32
Ingestort
De ontmoeting tussen Tamaska en Helen zou nooit plaatsvinden. Twee weken voor het einde van het opnameschema stortte Helen in. Ze was totaal uitgeput. Aanvankelijk hadden we afgesproken om twee à drie dagen per week te filmen, wat gezien al het andere wat er in ons leven gebeurde best te doen was, maar na verloop van tijd gaf Animal Planet te kennen dat de serie eerder klaar moest zijn dan volgens het schema gepland was. Daardoor kwam Tigress onder druk te staan, en zij begonnen op hun beurt pressie op ons uit te oefenen. Ze wilden materiaal voor twaalf programma’s van een half uur voor Amerika en twee documentaires van een uur voor Channel 5 in Engeland. Dat kwam neer op enkele honderden uren opnamen, en bij het grootste gedeelte daarvan waren wij betrokken.
De tijd die we aan het filmen spendeerden liep op tot zes en soms zelfs zeven dagen per week. Meestal begonnen we de dag om half acht ’s ochtends en vaak waren we om half tien ’s avonds nog bezig; tegen die tijd waren we doodop. De opnames waren een zware belasting voor Helen. De spoedcursus Hoe word ik een wolvennanny? betekende een totale ommezwaai in haar leven. Net nu ze een beetje gewend was aan het leven in een schoenendoos, moest ze haar eetgewoontes ook veranderen. Zoals de meeste mensen at ze graag kant-en-klaargerechten zoals pizza’s, pasta en hamburgers, en ze hield ook van koekjes en andere zoetigheid. Ze was niet gek op lever, en nier kreeg ze al helemaal niet door haar keel. Maar om een geur te krijgen waarmee ze door de roedel geaccepteerd zou worden, moest ze hetzelfde eten als een hoog gerangschikte wolf – en dat was lever, nier en hart en ook wat vlees van goede kwaliteit en eenvoudige planten. Bovendien moest ze op slachtafval kauwen, gedeeltelijk gebakken, zodat ze dat kon uitbraken voor Cheyenne en de puppy’s. Zelfs iets drinken was uit den boze.
Nog een grote verandering: ze moest gaan fitnessen in de sportschool om meer kracht in haar lichaam te krijgen. Ik liet haar op een loopband trainen, met gewichten werken en optrek- en opdrukoefeningen doen. Ze vond het vreselijk; ze had nog nooit in haar leven zulke lichamelijke training gedaan, maar het was cruciaal dat ze het deed. Voor haar eigen veiligheid moest ze sterk genoeg zijn om de wolven te kunnen weerstaan. Ook ik fitneste en ging dagelijks joggen om mijn conditie op peil te houden – dat had ik altijd al gedaan en doe ik nog steeds. Zonder die fitheid kun je worstelpartijen met een wolf van vijfenzestig kilo die een al tanden en spieren is, niet aan; en hoe fit ik ook ben, er is geen enkele zekerheid dat ze op een dag mijn nek niet zullen breken.
Alleen al door het filmen was ons schema doodvermoeiend, maar er was nog meer waarop we ons moesten concentreren. De opnames kwamen boven op ons gewone dagelijkse werk. Ik moest nog steeds datgene doen waar ik voordat de opnames waren begonnen al mijn tijd aan kwijt was. Ik moest voor de wolven zorgen, de hekken twee keer per dag controleren, een band met alle wolven proberen te onderhouden – inclusief de Europese wolven, die niet gefilmd werden – ik moest ze nog steeds geluidsopnames van andere roedels laten horen, ze om de twee dagen te eten geven, regelen dat er karkassen werden gebracht, en ik moest mijn verplichtingen aan Bob Butcher nakomen. Het filmen vond precies plaats in het seizoen dat het in het park het drukst was, en hij zette steeds meer druk op me om er aanwezig te zijn en de bezoekers te begroeten, van wie er velen mij op televisie hadden gezien en naar het park waren gekomen in de hoop dat ik een lezing en mijn gebruikelijke demonstratie gaf. Ik had mijn kinderen al twaalf maanden niet gezien en begon me daar steeds ongemakkelijker onder te voelen; er liep een rechtszaak over wie de voogdij over ze mocht hebben, Jan of ik. Ondertussen leidden Helen en ik een razend druk leven: we draaiden dagen van zestien à zeventien uur, en dat was te veel van het goede. We hadden geen tijd meer voor elkaar, geen tijd om met elkaar te praten. We zaten ook voortdurend op elkaars lip en hadden geen leven buiten ons werk. Dat legde een enorme druk op zowel onszelf als onze relatie. We hadden het gevoel dat we steeds dichter in de richting van de afgrond werden geduwd. Dit kon niet goed blijven gaan.
Op ongeveer driekwart van de opnames werden de eerste barsten zichtbaar. Helen was zich aan het voorbereiden op een ontmoeting met Tamaska, de handhaver, en ze wist dat dat een zware klus zou worden. De ontmoeting met Matsi, de toetser, was ook hachelijk geweest, maar de toetser deelt geen straf uit. Zijn taak is slechts om je tekortkomingen aan de andere dieren te laten zien. Alleen als je in paniek raakt reageert hij, en dan kun je in gevaarlijke en zelfs levensbedreigende situaties terechtkomen. Haar ontmoeting met Yana, de besluitnemer, was weer een heel andere uitdaging, zoals Helen ontdekte, en ze moest hem het respect geven dat hij als de leider verdiende, maar van hem ging nooit de grootste dreiging uit. Net als het alfamannetje dacht hij vooral aan zelfbehoud. Als hij Helen bedreigde deed hij dat alleen maar met zijn stem of zijn lichaamstaal; het vuile werk liet hij door een ander lid van de roedel opknappen.
Dat vuile werk deed Tamaska. Helen kon het zich niet veroorloven om bij hem een fout te maken, omdat hij niet vergevingsgezind was. Volgens de regels van de roedel had hij het recht, en zeker de kracht, om elke straf uit te delen die nodig was, en daar mocht ik me niet mee bemoeien. Als hij op Helen af zou gaan, was mijn enige hoop om haar te redden dat ik hem even kon afleiden en ervoor zorgen dat hij achter mij aan kwam. Dan zou ze een paar tellen de tijd hebben om het terrein te verlaten, meer ook niet. Ik zou hem beet moeten pakken, wat helemaal indruiste tegen alles wat ik over deze dieren wist, en zijn beten moeten opvangen, die aanzienlijke verwondingen konden veroorzaken en me zelfs fataal konden worden. Hoe meer ik naar Helen keek, hoe minder vertrouwen ik kreeg dat deze laatste ontmoeting zou slagen. Ik begon me zorgen te maken. Ze zag er elke dag vermoeider en meer gestrest uit. Het eten, de fitnesstraining en de emotionele druk – het ging haar niet in de koude kleren zitten en begon zijn tol te eisen.
Het deed me denken aan de commandotraining die ik had gedaan. Iedereen met een redelijke conditie zou één van die tests die we deden makkelijk doorkomen, maar als je dat dag in, dag uit moet doen, soms twee keer per dag, in een periode van acht à tien weken, dan ontstaan er barsten, en dat is precies wat er met Helen gebeurde. De lichamelijke en geestelijke inspanningen bij de wolven, gecombineerd met wat er op emotioneel gebied tussen ons speelde, was te veel, en vlak voordat ze Tamaska zou ontmoeten, ging het helemaal mis.
Ik kan me het incident dat alles in gang zette, niet meer precies herinneren. Het was iets kleins en onbenulligs, dat ik het toilet niet had doorgespoeld of zo, of vergeten was melk te halen in de winkel. Wat het ook was, het was, zoals Helen zei, de druppel die de emmer deed overlopen. De spanningen waren zo hoog opgelopen dat we even afstand van elkaar moesten nemen. Ik denk dat geen van ons beiden dacht dat het definitief zou zijn; ze zei dat ze gewoon even niets meer met mij en de wolven en alles wat erbij kwam kijken te maken wilde hebben. Hoewel we al drie jaar samen waren, keken we tegen de meeste dingen nog steeds heel verschillend aan. Zij wilde alles wat er gebeurd was verwerken door terug te gaan naar haar normale leven; ik deed dat door me weer tussen de wolven te begeven. We keerden allebei terug naar onze eigen wereld. Het voelde alsof we in een lange, donkere tunnel waren en de weg naar de strepen licht aan het eind ervan afgesloten was. We hadden eerder grotere ruzies gehad, maar die hadden we steeds weer bijgelegd. Dit was niet eens een echte ruzie, maar meer een discussie waarin we het niet eens konden worden. Helen ging die nacht naar bed en ik sliep op de bank, en we besloten dat als het de volgende ochtend niet beter ging, we een tijdje uit elkaar zouden gaan.
Het was september. De opnames waren al zeven maanden aan de gang, er waren nog een paar weken te gaan en natuurlijk hadden we een contract. Maar die dag konden we absoluut niet verder, en toen de filmploeg arriveerde, zoals altijd klaar om ertegenaan te gaan, zeiden we tegen ze dat we uit elkaar waren en niet konden werken. Ik had frisse lucht nodig, liet de filmploeg en Helen in de caravan achter en vertrok de stad in. Toen ik terugkwam, was de filmploeg weg en Helen ook. Later stuurde ze me een sms’je waarin stond dat ze niet zou terugkeren naar de caravan; ze wilde eerst met zichzelf in het reine komen.
In die periode ontdekte ik de verschrikkingen van het beroemd-zijn. Toen de Amerikanen hoorden dat we uit elkaar waren, reageerden ze daarop door de camera’s meteen weer op ons te richten, een microfoon in ons gezicht te duwen en te vragen hoe we ons voelden – daar hadden we gezien onze gemoedstoestand dus helemaal geen zin in. Tigress kwam ons te hulp. Ze waren inmiddels goede vrienden van ons – we hadden samen al heel wat doorgemaakt – en hun houding was: zo doen ze dat misschien in Amerika, hier in Engeland gaat het heel anders. Shaun en Helen hebben tijd nodig om alles weer even op een rijtje zetten, en pas als ze dat gedaan hebben, gaan we verder met filmen. Ik denk dat Animal Planet dat niet graag hoorde – het leek wel alsof ze genoten van het soapelement in ons leven – maar zonder die pauze hadden we sowieso niet door kunnen gaan. We kregen een week de tijd.
Helen vertelde me later dat die dagen de ergste uit haar leven waren; ze wist niet hoe ze erdoorheen moest komen. Ook voor mij waren ze ondraaglijk. Ik zocht troost bij de wolven, omdat ik dacht dat ik er bij hen, onder de mantel der duisternis, weer bovenop zou komen. Na Helens vertrek bracht ik elke nacht op het wolventerrein door, maar zij misten haar net zo erg als ik. Ze riepen de hele nacht naar haar, met dat spookachtige, kippenvel veroorzakende gehuil waarmee ze een verdwaald lid van de roedel riepen om hem de weg naar huis te wijzen. Ik hoopte vurig dat er door de vallei een antwoord zou komen, zoals ooit was gebeurd, maar er kwam niets; er was alleen stilte. Ongeveer vijf nachten bleven ze roepen, en het brak mijn hart steeds weer. Ik wilde Helen terug. Ik kon me geen toekomst zonder haar voorstellen. Ze had me een wereld laten zien waarvan ik het bestaan nooit had gekend: een wereld van liefde en plezier, een wereld waarvan ik deel wilde uitmaken, maar ze had de toegangsdeur dichtgedaan.
In de tussenliggende tijd spraken Helen en ik niet met elkaar, maar Kath Moore fungeerde als een soort bemiddelaar tussen ons, en we gingen ermee akkoord om Tigress onze breuk te laten filmen. Ze wilden de serie voor Animal Planet afronden door Helen te volgen op haar reis naar een nieuw leven en mijn eenzame toekomst te laten zien, die opnieuw bij de wolven lag. Dat was al moeilijk genoeg voor me, maar nog erger was dat we voor sommige delen van de documentaires weer samen moesten filmen. Opnames vinden niet altijd in chronologische volgorde plaats, en er waren scènes die we samen moesten doen en die dan werden ingevoegd in het materiaal dat ze al hadden over ons leven voordat we uit elkaar gingen. Voor de camera’s doen alsof we een koppel vormden was een van de zwaarste dingen die ik ooit heb gedaan. Het was voor ons beiden een kwelling.
We hadden juist nu tijd voor onszelf nodig om alles wat er gebeurd was een plaats te geven. Misschien zouden we ooit nog iets van onze relatie kunnen redden, misschien konden we vrienden blijven, maar dat zouden we pas weten als we de tijd hadden genomen om na te denken en de wonden te laten genezen. Maar die luxe was ons niet gegund. Het filmcontract, dat in het begin zo geweldig had geleken, was veranderd in een vreselijke nachtmerrie en dwong ons bij elkaar te zijn.
En het was nog niet voorbij. Ook promotieactiviteiten waren onderdeel van het contract. We moesten samen naar Amerika om Living with the Wolfman te promoten. Dus toen de opnames eindelijk afgelopen waren, hadden we maar een paar weken vrij voordat we als een vrolijk koppel op de bank van alle grote praatprogramma’s in New York naast elkaar zaten te lachen en grappen te maken. Ook dat was allemaal gespeeld. Helen moest enthousiast vertellen hoe fantastisch het wel niet was om met de Wolvenman te leven, terwijl ik huilgeluiden moest maken om het publiek te amuseren. Animal Planet besloot onze breuk geheim te houden. Het zou pas in de laatste aflevering bekend worden gemaakt en ze wilden het als een cliffhanger gebruiken voor een nieuwe reeks documentaires. Zou de breuk definitief zijn of zouden we onze meningsverschillen kunnen bijleggen? We hadden het gevoel dat onze pijn werd misbruikt om de kijkcijfers te verhogen.
Terwijl onze vorige reis naar New York zo mooi was geweest, was daar bij dit bezoek totaal geen sprake van. Het was een nare tijd voor ons – en een heel verwarrende. Ik denk dat we allebei niet zonder elkaar konden, maar we konden gewoon geen manier vinden om het tussen ons te laten klikken. We werden ieder apart opgehaald en naar het vliegveld gebracht, hoewel we maar een paar kilometer van elkaar vandaan woonden. In het vliegtuig zaten we niet naast elkaar, in het hotel sliepen we in aparte slaapkamers en leidden we ieder ons eigen leven, maar op de bank bij een interviewer praatten we met elkaar alsof we onafscheidelijk waren. De herinnering aan het plezier en het gelach van de vorige reis deed heel veel pijn. Dit was zwaarder dan alles wat ik in de natuur had meegemaakt. Het overleven, de fysieke kwelling, de beten, sneeën en klappen tegen mijn hoofd en al mijn andere lichaamsdelen waren niets vergeleken met de pijn die ik nu voelde. In al die jaren had ik mijn emoties weggeduwd. Nu kwamen ze naar de oppervlakte. Ik zag het niet meer zitten.
Elke dag viel het me zwaar om op te staan, en ik moest mezelf dwingen om adem te blijven halen. Ik was depressiever dan ik ooit was geweest en mijn humeur had een enorme impact op de wolven. Ze hadden me nooit eerder zo emotioneel gezien en ik was bezorgd om hun reactie. Maar zij waren het die me erdoorheen sleepten. Ze hadden Helen voortdurend geroepen, maar toen er geen hoop meer was dat er antwoord zou komen, stopten ze daarmee en begonnen de roedel te herstructureren. Ze hadden getreurd om hun verlies, om Helen, maar het leven hield niet op. De roedel was een lid kwijt, en nu moest er een nieuwe hiërarchie komen; we moesten allemaal doorgaan.
Op een ochtend, niet lang nadat we uit New York waren teruggekeerd, werd ik verrassend genoeg door Helen op mijn mobiel gebeld. Ze vroeg of ik voor haar voor de honden kon zorgen. ‘Waarom?’ vroeg ik. ‘Wat is er aan de hand?’ Haar stem klonk raar en ze zei dat ze haar bed niet uit kon komen. Ik ging meteen naar haar toe en ik verstarde van schrik toen ik haar zag. Ze zag er leeg en uitgeput uit, en terwijl we met elkaar praatten leek ze af en toe ergens anders te zijn – het ene moment was ze bij mij, het andere moment was ze ver weg, in haar eigen wereld. Ik wist niet wat er gebeurde of wat ik moest doen. Zoiets had ik nog nooit meegemaakt. Dit was niet de Helen die ik kende; ze was een volslagen vreemde en dat was heel beangstigend. Ik gaf de honden te eten en belde de filmploeg. We waren nog steeds bezig met de opnames voor de laatste delen van de Amerikaanse reeks documentaires. Ik zei: ‘Helen kan vandaag met geen mogelijkheid meewerken.’ Toen stelde ik voor om te kijken hoe het de volgende dag met haar ging. Ze antwoordden dat ze geen tijd konden blijven verliezen. Dat kostte geld, en ze werden onder druk gezet door Animal Planet: de eerste twee afleveringen waren al uitgezonden en er moest haast worden gemaakt. Ze zeiden dat ik het maar moest oplossen of anders een dokter moest bellen.
Achteraf gezien was dat het beste wat ze hadden kunnen zeggen. Ik bracht haar naar de huisartsenpraktijk, en nadat hij haar onderzocht had stuurde hij haar meteen naar het ziekenhuis om een specialist te raadplegen. De diagnose die werd gesteld was totale fysieke en geestelijke uitputting: haar lichaam weigerde dienst.
Helen kwam twee maanden haar bed niet uit. Zelfs de minste inspanning was doodvermoeiend. Ik deed wat dingen voor haar, maar verder bleef ik uit haar buurt. Ik was niet de juiste persoon om voor haar te zorgen; ik wist dat ik alles alleen maar erger zou maken als ik bij haar bleef, en bovendien moest ik doorgaan met de opnames en mijn werk bij de wolven. Gelukkig wilde Jude haar helpen. Ze waren goede vriendinnen geworden en omdat ze in het park werkte, kon ze als bemiddelaar optreden tussen Helen en mij en me waarschuwen als Helen iets nodig had.
De laatste filmdagen waren heel zwaar. Helen trad voor de laatste keer op, maar het enige wat ze kon was plat op haar rug liggen. Dus moest Tigress oude opnames van haar gebruiken om de laatste hand aan de serie te leggen. Ik maakte me zorgen om Helen, en wat mezelf betreft: ik deed alles op de automatisch piloot en probeerde vol te houden, omdat de tijd begon te dringen. We hadden zowel emotioneel als financieel het uiterste gevraagd van Tigress en Animal Planet, maar doordat iedereen ervoor ging en ondanks de slechte omstandigheden er het beste van probeerde te maken, sloegen we ons erdoorheen. De serie en de twee documentaires van een uur voor Engeland waren klaar voor vertoning. Na tien maanden van druk, lange dagen en een caravan vol filmapparatuur, was het nu plotseling voorbij. Kerstmis naderde, en ik stond er alleen voor.
Ik werd door vrienden die eigenaar waren van een café in de buurt uitgenodigd om bij hen te komen eten, maar eerst vierde ik feest met de wolven. Een slager had ons wat kalkoen van mindere kwaliteit gebracht die hij niet had kunnen verkopen, en dat was mijn kerstcadeau voor de wolven. Het enige probleem was dat de kalkoenen nog niet geplukt waren, en het was die dag erg modderig op het terrein. De puppy’s hadden nooit eerder kalkoen gezien en ze gingen helemaal los: ze trokken ze uit elkaar en de witte veertjes vlogen overal. Toen ik het terrein verliet, met nog maar een minuut of veertig te gaan voordat ik in de pub verwacht werd, was ik zo vuil dat het leek alsof ik met pek en veren besmeurd was.
Omdat het warme water in de caravan al maanden niet werkte, ging ik onder de tuinslang staan en probeerde mezelf er fatsoenlijk genoeg uit te laten zien om uit te gaan. Het was kerst, ik was drieënveertig, en plotseling besefte ik dat er verandering in mijn leven moest komen.
Achteraf gezien was het niet verstandig om te gaan eten. Ik ging toch, omdat ik dacht dat het me goed zou doen, maar het werd een ramp. Helen en ik waren regelmatig samen in de pub geweest, dus kwamen er pijnlijke herinneringen naar boven, en aan alle tafels zaten stelletjes. Terwijl iedereen aan het lachen was en het gezellig met elkaar had, zat ik in mijn eentje aan een tafel. Ik had me nog nooit zo ongelukkig gevoeld.