DERDE BEDRIJF, ZESDE SCÈNE
DE COMMANDOKAMER
SCORPIUS wordt op tafel neergedrukt door een nogal formidabel uitziende HERMELIEN. Haar kleren zijn vaal en haar ogen schieten vuur: ze is nu op en top een strijder en dat past wel bij haar.
HERMELIEN
Eén verkeerde beweging en ik verander je hersens in kikkerdril en je armen in rubber.
SNEEP
Hij is te vertrouwen. Te vertrouwen (Korte stilte.) Je was altijd al slecht in luisteren. Je was een vreselijke leerling en nu ben je een vreselijke – wat je dan ook bent.
HERMELIEN
Ik was een uitstekende leerling.
SNEEP
Ergens tussen middelmatig en doorsnee, zou ik zeggen. Hij staat aan onze kant!
SCORPIUS
Klopt, Hermelien.
HERMELIEN kijkt SCORPIUS nog steeds wantrouwig aan.
HERMELIEN.
De meeste mensen noemen me Griffel. En ik geloof er geen woord van, Malfidus.
SCORPIUS
Het is allemaal mijn schuld. Mijn schuld. En die van Albus.
HERMELIEN
Albus? Albus Perkamentus? Wat heeft Albus Perkamentus hiermee te maken?
SNEEP
Hij bedoelt een andere Albus. Misschien kun je beter even gaan zitten.
RON komt binnenhollen. Zijn haar zit verward, zijn kleren zijn rafelig en de rebelse look gaat hem duidelijk minder goed af dan HERMELIEN.
RON
Sneep! Hoog bezoek, en wie hebben we – (Hij ziet SCORPIUS en is onmiddellijk alert.) Wat doet hij hier?
Na enige moeite haalt hij zijn toverstok tevoorschijn.
Ik ben gewapend en – levensgevaarlijk – en als ik jou was zou ik –
Hij beseft dat hij zijn toverstok verkeerd om houdt en draait hem haastig om.
– heel voorzichtig zijn.
SNEEP
Hij is te vertrouwen, Ron.
RON kijkt naar HERMELIEN, die knikt.
RON
Perkamentus zij dank.