Surprise

 

 

 

 

 

 

Het leven is hard. Voor de betrokkenen is dat wel eens zuur, maar voor de omstanders is het een bron van vermaak.

Aan het einde van de Bosboom Toussaintstraat in Amsterdam-West ligt een pleintje, min of meer parallel aan de Constantijn Huygensstraat. Op een hoek van dat pleintje zit sigarenwinkel Surprise.

Of beter: zat.

Tientallen jaren achtereen werd het kleine winkeltje bemand door het echtpaar Truus en Piet. Ze hadden een hond die nog erger stonk dan het eten dat Truus in het keukentje achter de winkel voortdurend aan het bereiden was. Toch bereikte Piet twee jaar geleden veilig de pensioengerechtigde leeftijd en deed hij de zaak over aan Marjolein Hartman.

Marjolein komt uit een roemrucht Amsterdams geslacht van sigarenwinkeliers. Haar vader verloor zelfs het leven bij een overval op zijn winkel in Oost. In een mum van tijd veranderde Marjolein het vieze winkeltje van Truus en Piet in een blinkend paleisje voor rokers, snoepers en gokkers. Ook was er eindelijk weer ruimte in de zaak om te blijven hangen en een praatje te maken.

Maar Marjolein had al snel in de gaten dat haar mooie winkel in de verkeerde buurt stond (te veel niet-rokende Volkskrant-lezers, te weinig dure sigarenmannen, te weinig loop in de staatsloten en de tijdschriften). Toen de kans zich voordeed, nam ze een sigarenzaak over in de chique Beethovenstraat, en daar zit ze nu op rozen.

Haar opvolger was een Libanees die Yasser heet, de vriendelijkheid zelve, maar verstand van sigaretten bleek hij al onmiddellijk niet te hebben. Het in voorraad hebben van niet al te courante merken kostte hem te veel geld, bijvoorbeeld, en binnen drie maanden (toen alle vreemde merken weg waren) verkocht hij alleen nog maar Marlboro, eerst nog rood en light, later alleen nog rood.

Een dramatische strategie.

Maar Yasser was eraan verknocht, om de een of andere reden, en ook het snoepgoed, de kranten, de tijdschriften, de loten, de sigaren en de papieren zakdoekjes volgden deze weg, allemaal producten met minimale marges waar je veel van moet omzetten. Ervoor in de plaats kwamen oude meubels, spiegels van voor de oorlog waar het weer in zat, koelkasten met een geurtje: van die dingen waarbij de winstmarge tot ver boven de 100 procent kan oplopen.

Als het verkoopt.

En verkopen deed het dus niet, hoeveel gratis koffie Yasser ook begon te schenken en hoe vriendelijk hij ondanks alles ook bleef. Op andere vlakken zat het hem inmiddels ook tegen, en sinds enige tijd woont de dappere winkelier daarom in zijn winkel. Het assortiment heeft opnieuw een wending gemaakt: leek het er in eerste instantie op dat Yasser zich op grote stukken wilde concentreren, nu doet hij vooral in kleine prullaria, van pannenlappen tot zelfgekleide asbakken, en in boeken, diverse titels van Leon Uris en oude, beduimelde Rainbow-pockets.

Tsja.

De teloorgang heeft zich in amper een jaar voltrokken, maar nog is de vriendelijke Libanees niet uit zijn lijden verlost. Wie nu ’s avonds laat langs de ooit fiere winkel van Marjolein Hartman loopt, ziet binnen een sombere man bij kaarslicht voor zich uit staren. Aan het raam hangt een grote poster: sinds kort kunnen jong en oud op zondag bij Surprise servies beschilderen.