Hygiëne en goede bacteriën

We willen onszelf beschermen tegen slechte dingen. Niemand zou het bijvoorbeeld leuk vinden om salmonella- of Helicobacter-bacteriën te hebben. Ook al kennen we ze nog niet allemaal, toch zitten we echt niet te wachten op dikzakbacteriën, diabetesveroorzakers of verdrietig makende micro-organismen. En de belangrijkste bescherming daartegen is hygiëne. We zijn voorzichtig met rauw voedsel, zoenen niet iedere onbekende die we ontmoeten en wassen ziekteverwekkers op hoge temperaturen dood. Maar hygiëne is niet altijd wat we denken.

Hygiëne in een darm moet je je net zo voorstellen als hygiëne in een bos. Zelfs de meest ambitieuze schoonmaker zou hier geen dweil uitproberen. Een bos is schoon als er een evenwicht bestaat tussen nuttige planten. Je kunt het wel een handje helpen: je kunt er nieuwe planten bij zetten en hopen dat ze groter worden. Bovendien kun je waardevolle, mooie planten uitkiezen en die zo verzorgen dat ze zich vermeerderen en groter worden. Maar als je last hebt van nare, schadelijke insecten moet je een goede afweging maken: als niets meer helpt, moet je chemische stoffen gebruiken. Pesticiden doen wonderen tegen schadelijke insecten, maar je moet ze niet even ruimhartig gebruiken als deodorant.

Verstandige hygiëne begint al in je dagelijkse leven: wat moet je echt doen en wat is overdreven? In ons lichaam kunnen we drie dingen doen: met antibiotica kunnen we acute ziekteverwekkers verjagen, en producten als pre- en probiotica activeren het goede. ‘Pro bios’ betekent ‘voor, ten gunste van het leven’. Probiotica zijn levende bacteriën die we eten en die ons gezonder kunnen maken. ‘Pre bios’ betekent ‘voorafgaand aan het leven’. Prebiotica zijn voedingsmiddelen die de dikke darm bereiken en daar goede bacteriën voeden, zodat ze beter groeien dan de slechte bacteriën. ‘Anti bios’ betekent ‘tegen het leven’. Antibiotica doden bacteriën en kunnen ons dus helpen als we slechte bacteriën hebben opgelopen.

Dagelijkse hygiëne

Hygiëne is iets fascinerends, omdat ze voornamelijk in ons hoofd plaatsvindt. Een pepermuntje smaakt fris, gelapte ramen zijn helder en na het douchen in een verschoond bed stappen is heerlijk. We ruiken graag aan schone dingen, we strijken over gladgewreven oppervlakken en we vinden het een ontspannen idee dat we onszelf tegen een onzichtbare wereld vol kiemen beschermen door ontsmettingsmiddelen te gebruiken.

Honderddertig jaar geleden werd in Europa ontdekt dat bacteriën tuberculose kunnen veroorzaken. Dat was de eerste keer dat bacteriën echt werden onderkend: ze waren slecht, gevaarlijk en onzichtbaar. Korte tijd later werden in Europa nieuwe regels ingevoerd: zieken werden geïsoleerd zodat ze anderen niet konden besmetten, op school werd spugen verboden, elkaar aanraken werd afgeraden, net als gezamenlijk gebruik van handdoeken! Bovendien moest men ‘kussen tot het erotisch onvermijdelijke’ beperken. Deze regels klinken nu nogal dom, maar ze hebben zich diep in onze maatschappij verankerd: spugen is niet netjes, handdoeken en tandenborstels worden niet meer gedeeld en we zijn fysiek afstandelijker dan andere culturen.

Het leek iets goeds dat je geen dodelijke ziekte opliep als er op school niet meer werd gespuugd. Dat werd dus een regel die in ons hoofd werd geprent. Iemand die zich daar niet aan hield en anderen daardoor in gevaar bracht, werd verstoten. Kinderen leerden dat ook, waardoor spugen iets slechts werd. Hygiënisch gedrag werd gewaardeerd en iedereen probeerde orde in een chaotisch leven aan te brengen. De schoonmaakmiddelenfabrikant Henkel formuleerde het zo: ‘Viezigheid is materie op de verkeerde plek.’

Terwijl een groot bad om je lichaam te verzorgen tot dan toe aan rijke mensen was voorbehouden, schreven Duitse huidartsen in het begin van de twintigste eeuw voor dat iedereen elke week in bad moest. In die tijd werd een gezondheidscampagne gevoerd door grote bedrijven die badhuizen voor hun medewerkers bouwden en gratis zeep en handdoeken verstrekten. Pas in 1950 werd wekelijks in bad gaan normaal gevonden. De meeste gezinnen gingen op zaterdag in bad – in hetzelfde badwater, na elkaar – en in veel gezinnen mocht de hardwerkende vader altijd als eerste in de badkuip. Vroeger ging het bij hygiëne om het wegwerken van stank of zichtbaar vuil, maar in de loop der tijd werd dat idee steeds abstracter. We kunnen ons nu niet meer voorstellen dat een gezin één keer per week na elkaar in hetzelfde badwater een bad zou nemen. Tegenwoordig kopen we zelfs ontsmettingsmiddelen om iets weg te krijgen wat we niet eens kunnen zien, zodat het er na het schoonmaken net zo uitziet als eerst, en toch hebben we daar geld voor over.

In de krant en op het nieuws horen we van alles over gevaarlijke griepvirussen, multiresistente ziektekiemen of EHEC-schandalen – allemaal onzichtbare gevaren waar we ons tegen willen beschermen. De een eet tijdens een EHEC-crisis weinig sla, de ander googelt ‘desinfectie douchen hele lichaam’. Mensen gaan heel verschillend om met angst, maar het zou een beetje simpel zijn om dat te veroordelen. We zouden juist moeten proberen te ontdekken waar die angst vandaan komt.

Bij smetvrees wil iemand alles weg wrijven of doodmaken. Hij weet niet precies wat, maar hij denkt alleen maar aan slechte dingen. En dus haalt hij alles weg: slechte én goede dingen. Dat kan niet goed zijn: hoe hoger de hygiënestandaard in een land is, hoe meer allergieën en auto-immuunziekten daar voorkomen. Hoe sterieler een huis is, hoe eerder de bewoners last hebben van allergieën en auto-immuunziekten. Dertig jaar geleden was ongeveer één op de tien mensen ergens allergisch voor, nu is dat één op de drie. Toch is het aantal infecties in die tijd niet zichtbaar verminderd. Verstandige hygiëne is dus iets anders. Het onderzoek naar bestaande bacteriën zorgt voor een nieuw inzicht in hygiëne: het gaat niet langer alleen nog om het doden van de gevaarlijke bacteriën.

Meer dan vijfennegentig procent van alle bacteriën op de wereld doet ons niets, en veel bacteriën helpen ons juist heel erg. In een normale woning heeft desinfectie niets te zoeken, behalve wanneer iemand ziek is of de hond in de woonkamer op de vloer heeft gepoept. Als die hond dan ook nog eens ziek is, wordt alles uit de kast gehaald: stoomreiniger, desinfectiemiddelen, kleine vlammenwerper – hoewel dat ook leuk kan zijn. Als er alleen maar schoenafdrukken op de vloer zitten, zijn water en een druppel schoonmaakmiddel voldoende. Daarmee wordt het aantal vloerbacteriën met negentig procent verminderd en heeft de normale vloerbevolking de kans terug te komen, doordat er van de slechte rest domweg te weinig over is.

Het doel van schoonmaken zou moeten zijn: minder bacteriën, en dus niet: helemaal geen bacteriën meer. Ook slechte bacteriën kunnen goed voor ons zijn, zolang ons lichaam ze maar kan gebruiken als een soort training. Een paar duizend salmonellabacteriën in de gootsteen zou je kunnen beschouwen als een soort sightseeing voor ons immuunsysteem. Het wordt pas gevaarlijk als er te veel salmonellabacteriën zijn. Het worden er te veel als er perfecte omstandigheden voor hen zijn: een afgesloten ruimte, vochtige warmte en af en toe lekker eten. Om hun aantal binnen de perken te houden, kun je vier dingen doen: verdunnen, drogen, koelen en schoonmaken.

Verdunnen

De techniek van het verdunnen gebruiken we in het laboratorium ook. We verdunnen bacteriën met vloeistof en dienen wasmottenlarven een druppel toe met een verschillende concentratie bacteriën. Wasmottenlarven verkleuren als ze ziek worden, zodat goed te zien is bij welke concentratie bacteriën ze ziek worden – sommige al bij duizend en andere pas bij tien miljoen per druppel.

Verdunnen in het huishouden is bijvoorbeeld ook het wassen van groente en fruit. De meeste bacteriën uit de aarde worden daardoor zo verdund dat ze niet langer schadelijk voor ons zijn. In Korea voegt men ook nog een beetje azijn aan het water toe, omdat bacteriën zich in een zure omgeving niet prettig voelen. Ook het luchten van kamers is een vorm van verdunnen.

Als je servies, bestek of planken onder stromend water verdunt, er daarna nog eens met een sponsje overheen wrijft en dan laat drogen, had je ze net zo goed kunnen aflikken. Een keukensponsje is al warm, vochtig en vol voedsel – perfect voor elk micro-organisme dat voorbijkomt. Iedereen die via een microscoop naar een keukensponsje kijkt, krijgt helemaal de kriebels. Deze sponsjes zijn alleen bedoeld voor het grove vuil. Daarna moet je bestek en borden onder stromend water kort afspoelen. Hetzelfde geldt voor vochtige theedoeken, want die zorgen eerder voor een gelijkmatige verdeling van bacteriën dan voor het afdrogen. Sponsjes en theedoeken moeten goed uitgewrongen worden en tussendoor drogen. Anders zijn ze de perfecte voedselbron voor bacteriën.

Drogen

Bacteriën kunnen zich op een droog oppervlak niet vermeerderen, enkele gaan daar zelfs dood. Een afgeveegd oppervlak is na het drogen het schoonst. Droge oksels dankzij deodorant zijn onplezierig voor bacteriën, dat vermindert de geur. Drogen is een goede zaak. Als we levensmiddelen goed drogen, zijn ze langer houdbaar zonder te bederven. Dat zie je bij veel graanproducten, zoals pasta’s, muesli en crackers, bij fruit (zoals rozijnen), bij bonen en linzen en bij vlees.

Koelen

In de natuur wordt alles één keer per jaar helemaal doorgekoeld: de winter is – bacterieel gezien – een soort schoonmaakprogramma. Voor ons leven van alledag is het koelen van levensmiddelen heel belangrijk. Maar in een koelkast zit vaak zoveel eten dat die ook bij lage temperaturen een paradijs voor bacteriën is. De beste temperatuur om te koelen is maximaal 5 graden.

Bij de meeste wasprogramma’s is het principe van verdunnen voldoende, maar vochtige theedoeken, veel slipjes en het wasgoed van zieken zouden eigenlijk op 60 graden of hoger gewassen moeten worden. Boven de 40 graden gaan de meeste E. coli-bacteriën dood en bij 70 graden ook hardnekkige salmonellabacteriën.

Schoonmaken

‘Schoonmaken’ betekent: een laagje vetten en eiwitten van een oppervlak halen. Alle bacteriën die zich daarin of daaronder hebben ingekapseld, haal je daardoor ook weg. Meestal worden hiervoor water en een schoonmaakmiddel gebruikt. Schoonmaken is dé manier om de woonvertrekken, de keuken en de badkamer te reinigen.

Je kunt daar heel ver in gaan, maar dat heeft vooral zin bij de productie van medicijnen die rechtstreeks in de aderen van patiënten lopen (zoals een infuusoplossing) – daar mag geen enkele bacterie meer in zitten. De farmaceutische laboratoria doen dat bijvoorbeeld met jodium, omdat dit kan sublimeren. Sublimeren is de directe overgang van de vaste naar de gasvorm: dus een vast jodiumkristal verdampt bij warmte zonder dat het daarvóór heel even vloeibaar is. Daarom verwarmt men jodium net zolang tot het hele vertrek in een blauwe damp verdwijnt. Tot nu toe lijkt dat nog op het principe van de stoomstofzuiger, maar het is toch anders, want jodium kan ook resublimeren. Daartoe wordt het vertrek weer afgekoeld, waarna alle damp opeens kristalliseert. Op alle oppervlakken en zelfs in de lucht ontstaan miljoenen kleine kristallen, waarin alle micro-organismen worden opgesloten, die dan gevangen op de grond vallen. Het personeel gaat dan via verschillende lucht- en ontsmettingssluizen naar binnen, trekt kiemvrije kleding aan die het hele lichaam bedekt en kan dan de jodiumkristallen opvegen.

In feite gebruik je datzelfde systeem als je crème op je handen smeert: dan sluit je de micro-organismen op in een vetlaag en houd ze daar vast. Als je dat laagje afwast, raak je ook de bacteriën weer kwijt. Bij de natuurlijke vetlaag die de huid produceert, is water zonder zeep vaak voldoende. Het vetlaagje is dan niet volledig beschadigd en kan zijn werk na het wassen snel weer oppakken. Te vaak wassen is onzin; dat geldt zowel voor het wassen van je handen als voor douchen. Als je het beschermende vetlaagje te vaak van je af wast, stel je je huid weerloos bloot aan de omgeving en als stinkende bacteriën dan een aanval doen, ruik je nog sterker als je zweet. Een vicieuze cirkel.

De mooie voedselmachine
titlepage.xhtml
Demooievoedselmachine_split_000.html
Demooievoedselmachine_split_001.html
Demooievoedselmachine_split_002.html
Demooievoedselmachine_split_003.html
Demooievoedselmachine_split_004.html
Demooievoedselmachine_split_005.html
Demooievoedselmachine_split_006.html
Demooievoedselmachine_split_007.html
Demooievoedselmachine_split_008.html
Demooievoedselmachine_split_009.html
Demooievoedselmachine_split_010.html
Demooievoedselmachine_split_011.html
Demooievoedselmachine_split_012.html
Demooievoedselmachine_split_013.html
Demooievoedselmachine_split_014.html
Demooievoedselmachine_split_015.html
Demooievoedselmachine_split_016.html
Demooievoedselmachine_split_017.html
Demooievoedselmachine_split_018.html
Demooievoedselmachine_split_019.html
Demooievoedselmachine_split_020.html
Demooievoedselmachine_split_021.html
Demooievoedselmachine_split_022.html
Demooievoedselmachine_split_023.html
Demooievoedselmachine_split_024.html
Demooievoedselmachine_split_025.html
Demooievoedselmachine_split_026.html
Demooievoedselmachine_split_027.html
Demooievoedselmachine_split_028.html
Demooievoedselmachine_split_029.html
Demooievoedselmachine_split_030.html
Demooievoedselmachine_split_031.html
Demooievoedselmachine_split_032.html
Demooievoedselmachine_split_033.html
Demooievoedselmachine_split_034.html
Demooievoedselmachine_split_035.html
Demooievoedselmachine_split_036.html
Demooievoedselmachine_split_037.html
Demooievoedselmachine_split_038.html
Demooievoedselmachine_split_039.html
Demooievoedselmachine_split_040.html
Demooievoedselmachine_split_041.html
Demooievoedselmachine_split_042.html
Demooievoedselmachine_split_043.html
Demooievoedselmachine_split_044.html
Demooievoedselmachine_split_045.html
Demooievoedselmachine_split_046.html
Demooievoedselmachine_split_047.html
Demooievoedselmachine_split_048.html
Demooievoedselmachine_split_049.html
Demooievoedselmachine_split_050.html
Demooievoedselmachine_split_051.html
Demooievoedselmachine_split_052.html
Demooievoedselmachine_split_053.html
Demooievoedselmachine_split_054.html
Demooievoedselmachine_split_055.html
Demooievoedselmachine_split_056.html
Demooievoedselmachine_split_057.html
Demooievoedselmachine_split_058.html
Demooievoedselmachine_split_059.html
Demooievoedselmachine_split_060.html
Demooievoedselmachine_split_061.html
Demooievoedselmachine_split_062.html
Demooievoedselmachine_split_063.html
Demooievoedselmachine_split_064.html
Demooievoedselmachine_split_065.html
Demooievoedselmachine_split_066.html
Demooievoedselmachine_split_067.html
Demooievoedselmachine_split_068.html
Demooievoedselmachine_split_069.html
Demooievoedselmachine_split_070.html
3b5f465fd471.html