Deel 1 - De droom
1
'U werkt toch voor de televisie?' vroeg de man met de ouderwetse bril. Hij zat op het stapelbed boven mijn hoofd en liet zijn magere benen over de rand bengelen. 'Heeft u geen programma over heksen en spokerij? Hoe was uw naam ook weer?'
'Werkte, het is lang geleden. En ik heet Thomas. Thomas Breens. Sommige mensen zeggen Tom.'
'Juist. Vergeeft u mij dat ik hier de showbusiness niet meer op de voet volg.' Hij stak zijn hand uit. 'Ik ben R.' Hij noemde een naam die me bekend voorkwam.
'Professor R.?'
'Ex-professor. Laten we zeggen dat ik van een vervroegd emeritaat geniet.'
De man glimlachte flauwtjes. Hij klonk een beetje als Rik Torfs.
'Het is de eerste keer dat ik die grap in de gevangenis durf te maken. U weet natuurlijk waarom ik hier zit?'
Ik knikte. Ik had zijn proces met belangstelling gevolgd. Natuurlijk had hij zijn vrouw vermoord, hoewel hij altijd koppig had volgehouden van niet.
'Ik heb hier geleerd discreet te zijn, meneer Breens. Ik ga u dus niet vragen naar uu; wedervaren. Tenzij u natuurlijk zelf...'
Zwijgend keek ik naar het judasraampje in de celdeur. Ik aarzelde. Had ik wel zin om in gedachten alles opnieuw te beleven? Van het onschuldige begin tot het vreselijke einde?
'Het is een vreemd verhaal,' zei ik. 'Ik denk niet dat iemand het ooit zal geloven.'
'Probeert u maar. Als ik me verveel, val ik vanzelf wel in slaap. En ik waarschuw u: ik snurk als een varken.'
'Dan zal ik proberen u wakker te houden,' zei ik. 'Elke dag een hoofdstuk, zoals Sheherazade. Ik was toch al van plan een en ander op te schrijven. Ze hebben me hier een pc en een paar naslagwerken laten houden.'
'Oké, ik ben toch al suf gelezen. We hebben nog anderhalf uur de tijd voor ze het licht uitdoen. Ik wil graag uw ogen zien terwijl u vertelt, meneer Breens. Begint u maar.'