***

Haar vader was nu al tien minuten op dat vervloekte loopapparaat bezig en Sarah dacht niet dat ze het nog veel langer kon verdragen, hoe lang hijzelf ook van plan mocht zijn om door te gaan. Zijn blik was strak op zijn spiegelbeeld in de spiegel aan de muur voor zich gericht. Waarom hij dat deed, snapte ze niet, want het was nu niet bepaald een prettige aanblik. Het zweet gutste van zijn lichaam en het vet op zijn borst onder het doorweekte T-shirt deinde bij elke pas terwijl hij zijn wangen naar binnen zoog en bol blies als een chagrijnige kogelvis.
Het was haar eigen schuld. Ze had om deze tijd niet naar beneden moeten gaan. Zijn ochtendtraining was heilig en zijn zondagochtendtraining, waaraan hij nu bezig was, helemaal. Hij had al twee keer nee gezegd, gisteravond toen ze aankwam en vanochtend weer. Maar voordat ze naar huis ging, wilde ze het nog één keer proberen.
'Pa, kun je niet gewoon...'
'Ik heb je al gezegd dat het uitgesloten is, Sarah.'
'Luister alstublieft nu even naar me.'
ik heb al geluisterd en ik weet wat je wilt zeggen. Het antwoord blijft nee.'
'Hou op!'
Als ze erover nagedacht had, zou ze het niet gedurfd hebben, maar op het moment dat ze schreeuwde, sloeg ze op de uitknop van het apparaat, zodat haar vader naar voren schoot en zich aan de leuningen moest vastgrijpen om te voorkomen dat hij zou vallen.
'Wat mankeert jou in godsnaam?'
'Verdomme, pa, ik heb je aandacht nodig!'
Zo sprak ze niet tegen haar vader en ze verontschuldigde zich bijna, maar het leek, althans even, het gewenste resultaat te hebben.
'We hebben dit al tien keer besproken, Sarah.'
in godsnaam, ze is je kleindochter!'
Hij stapte van het apparaat en griste een handdoek van de stoel.
'Het is niet alleen Abbie,' zei hij terwijl hij zich droogwreef. 'Jullie zijn allemaal gek geworden. Hoe vaak moet ik het nog zeggen? Wat je vraagt is illegaal, Sarah. Illegaal.'
'Sinds wanneer trek je je daar wat van aan?'
'Pardon?'
'O, kom op, pa. Hou nou toch op. Je wilt toch niet beweren dar je altijd alles volgens de regels hebt gedaan? Hoe zat het dan met al die schimmige deals in obligaties en die reisjes naar de Cayman- eilanden? Ik ben niet achterlijk.'
'Hoe durf je?'
Hij pakte zijn kamerjas en liep naar de trap naar de keuken. Ze was zelf nog meer geschokt door wat ze net had gezegd dan hij. Het leek alsof ze plotseling was veranderd in een beschermend moeder- dier, maar nu dat toch was gebeurd, was ze niet meer van plan te stoppen. Ze volgde hem de trap op en de keuken in. Haar moeder zat aan de ontbijtbar en deed of ze de krant las, maar uit haar opgetrokken wenkbrauwen en de sierlijke manier waarop ze haar glas schuin hield terwijl ze van haar sinaasappelsap nipte, leidde Sarah af dat ze gehoord had wat er in de sportruimte was gezegd. Dit was nieuw voor haar moeder en ze was geïnteresseerd. Haar vader stond bij de koelkast en schonk een glas water voor zichzelf in.
'Zeg nou iets, pa.'
ik heb alles gezegd wat ik te zeggen heb. En jij hebt meer dan genoeg gezegd.'
ik had ook kunnen zeggen dat het voor mezelf was.'
'Dat had je dan misschien moeten doen. Waar heeft ze het voor nodig? Om bommen te maken? Om nog meer mensen te kunnen vermoorden?' 'Je weet dat Abbie dat nooit zou doen. Wat er is gebeurd, was een ongeluk.'
'Dan moet ze zich aangeven en de waarheid vertellen.'
'Misschien doet ze dat wel als we een vorm van contact met haar tot stand kunnen brengen.'
Hij dronk zijn glas leeg en schonk het bij. Hij weigerde haar aan te kijken.
'Pa?'
'Wat?'
'Als ik daar nu doodsbang en uitgehongerd ronddoolde...' Ze beet op de binnenkant van haar lip. Verdomme, ze zou niet gaan huilen. 'Zou je het dan voor mij wel doen?'
Haar moeder, die nog steeds deed alsof ze de krant las, mompelde iets. Sarahs vader draaide zich om en keek haar boos aan.
'Wat zei je?'
'Ik zei dat je dat natuurlijk zou doen.'
Hij dronk zijn glas leeg, zette het met een klap op het aanrechtblad en bette zijn nek en gezicht weer met de handdoek.
ik zal je tienduizend dollar geven.'
'Vijftien.'
'Goed dan, vijftien. Maar dat is alles. Ik wil er niets meer over horen. Het is voor jou en wat je ermee doet, moer je helemaal zelf weten.'
Sarah ging naar hem toe en sloeg haar armen om hem heen.
'Dank je, pa.'
ik lijk wel gek.'
Sarah had verwacht dat het hem een paar dagen zou kosten om aan het geld te komen, maar nadat hij gedoucht en zich aangekleed had, ging hij stilletjes naar zijn kluis in de studeerkamer en binnen een uur reed ze naar huis met het geld in bundeltjes in een gele plastic tas in de kofferbak.
Ze had inmiddels de gewoonte aangenomen om voortdurend in de binnenspiegel te kijken of ze gevolgd werd, en niet één keer had ze iets gezien wat ook maar in de verste verte verdacht was. Maar vandaag was iedereen verdacht. En ze maakte zich niet alleen zorgen over de politie, maar ook over rovers. Iedere voetganger die bij de stoplichten wachtte, was plotseling een potentiële straatrover of autodief. Het was precies zoals Josh had gezegd dat het voor hem
was geweest toen hij op weg was om Abbie te ontmoeten.
Sarah wist dat er iets ernstigs was gebeurd zodra de jongen gistermiddag binnen was gekomen na zijn mysterieuze - en volkomen ongeloofwaardige - uitstapje naar de stad 'om te gaan winkelen'. Hij was met haar op de bank in de huiskamer gaan zitten en had haar verteld wat er gebeurd was. Zodra Sarah het gevoel had dat ze zo veel mogelijk uit hem had gekregen (want hij was een slechte leugenaar en ze wist zeker dat hij nog dingen achterhield) had ze een weekendtas ingepakt en was ze regelrecht naar Bedford gereden. Ze had gewild dat Josh meeging, omdat ze dacht dat een ooggetuigenverslag van zijn ontmoeting met Abbie haar vader misschien zou kunnen overhalen, maar Josh weigerde dat met het zwakke excuus dat hij had beloofd om bij Freddie langs te gaan. De arme jongen was duidelijk nog steeds in de war omdat hij zijn zus gezien had, dus had Sarah niet aangedrongen, al wenste ze, nu ze op weg naar huis was en belaagd werd door denkbeeldige politieagenten en autodieven, dat ze dat wel had gedaan.
Pas toen bedacht ze dat ze Benjamin moest vertellen dat Josh Abbie gesproken had. Hij had het recht om het te weten, hoewel het vooruitzicht om hem te bellen haar niet erg aantrok. De laatste keer dat ze elkaar hadden gesproken was min of meer rampzalig geweest. Na die nacht voor de persconferentie toen ze gevreeën hadden, was ze zo dom geweest om zichzelf wijs te maken dat de zaken op de een of andere manier zouden veranderen. Dat zijn geschoktheid door wat er met Abbie was gebeurd zijn waanzin zou verdrijven en dat hij terug zou komen. Hij hield van haar; ze wist dat hij van haar hield. Dat was die nacht duidelijk gebleken. Mannen konden die dingen niet veinzen.
Maar na een paar dagen was hij weer vertrokken. Terug naar Santa Fe. Toen de weken en daarna de maanden verstreken, wist ze dat ze zich illusies had gemaakt. Er was niets veranderd, behalve dat haar eenzaamheid en verdriet op de een of andere manier onmetelijk veel groter leken. En ze voelde zich zo stom, zo vervloekt stom dat ze het die nacht had laten gebeuren. Hoe kon hij zo teder, zo berouwvol met haar vrijen als hij het niet meende, als hij absoluut niet van plan was om terug te komen. Hoe kón hij?
Maar als ze zich toen stom had gevoeld, dan was dat nog niets vergeleken met hoe stom ze zich had gevoeld door wat ze had gedaan toen ze na een week bij Iris Pittsburgh terugkwam in een leeg huis. Het weer was plotseling winters geworden en de verwarmingsketel had de geest gegeven, zodat ze geen verwarming en geen warm water had. Josh was de hort op en het leek wel of iedereen die ze belde dat ook was: Martin en Beth, Jeffrey en zijn vriend Brian. Ze trok twee truien en een jas aan, stak de haard in de huiskamer aan en dronk een hele fles chianti leeg. Daarna trok ze er nog een open en deed iets waarvan ze had gezworen dat ze het nooit meer zou doen: dronken opbellen.
Benjamin nam op, met volle mond. Kennelijk had hij een gezellig etentje a deux bij kaarslicht met de Katalysator. Sarah ging direct als een feeks tegen hem tekeer. Ze beschuldigde hem van alles wat ze kon bedenken, zelfs van dingen waarvan ze wist dat hij ze niet gedaan had en nooit zou doen. Ze zei dat hij nooit van haar had gehouden, dat hij van geen van allen ooit had gehouden en dat hij zich altijd alleen maar bekommerd had om zijn werk en zijn vervloekte ego. Dat hij haar leven verwoest had, dat hij al die kostbare jaren van haar had gestolen waarin ze zo veel betere, waardevollere dingen had kunnen doen. Ze had een echte, bevredigende carrière kunnen opbouwen in plaats van al die offers te brengen die nu verspilde moeite bleken te zijn.
Ze hoorde aan de achtergrondgeluiden dat hij naar een andere kamer was gegaan om alleen te zijn, zodat hij de Katalysator niet in verlegenheid zou brengen. Na een tijdje werden zijn pogingen om er een woord tussen te krijgen assertiever.
'Sarah, luister. Luister nu eens even, alsjeblieft. Ik ga ophangen.'
'Ja, doe dat maar. Ga die trut maar neuken, zoals je mij die nacht hebt geneukt. Voor mijn part neuk je je dood.'
Het moest voor al die telefoonafrappers van de FBI een hele schok zijn geweest tijdens hun eindeloze spelletjes poker of wat ze ook deden om de tijd te doden.
Ze hoopte dat de herinnering aan wat ze had gezegd door de kater zou vervagen, maar dat gebeurde niet. Hoewel ze had geprobeerd de moed te vergaren om hem te bellen om zich te verontschuldigen, had ze het niet gekund. Maar nu ze iets van Abbie hadden gehoord, nu Josh haar daadwerkelijk had gezien, was er geen excuus meer. Op de een of andere manier moest ze het Benjamin laten weten zonder argwaan te wekken bij de FBI. Toen ze die middag het geld in de wasmachine had gestopt (het leek haar wel toepasselijk en, bij gebrek aan een kluis, een redelijk veilige plek) gaf ze Josh een knipoog en vroeg hem mee de tuin in te gaan om het een en ander te planten. Ze wist niet of de FBI behalve de telefoons ook de gesprekken in het huis zelf afluisterde. Ze hadden er in elk geval ruimschoots de gelegenheid voor gehad. Er waren de afgelopen maanden zo veel agenten in huis geweest die Abbies spullen doorzochten en talloze vragen over haar stelden zodat ze een 'profiel' van haar konden maken dat de kans groot was dat ze iets geplaatst hadden. Tot nu toe was er niets gezegd wat de moeite van het afluisteren waard was, maar nu dat wel ging gebeuren, nam Sarah geen risico.
Josh wist niets van haar scheldtelefoontje, dus vertelde ze hem erover, al bespaarde ze hem de onverkwikkelijke details. Het was verbazingwekkend hoe volwassen hij was geworden sinds zijn vader was weggegaan. Abbie was altijd degene geweest met wie Sarah belangrijke emotionele zaken had besproken, maar Josh had zich een even goede luisteraar getoond en hij gaf verstandigere, zij het spaarzamere adviezen. Voordat Sarah er zelfs maar aan dacht om het voor te stellen, zei Josh dat hij Benjamin wel zou bellen.
Hij had het allemaal al uitgedacht. Om de afluisteraars niet te alarmeren, zou hij tegen zijn vader zeggen dat er nog van alles te regelen viel in verband met zijn inschrijving aan de Universiteit van New York. Er moesten formulieren ingevuld worden en zo. Tussen neus en lippen door zou hij dan zeggen dat Sarah zich schaamde over hun laatste telefoongesprek en voorstellen om met zijn drieën ergens te gaan eten wanneer hij in New York was. Sarah vond het een goed plan.
Ze gingen naar binnen en Josh rende de trap op naar zijn kamer om te bellen, terwijl Sarah zich probeerde te concentreren op het bereiden van het avondeten. Binnen vijf minuten was hij weer beneden. Het was allemaal geregeld, zei hij. Benjamin zou vrijdag overvliegen en ze zouden ergens gaan eten. Ze moest de groeten van hem hebben.
Josh wilde niet zeggen hoe hij wist welk nummer Sarah moest bellen. Hij zei dat hij Abbie had beloofd dat hij het aan niemand zou vertellen en dat het zo veiliger was. Toen hij de vorige middag uit school thuiskwam, had hij Sarah een vel papier gegeven waar her nummer op stond, met het kerngetal van New Jersey, en het was waarschijnlijk van een munttelefoon in een winkelcentrum of een benzinestation, zei hij.
De hele week had Sarah haar hersens gepijnigd om de beste plek te bedenken waarvandaan ze kon bellen, en ten slotte had ze gekozen voor Roberto's, een restaurant waar zij en Benjamin vaak hadden gegeten. Achterin, voorbij de toiletten, waren twee telefooncellen en er was altijd veel lawaai uit de keuken dat een gesprek maskeerde. Bovendien was het maar een paar straten van de boekwinkel verwijderd. Dus donderdagmiddag om kwart over twaalf zei ze, alsof het een opwelling was, tegen Jeffrey dat ze hem op een lunch zou trakteren.
Het was er niet druk, maar toen het tegen enen liep, werd het er geleidelijk voller. Ze aten hun Caesarsalades en kletsten over de winkel en daarna vertelde Jeffrey haar over een Franse film die hij met Brian in het Angelika Center had gezien. Sarah deed haar best om geïnteresseerd re lijken, hoewel ze zich elke keer dar er iemand naar het toilet ging alleen maar afvroeg wat ze zou doen als beide telefoons in gebruik waren wanneer ze om één uur naar achteren ging. Ze keek op haar horloge. Nog vier minuten.
is alles goed met je?'
'Sorry?'
Jeffrey keek haar met gefronste wenkbrauwen aan.
'Je lijkt een beetje afwezig.'
'Nee hoor, er is niets aan de hand. Sorry, Jeffrey, ik herinner me net dat ik Alan Hersh vanochtend had moeten bellen. Het schijnt nogal belangrijk te zijn en ik ben het helemaal vergeten. Wil je me even excuseren?'
'Natuurlijk.'
Ze pakte haar tas en liep tussen de tafels door naar het achterste gedeelte van het restaurant. Iedereen leek haar plotseling aan te staren en ze voelde zich als Al Pacino in The Godfather als hij op weg is naar het toilet om de revolver te pakken. Allebei de telefoons waren vrij. Ze koos het toestel dat het verst van de toiletten vandaan was. Het was twee minuten voor één. Ze zette haar tas op de roestvrijstalen plank, haalde een boterhamzakje met kwartjes en het velletje papier dat ze van Josh had gekregen te voorschijn.
Toen de grote wijzer van haar horloge naar het uur tikte pakte ze, snel en oppervlakkig ademend en met handen die zo beefden dat ze de munten bijna liet vallen, de hoorn van de haak, gooide geld in de gleuf en draaide het nummer.
'Hallo?'
Sarah zoog haar adem in en slikte. Een ogenblik kon ze geen woord uitbrengen. Het werd haar bijna te machtig dat ze na al die maanden de stem van haar dochter hoorde.
'Mam?'
'Hallo, lieverd.'
'O, mam.'
Uit de stamelende manier waarop ze het met een klein stemmetje zei, leidde Sarah af dat zij niet de enige was die tegen haar tranen vocht. Plotseling wist ze niet wat ze moest zeggen. Er was te veel en tegelijkertijd te weinig.
'Hoe is het met je, kind?'
'Prima. En met jou?'
'Ook prima.' Er viel een secondelange stilte. Sarah hoorde muziek op de achtergrond en daarna geclaxonneer. Ze wilde graag vragen waar Abbie was, maar ze wist dat ze dat niet moest doen.
'Het spijt me heel erg, mam.'
'O, schat.'
'Luister, we hebben maar weinig tijd...'
'O, lieverd, kom alsjeblieft naar huis...'
'Mam...'
iedereen zal het begrijpen als je gewoon vertelt wat er is gebeurd...'
'Niet doen! Ik heb tegen Josh gezegd dat je dit niet mag doen!'
'Sorry, sorry.'
Er viel weer een lange stilte.
'Heb je het geld?'
'Abbie, liefje...'
'Heb je het?'
'Ja.'
'Mooi. Luister dan nu heel goed. Ik ga je vertellen wat je moet doen. Het is belangrijk dat je precies doet wat ik je zeg. Heb je een pen?'Er kwam nu een man de gang in. Sarah keerde hem haar rug toe, veegde haar tranen af en pakte haar tas. Ze nam aan dat hij naar het toilet ging, maar dat was niet zo. Hij ging de andere telefoon gebruiken.
'Mam?'
'Ja, wacht even.'
Ze haalde een pen uit haar tasje, maar haar handen trilden zo dat ze het van de plank stootte en de hele inhoud op de grond terechtkwam.
'Verdomme!'
De beller, een aardig ogende jonge vent in een bruin sportjasje, hurkte neer en hielp haar om alles op te rapen. Hij keek haar recht aan, misschien iets te nadrukkelijk, en glimlachte. Zou hij...? Ze bedankte hem, stond op en pakte de hoorn weer op.
'Sorry,' zei ze. Ze probeerde een monterheid in haar stem te leggen die ze zelf al half debiel vond klinken, ik liet mijn tas vallen.'
Sarah werd op haar schouder getikt en schrok daar zo van dar ze bijna een kreet slaakte. De man hield haar lippenstift omhoog. Ze glimlachte, pakte de lippenstift aan en bedankte hem.
is er iemand bij je?' vroeg Abbie bezorgd.
'Het is oké.'
'Wie is het?'
'Maak je geen zorgen, alles is onder controle.'
Ze wist dat ze haar stem nu luchtig en opgewekt moest laten klinken. Gewoon voor alle zekerheid. De man was waarschijnlijk geen FBI-agent. Zo zouden ze zich niet gedragen, zo weinig subtiel. Of wel? Ze merkte dat Abbie op het punt stond om op te hangen, maar ze deed het niet. Ze vroeg of Sarah er klaar voor was en begon toen haar instructies re dicteren.
Toen Sarah bij haar tafeltje terugkwam, zei Jeffrey dat hij net wilde gaan kijken of er soms iets gebeurd was. Hij had zijn pasta bijna op en had gevraagd of ze de hare mee wilden nemen om warm te houden. De ober had gezien dat ze terugkwam en bracht de pasta direct weer naar hun tafel. Ze had nog nooit in haar leven minder trek gehad. Jeffrey vroeg of alles goed met haar was en ze zei: ja, bedankt. Alles was in orde.