***

Het was Iris' idee om samen een feest te geven ter gelegenheid van hun vijftigste verjaardag. Sarah was niet van plan geweest om die te vieren; ze gaf er de voorkeur aan de gevreesde datum zo onopgemerkt mogelijk voorbij te laten gaan. Aanvankelijk had ze het voorstel afgewezen. Het zou te veel werk en te veel stress opleveren en het was ook volkomen onpraktisch, omdat Iris' vrienden allemaal in Pittsburgh woonden en de hare in New York. Geen probleem, zei Iris. Ze zouden het feest in New York geven. Ze moest toch al te veel mensen vragen en dit was een slimme manier om er een paar te laten afvallen. Ze achtervolgde en belaagde haar ermee en alleen om een beetje rust te krijgen stemde Sarah ten slotte onwillig in.
De datum die werd vastgesteld was de zaterdag na de Dag van de Arbeid, die precies tussen hun verjaardagen in viel. In juni kwam Iris logeren en ze speurden half Nassau County af naar een geschikte locatie voor het feest, maar ze konden niets vinden wat hun allebei beviel en nog niet gereserveerd was. Sarahs ouders boden hun het huis in Bedford aan en ze waren een beetje beledigd toen ze het aanbod vriendelijk afsloeg. Als ze het feest daar zou houden, zou het lijken of ze haar eenentwintigste verjaardag vierde en ze was nu volwassen. Net toen ze begon te hopen dat ze het hele feest zouden kunnen afblazen, kwam Martin Ingram langs met een aanbod dat ze niet konden weigeren.
Hij was een restaurant aan het bouwen, een soort brasserie, op een fantastische plek in Oyster Bay, en hij was niet alleen de architect, maar zou ook een aandeel van vijftig procent in de zaak krijgen. Als er geen rampen gebeurden, waaraan Martin zelden ten prooi viel, zou het begin oktober klaar zijn, maar nog niet open. Het had een prachtige essenhouten vloer en een grote tussenverdieping met rondom een raam dat uitzicht bood op de oceaan. Het zou goed voor de zaken zijn om het de mensen vast te laten zien, zei hij, en ze konden er gratis gebruik van maken. Sarah moest toegeven dat het perfect was.
Ze namen een professionele party planner in de arm die Julian McFadyen heette en zo leuk en slim was dat Iris zwijmelde wanneer ze dingen met hem moest bespreken. Hij deed alles, met inbegrip van het versturen van de uitnodigingen, en wist de indruk te wekken dat het allemaal zo moeiteloos en aangenaam zou verlopen dat Sarah, toen de dag naderde, merkte dat ze er zelfs naar uit begon te zien. Er was maar één kwestie die haar dwarszat.
Het was net na de Dag van de Arbeid en Iris was overgevlogen om nog een paar puntjes op de i te zetten met de aanbiddelijke Julian, van wie ze nog steeds niet wilde geloven dat hij homo was. Ze zaten vroeg op de avond op Sarahs veranda en Julian, die het onderwerp van toasts en speeches had aangesneden en wel voelde dat er daarover tussen hen een zekere onenigheid bestond, had zich tactvol teruggetrokken zodat ze het konden bespreken.
'Waarom moeten er zo nodig toespraken gehouden worden?' vroeg Sarah.
'Omdat dat er nu eenmaal bij hoort. Hoe vaak gebeurt het nu in je leven dat je voor een zaal met honderd mensen staat en te horen krijgt hoe geweldig je bent, schat? En als ik tegen Leo zou zeggen dat hij geen toespraak mag houden, zou hij het toch doen.'
'Nou, dat is prima, maar ik dan? Wie gaat er voor mij een toespraak houden?'
'Josh zou het kunnen doen, of Martin. Ik zou het zelfs kunnen doen.'
'O, Iris.'
'Luister, we gaan er niet heel veel werk van maken. Ik zal tegen Leo zeggen dat hij het kort en krachtig moet houden.'
'Wanneer heeft Leo ooit iets kort en krachtig gedaan?' 'We zetten een klok neer, zoals bij een spelletjesprogramma. Drie minuten, en dan boing?
iedereen zal alleen maar medelijden met me hebben. Ik kan niet tegen al dat die arme Sarah is nog steeds alleen-gedoe.'
'Ach, hou toch op.'
Sarah drukte haar sigaret uit.
'Ik wil niet dat Martin een toespraak voor me houdt.'
'Vraag Josh dan. Hij is nu een grote jongen.'
'Je weet hoe verlegen hij is.'
Josh logeerde een paar dagen in Santa Fe bij zijn vader. Sarah beloofde dat ze het hem zou vragen zodra hij terug was.
Sinds hij die lente afgestudeerd was, had Josh hen allemaal verbaasd. Zomaar ineens had hij gezegd dat hij advocaat wilde worden. Hij had zijn haar kort laten knippen, een pak gekocht en de hele zomer stage gelopen bij Alan Hersh. Hij kwam regelmatig opgewonden thuis en praatte dan honderduit over zaken, cliënten en ingewikkelde rechtskwesties die Sarah niet begreep, al deed ze alsof. Binnenkort zou hij tegen betaling ondersteunend juridisch werk gaan doen. Intussen verdiende hij in de weekends wat bij door Jeffrey in de boekwinkel te helpen. Het was heel leuk en verrassend om te zien dat hij zo bevlogen was. Sarah vroeg zich soms af of het haar ontgaan was dat er een ruimteschip in de tuin was geland.
Benjamin zei hetzelfde. De laatste tijd hadden ze elkaar wat vaker gesproken. In plaats van altijd Josh' mobiele nummer te bellen, belde hij hem nu vaak thuis, op het vaste nummer, en Sarah nam dan meestal op. Hij leek minder voor haar op zijn hoede te zijn, waarschijnlijk omdat ze nu aardiger tegen hem was. Dat ze zich allebei over Josh' metamorfose verbaasden en hem erom bewonderden, had hen nader tot elkaar gebracht.
'Wat hebben we verkeerd gedaan?' had hij een paar avonden geleden gevraagd toen hij belde om te vragen hoe laat Josh' vlucht zou aankomen.
'Hoe bedoel je?'
ik had nooit verwacht dat mijn zoon advocaat zou worden.'
'Dat weet ik. Misschien hadden we zijn marihuanagebruik meer moeren steunen.'
ik denk niet dat hij wat dat betreft veel gemist heeft.'
Een belangrijkere reden dat ze zich nu meer bij elkaar op hun gemak voelden, was Sarahs brief. Die had ze met Kerstmis geschreven om zich te verontschuldigen voor haar opmerking dat het Benjamins schuld was dat Abbie was omgekomen. Ze had dat gezegd op een moment dat ze gek was van verdriet en wanhoop, had ze geschreven. Hij had haar een kaart gestuurd, een serene foto van lucht en oceaan. Er stond alleen op: Dank je. Liefs, Benjamin.
Het hielp natuurlijk ook dat hij nu van Charlie Riggs wist. Sarah en Charlie waren in juni een week op vakantie gegaan. Ze waren naar Colorado gereden en hadden in een fantastisch hotel in de bergen gelogeerd. Ze hadden samen paard gereden door hoge weiden vol bloemen en gewandeld over een pad door de Continental Divide, naar een bron waaruit de ene stroom naar het oosten en de andere naar het westen liep. En ze waren eindelijk minnaars geworden. Sarah was heel erg op hem gesteld. Hoe serieus het zou worden, wist ze niet, en ze forceerden het geen van beiden. Ze had hem gevraagd om voor het feest over te komen, en nadat hij haar aan de tand had gevoeld om uit te vinden of ze hem er wel echt bij wilde hebben, had hij gezegd dat hij zou komen.
Om redenen die Sarah niet kon peilen, leek Josh liever dan zij re willen dat het wat zou worden tussen hen, hoewel hij Charlie nog nooit had ontmoet. Misschien kwam het doordat dan de last om voor zijn arme, eenzame oude moeder te moeten zorgen wat verlicht zou worden. Ze herinnerde hem eraan dat hij vroeger altijd zei dat langeafstandsrelaties waardeloos waren. Hij antwoordde dat ze dan maar beter naar Montana kon verhuizen, en Sarah had gelachen alsof ze dat niet al overwogen had.
Leo had het nu al twintig minuten over Iris en hoewel sommige van de verhalen grappig waren (vooral dat over die keer dat ze hem in het bijzijn van al zijn vrienden van de golfbaan had gesleurd) was het nu welletjes. Josh zag dat de mensen elkaar al blikken begonnen toe te werpen. Maar het gaf hem een goed excuus om het kort te houden. Freddie, die boven hem met Summer en Nikki op de balustrade van de tussenverdieping leunde, had het feest al uitgeroepen tot het beste feest voor oudjes dat hij ooit had meegemaakt. Het eten was fantastisch, zei hij, en zelfs de band was niet slecht.
Toen Leo aan zijn achttiende anekdote begon, nam Josh zijn aantekeningen nog een keer door. Hij dacht dat hij het allemaal wel op een rijtje had. Het was verbazend hoe goed zijn geheugen was sinds hij was gestopt met blowen. Hij keek de zaal rond om zijn moeder te zoeken en zag haar bij Martin en Beth Ingram en Charlie Riggs staan. Ze droeg een zwartzijden jurk die haar schouders bloot liet en zag er echt prachtig uit. Charlie en zij waren de hele avond nauwelijks van elkaars zijde geweken. Het was fijn om haar zo gelukkig te zien.
Toen ze hen aan elkaar had voorgesteld, hadden Charlie en Josh elkaar natuurlijk de hand geschud alsof ze elkaar nog nooit ontmoet hadden.
'Je moeder heeft me veel over je verteld,' zei Charlie.
'Mij ook over u.'
'Hoe gaat het met je?'
'Goed. Dank u.'
In de tien maanden nadat ze op de brug gewandeld hadden, had Charlie hem minstens tien keer gebeld om te vragen hoe het met hem ging. Hij maakte er nooit veel ophef over en had altijd een mop of een grappig verhaal te vertellen. Hij had voor het laatst gebeld in juni, vlak voordat hij met Josh' moeder in Colorado op vakantie was gegaan. Charlie had hem duidelijk iets belangrijks te vragen gehad, maar leek het niet goed onder woorden te kunnen brengen. Toen realiseerde Josh zich dat Charlie hem eigenlijk om zijn zegen vroeg, en die gaf hij hem prompt. Wat een mooi stel, dacht Josh toen hij hen aan de andere kant van de zaal naar Leo's toespraak zag luisteren. Hij hoopte met heel zijn hart dat het goed zou gaan tussen hen. Zijn moeder moest zijn blik gevoeld hebben, want ze keek glimlachend naar hem en trok discreet een gezicht om aan te geven dat het tijd werd dat iemand voor Leo op de gong sloeg. Gelukkig bleek dat niet nodig te zijn.
'Dames en heren, hoewel ik nog de hele avond door zou kunnen gaan...' (er werd hier en daar alsjeblieft, nee, spaar ons geroepen) 'ga ik het stokje doorgeven aan die knappe jongeman daar die jullie allemaal kennen - en als dat niet zo is, kunnen jullie rustig van me aannemen dat daar binnenkort verandering in zal komen - Joshua Cooper!'
Iedereen applaudisseerde en juichte, en Josh stapte naar voren en liep de zaal door. Leo overhandigde hem de microfoon en Iris kuste hem op de wang.
'Je ziet er fantastisch uit,' fluisterde ze. 'Laat ze een poepie ruiken, jongen.'
Toen werd alles stil en Josh voelde de zenuwen even door zijn lijf gieren. Hij keek naar zijn aantekeningen, haalde diep adem en schraapte zijn keel. De microfoon maakte een krakend geluid en werd toen stil.
'Bedankt, Leo. Ik heb niet veel grappen te vertellen over mijn moeder, want het was een serieuze zaak om bij haar op te groeien.'
Er werd hier en daar een beetje gelachen, maar niet zo veel als hij gehoopt had.
ik zou jullie kunnen vertellen dat ik haar eerste druk van Tender is the Night helemaal ondergekotst heb, maar ik was toen pas twee en ik herinner het me niet echt meer.'
Nu lachten ze wel. Dat begon erop te lijken.
'Of ik zou jullie kunnen vertellen over de dag dat ze de autosleutels in de put voor de K-Mart had laten vallen en de brandweer de weg open moest boren en we allemaal in een brandweerauto naar huis werden gebracht.'
Een luid gelach.
'Eigenlijk was dat de mooiste dag van mijn leven.'
Ze brulden nu van het lachen. Dit was helemaal niet zo moeilijk als hij had gedacht. Hij keek op naar de russenverdieping. Nikki grijnsde en wierp hem een kus toe. Josh stopte zijn aantekeningen in zijn zak.
'Eerlijk gezegd was opgroeien bij mijn moeder geen grap, het was gewoon fijn. Elke dag. Ze had de boekwinkel, deed het huishouden en hielp ons met ons huiswerk. Om eerlijk te zijn was het bij mij niet zozeer helpen. Ze maakte het eigenlijk. Ik heb alleen tienen gekregen wanneer mijn moeder mijn huiswerk had gemaakt. Eigenlijk heb ik alles wat ik niet van literatuur weet aan haar te danken. Ze wist alles altijd leuk te maken, ook wanneer het voor haar helemaal niet zo leuk was.'
Hij zweeg en keek haar aan. Ze glimlachte en hij zag dat ze haar best deed om nier te huilen. Hij vroeg zich af of hij het volgende stukje niet moest overslaan, maar hij praatte toch door. Geesten verdwenen niet doordat je ze negeerde.
'En als Abbie hier vanavond zou zijn, zou zij hetzelfde zeggen.'
Je had de stilte met een mes kunnen snijden.
'Ze hield met haar hele hart van mamma, net als ik, want we hebben de beste moeder die een kind zich kan wensen. Ze is mooi en geestig en ongelooflijk wijs en intelligent. En er is geen enkele moeder die een groter hart heeft. Ze stond altijd voor ons klaar. Altijd. En dat is nog steeds zo.'
Jezus, iedereen huilde nu. Hij kon zelf ook wel janken, maar dat zou een beetje een afknapper zijn. Hij was van plan geweest om iets over de andere grote afwezige in de zaal te zeggen: zijn vader. Niets dramatisch, alleen een korte opmerking, maar misschien kon hij beter stoppen nu hij het succes had binnengehaald. Hij keek rond en Julian McFadyen reikte hem discreet een glas champagne aan.
'Laten we allemaal een toast uitbrengen zodra jullie een glas hebben. Op deze twee geweldige, ongelooflijk oude en ongelooflijk lieve vrouwen, Iris en Sarah.'
Iedereen herhaalde de toast en daarna barstte het applaus los in de zaal. Plotseling werd Josh omstuwd, gekust, omhelsd en op de rug geslagen, en bijna vijf minuten lang bestond er niets anders voor hem, tot de drom mensen ten slotte uiteenging en hij zijn moeder zag. De tranen stroomden over haar gezicht en ze spreidde haar armen voor hem. Hij ging naar haar toe, omhelsde haar en hield haar lang in zijn armen.
ik hou van je,' fluisterde ze. ik hou zo veel van je.'
Wat een vreemde wezens zijn mensen eigenlijk, dacht Josh toen hij veel later, moe, maar te opgewonden om te kunnen slapen, in bed lag en Nikki naast hem zachtjes snurkte. Ze konden al die verschillende dingen tegelijk voelen, al die tegenstrijdige emoties. Liefde en haat, vreugde en wanhoop, moed en angst. Het leek alsof we een grote ronddraaiende schijf met alle mogelijke kleuren waren, waarop het licht zich constant dansend verplaatste. Hij stelde zich al die gezichten voor, jong en oud, die huilden en lachten om zijn toespraak. Het leek niet uit te maken hoe oud je was, zeventien of zeventig. De schijf was er altijd en draaide maar door. Misschien was het enige wat er met het verstrijken van de tijd veranderde dat het een beetje gemakkelijker werd om de kleuren te beoordelen en te weten naar welke je keek en wat hij betekende.
Dat hij zo dacht kwam waarschijnlijk alleen maar doordat hij die vervloekte pillen niet meer innam die de dokter hem vorig jaar, na wat er met Abbie was gebeurd, had voorgeschreven. De pillen vlakten de wereld af tot een soort fletse brij waarin alles hetzelfde was. Josh gaf te allen tijde de voorkeur aan de draaiende schijf. Het enige nadeel was dat hij nu niet meer zo goed sliep.
Vroeger dacht hij dat het kwam doordat hij bang was voor wat hij zou gaan dromen. Toen hij klein was had hij een lijst gehad van tien tot twaalf dingen die hij voor her slapengaan opnoemde: heksen, weerwolven, mevrouw O'Reilly (de schoonmaakster op de kleuterschool met het glazen oog en de snor), dat soort dingen. De bedoeling was dat hij niet over hen zou dromen als hij aan hen dacht. Minstens een halfjaar nadat hij die herfst uit Montana was teruggekeerd, zelfs nog nadat Charlie Riggs bij hem was gekomen en hem had verteld dat hij niets zou doen, dat hij met Ty zou praten en dat her hun geheim zou zijn, had Josh zich elke avond Rolf bewust voor de geest gehaald die schokkend en bloedend in de sneeuw lag of langzaam uit het meer verrees, zijn melaatse gezicht half weggevreten door vissen.
Misschien omdat de beelden die hij opzettelijk opriep zo levendig waren, was de droom nooit gekomen en hij nam niet langer de moeite om dit ritueel 's avonds uit te voeren. Charlie had zich er zorgen over gemaakt dat de last van het geheim te zwaar voor hem zou zijn, maar dat was niet zo. Het was compensatie genoeg dat hij zag dat zijn ouders in hun gescheiden levens allebei weer gelukkig waren.
Hij werd nu slaperig. Hij overwoog Nikki wakker te maken zodat ze terug kon gaan naar de logeerkamer, maar dat leek hem te hardvochtig en hij vond het prettig om haar naast zich te hebben. Zijn moeder deed tegenwoordig trouwens niet moeilijk over dit soort dingen en ze zou niet in verlegenheid raken als ze het ontdekte. Hij sloot zijn ogen en terwijl de schijf van het leven nog in zijn hoofd ronddraaide, maar nu langzamer en stilletjes in de verte verdwijnend, viel hij eindelijk in een droomloze slaap.
Ben had de route met zijn ogen dicht kunnen rijden, maar in de zes jaar die voorbijgegaan waren sinds hij hier had gewoond, waren er al dingen veranderd. Er waren nieuwe winkels in de winkelcentra gekomen, er stond een groot nieuw kantoorgebouw in Jackson Street, er waren mooie nieuwe hekken om de middelbare school gezet en ze hadden op het trottoir om het park heen een rij kersenbomen geplant. De bomen waren stevig gestut en van onderen met wit plastic omwikkeld om ze tegen de herten te beschermen.
Nu zag hij het huis dat hij al die jaren geleden had gebouwd. Het verrees tussen de esdoorns die ze geplant hadden, waarvan de bladeren al begonnen te verkleuren. De kornoelje langs de oprit was doorgeschoten en zag er een beetje verpieterd uit. Misschien hadden ze daar een magnolia moeten neerzetten. Het was geen slecht huis, hoewel hij het nu anders zou bouwen. Hij zag Sarah voor het raam staan en toen hij de kleine Honda had geparkeerd die hij op het vliegveld had gehuurd, kwam ze naar buiten. Hij stapte uit en liep naar haar toe.
Ze zag er prachtig uit. Ze droeg een blauwe linnen rok en een kasjmieren trui met een V-hals. Ze had een bos witte lelies in haar hand. Ben had dezelfde bloemen uitgekozen. Ze lagen op de achterbank van de auto.
'Je ziet er mooi uit,' zei hij.
'Jij ook.'
Ze legde een hand op zijn arm en kuste hem op de wang. Hij merkte dat ze een ander parfum op had dan dat wat hij met de kerst altijd voor haar had gekocht.
'Helemaal klaar?' vroeg hij.
'Ja.'
Hij opende het portier aan de passagierskant voor haar, maar ze bleef nog even staan en keek met gefronst voorhoofd naar de kornoelje.
'Die vervloekte boom,' zei ze. 'Hij moet weg. Ik was van plan om er een magnolia neer te zetten. Wat vind jij?'
Ben knikte peinzend.
'Ja, dat lijkt me wel wat.'
'Maar het duurt wel erg lang voor ze een beetje gegroeid zijn.'
Ze stapte in en sloot het portier.
De begraafplaats was aan de andere kant van de stad, maar het ochtendverkeer was nog niet druk en het zonlicht was van het soort dat zelfs de armoedigere straten van Syosset er relaxed en kalm deed uitzien.
'Ik heb gehoord dat Josh het fantastisch heeft gedaan op het feest.'
'Ze aten uit zijn hand. Als hij zo goed is in de rechtszaal, wordt hij een verdomd goeie advocaat, neem dat maar van me aan.'
Josh had de laatste dag van september uitgekozen als de datum waarop Abbie officieel herdacht zou worden. Het was de dag van de zware sneeuwval twee jaar geleden in Montana en het leek hun allemaal een passender gedenkdag dan de willekeurige datum van haar begrafenis. Die ellendige dag die ze allemaal liever zouden vergeten, al zouden ze dat nooit kunnen.
De fotografen en filmploegen hadden toen allemaal op het parkeerterrein in de regen staan wachten en ze hadden elkaar verdrongen en vragen geroepen toen Ben met Sarah naar de wachtende zwarte auto liep. Haar gezicht onder de voile was nat en witter dan dat van hun begraven kind geweest.
Het parkeerterrein was nu bijna leeg. Ze lieten de auto staan en liepen met hun boeketten lelies door de poort, langs de geüniformeerde portier, die glimlachte en hun met een vriendelijk knikje liet weten dat ze door konden lopen. De sproeiers op het volmaakte groene gras zoemden, wierpen regenbogen in het zonlicht en lieten ovale vlekken achter op het pad dat het heuveltje op liep naar Abbies graf.
'Hoe is het met Eve?'
Ben vroeg zich af of hij her goed gehoord had. Het was de eerste keer dat ze het vroeg.
'Goed.'
'Gaan jullie trouwen?'
ik weet het niet. Misschien. Het is niet iets waar we veel over praten.'
'Maar jullie praten er wel over?'
'Wat is dit?'
Ze lachte en haalde haar schouders op.
'Het is prima. Ik heb er geen bezwaar tegen.'
ik ben blij dat je dat zegt.'
'Graag gedaan.'
Ze liepen een poosje zwijgend door. Een jonge tuinier snoeide de rozen en zei glimlachend goedemorgen toen ze langskwamen.
'God, wat maakt hij er een zooitje van,' fluisterde Sarah. 'Leren ze tegenwoordig niet meer hoe ze moeten snoeien?'
Ben lachte.
'Hoe gaat her met jou en de sheriff?'
Ze keek hem aan.
'Hij is aardig. Het is allemaal nog pril.'
ik ben blij voor je.'
Ze gaf hem een arm en ze zeiden niets meer tot ze bij het graf kwamen. Josh was er al geweest voordat hij naar zijn werk ging. Zijn roze rozen stonden tegen de eenvoudige granieten grafsteen. Ze legden de lelies naast elkaar neer en bleven er, nog steeds arm in arm, zwijgend op neer staan kijken.
'Josh heeft het je verteld, hè?' zei ze zacht.
'Over het telefoontje? Ja.'
Twee avonden geleden had hij Ben in Santa Fe gebeld. I lij zei dat hij iets belangrijks te vertellen had dat hij lang voor zich had gehouden, uit angst dat ze erdoor van streek zouden raken. Hij had het zijn moeder net verteld en wilde het hem nu vertellen. Het ging over Abbie. Voor ze stierf, zei Josh, had ze hem nog gebeld om te zeggen dat ze bij Rolf weggelopen was en dat zichzelf wilde aangeven. Ze wilde tegen hen allemaal zeggen dat ze heel veel spijt had van wat ze had gedaan. En vooral tegen Ben, omdat ze zo wreed tegen hem was geweest.
ik vraag me af of hij het niet verzonnen heeft zodat we ons beter zullen voelen,' zei Sarah.
ik weet het niet. Ik denk het niet.'
Hij legde een arm om Sarahs schouders en zij sloeg de hare om zijn middel en drukte hem even tegen zich aan.
'Zie je wat daar staat?' vroeg ze.
Ben zette zijn bril op en knielde naast Josh' bosje rozen neer.
Er zat een kaartje aan waarop simpelweg Vrede stond.