HOOFDSTUK 50
‘T
oen ze het staal zag flitsen in het maanlicht, dook Verna weg achter een stenen bank. De geluiden van een veldslag rolden vanaf het lager gelegen paleisterrein over de grasvelden naar haar toe.Enkele anderen hadden haar verteld dat de soldaten met de karmozijnrode capes kort geleden waren aangekomen en zich bij de Imperiale Orde hadden aangesloten, maar nu leken ze bezig iedereen uit te moorden die zich vertoonde.Twee mannen in die karmozijnrode capes kwamen uit het donker aanrennen. Van de andere kant, waar ze het staal had zien flitsen, sprong iemand naar voren en stak hen in een oogwenk neer.`Het zijn twee Bloedbroeders,' fluisterde de stem van een vrouw. De stem klonk bekend. 'Kom mee, Adie.'Er verscheen nog een magere gestalte uit de schaduwen. De vrouw had een zwaard gebruikt, en Verna had haar Han om zich mee te verdedigen. Ze nam het risico en stond op.Wie is daar? Laat jezelf zien.'Het maanlicht weerkaatste in het zwaard toen dat geheven werd. Wie vraagt me dat?'Ze hoopte dat ze niet overmoedig was, maar er waren nog vriendinnen onder de vrouwen hier. Toch hield ze haar dacra stevig vast.`Verna.'De gedaante in ele schaduw zweeg even. 'Verna? Zuster Verna?' `Ja. Wie ben jij?' fluisterde ze terug.`Kahlan Amnell.'`Kahlan! Dat kan niet.' Verna rende het maanlicht in en kwam met een ruk vlak voor de vrouw tot stilstand. 'Goede Schepper, het is waar.' Verna sloeg haar armen om haar heen. '0, Kahlan. Ik was zo bang dat je vermoord was.'`Verna, je weet niet hoe blij ik ben om een vriendelijk gezicht te zien.'Wie heb je bij je?'Een oude vrouw kwam naderbij. 'Het is lang geleden, maar ik herinner me je goed, Zuster Verna.'Verna staarde haar aan en probeerde haar gezicht thuis te brengen. 'Het spijt me, maar ik herken u niet.'`Ik ben Adie. Ik ben hier vijftig jaar geleden een tijdje geweest, toen ik nog jong was.'Verna trok haar wenkbrauwen op. 'Adie! Ik herinner me Adie.'Verna zei niet dat ze zich Adie herinnerde als een tamelijk jonge vrouw. Ze had lang geleden geleerd dat soort dingen niet hardop te zeggen: de mensen uit de buitenwereld hadden een ander tijdsbesef.`Ik denk dat je je mijn naam wel herinnert, maar mijn gezicht niet. Het is lang geleden.' Adie omhelsde Verna warm. 'Ik herinner me jou wel. Jij was aardig voor me toen ik hier was.'Kahlan onderbrak het korte ophalen van herinneringen. 'Verna, wat gebeurt hier allemaal? We zijn hier gebracht door de Bloedbroederschap, en het is ons net gelukt om te ontsnappen. We moeten maken dat we hier wegkomen, maar het lijkt wel of er een veldslag is uitgebroken.' `Het is een lang verhaal, en ik heb nu geen tijd om alles te vertellen. Ik weet zelfs niet zeker of ik alles weet. Maar je hebt gelijk, we moeten er onmiddellijk vandoor. De Zusters van de Duisternis hebben het paleis overgenomen, en keizer Jagang van de Imperiale Orde kan elk ogenblik aankomen. Ik moet de Zusters van het Licht hier weg zien te krijgen. Kom je met ons mee?'Kahlan liet haar blik over de grasvelden dwalen om te zien of er problemen naderden. 'Goed, maar ik moet Ahern gaan halen. Hij is me trouw gebleven; ik kan hem niet achterlaten. Hij zal zijn span paarden en koets willen ophalen, Ahern kennende.'`Er zijn ook nog Zusters van me bezig om iedereen die loyaal is op te halen,' zei Verna. 'We verzamelen ons daar, aan de andere kant van die muur. De wachter die zich aan de andere kant verbergt, naast de poort, is trouw aan Richard, net als alle anderen die de poorten in die muur bewaken. Hij heet Kevin. Je kunt hem vertrouwen. Als je terugkomt, moet je tegen hem zeggen dat je een vriend van Richard bent. Dat is het sein dat hij kent. Hij zal je binnenlaten.'`Trouw aan Richard?'`Ja. Haast je. Ik moet naar binnen om een vriend te bevrijden. Je kunt jouw man niet met zijn koets langs deze weg laten komen; het park rond het paleis wordt een slagveld. Dat redt hij nooit.De stallen zijn aan de noordzijde. Via die kant vertrekken wij ook. Ik heb Zusters van mij op wacht gezet bij het bruggetje daar. Laat hem naar het noorden gaan, naar de eerste boerderij rechts met een stenen muur om de tuin. Dat is onze tweede ontmoetingsplek, en daar is het veilig. Voorlopig, althans '`Ik zal opschieten,' zei Kahlan.Verna pakte haar bij de arm. 'We kunnen niet op je wachten als je niet op tijd terug bent. Ik moet een vriend ophalen, en dan moeten we gaan.' `Ik verwacht niet dat je op me wacht. Maak je geen zorgen, ik moet ook maken dat ik hier wegkom. Ik geloof dat ik het aas ben om Richard hierheen te krijgen.'`Richard!'`Ook een lang verhaal, maar ik moet hier weg zijn voordat ze me kunnen gebruiken om hem hierheen te lokken.'De nacht lichtte plotseling op, als door een geluidloze bliksem, alleen doofde het licht niet meer. Ze draaiden zich alledrie naar het zuidoosten en zagen enorme vuurballen opstijgen in de donkere lucht. Dikke zwarte rookwolken kringelden omhoog. Het leek alsof de hele haven in brand stond. Reusachtige schepen werden de lucht in gesmeten op kolossale zuilen van water.Plotseling schudde de grond, en tegelijkertijd dreunde de lucht van het donderende geluid van explosies in de verte.`Goede geesten,' zei Kahlan. Wat gebeurt er?' Ze keek om zich heen. 'Onze tijd raakt op. Adie, blijf bij de Zusters. Ik hoop dat ik snel terug ben.' `Ik kan de Rada'Han losmaken,' riep Verna nog, maar het was te laat. Kahlan was al weggerend, de schaduwen in.Verna pakte Adie bij de arm. 'Kom mee. Ik breng je naar een paar van de andere Zusters achter de muur. Een van hen zal dat ding van je nek halen terwijl ik naar binnen ga.'Verna's hart bonkte toen ze door de gangen het verblijf van de profeet binnensloop, nadat ze Adie bij de anderen had achtergelaten. Terwijl ze dieper doordrong in de donkere gangen, bereidde ze zich voor op de mogelijkheid dat Warren dood was. Ze wist niet wat ze met hem hadden gedaan, en of ze misschien hadden besloten hem eenvoudigweg te elimineren. Ze dacht niet dat ze het zou kunnen verdragen om zijn dode lichaam te vinden.Nee. Jagang wilde een profeet om hem te helpen met de boeken. Ann had haar, schijnbaar eeuwen geleden, gewaarschuwd dat ze hem hier onmiddellijk weg moest krijgen.De gedachte kwam bij haar op dat Ann misschien had gewild dat ze Warren weghaalde, zodat de Zusters van de Duisternis hem niet konden doden omdat hij te veel wist. Ze zette de akelige gedachten uit haar hoofd terwijl ze de gangen afspeurde naar enig teken dat er misschien een Zuster van de Duisternis het gebouw was binnengeslopen om zich te verschuilen voor de veldslag.Voor de deur van het verblijf van de profeet ademde Verna diep in, en toen ging ze de binnenste gang in, door de lagen van schilden die Nathan bijna duizend jaar lang gevangen hadden gehouden, en dat nu met Warren deden.Ze brak door de binnenste deur naar de schemerige ruimte. Aan de andere kant van de kamer stonden de dubbele deuren naar het kleine tuintje van de profeet open, zodat de warme nachtlucht en een bundel maanlicht binnenkwamen. Op een tafeltje brandde een kaars, maar die verspreidde niet veel licht.Verna's hart bonkte toen ze iemand zag opstaan uit een stoel. `Warren?'`Verna!' Hij rende naar haar toe. 'De Schepper zij dank dat je bent ontsnapt!'Verna raakte gegrepen door wanhoop toen haar hoopvolle verwachtingen en verlangens haar oude angsten aanwakkerden. Ze durfde de grote stap niet te zetten en schudde een vinger naar hem. 'Wat was dat voor dwaasheid, om mij je dacra te sturen! Waarom heb je hem niet gebruikt om jezelf te redden, om te ontsnappen! Het was roekeloos om hem naar mij te sturen. Als er nu eens iets was gebeurd? Jij had hem al, en je hebt hem uit handen gegeven! Hoe kwam je erbij ?'Hij glimlachte. 'Ik ben ook heel blij om jou te zien, Verna.'Verna verborg haar gevoelens achter een barse reactie. 'Geef antwoord op mijn vraag.'`Nou, ten eerste heb ik nog nooit een dacra gebruikt en maakte ik me zorgen dat ik iets verkeerd zou doen, waarmee we onze laatste kans zouden verspelen. Ten tweede heb ik een halsband om mijn nek en als ik die er niet vanaf krijg, kan ik niet door de schilden komen. Ik was bang dat als ik Leoma niet zover kon krijgen hem af te doen, als ze liever zou sterven dan dat te doen, alles voor niets was geweest.Ten derde,' zei hij terwijl hij voorzichtig een stap in haar richting zette, `wilde ik dat als een van ons tweeën de kans zou krijgen te ontsnappen, jij dat was.'Verna staarde hem lang aan terwijl ze een brok in haar keel kreeg. Ze kon zich niet meer inhouden en sloeg haar armen om zijn nek. `Warren, ik hou van je. Ik bedoel, ik hou echt heel veel van je.'Hij omhelsde haar liefdevol. 'Je hebt geen idee hoe lang ik ervan heb gedroomd je die woorden te horen zeggen, Verna. Ik hou ook van jou.' `En mijn rimpels dan?'Hij glimlachte zijn lieve, warme, stralende Warren-glimlach. 'Als jij op een dag rimpels krijgt, zal ik daar ook van houden.'Om hem daarvoor en voor al het andere te bedanken, liet ze zichzelf gaan en kuste hem.Een groepje mannen met karmozijnrode capes kwam de hoek om rennen, vastbesloten hem te doden. Hij sprong tussen hen in en schopte er een tegen zijn knie terwijl hij een tweede met zijn mes in de buik stak. Voordat ze hem met hun zwaarden af konden weren, had hij van een ander de keel doorgesneden en met zijn elleboog een neus gebroken.Richard was witheet, overmand door de donderende razernij van de magie die door hem heen bulderde.Hoewel hij het zwaard niet bij zich had, had hij nog wel de magie: hij was de ware Zoeker van Waarheid en was onverbrekelijk met de magie van het zwaard verbonden. Die stroomde met een dodelijke wraakzucht door hem heen. In de profetieën werd hij fuer grissa ost drauka genoemd, Hoog-D'Haraans voor 'brenger van de dood', en hij bewoog op dit moment als de schaduw van die dood. Hij begreep nu waarom de woorden zo waren neergeschreven.Hij stoof door het groepje mannen van de Bloedbroederschap heen alsof het standbeelden waren, die omver werden geblazen door een vernietigende wind.Even later was alles weer stil.Richard hijgde van woede toen hij over de lichamen gebogen stond, en hij wenste dat het Zusters van de Duisternis waren geweest, in plaats van hun slaafjes. Hij wilde die vijf te pakken krijgen.Ze hadden hem verteld waar Kahlan werd vastgehouden, maar toen hij daar aankwam, was ze weg. Er hing nog rook in de lucht van een gevecht. De kamer was gehavend door iets dat leek op een uitbarsting van magie. Hij had de lichamen gevonden van Brogan, Galtero en een vrouw die hij niet herkende.Als Kahlan daar was geweest, was ze misschien ontsnapt, maar hij was gek van angst dat ze was weggetoverd door de Zusters, dat ze nog steeds een gevangene was, en dat ze haar kwaad zouden doen of, erger nog, aan Jagang zouden geven. Hij moest haar vinden.Hij moest een Zuster van de Duisternis te pakken krijgen, zodat hij haar kon uithoren.Overal op het grondgebied van het paleis woedde een verwarrende veldslag. Richard kreeg de indruk dat de Bloedbroederschap zich tegen iedereen in het paleis had gekeerd. Hij had dode bewakers, dode schoonmakers en dode Zusters gezien.Hij had ook veel doden van de Bloedbroederschap gezien. De Zusters van de Duisternis maaiden hen genadeloos neer. Richard had gezien hoe een groep van bijna honderd man in een oogwenk werd geveld door één Zuster. Hij had ook gezien hoe een meedogenloze groep mannen uit alle richtingen was komen aanrennen en zich op een andere Zuster had gestort. Ze hadden haar verscheurd als een meute honden die een vos te pakken hadden.Toen hij bij de Zuster was aangekomen die de mannen had neergemaaid, was ze verdwenen, en dus was hij op zoek naar een andere. Een van hen zou hem vertellen waar Kahlan was. Ook al moest hij daar alle Zusters van de Duisternis in het paleis voor doden, een van hen zou praten.Twee Bloedbroeders kregen hem in de gaten en kwamen plotseling het pad oprennen. Richard wachtte af. Hun zwaarden ontmoetten enkel lucht. Hij velde hen met zijn mes, bijna zonder erover na te denken, en liep alweer verder voordat de tweede man met zijn gezicht op de grond was neergekomen.Hij wist niet meer hoeveel Bloedbroeders hij had gedood sinds het begin van de strijd. Hij doorstak hen alleen als ze hem aanvielen; hij kon niet alle soldaten die hij zag ontlopen. Als ze op hem afkwamen, was dat hun keuze, niet de zijne. Zij waren niet degenen op wie hij aasde; hij zocht een Zuster.Bij een muur zorgde Richard dat hij in de schaduw van een bosje aromatische, brede toverhazelaars bleef terwijl hij in de richting van een van de overdekte paden liep. Hij drukte zich plat tegen een pilaster in de muur toen hij een gedaante het pad af zag snellen. Toen die naderbij kwam, kon hij aan het golvende haar en de vorm zien dat het een vrouw was.Eindelijk had hij een Zuster.Toen hij naar voren stapte en voor haar stond, zag hij een lemmet in zijn richting flitsen. Hij wist dat elke Zuster een dacra droeg; waarschijnlijk was het dat en geen mes. Hij wist ook hoe dodelijk een dacra was, en hoe geoefend ze waren in het gebruik van het wapen. Hij durfde het risico niet te onderschatten.Richard haalde vliegensvlug uit met zijn been en schopte het wapen uit haar hand. Hij had haar kaak kunnen breken om ervoor te zorgen dat ze niet om hulp kon roepen, maar ze moest wel in staat zijn te praten. Als hij snel genoeg was, zou ze geen alarm kunnen slaan.Hij pakte haar pols, sprong achter haar rug en greep haar andere vuist vast toen ze die omhoogbracht om hem te stompen, en klemde met één hand haar polsen bij elkaar. Hij sloeg zijn arm met de hand die het mes vasthield om haar keel en liet zich met een ruk achterover vallen. Toen hij op zijn rug neerkwam, met haar bovenop zijn borst, sloeg hij zijn benen om de hare heen om te voorkomen dat ze hem zou schoppen. Zo was ze in een oogwenk machteloos.Hij duwde het lemmet tegen haar keel. 'Ik ben in een zéér slecht humeur,' siste hij tussen zijn tanden door. 'Als je me niet vertelt waar de Biechtmoeder is, zul je sterven.'Ze hijgde en snakte naar adem. 'Je staat op het punt haar de keel door te snijden, Richard.'Voor wat wel een eeuwigheid leek, probeerde zijn geest, die haar woorden gefilterd door zijn razernij binnen kreeg, te begrijpen wat ze had gezegd. Het klonk hem als een raadsel in de oren.`Geef je me een kus, of ga je mijn keel doorsnijden?' vroeg ze, nog steeds hijgend.Het was de stem van Kahlan Hij liet haar polsen los. Ze draaide zich om, met haar gezicht maar een paar centimeter van het zijne. Ze was het. Ze was het echt.`Goede geesten, dank u wel,' fluisterde hij voordat hij haar kuste.Zijn razernij bedaarde als een meer in windstilte op een maanverlichte zomeravond. Met een geluksgevoel dat zo groot was dat het pijn deed, hield hij haar tegen zich aan.Zijn vingers gingen zachtjes over haar gezicht, over zijn tot leven gekomen droom. Haar vingers gleden over zijn wang terwijl ze hem aankeek; zij had net zomin als hij woorden nodig. Even stond de wereld stil. `Kahlan; zei hij ten slotte, 'ik weet dat je kwaad op me bent, maar...' `Nou, als ik mijn zwaard niet had gebroken en het met een gevonden mes had moeten doen, had je het niet zo gemakkelijk gehad. Maar ik ben niet kwaad.'`Dat bedoelde ik niet. Ik kan uitleggen...'`Ik weet wat je bedoelde, Richard. Ik ben niet kwaad. Ik vertrouw je. Je hebt wel het een en ander uit te leggen, maar ik ben niet kwaad. Het enige dat je zou kunnen doen om me kwaad te maken, is tijdens de rest van je leven ooit nog verder dan drie meter bij me vandaan gaan.'Richard glimlachte. 'Dan zul je nooit kwaad op me worden.' Zijn glimlach verbleekte toen hij zijn hoofd met een bonk weer op de grond liet zakken. '0, jawel. Je weet niet wat voor problemen ik heb veroorzaakt. Goede geesten, ik heb...'Ze kuste hem weer, teder, zacht en warm. Hij ging met zijn hand door haar lange, dikke haar.Hij hield haar bij haar schouders op armlengte. 'Kahlan, we moeten maken dat we hier wegkomen. Onmiddellijk. We zitten in grote moeilijkheden. Ik zit in grote moeilijkheden.'Kahlan liet zich van hem afrollen en ging zitten. 'Ik weet het. De Orde komt eraan. We moeten opschieten.'`Waar zijn Zedd en Gratch? Laten we ze gaan halen en ervandoor gaan.' Ze keek hem met haar hoofd schuin aan. 'Zedd en Gratch? Zijn die dan niet bij jou?'`Bij mij? Nee. Ik dacht dat ze bij jou waren. Ik heb Gratch naar je toegestuurd met een brief. Goede geesten, vertel me niet dat je die brief niet hebt gekregen. Geen wonder dat je niet kwaad op me bent. Ik heb ... '`Ik heb de brief gekregen. Zedd heeft een bezwering gebruikt om zichzelf zo licht te maken dat Gratch hem kon dragen. Gratch heeft Zedd weken geleden teruggebracht naar Aydindril.'Richard voelde een hete golf van misselijkheid opkomen. Hij herinnerde zich de dode mriswith die overal verspreid langs de borstwering van de Burcht hadden gelegen.`Ik heb ze niet meer gezien,' fluisterde hij.`Misschien ben jij vertrokken voordat ze aankwamen. Het moet je weken hebben gekost om hier te komen.'`Ik ben pas gisteren uit Aydindril vertrokken.'`Wat?' fluisterde ze met grote ogen. 'Hoe kan '`De sliph heeft me gebracht. Ze heeft me hier in minder dan een dag gebracht. Tenminste, ik geloof dat het minder dan een dag was. Het kunnen er ook twee zijn geweest. Ik had geen idee, maar de maan zag er hetzelfde uit...'Richard besefte dat hij bazelde en legde zichzelf het zwijgen op. Kahlans gezicht werd waterig voor zijn ogen. Hij vond zijn eigen stem hol klinken, alsof er iemand anders sprak. 'Ik heb een plek bij de Burcht gevonden waar gevochten was. Overal lagen dode mriswith. Ik herinner me dat ik dacht dat het erop leek dat Gratch ze had gedood. Het was langs een hoge muur.Er zat bloed aan een inkeping van de muur en aan de zijkant van de Burcht. Ik heb mijn vinger door het bloed gehaald. Mriswith-bloed stinkt. Er was ook bloed dat niet van mriswith was.'Kahlan nam hem in haar troostende armen.`Zedd, en Gratch,' fluisterde hij. 'Dat moeten ze geweest zijn.' Ze pakte hem steviger vast. 'Het spijt me, Richard.'Hij tilde haar armen van zich af, ging staan en stak haar een hand toe. `We moeten hier weg. Ik heb iets vreselijks gedaan, en Aydindril is in gevaar. Ik moet daar terug zien te komen.'Richards blik viel op de Rada'Han. Wat doet dat ding om je nek?'`Ik ben gevangengenomen door Tobias Brogan. Het is een lang verhaal.' Al voordat ze was uitgepraat, sloeg hij zijn vingers om de halsband. Zonder er bewust over na te denken, maar door middel van de behoefte en de razernij, voelde hij zijn kracht vanuit zijn kalme kern groeien en door zijn arm stromen.De halsband brak onder zijn hand als in de zon gedroogde modder. Kahlans vingers gingen naar haar hals. Ze slaakte een zucht van opluchting die bijna als een jammerklacht klonk.`Het is terug,' fluisterde ze terwijl ze tegen hem aanleunde en haar hand op haar borstbeen legde. 'Ik kan de kracht van de Belijdsters weer voelen. Ik kan haar weer aanraken.'Hij drukte haar met één arm tegen zich aan. 'We moeten maken dat we wegkomen.'`Ik heb net Ahern bevrijd. Daarbij heb ik mijn zwaard gebroken, op een van de Bloedbroeders. Hij is lelijk gevallen,' legde ze uit terwijl hij haar fronsend aankeek. 'Ik heb tegen Ahern gezegd dat hij naar het noorden moest gaan met de Zusters.'`Zusters? Welke Zusters?'`Ik heb Zuster Verna gevonden. Ze verzamelt de Zusters van het Licht, de jonge mannen, novicen en bewakers, en ontsnapt met hen. Ik ben naar haar op weg. Ik heb Adie bij hen achtergelaten. Schiet op, dan zijn we misschien bij hen voordat ze vertrekken. Ze zijn niet ver weg.'Kevins mond viel open toen hij van achter de muur te voorschijn kwam om hen tweeën tegen te houden. `Richard!' fluisterde hij. 'Ben jij het echt?'Richard glimlachte. 'Het spijt me, ik heb geen chocolaatjes bij me, Kevin.'Kevin schudde Richard krachtig de hand. 'Ik ben trouw aan jou, Richard. Bijna alle bewakers zijn dat.'Richard fronste in het donker zijn voorhoofd. 'Ik ben... vereerd, Kevin.' Die draaide zich om en riep doordringend fluisterend: 'Het is Richard!' Nadat hij en Kahlan door de poort en achter de muur waren geslopen, verzamelde zich een grote groep om hen heen. Bij het flikkerende licht van de vuren in de verte, in de haven, zag Richard Verna en hij omhelsde haar. `Verna, ik ben zo blij om je te zien!' Hij hield haar op een armlengte afstand. 'Maar ik moet zeggen dat je wel een bad nodig hebt.'Verna lachte. Het was een zeldzaam, fijn geluid. Warren drong zich langs haar heen en omhelsde Richard met een vrolijke glimlach.Richard pakte Verna's hand en duwde de ring van de Priores erin, waarna hij haar vingers eromheen vouwde. 'Ik heb gehoord dat Ann dood is. Mijn condoléances. Dit is haar ring. Ik denk dat jij beter weet wat ermee moet gebeuren dan ik.'Verna bracht haar hand dichter bij haar gezicht en staarde naar de ring. `Richard... hoe kom je hieraan?'`Ik heb Zuster Ulicia hem aan mij laten geven. Ze had niet het recht om hem te dragen.'`Jij hebt...'`Verna is tot Priores benoemd, Richard,' zei Warren terwijl hij een geruststellende hand op haar schouder legde.Richard grijnsde. 'Ik ben trots op je, Verna. Doe de ring dan weer om.' `Richard, Ann is niet... De ring is me afgenomen... Ik ben door een tribunaal veroordeeld... en afgezet als Priores.'581Zuster Dulcinia deed een stap naar voren. 'Verna, jij bent Priores. Bij het proces heeft elke Zuster die hier bij ons is, voor jou gestemd.' Verna keek alle gezichten die naar haar gewend waren, onderzoekend aan. Is dat zo?'`Ja,' zei Zuster Dulcinia. `De anderen waren in de meerderheid, maar wij geloofden allemaal in jou. Jij bent benoemd door Priores Annalina. We hebben een Priores nodig. Doe de ring weer om.'Verna knikte met haar ogen vol tranen van dankbaarheid naar de Zusters toen die hun bijval betuigden. Ze schoof de ring weer aan haar vinger en kuste die. 'We moeten iedereen onmiddellijk hier weg zien te krijgen. De Imperiale Orde komt eraan om het paleis in te nemen.' -Richard greep haar bij de arm en draaide haar naar zich toe. 'Hoe bedoel je: "De Imperiale Orde komt eraan om het paleis in te nemen"? Wat willen ze met het Paleis van de Profeten?'`De profetieën. Keizer Jagang is van plan die te gebruiken om te weten te komen wat de vertakkingen in de boeken zijn, zodat hij de gebeurtenissen in zijn voordeel kan veranderen.'De andere Zusters achter Verna snakten naar adem. Warren sloeg een hand voor zijn gezicht en kreunde.`En; vervolgde Verna, 'hij wil er gaan wonen, onder de betovering van het paleis, zodat hij over de wereld kan heersen nadat hij met behulp van de profetieën alle tegenstand heeft vermorzeld.'Richard liet haar arm los. 'Dat kunnen we niet toestaan. We zouden bij elke vertakking gefrustreerd worden. We zouden geen kans maken. De wereld zou eeuwenlang gebukt gaan onder zijn tirannie.'`We kunnen er niets aan doen,' zei Verna. 'We moeten- vluchten, anders zullen we hier allemaal worden vermoord, en dan is er helemaal geen kans meer dat we kunnen helpen, dat we een manier kunnen bedenken om terug te vechten.'Richard liet zijn blik over de verzamelde Zusters gaan, van wie hij er velen kende, en keek toen weer naar Verna. 'Priores, als ik het paleis nu eens zou vernietigen?'Wat? Hoe zou dat kunnen?'`Dat weet ik niet. Maar ik heb de torens vernietigd, en die waren ook door de tovenaars uit vroeger tijden gemaakt. Als er nu een manier is?' Verna likte over haar lippen terwijl ze in de verte tuurde. De groep Zusters zweeg. Zuster Phoebe drong zich tussen de anderen door.`Verna, dat kun je niet toestaan!'`Het is misschien de enige manier om Jagang tegen te houden.'`Maar dat kan niet,' zei Phoebe, die bijna in tranen was. 'Het is het Paleis van de Profeten. Het is ons huis.'`Het zal van nu af aan het huis van de droomwandelaar zijn, als we het voor hem achterlaten.'`Maar Verna,' zei Phoebe terwijl ze Verna's armen pakte, 'zonder de betovering zullen we oud worden. We zullen sterven, Verna. Onze jeugd zal in een oogwenk verdwenen zijn. We zullen oud worden en doodgaan voordat we een kans hebben te leven.'Met een duim veegde Verna een traan van het gezicht van de ander. 'Alles gaat dood, Phoebe, zelfs het paleis. Het kan niet eeuwig blijven leven. Het heeft zijn doel gediend, en als we nu niets doen, zal het een kwaad doel krijgen.'`Verna, dit kun je niet doen! Ik wil niet oud worden.'Verna drukte de jonge vrouw tegen zich aan. 'Phoebe, we zijn Zusters van het Licht. We dienen de Schepper bij zijn werk om het leven van de mensen op deze wereld beter te maken. De enige kans die we nu hebben om hun leven te verbeteren, is door te worden als de rest van de kinderen van de Schepper, om temidden van hen te leven.Ik begrijp je angst, Phoebe, maar neem maar van mij aan dat het niet is zoals je vreest. Tijd voelt voor ons anders aan, onder de betovering van het paleis. Wij voelen het langzame verstrijken van de eeuwen niet, zoals degenen buiten het paleis zich dat voorstellen, maar het snelle tempo van het leven. Het voelt echt niet veel anders aan als je in de buitenwereld leeft.We hebben gezworen dat we zullen dienen, niet dat we alleen maar lang zullen leven. Als je een lang en leeg leven wilt leiden, Phoebe, kun je bij de Zusters van de Duisternis blijven. Als je een zinvol, nuttig, voldoening schenkend leven wilt leiden, kom dan met ons mee, met de Zusters van het Licht, naar ons nieuwe leven, voorbij dat wat geweest is.'Phoebe zweeg, en de tranen rolden over haar wangen. In de verte bulderde vuur, en af en toe lichtte de nacht op door een explosie. De kreten van vechtende mannen kwamen dichterbij.Eindelijk sprak Phoebe. 'Ik ben een Zuster van het Licht. Ik wil met mijn Zusters meegaan... waar me dat ook heen voert. De Schepper zal over ons blijven waken.'Verna glimlachte en streek zacht over Phoebes wang. 'Nog iemand anders?' vroeg ze terwijl ze naar de anderen keek die zich hadden verzameld. 'Is er nog iemand anders die bezwaren heeft? Zo ja, zeg dat dan nu. Kom later niet naar me toe om te zeggen dat je er geen kans voor hebt gekregen. Ik geef jullie die kans nu.'Alle Zusters schudden hun hoofd. Ze uitten allemaal de wens om te vertrekken.Verna draaide de ring om haar vinger rond terwijl ze naar Richard opkeek. 'Denk je dat je het paleis kunt vernietigen? De betovering?'`Ik weet het niet. Herinner je je nog dat je voor het eerst naar me toe kwam, en Kahlan die blauwe bliksem gebruikte? Belijdsters hebben een component van Subtractieve Magie gekregen van de tovenaars die hun kracht hebben gecreëerd. Misschien zal dat schade aanbrengen aan de kluizen, als ik het niet kan.'Kahlan raakte met haar vingers zijn rug aan en fluisterde: 'Richard, ik denk niet dat ik dat kan. Die magie riep ik op voor jou, om jou te verdedigen. Ik kan er voor niets anders een beroep op doen.'`We moeten het proberen. Als niets anders werkt, kunnen we de profetieën in brand steken. Als we brand stichten tussen al die boeken, zullen ze allemaal verkolen en dan kan Jagang ze in elk geval niet meer tegen ons gebruiken.'Een groepje vrouwen en zo'n zes jongemannen kwamen naar de poort rennen. 'Vrienden van Richard,' werd er doordringend gefluisterd. Kevin opende de poort en liet het ademloze groepje binnen.Verna greep een vrouw bij de arm. 'Philippa, heb je ze allemaal gevonden?'`Ja.' De grote vrouw zweeg even om op adem te komen. 'We moeten maken dat we wegkomen. De voorhoede van de keizer is in de stad. Sommigen steken de zuidelijke bruggen al over. De Bloedbroederschap voert een felle strijd tegen hen.'`Heb je gezien wat er in de haven gebeurt?' vroeg Verna.`Ulicia en een paar van haar Zusters zijn daar. Die vrouwen scheuren de hele haven aan stukken. Het lijkt wel de onderwereld.' Philippa legde trillende vingers tegen haar lippen en sloot haar ogen even. `Ze hebben de mannen van de Vrouwe Sefa.' Haar stem stokte. 'Het is onvoorstelbaar wat ze met die arme mannen doen.'Philippa draaide zich om, liet zich op haar knieën vallen en braakte. Twee van de andere Zusters die met haar terug waren gekomen, deden hetzelfde. 'Goede Schepper,' kon Philippa met moeite tussen het kokhalzen door uitbrengen, le kunt het je niet voorstellen. Ik zal er de rest van mijn leven nachtmerries van hebben.'Richard keerde zich om naar het geschreeuw en de kreten van de strijd. `Verna, jullie moeten hier onmiddellijk weg. Er is geen tijd te verliezen.' Ze knikte. lij en Kahlan kunnen ons later wel weer inhalen.'`Nee. Kahlan en ik moeten meteen naar Aydindril. Ik heb nu geen tijd om het uit te leggen, maar zij en ik hebben de magie die nodig is om daar te komen. Ik wilde dat ik de rest van jullie mee kon nemen, maar dat kan niet. Haast je. Ga naar het noorden. Er is een leger van honderdduizend D'Haraanse soldaten op weg naar het zuiden, op zoek naar Kahlan. Jullie zullen meer bescherming hebben bij hen, en zij bij jullie. Zeg tegen generaal Reibisch dat ze veilig bij mij is.'Adie stapte tussen de anderen door en pakte Richards handen. 'Hoe is het met Zedd?'Richards stem stokte in zijn keel. Hij sloot zijn ogen tegen de pijn. 'Adie, het spijt me, maar ik heb mijn grootvader niet gezien. Ik ben bang dat hij misschien is omgekomen bij de Burcht.'Adie veegde over haar wang terwijl ze haar keel schraapte. 'Het spijt me, Richard,' fluisterde ze met haar hese stem. Je grootvader is een goed mens. Maar hij neemt te veel risico's. Ik heb hem gewaarschuwd.' Richard drukte de oude tovenares tegen zich aan en ze huilde zacht tegen zijn borst.Kevin kwam aanrennen vanaf de poort, met zijn zwaard in zijn hand. `Of we moeten nU gaan, of we moeten vechten.'`Ga,' zei Richard. 'We winnen deze oorlog niet als jullie in deze veldslag omkomen. We moeten volgens onze regels vechten, niet volgens die van Jagang. Hij zal mensen met de gave bij zich hebben, niet alleen soldaten.'Verna wendde zich tot de verzamelde Zusters, novicen en jonge tovenaars. Ze pakte twee jonge meisjes die eruitzagen alsof ze geruststelling nodig hadden, bij de hand. 'Luister allemaal naar mij. Jagang is een droomwandelaar. De enige bescherming tegen hem is onze band met Richard. Richard is geboren met de gave, en met een toverkracht die is doorgegeven door zijn voorouders en die bescherming biedt tegen droomwandelaars. Leoma probeerde die band te verbreken om Jagang in staat te stellen mijn geest binnen te dringen en me gevangen te nemen. Voordat we gaan, moeten jullie allemaal knielen en trouw zweren aan Richard om er zeker van te zijn dat we beschermd zijn tegen onze vijand.'`Als het jullie wens is dat te doen,' zei Richard, 'doe het dan zoals dat door Alric Rahl is bepaald, degene die de band en zijn bescherming heeft gecreëerd. Als jullie dit willen doen, vraag ik jullie om de eed af te leggen zoals die is doorgegeven, zoals die bedoeld is.'Richard zei hun de woorden voor zoals hij ze zelf had gezegd, en bleef toen zwijgend staan en voelde het gewicht van de verantwoordelijkheid op zich drukken, niet alleen voor degenen die hier verzameld waren, maar ook voor de duizenden in Aydindril die van hem afhankelijk waren. De Zusters van het Licht en hun pupillen lieten zich op hun knieën zakken en verkondigden met één stem die oprees in de duisternis en het geluid van de strijd overstemde, hun band.`Meester Rahl leidt ons. Meester Rahl leert ons. Meester Rahl beschermt ons. In uw licht gedijen we. In uw genade zijn we beschut. In uw wijsheid zijn we nederig. Wij leven slechts om te dienen. Ons leven behoort u toe: