20
Op weg naar het koffiehuis had Coca een tijdlang in haar achteruitkijkspiegeltje een blauw busje achter zich gezien. Ze was slingerroutes gaan rijden door de stad en af en toe had ze het busje weer gesignaleerd. Op het circuit aan het eind van de Wibautstraat had ze de achtervolgers afgeschud door een verboden route in te schieten. Daarna was ze in hoog tempo door het oostelijk stadsdeel gestoven, meer op haar richtinggevoel dan dat ze precies wist waar ze was. Ze had haast en ze wist niet precies hoe laat het was, want alsof de duivel er mee speelde was het horloge dat ze van Eduard op haar veijaardag had gekregen blijven stilstaan.