Memento mori
Alsof ik niets beters te doen heb, sta ik zowat elke dag bij de ingang van de supermarkt minutenlang naar het prikbord met advertenties te staren. Het beruchte ‘Te koop aangeboden: bruidsjurk, maat 48, nooit gedragen’ zat er tot dusver helaas niet bij, maar je kunt nooit weten, en ook zonder dit soort voltreffers valt er op het bord ruim voldoende compact leed waar te nemen.
‘Gezocht: een goed tehuis voor onze lieve cyperse kater Tazzo. Hij is zeven jaar oud, kerngezond, speels en lief voor kinderen. Wij willen Tazzo eigenlijk niet missen, maar ons jongste zoontje heeft zware astma, dus we kunnen niet anders. Wie wil Tazzo hebben? Alleen heel lieve mensen gelieve te reageren! Graag komen wij af en toe langs om te kijken hoe het met hem gaat!’
Er is een foto bij van een onweerstaanbaar knappe, slanke kat, een cyperse inderdaad, die met alerte oogopslag vanuit een rieten wasmand in de camera kijkt. Ik grijp al naar mijn telefoon. Maar dan zie ik voor me hoe dat hele gezin wekelijks bij me de trap op komt stommelen, dat jongste zoontje hoestend en hijgend erachteraan, om zijn voormalige huisdier even te aaien. En hoe ik dan telkens weer diep medelijden zal voelen, maar ook schaamte omdat het zo’n puinhoop is in de huiskamer. En hoe mijn eigen slome, achterlijke pluisbal Lola zich waarschijnlijk het leplazarus schrikt als ik opeens zo’n schrander en stellig seksbelust speelkameraadje haar wazige dampkring binnenschuif, en van de weeromstuit wekenlang angstig van onder het bed met haar domme groene knikkers gaat zitten toekijken hoe die indringer het zich gemakkelijk maakt op háár dekentje. Nee, toch maar beter van niet.
De advertentie daaronder meldt: ‘Ik zoek een kamer. Liefst bij een vrouw in huis. Maximaal tweehonderd euro per maand, maar ik ben erg schoon en netjes. Bel alstublieft 06-xxxxxx. Met vriendelijke groet, Fouad.’
Die goeie Fouad, ik geef hem weinig kans. Zal ik hem bellen en een afspraak maken, zodat ik hem eens kan bekijken? Misschien is hij wel jong, mooi en matbruin, met van die smeulende hertenogen. Dan kan hij best bij ons op zolder, in ruil voor kleine, discrete, nader te bepalen karweitjes. Maar uiteindelijk zie ik toch te veel op tegen de ‘conflicten in de huiselijke sfeer’ die uit een en ander onvermijdelijk zullen voortvloeien, dus sorry, Fouad.
En wat zit er achter ‘Wegens sterfgeval te koop: broodrooster merk Princess, zo goed als nieuw, € 8,50’? Eindeloos kan ik daarover tobben. Eén enkele broodrooster? Had die dode verder geen aardse bezittingen? Was hij wellicht zo arm dat hij de broodrooster tevens gebruikte als kachel, fornuis, scheerspiegel, en tot slot om zichzelf mee te elektrocuteren toen hij dat miserabele leven écht helemaal zat was? Hoewel, in dat laatste geval zal het ding toch dusdanig onder de transactie te lijden hebben gehad dat het met goed fatsoen nauwelijks nog te omschrijven viel als ‘zo goed als nieuw’. Daar begon ik toch al aan te twijfelen door de vraagprijs van € 8,50. Die is hartverscheurend in al zijn armoedige nauwkeurigheid. Waarom geen tientje? Als ik tóch op het punt stond om de broodrooster van een dode over te nemen, zou ik de transactie vast niet laten stuklopen op die anderhalve euro. Sterker nog: ik overweeg dat ding daadwerkelijk aan te schaffen, niet om er brood in te roosteren, want ik heb al een broodrooster, met vier sleuven, wat trouwens reuze handig is als iedereen ’s ochtends haast heeft, maar dit geheel ter zijde.
Nee, ik ga dat ding kopen en daarna openschroeven. Er zitten stellig nog broodkruimels op de bodem, kruimels van de laatste boterham die de dode ooit gegeten heeft. En die kruimels ga ik in het park aan de eendjes voeren, bij wijze van bescheiden eredienst aan iemand die arm en stellig eenzaam gestorven is. Of ik bewaar ze, in een mooi doosje, als een klein, schrijnend memento mori.
Of, nog beter: ik scheur me los van die ellendige advertenties en ga iets leuks doen. Maar dat valt verdomd nog niet mee.