24
Sophia
Luke was weer in een vreemde bui. Niet zoals vorig weekend, maar er was beslist iets aan de hand. En het was niet alleen vermoeidheid. Hij zag bleek, zijn huid was bijna wit, en hoewel hij het ontkende, wist ze dat hij veel meer pijn had dan anders. Als hij een snelle, onverwachte beweging maakte, zag ze soms dat hij ineenkromp en scherp ademhaalde.
Het eten bij zijn moeder was een stijve bedoening geweest. Linda was blij om haar te zien, maar terwijl Sophia en Linda hadden zitten kletsen, was Luke naar buiten gegaan naar de barbecue, alsof hij hen wilde ontlopen. Aan tafel was pijnlijk duidelijk geweest welke onderwerpen er angstvallig werden gemeden. Luke praatte niet over zijn zichtbare pijn, zijn moeder vroeg niets over de rodeo en Sophia weigerde het over Marcia of Brian te hebben of over hoe afschuwelijk de week in het dispuuthuis was geweest. En het was afschuwelijk geweest, een van de ergste weken ooit.
Zodra ze weer bij Luke thuis waren, liep hij regelrecht naar de slaapkamer. Ze hoorde dat hij pillen uit een flesje schudde, daarna uit een ander flesje. Vervolgens liep ze achter hem aan naar de keuken, waar hij waarschijnlijk een handvol pillen wegslikte met een glas water.
Tot haar grote schrik leunde hij voorover, legde zijn handen op het aanrecht en liet zijn hoofd hangen.
‘Hoe erg is het?’ fluisterde ze met haar handen op zijn rug. ‘Je hoofdpijn, bedoel ik.’
Hij haalde een paar keer diep adem voordat hij zei: ‘Het gaat wel.’
‘Dat is dus niet zo,’ zei ze. ‘Hoeveel heb je geslikt?’
‘Een paar van elk,’ gaf hij toe.
‘Maar voor het eten zag ik ook dat je er een paar nam…’
‘Dat was dus niet genoeg.’
‘Als het zo erg is, had je naar de dokter moeten gaan.’
‘Dat is niet nodig,’ zei hij op doffe toon. ‘Ik weet al wat ik heb.’
‘Wat dan?’
‘Een hersenschudding.’
Ze knipperde met haar ogen. ‘Hoe kan dat? Ben je met je hoofd ergens tegenaan geklapt toen je van de stier sprong?’
‘Nee,’ zei hij. ‘Ik ben een paar weken geleden tijdens de training verkeerd terechtgekomen.’
‘Een paar wéken geleden?’
‘Ja,’ gaf hij toe. ‘En toen ben ik zo dom geweest om te snel weer te beginnen.’
‘Je bedoelt dat je al twee weken hoofdpijn hebt?’ Sophia deed haar best de paniek uit haar stem te weren.
‘Niet zo erg als nu. Door het rijden gisteren is het erger geworden.’
‘Maar waarom heb je gereden terwijl je een hersenschudding hebt?’
Hij hield zijn blik op de grond gericht. ‘Ik had geen keus.’
‘Natuurlijk had je een keus. En dit was heel dom. Kom. We gaan naar de Spoedeisende Hulp…’
‘Nee,’ zei hij.
‘Waarom niet?’ vroeg ze verbijsterd. ‘Ik rijd wel. Je moet naar de dokter.’
‘Ik heb eerder zulke hoofdpijn gehad en ik weet wat de dokter gaat zeggen. Hij gaat zeggen dat ik rust moet nemen, en dat gaat niet.’
‘Je bedoelt dat je volgend weekend gewoon gaat rijden?’
‘Ik moet wel.’
Sophia probeerde tevergeefs te begrijpen wat hij zei. ‘Is je moeder daarom zo boos op je? Omdat je je als een idioot gedraagt?’
Hij gaf niet direct antwoord. In plaats daarvan slaakte hij een zucht. ‘Ze weet dit niet eens.’
‘Je hebt haar niets gezegd? Waarom heb je haar niets gezegd?’
‘Omdat ik niet wil dat ze het weet. Dan maakt ze zich alleen maar zorgen.’
Sophia schudde haar hoofd. ‘Ik begrijp gewoon niet waarom je weer wilt rijden als je weet dat je hersenschudding daar erger van wordt. Dat is gevaarlijk.’
‘Daar kan ik me geen zorgen meer om maken,’ zei hij.
‘Wat bedoel je daarmee?’
Luke duwde zich overeind en draaide zich met een gelaten, bijna verontschuldigende blik om. ‘Omdat,’ zei hij uiteindelijk, ‘ik vóór deze hersenschudding eigenlijk al nooit meer had mogen rijden.’
Ze wist niet of ze hem goed hoorde en knipperde met haar ogen. ‘Je zou helemaal niet mogen rijden? Nooit meer?’
‘Volgens de dokters neem ik elke keer een enorm risico.’
‘Hoezo?’
‘Big Ugly Critter,’ zei hij. ‘Ik ben niet alleen bewusteloos rondgeslingerd. Ik zei toch dat hij me had vertrappeld, maar ik heb je niet gezegd dat ik daardoor een schedelbreuk opliep, vlak bij de hersenstam. Daar zit nu een metalen plaatje, maar als ik verkeerd terechtkom, is dat niet afdoende om me te beschermen.’
Hij sprak monotoon, en Sophia voelde een kilte door haar lichaam trekken bij het horen van deze woorden. Dit kon hij niet menen…
‘Wil je zeggen dat je dood zou kunnen gaan?’ Ze wachtte niet op antwoord maar voelde paniek in zich opkomen toen de waarheid tot haar doordrong. ‘Dat zeg je toch? Dat je dood kunt gaan? En dat heb je me niet verteld? Hoe kun je me dat nou niet vertellen?’
Alle puzzelstukjes vielen op hun plek: waarom hij die eerste avond samen die stier had willen zien; waarom zijn moeder zo boos op hem was; zijn gespannen verstrooidheid aan het begin van het seizoen.
‘Nou, dat is het dan,’ ging ze verder, en ze deed haar best de doodsangst in haar stem te onderdrukken. ‘Jij rijdt niet meer, oké? Afgelopen. Per direct ben jij gestopt.’
Weer zei hij niets, maar ze zag aan zijn gezicht dat ze niet tot hem doordrong. Ze liep naar hem toe, sloeg haar armen om hem heen en trok hem vol wanhoop dicht tegen zich aan. Ze voelde zijn hart kloppen, voelde de sterke spieren in zijn borst. ‘Ik wil niet dat je dit doet. Dit mag je niet doen, oké? Zeg me alsjeblieft dat je hiermee ophoudt. We verzinnen wel iets om de ranch te redden, goed?’
‘Er is geen andere manier.’
‘Er is altijd een andere manier…’
‘Nee,’ zei hij, ‘die is er niet.’
‘Luke, ik weet dat de ranch belangrijk is, maar hij is niet belangrijker dan jouw leven. Dat weet je toch, hè? Dan begin je opnieuw. Dan begin je een nieuwe ranch. Of je gaat op een ranch werken…’
‘Ik heb de ranch niet nodig,’ onderbrak hij haar. ‘Ik doe dit voor mijn moeder.’
Ze duwde hem weg, voelde een golf van boosheid in zich opwellen. ‘Maar zij wil ook niet dat je dit doet! Want ze weet dat het verkeerd is. Ze weet hoe stom het is! Omdat je haar zoon bent!’
‘Ik doe het voor haar…’
‘Nee, dat is niet waar!’ onderbrak Sophia hem. ‘Je doet het zodat jij je niet schuldig hoeft te voelen! Je denkt dat je nobel bezig bent, maar eigenlijk ben je heel egoïstisch bezig! Dit is het meest egoïstische…’ Buiten adem brak ze af.
‘Sophia…’
‘Blijf van me af!’ riep ze uit. ‘Je gaat mij ook pijn doen! Begrijp je dat dan niet? Heb je ook maar één moment gedacht dat ik misschien niet wil dat je doodgaat? Hoe ik me dan zou voelen? Nee, want het gaat niet om mij! En het gaat niet om je moeder! Dit gaat allemaal om jou… om hoe jíj je zult voelen!’ Ze deed een stap naar achteren. ‘En te bedenken dat je erover hebt gelogen…’ fluisterde ze.
‘Ik heb niet gelogen…’
‘Je hebt het verzwegen,’ zei ze bitter. ‘Je hebt gelogen omdat je wist dat ik het niet met je eens zou zijn! Omdat je wist dat ik wel eens weg zou kunnen lopen bij iemand die bereid is iets te doen wat zo… verkeerd is. En waarom? Omdat je met me naar bed wilde? Omdat je je pleziertje wilde?’
‘Nee…’
Lukes protesten klonken slap in Sophia’s oren. Ze voelde hete tranen ongecontroleerd over haar wangen stromen. ‘Ik… ik kan dit nu niet aan. Niet dit ook nog. Het is een afschuwelijke week geweest, alle meiden roddelen en Marcia ontloopt me… Ik had je deze week nodig. Ik had iemand nodig om mee te praten. Maar ik snapte dat je moest rijden. Dat accepteerde ik omdat het je werk was. Maar nu? In de wetenschap dat je alleen maar weg was om jezelf kapot te maken?’
De woorden kwamen er gehaast uit, bijna net zo snel als haar gedachten, en ze draaide zich om, stak haar hand uit en griste haar tas mee. Ze kon hier niet blijven. Niet bij hem. Niet nu. ‘Ik trek dit niet…’
‘Wacht!’
‘Hou je mond!’ zei ze. ‘Ik wil niet horen waarom het zo belangrijk is dat je doodgaat…’
‘Ik ga niet dood.’
‘Ja, dat ga je wel! Ik weet er misschien niet alles van, maar je moeder wel! En de dokters ook! En je weet dat wat je doet verkeerd is…’ Haar ademhaling ging snel. ‘Als je weer bij je gezond verstand bent, kunnen we praten. Maar tot die tijd…’ Ze maakte haar zin niet af. In plaats daarvan gooide ze haar tas over haar schouder, stormde het huis uit en rende naar haar auto. Ze zette de auto in zijn achteruit en botste bijna tegen de veranda tijdens het keren, waarna ze het gaspedaal hard intrapte. Ze was amper in staat iets te zien door haar tranen.
Sophia was als verdoofd.
Luke had twee keer gebeld sinds ze thuis was gekomen, maar ze had niet opgenomen. Ze zat in haar eentje op haar kamer in de wetenschap dat Marcia bij Brian was. Toch miste ze haar. Sinds hun ruzie had Marcia elke nacht bij Brian geslapen, maar Sophia had het vermoeden dat dat niet zozeer met Brian te maken had, maar meer met het feit dat Marcia haar niet onder ogen durfde te komen.
Ze was nog steeds boos op Marcia. Het was behoorlijk lullig wat ze had gedaan en Sophia kon niet doen alsof het haar niet raakte. Een beste vriendin begon niet iets met je ex. Noem het een gouden regel of zo, maar vriendinnen deden elkaar dat niet aan. Nooit. Maar hoewel ze eigenlijk vond dat ze Marcia had moeten zeggen dat de vriendschap voorbij was, had ze het niet gekund, omdat ze diep vanbinnen wist dat Marcia het niet expres had gedaan. Ze had niet stiekem plannetjes gesmeed of moedwillig geprobeerd om haar te kwetsen. Zo zat Marcia gewoon niet in elkaar, en Sophia wist als geen ander hoe charmant Brian kon zijn als hij wilde. En dat was waarschijnlijk Brians plan geweest. Want Brian zat wél zo in elkaar. Brian had precies geweten waar hij mee bezig was, en ongetwijfeld was zijn relatie met Marcia een manier om Sophia terug te pakken. Hij wilde haar nog een laatste keer kwetsen door haar vriendschap met Marcia kapot te maken.
En dan zou hij ongetwijfeld Marcia kwetsen. Marcia zou er op een nare manier achter komen wat voor iemand Brian eigenlijk was. Dan zou ze zich waarschijnlijk nog beroerder voelen dan ze nu al deed. Eigenlijk was dat haar verdiende loon, en toch…
Maar op dit moment had Sophia de behoefte om met Marcia te praten, ze had haar echt nodig. Om met haar over Luke te praten. Alleen maar te praten. Zoals haar medestudentes beneden en op de gang deden. Ze kon hun gedempte stemmen door de deur heen horen. Ze wilde helemaal niet bij hen in de buurt zijn, want ook als ze niets zeiden, spraken hun blikken boekdelen. Elke keer als Sophia de laatste tijd thuiskwam, werd het stil op de kamers en in de gangen en dan wist ze precies wat ze dachten en wat ze zich afvroegen. Hoe zou ze zich voelen? Ik heb gehoord dat zij en Marcia helemaal geen contact meer hebben. Ik heb medelijden met haar. Ik kan me niet voorstellen wat ze nu doormaakt.
Ze kon dat nu niet aan en ondanks alles wilde ze dat Marcia er was. Want ze had zich nog nooit zo alleen gevoeld.
De uren gingen voorbij. Buiten trokken winterse wolken door de lucht met de zilveren aura van de maan daarachter. Terwijl Sophia op bed lag, dacht ze aan de avonden waarop zij en Luke naar de hemel hadden gekeken. Ze dacht aan de ritten te paard, het vrijen en de etentjes met zijn moeder. Ze kon zich levendig herinneren hoe ze in tuinstoelen in de laadbak van zijn truck hadden gezeten op de avond dat ze elkaar hadden ontmoet.
Waarom was hij bereid het risico te lopen om dood te gaan? Ze kon het met geen mogelijkheid begrijpen. Ze wist dat het voornamelijk door zijn schuldgevoel kwam, maar was dat zijn leven waard? Zij vond van niet, en ze wist dat zijn moeder er ook zo over dacht. Maar hij leek vastbesloten zichzelf op te offeren. Dat was wat ze niet begreep, en toen hij voor de derde keer belde, kon ze zich er nog steeds niet toe zetten op te nemen.
Het werd laat en het was langzaam stil geworden in huis. Sophia was uitgeput, maar wist dat ze niet kon slapen. Terwijl ze Lukes zelfvernietigende pad probeerde te begrijpen, merkte ze dat ze zich afvroeg wat er eigenlijk was gebeurd op de avond dat hij Big Ugly Critter was tegengekomen. Hij had haar verteld van het plaatje in zijn hoofd, maar ze had nu het gevoel dat het nog veel erger was geweest. Langzaam kroop ze uit bed en liep ze naar de laptop op haar bureau. Met een akelig voorgevoel maar ook de aandrang om alles te weten, typte ze zijn naam in de zoekmachine in.
Het verbaasde haar niet dat er redelijk wat hits waren, inclusief een kort item op Wikipedia. Hij had per slot van rekening bij de beste rijders ter wereld gehoord. Maar ze was niet geïnteresseerd in zijn biografie. In plaats daarvan voegde ze Big Ugly Critter aan zijn naam toe en drukte de entertoets in.
Onmiddellijk verscheen bovenaan een YouTube-link. Voordat ze niet meer durfde, klikte ze erop en keek zenuwachtig naar het YouTube-scherm.
Het was een filmpje van nog geen twee minuten, en ze zag met een misselijkmakend gevoel dat het door meer dan een half miljoen mensen was bekeken. Ze wist niet goed of ze wel wilde kijken, maar toch drukte ze op PLAY. Ze hoefde maar een seconde te kijken of ze zag Luke in de chute boven op de stier zitten. De camera zat ergens boven hem, bedoeld voor het televisiepubliek. De tribunes zaten vol, en achter de chute hingen borden en spandoeken tegen de wand van de arena. In tegenstelling tot McLeansville was dit een overdekte arena, wat betekende dat hij waarschijnlijk ook werd gebruikt voor allerlei andere evenementen, van basketbalwedstrijden tot concerten. Luke droeg een spijkerbroek, een rood shirt met lange mouwen en een hoed, evenals een beschermend vest. Het nummer 16 was op zijn vest geborduurd.
Ze keek hoe Luke de wrap goed trok, terwijl andere cowboys het touw onder de stier strak probeerden te houden. Luke sloeg met zijn vuist in zijn hand, spande zijn beenspieren en verschoof weer iets. De omroepers praatten de beelden aan elkaar met een zwaar, zangerig accent.
‘Luke Collins is als derde geëindigd op de PBR-wereldranglijst en wordt gezien als een van de beste rijders ter wereld, maar dit is een stier die hij nog nooit heeft bereden.’
‘Er zijn niet veel mensen die deze stier hebben bereden, Clint. Big Ugly Critter is nog maar twee keer bereden en hij was vorig jaar de PBR-wereldkampioenschapsstier. Hij is sterk en vals en als Luke op hem kan blijven zitten, is hij zo ongeveer verzekerd van een score van in de negentig…’
‘Hij maakt zich klaar…’
Luke zat nu roerloos op de stier, maar deze pauze duurde maar een ogenblik. Het hek zwaaide open en ze hoorde het gejoel van de menigte.
De stier stoof naar buiten, bokte wild, gooide zijn achterpoten in de lucht met zijn kop naar de grond gericht. Hij draaide half naar links, trapte hard en begon toen te springen, waarbij zijn poten letterlijk alle vier van de grond kwamen, waarna hij opeens de andere kant op begon te draaien.
Er waren inmiddels vier seconden voorbij en het publiek ging uit zijn dak.
‘Het gaat hem lukken!’ riep een van de omroepers.
Tegelijkertijd zag Sophia dat Luke naar voren schoot, zijn lichaam uit balans, op het moment dat de stier zijn kop naar achteren ramde.
De klap was gruwelijk. Lukes hoofd werd de andere kant op gelanceerd alsof hij geen spieren meer had…
‘O, jee!’
Zijn lichaam werd van het ene moment op het andere slap, terwijl hij van de stier af gleed, met zijn hand nog steeds in de wrap gewikkeld.
Maar de stier leek wel psychotisch van woede, volledig dolgedraaid. Woest en meedogenloos bleef hij bokken. Luke werd als een lappenpop door elkaar geschud, alle kanten op. Toen de stier weer begon te draaien, volgde Luke in een misselijkmakende beweging waarbij zijn voeten over de grond sleepten.
Stierenvechters en anderen waren inmiddels in de arena gesprongen in een wanhopige poging om Luke los te maken, maar de stier wist van geen ophouden. Hij draaide niet meer, maar stormde nu op de nieuwe indringers af, zwaaide woest met zijn hoorns en smeet een van de stierenvechters opzij alsof hij niets woog. Een andere probeerde het, maar kreeg Lukes pols niet uit de wrap los; weer gingen er enkele seconden voorbij voordat het een stierenvechter lukte om half op de stier te springen en zich lang genoeg vast te houden, en met de stier mee te rennen, om Lukes hand te bevrijden.
Zodra dit gelukt was, viel Luke op zijn buik in de modder, zijn hoofd opzij, roerloos, terwijl de stierenvechter wegvluchtte.
‘Hij is gewond! Er moet direct hulp komen!’
Maar nog altijd wilde de stier niet stoppen. Alsof hij besefte dat hij van zijn berijder verlost was en nog altijd boos was over het feit dat Luke überhaupt had geprobeerd op hem te zitten, draaide de stier zich om zonder zich iets aan te trekken van de mensen die hem probeerden af te leiden. Hij bracht zijn kop omlaag, viel Luke aan en stak met moordlustige bedoelingen zijn hoorns in Lukes roerloze lichaam. Twee stierenvechters sprongen de arena weer in en haalden uit naar de stier, maar het beest ging maar door. Hij bleef met zijn reusachtige hoorns naar Lukes lichaam uithalen en dook plotseling boven op Lukes lichaam en begon daar te bokken.
Nee, niet te bokken. Hij vertrappelde hem. Draaide heen en weer. Met onbeschrijfelijke afschuw hoorde Sophia de omroeper schreeuwen: ‘Haal die stier van hem af!’
De woedende stier zette met brute kracht zijn hoeven neer en verpletterde Luke. Trapte op zijn rug, zijn benen, zijn hoofd.
Zijn hoofd…
Vijf mensen deden alles wat ze konden om de uitzinnige stier te stoppen, maar Big Ugly Critter ging verder met zijn doelbewuste aanval.
Steeds weer opnieuw vermorzelde hij Luke.
De omroeper zei: ‘Ze moeten hier een eind aan maken!’
De stier leek wel bezeten.
Totdat hij eindelijk – eindelijk! – nog altijd wild bokkend zijwaarts door de modder in de arena wegrende.
De camera volgde de stier een ogenblik en richtte zich toen weer op Luke, die met een bloederig, onherkenbaar gezicht op de grond lag, terwijl anderen bij hem kwamen staan.
Sophia had haar handen voor haar gezicht geslagen en snikte geschrokken en vol afschuw.