TWEEDE BEDRIJF, TWEEDE SCÈNE
HET HUIS VAN HARRY EN GINNY POTTER, DE TRAP
HARRY schrikt wakker in het donker, zwaar ademend. Zijn uitputting is voelbaar, zijn angst overweldigend.
HARRY
Lumos.
GINNY komt op, verbaasd omdat ze licht ziet branden.
GINNY
Alles goed...?
HARRY
Ik sliep.
GINNY
Jij wel.
HARRY
Jij niet. Is er nog – nieuws? Een uil of...?
GINNY
Nee, niks.
HARRY
Ik droomde. Ik woonde weer onder de trap en toen – toen hoorde ik hem heel duidelijk. Voldemort.
GINNY
Voldemort?
HARRY
En toen zag ik – Albus. In het rood. In het gewaad van Klammfels.
GINNY
Klammfels?
HARRY denkt na.
HARRY
Ginny, ik denk dat ik weet waar hij is.