gezoete blauwe, groene of tandvleeskleurige nachtcrème, overdekt met een laag pure suiker in contrasterende kleuren en aan het oppervlak voorzien van plastic figuurtjes uit populaire tekenfilms, tot de knieën verzonken in een bloemperkje van krullerig opgespoten, ook weer zwaar gesuikerde, scheerzeep.
De ballonnenvouwer/clown/goochelaar blaast intussen de aftocht, en terwijl de sidekicks de vloer beginnen aan te vegen, drukt de gastvrouw ieder kind een zakje snoep in de handen, waarop iedereen afscheid neemt en opgelucht in zijn suv stapt. Een week later krijg je een bedankkaartje van de moeder van de jarige: ‘Bedankt voor je komst en het geweldig leuke cadeautje! Matthew/Jennifer/David is heel blij met zijn/haar nieuwe bellenblaasset/paarse krokodil/kinderkookboek!’ Als je zelf een feestje geeft, is het dus zaak van al die cadeautjes de naam van de gever meteen op te schrijven. Mijn kinderen gaan met tegenzin naar zulke bijeenkomsten en verzinnen de meest uitzinnige smoezen (‘Misschien heb ik wel blindedarmontsteking’) om er niet heen te hoeven.
Tot voor kort zette ik toch door, om de integratie een kans te geven. Maar het jongstleden feestje deed me de moed in de schoenen zinken. Er was nu eens een ‘piraat’ ingehuurd, een werkelijk dood- en doodenge man met een cynische lik-me-reet-grijns à la Jack Nicholson, handen als natte hammen en een zwabberende hangpens die hij waarschijnlijk als gemoedelijk embonpoint probeerde te verkopen, met averechts resultaat, want vijftig kilo overgewicht is in Amerika bepaald geen ‘unique selling point’. De aanwezige kinderen, deels óók dik, maar nog binnen de grenzen van het menselijk bevattingsvermogen, staakten het ravotten toen de griezel kwam binnenstampen en keken als aan de grond genageld van vrees toe hoe de ‘piraat’ zich achter een gereedstaande synthesizer wrong, zijn reet over een iel krukje stulpte en véél te hard ‘Happy birthday’ inzette. Daarna brulde hij een lang en gruwelijk zeeroversverhaal met veel onthoofdingen in de microfoon, zong nog veel harder een onverstaanbaar lied en droeg de kinderen uiteindelijk op de ‘schat’ te zoeken, waar overigens weinig aan te zoeken viel: een plastic kist vol snoep stond nauwelijks verdekt in de hoek van het zaaltje opgesteld. De aanwezige kinderen klemden zich gedurende de voorstelling angstvallig vast aan hun moeder of zochten een goed heenkomen in de garderobe.
Na afloop waren alle ouders het erover eens: fan-tas-tisch. Een unieke ervaring. Zo uniek, dat iedereen onmiddellijk de piraat boekte voor het volgende feestje. Nu durven mijn kinderen helemáál niet meer naar een verjaardag, bevreesd voor herhaling van de piraat. Ze hoeven in elk geval geen smoes meer te verzinnen.