Hoofdstuk 11

 

 

 

In het propvolle restaurant zat Skye in haar eentje naar de geanimeerde gezichten van de andere gasten te kijken. Alle mensen zaten te lachen, te gebaren, te eten, te praten, kortom: te genieten van het leven. Zelf kwam ze daar niet meer aan toe. Sinds Burke haar had aangevallen, had ze het idee dat haar leven in de wachtstand stond. Meestal sloeg ze zich op pure wilskracht door de dagen heen, maar vandaag had ze daar meer moeite mee dan anders. Maar ja, zij wist wat de andere aanwezigen in het restaurant niet wisten, dat er een gevaarlijke moordenaar vrijkwam – een moordenaar die er net zo vriendelijk en gewoon uitzag als de mensen in dit restaurant.

Haar mond vertrok, en ze nam nog een hapje van de Franse uiensoep die ze had besteld. Wrang bedacht ze dat dit haar laatste maaltijd was voordat Burke op vrije voeten kwam. Vanaf nu zou ze weer extra op haar hoede moeten zijn.

Natuurlijk had ze Sheridan en Jasmine kunnen vragen om met haar mee te gaan, dan had ze zich in het restaurant niet zo alleen gevoeld. Vandaag had ze echter zoveel aan haar hoofd dat ze bang was dat ze geen goed gezelschap was. Daarnaast vermoedde ze dat haar vriendinnen haar de les zouden lezen over het feit dat ze zich met Burkes leven had bemoeid. Een uur geleden hadden ze haar nog gebeld, en toen had Skye gezegd dat ze die avond vroeg naar bed ging, iets wat haar vriendinnen van harte toejuichten. Skye kon de rust goed gebruiken. Dat was Skye met hen eens, maar ze had ook nog een telefoontje van David gehad. Het schrift dat in het huis van de familie Griffin was gevonden, zat vol vingerafdrukken van Oliver. Die gedachte was waarschijnlijk voldoende om Skye weer uren uit haar slaap te houden.

Hoe hard ze na de aanval ook haar best had gedaan niet paranoïde te worden, nu stak de ziekelijke achterdocht weer de kop op. Het leek wel een soort onkruid dat niet uitgeroeid kon worden. Ze kon de uitlopers snoeien of de plant kapotmaken, maar hij vond altijd wel een plekje om weer uit de grond te schieten.

Ze deed haar ogen dicht en vocht tegen de paniekaanval die haar dreigde te overspoelen. Ze probeerde rustig te blijven door zichzelf voor te houden dat ze hier veilig was. Dit was een rustig moment, de eerste keer dat ze vandaag was gaan zitten om iets te eten. Haar andere maaltijden had ze achter haar computer en in de auto gebruikt. Ze zou van haar eten moeten genieten, maar het was nu eenmaal de avond voordat Burke werd vrijgelaten.

Adem diep in, dacht ze. Fantaseer dat je op een verlaten strand ligt te slapen, met een heerlijk warme zon boven je hoofd en golfjes die zachtjes het strand op rollen. Je bent veilig en volledig ontspannen. Je hebt het naar je zin, je voelt je prettig. Je moeder is bij je en kijkt glimlachend naar je.

Omdat ze had geweigerd medicijnen te slikken, was ze in het eerste jaar na de aanval vaak bij een psycholoog geweest om de paniek onder controle te krijgen. Zij had haar geleerd hoe ze haar geest kon gebruiken om haar lichamelijke reacties te overwinnen. De tactieken hielpen niet altijd, maar vanavond werd ze er gelukkig wat kalmer van – tot ze haar ogen opendeed en zag dat er een man naar haar zat te staren. Hij droeg een spijkerbroek en een lange leren jas, en zat in zijn eentje aan een tafeltje. Hij had een sikje en gaten in zijn beide oorlellen, die groot genoeg waren om er een potlood doorheen te steken. Het was moeilijk te schatten hoe oud hij was, maar Skye vermoedde dat hij halverwege de twintig was.

Ze keek hem recht in de ogen. Als hij haar had aangestaard zonder het te beseffen, zou hij nu uit beleefdheid zijn blik moeten afwenden. Dat deed hij echter niet. Hij glimlachte raadselachtig en bleef haar indringend aankijken.

Skye werd er zenuwachtig van. Zonder dat ze het wilde, drong de vraag zich op. Was dit net zo’n gevaarlijke gek als Burke? Een psychopaat die genoot van geweld, misbruik, macht?

Met bonzend hart bracht ze haar kop kruidenthee naar haar mond. Het strand. Ze was op het strand. De zon was lekker warm. Ze voelde zand onder zich.

Toen ze opkeek, zat hij nog steeds geïnteresseerd naar haar te kijken. Zijn glimlach bezorgde haar kippenvel. Het was alsof hij er een kick van kreeg haar een onaangenaam gevoel te bezorgen.

Met een grimmige trek om haar mond voelde Skye aan het pistool in haar handtas. Gelukkig lag het ding vlak bij haar. Weg met de zon, het strand en alles eromheen. Ze had een wapen, en als het nodig was, zou ze het gebruiken.

Toen ze haar tas ongemerkt dichter naar zich toe trok, boog hij zich eindelijk weer over zijn bord.

Tijd om te gaan, dacht Skye. Als mijn hoofd wordt gevuld met gedachten aan mijn wapen in plaats van aan het strand, wordt het tijd om terug naar kantoor te gaan.

Ze liet haar soep staan en stond op. Op het moment dat ze wilde weglopen, kwam hij van zijn stoel.

‘Neem me niet kwalijk.’

Had deze man een mes in zijn jas? Het zou kunnen. Hij had zijn handen in zijn zak gestoken…

Rustig aan, Skye, zei ze tegen zichzelf. Niet elke onbeleefde man is een moordenaar. Toch viel het niet mee de angst onder controle te krijgen. Paniek was niet gevoelig voor gezond verstand of kansrekening.

Even speelde ze met de gedachte door te lopen alsof ze hem niet had gehoord, maar iets hield haar tegen. Misschien reageerde ze wel overdreven. Misschien was het onzin het heden te laten bepalen door het verleden. Het zou kunnen dat hij haar herkende, of haar op tv had gezien.

Ze dwong zichzelf om stil te staan en keek hem aan. ‘Ja?’

‘Ik zag je daar in je eentje zitten en… Nou ja, ik vind je een bijzonder aantrekkelijke vrouw.’

Was dat alles? Het irriteerde haar dat hij haar bang had gemaakt. ‘Dank je.’

Hij deed zijn best om verlegen te glimlachen. ‘Ik weet dat het niet erg origineel klinkt, maar ik woon hier nog maar net en ik kan wel wat gezelschap gebruiken. Heb je misschien zin om met me naar de film te gaan?’

‘Nu?’

‘Of heb je al andere plannen?’

Hij draaide er in elk geval niet omheen. Skye wist dat ze gevleid moest zijn, want hij was een aantrekkelijke man. Een stemmetje in haar binnenste fluisterde haar zelfs in dat ze ja moest zeggen, omdat haar relatie met David waarschijnlijk op niets zou uitlopen. Hoe vaak hadden haar vriendinnen en zij zich beklaagd over het feit dat ze buiten hun werk nauwelijks een leven hadden? Misschien was dit een gelegenheid wat meer gezelligheid in haar leven te brengen. Misschien was hij wel aardig, ook al was hij dan wat jonger dan zij.

‘Vanavond niet, dank je.’

‘Heb je al plannen?’

Nee, ze trok zich liever terug. Hoewel ze hunkerde naar menselijk contact, voelde ze zich veiliger in haar kantoor, waar ze zich op haar werk kon storten. Ze moest brieven beantwoorden, mensen bellen, bedankjes schrijven, benefietavonden organiseren…

‘Ik heb het druk, ja.’

‘Ik begrijp het.’ Hij liet haar zijn charmantste glimlach zien. ‘Kan ik je niet op andere gedachten brengen?’

Als ik mijn ervaringen ooit achter me wil laten, zal ik mijn best moeten doen om nieuwe mensen te ontmoeten, dacht Skye. Ik moet weer risico’s durven nemen. Dat hou ik mijn cliënten ook altijd voor, maar toch… Ik kan niet zomaar in de auto stappen bij een man die ik niet ken. Dat is onverantwoord, te eng.

‘Nee,’ antwoordde ze.

‘Sorry. Misschien loop ik te hard van stapel,’ zei de man. ‘Mag ik je dan mijn telefoonnummer geven? Als je ooit van gedachten verandert, kun je me bellen.’

‘Goed.’ Als ze hem ooit wilde bellen, kon ze eerst zijn achtergrond natrekken.

Ze had gedacht dat hij haar een visitekaartje zou geven, maar in plaats daarvan haalde hij een papiertje uit zijn zak en draaide hij zich naar de tafel om er iets op te schrijven.

‘Een fijne dag verder,’ zei hij, het papiertje in haar hand drukkend. Daarna liep hij weg.

Skye stopte het papiertje in haar zak en haalde het pas in de auto tevoorschijn om het te bekijken. Meteen moest ze haar auto aan de kant zetten om geen ongeluk te veroorzaken. Ze was benieuwd geweest naar de naam van de jongeman, maar er stond iets heel anders op het briefje.

‘Nog even, dan zijn we weer samen. Liefs, O.B.’

Ze gooide het stuur om en reed haastig terug naar het restaurant, zonder acht te slaan op het getoeter van een busje dat voor haar moest uitwijken. Het zweet stond op haar voorhoofd, en haar handen waren koud, maar ze kon maar één ding denken: ze moest weten wie de man van het briefje was en hoe hij Oliver Burke kende.

Ze wist niet eens of dit de man was geweest die haar had gebeld. Ze was zo ondersteboven geweest van de boodschap dat ze niet goed had geluisterd.

Foeterend veegde ze het zweet van haar bovenlip. Ze liet de auto achteloos voor het restaurant staan en rende naar binnen, maar hij was al in geen velden of wegen meer te bekennen. Ze keek in de wc’s, op de parkeerplaats, en vroeg aan de mensen in het restaurant of ze de man ergens hadden gezien. Een paar mensen wisten over wie ze het had, maar niemand wist wie hij was of waar hij naartoe was gegaan.

 

Door de gedachte dat Oliver Burke de volgende dag zou vrijkomen, kon David zich niet ontspannen. Met de afstandsbediening zapte hij alle televisiekanalen langs, zich afvragend wat Skye op dit moment aan het doen was. Waarschijnlijk was ze nog veel nerveuzer dan hij, zeker nu ze wist dat chemisch onderzoek met ninhydrine had uitgewezen dat het schrift met geheimtaal van Oliver Burke was.

Gelukkig had ze rustig gereageerd toen hij het haar vertelde. Ze had er al rekening mee gehouden, maar dat betekende natuurlijk niet dat het nieuws was dat ze graag wilde horen. Het schrift was al jaren oud; Burke was al begonnen met aantekeningen maken voordat hij dat bewuste huis had gekocht. Zou hij wraak willen nemen op iedereen over wie hij iets had opgeschreven? Waarom zou hij anders lijsten bijhouden, en noteren wie hem had gekwetst of beledigd? Waarom had hij sommige namen doorgestreept en andere laten staan?

David durfde te wedden dat de meeste mensen in dat schrift niet eens wisten dat ze Burke hadden geërgerd. Het kon ook zijn dat ze zich er niet druk om maakten. In hun wereld was Burke waarschijnlijk zo onbelangrijk geweest dat ze hem al lang vergeten waren. Ze waren doorgegaan met hun eigen leven, terwijl hij thuis op wraak zinde.

David wenste dat hij meer initialen kon thuisbrengen en met die mensen kon gaan praten. Hij kon zich niet voorstellen dat Oliver pogingen had gedaan om iedereen op zijn lijst te vermoorden. Dan zouden er meer doden zijn gevonden, en hij wist dat Miranda Dodge nog leefde.

Misschien was Meredith Connelly zijn eerste slachtoffer geweest. Haar initialen hadden ergens onder aan de lijst gestaan. Hij had de initialen van Amber Farello en Patty Poindexter echter nergens teruggevonden.

Hij gooide de afstandsbediening op de salontafel en liep naar zijn werkkamer. Het ‘vergrijp’ achter de initialen M.C. was: ‘wist niet eens meer wie ik was’.

Waarom vond Oliver het belangrijk om zulke kleine dingen op te schrijven? Hoe kon iemand zich daar druk om maken?

Misschien had hij Meredith ontmoet bij Pepe’s, het restaurant waar ze als serveerster werkte. Als ze haar werk goed had gedaan, was ze altijd vriendelijk, maar toch enigszins afstandelijk tegen haar klanten geweest. Misschien had Oliver het verschil niet begrepen en te veel van haar verwacht. Het zou kunnen dat hij Meredith leuk had gevonden en haar zijn visitekaartje en een royale fooi had gegeven. David stelde zich zo voor dat hij beledigd was geweest toen ze hem een volgende keer niet herkende. Daarna had hij haar uit wraak gestalkt, verkracht en vermoord.

Het was een aannemelijk scenario, maar hij wist niet hoe hij het ooit moest bewijzen. Hij had nagekeken of Oliver bij Pepe’s ooit met een creditcard had betaald, maar dat was niet het geval. De collega’s van Meredith herkenden Burke niet van een foto, en wisten niet of hij regelmatig in hun restaurant had gegeten. Op zich verbaasde David dat niet. Burke had het soort gezicht waarmee hij onopvallend in een menigte kon opgaan. Daarnaast zag hij er allesbehalve dreigend uit.

De telefoon ging. David ging in zijn bureaustoel zitten en nam op. ‘Hallo?’

‘Papa?’

‘Hoi, Jeremy. Hoe gaat het?’

‘Als de groenteboer zesendertig komkommers heeft die 1,39 dollar per stuk kosten, hoeveel moet ik dan betalen als ik er vijf wil hebben?’

David glimlachte. Huiswerk. ‘Oké, laten we eerst eens kijken hoe je dat het beste kunt uitrekenen.’

‘Geef me nu maar gewoon het antwoord,’ klonk het ongeduldig.

David wist dat zijn zoon een hekel aan dit soort sommen had. ‘Sorry, knul, ik wil dat je het zelf uitrekent, maar daar wil ik je wel bij helpen,’ zei hij.

‘Pa-hap… Ik wil het snel klaar hebben, want dan kan ik weer televisie kijken.’

Televisie kijken? David keek op zijn horloge. Het was al negen uur geweest. ‘Moet jij niet naar bed?’

‘Nee. Mama heeft me nog niet naar bed gestuurd.’

‘Waar is ze?’

‘In haar slaapkamer.’

‘Ligt ze al in bed?’

‘Nee. Ze belt met haar mobieltje.’

‘Met wie?’

‘Iemand die Skye heet, of zoiets. Een heel gekke naam.’

Dat laatste was David niet met hem eens. ‘Waar hebben ze het over?’

‘Weet ik niet. Toen ik de slaapkamer binnen liep, maakte ze een gebaar dat ik weg moest en deed ze de deur dicht.’

‘Heeft Skye haar gebeld?’ vroeg David. Die kans leek hem echter klein. Skye had geen enkele reden om Lynnette te bellen. Sterker nog, waarschijnlijk had ze haar nummer niet eens.

‘Weet ik niet,’ zei Jeremy.

‘Het maakt niet uit. Zullen we die som gaan maken?’ vroeg David. Zijn gedachten dwaalden echter steeds af naar Skye, en zodra hij had opgehangen, probeerde hij haar zelf te bereiken.

In haar onverlichte kantoor tuurde Skye tussen de jaloezieën door naar buiten. Haar auto was als enige overgebleven op de parkeerplaats. Ze had alle deuren van het gebouw afgesloten en haar wapen onder handbereik gelegd, maar toch was het een heel onaangenaam idee dat een kennis van Oliver Burke haar mee had willen lokken. Waarschijnlijk was hij haar gevolgd naar het restaurant. Hoe had hij anders moeten weten dat ze daar ging eten?

Zou hij nu ergens buiten op haar staan wachten?

Ze vermoedde van niet, maar ze wist het natuurlijk niet zeker. Ze was gebeld door Davids vrouw, en dat had haar even afgeleid. Tijdens die minuten had ze niet goed opgelet wat er buiten gebeurde.

‘Heb jij iets met mijn echtgenoot?’ had Lynnette gevraagd.

Skye was zo overrompeld dat ze niet had geweten wat ze moest zeggen. Uiteindelijk had ze geantwoord: ‘Je echtgenoot? Ik dacht dat jullie gescheiden waren.’

‘We proberen de breuk te lijmen,’ had Lynnette gezegd. ‘We hebben geen behoefte aan jou en je pogingen om David in te palmen. Er is een kind bij betrokken.’

Waarom dacht Lynnette dat ze hun huwelijk kapot probeerde te maken? Ze wilde helemaal niemand pijn doen, Davids zoon al helemaal niet.

Ze schrok op van het geluid van de telefoon op haar bureau. Haastig keek ze over haar schouder, maar ze liep niet naar de telefoon om op te nemen. Vanavond wilde ze niemand meer spreken. Op dit moment leek de hele wereld vijandig te zijn.

Ellendige Oliver Burke, dacht ze. Als hij er niet was geweest, had haar leven er heel anders uitgezien. Vóór die fatale avond was ze een vrolijke, zelfverzekerde, zorgeloze jonge vrouw geweest. Ze had geen enkele reden gehad om voor iemand bang te zijn. Oliver had echter méér littekens veroorzaakt dan de zichtbare verwondingen op haar gezicht.

Met haar vinger voelde ze aan de streep onder haar kaak. Als Burke er niet was geweest, had ze nu misschien wel een gezinnetje gehad – een man, kinderen…

In haar tas begon haar mobieltje te piepen. Blijkbaar wilde de beller haar persoonlijk spreken, maar ze had geen zin om naar haar tas te lopen. Uiteindelijk hield het gepiep op, maar toen begon het toestel op haar bureau weer te rinkelen.

‘Ga weg,’ mompelde ze vermoeid. Met haar laatste krachten dwong ze zichzelf naar de bank te lopen, waar ze onder de portretten van de seriemoordenaars ging liggen. ‘Waarom doen jullie toch zulke afgrijselijke dingen?’ vroeg ze aan hen, het gerinkel negerend.

Misten ze een geweten? Een vermogen tot empathie? Dat was wat psychologen en psychiaters zeiden. Skye was ervan overtuigd dat er méér aan de hand was, maar ze wist niet wat. Dat wist niemand. Ze wist alleen dat Burke haar leven voorgoed had veranderd.

Gelukkig leek de beller de moed uiteindelijk op te geven. Toen de rust weerkeerde, kon Skye eindelijk haar ogen sluiten. De warmte van haar jas voelde als een beschermende cocon. Wat zou het fijn zijn als ze een paar uur kon slapen…

Nog geen twintig minuten later hoorde ze echter iemand aan de deur.

Iemand die binnen probeerde te komen.

 

In het gebouw van De Laatste Linie was het donker. Dat vond David verontrustend, want de Volvo van Skye stond nog op de parkeerplaats. Als ze hier niet was, waar was ze dan? Ze nam thuis de telefoon niet op, en op haar werk ook niet. Ze had ook niet gereageerd toen hij haar mobiele nummer had geprobeerd.

In het licht van de bewegingsmelder bleef hij met zijn vuist op de deur bonken, in de hoop dat ze ergens in het gebouw was en het kabaal zou horen. Na het angstaanjagende telefoontje van eerder die week vond hij het niet prettig dat ze onbereikbaar was. Er kwam echter geen reactie.

‘Skye, ik ben het, David,’ schreeuwde hij.

Stilte.

‘Skye!’

Blijkbaar was ze niet op kantoor. Zonder auto kon ze echter niet ver uit de buurt zijn, zeker niet omdat Lynnette haar net aan de telefoon had gehad. Met bonkend hart keek hij om zich heen en staarde naar de straat. Zou ze te voet zijn weggegaan? Zo onverstandig zou ze vast niet zijn. Of wel? Peinzend staarde hij naar een fastfoodrestaurant aan de andere kant van de weg.

Opeens ging er in het gebouw van De Laatste Linie een lamp aan. Opgelucht sloot David zijn ogen. Er was niets met haar aan de hand. Door de glazen deur zag hij haar naderen, maar toen ze dichterbij kwam, zag hij tot zijn schrik dat ze weer leek op de gestreste, angstige vrouw die hij ruim drie jaar geleden in het ziekenhuis had gezien.

Zodra hij de deur van het slot hoorde gaan, duwde hij de klink omlaag. ‘Alles goed met je?’

Het duurde even voordat hij antwoord kreeg. ‘Wat kom jij doen?’

‘Kijken hoe het met je gaat.’

‘Het gaat goed, hoor,’ antwoordde ze.

Het was duidelijk dat ze loog. Ze had een zware avond gehad, en David wist niet of Lynnette daaraan had bijgedragen. ‘Ik zie aan je dat er iets is,’ zei hij.

Zwijgend pakte ze een briefje uit haar zak, dat ze aan hem gaf.

Toen hij het had gelezen, begreep hij haar angst. ‘Van wie heb je dit gekregen?’

‘Een man in een restaurant.’

Hij wilde met haar praten, maar niet hier. ‘Kom mee,’ zei hij.

‘Waar gaan we naartoe?’ vroeg ze verbaasd.

‘Naar mijn appartement.’ Hij wist dat dat waanzin was, zeker nu Lynnette hem van een verhouding verdacht, maar Skye had het zo druk met zorgen voor alle slachtoffers in Sacramento dat ze zichzelf vergat. En nu Burke vrijkwam… Aan de donkere kringen onder haar ogen zag hij dat ze uitgeput was. ‘Wanneer heb jij voor het laatst goed geslapen?’ wilde hij weten.

Ze haalde haar schouders op. ‘Je weet hoe dat gaat. Druk, druk, druk.’

Het liefst wilde hij met zijn hand over haar wang strijken en haar beloven dat alles goed kwam. Hij was echter bang dat hij haar dan zou kussen, en dan zou zijn belofte aan Lynnette in het geding komen. ‘Ik zal vannacht zorgen dat je veilig bent,’ zei hij zachtjes.

Ze keek hem aan. Al was haar vermoeidheid in haar ogen te lezen, ze rechtte haar schouders en haar rug. ‘Ik heb geen oppas nodig. Ik kan me wel redden,’ zei ze.

‘Dat weet ik.’ Hij pakte haar hand en streek met zijn vingertoppen over haar knokkels. Het was niet veel, maar meer intimiteit durfde hij niet aan. ‘Doe het dan maar voor mij, dan slaap ik zelf rustiger.’

Haar mondhoeken gingen omhoog. ‘Goed, dan doe ik het voor jou.’

‘Fijn dat je mij een gunst wilt verlenen,’ reageerde hij grinnikend.

 

Nadat Skye een heerlijk warme douche had genomen, zat ze in een T-shirt, een boxershort en Davids ochtendjas aan zijn keukentafel. Zelf zat David nog steeds peinzend naar het briefje te staren.

Skye nam een slokje van de wijn die David had ingeschonken om te zorgen dat ze zich een beetje kon ontspannen. Blijkbaar werkte de drank, want ze werd afgeleid door de contouren van zijn lichaam onder zijn T-shirt en versleten spijkerbroek. Ze werd zelfs afgeleid door de kleren die hij haar had geleend. Het T-shirt en het boxershort kwamen net uit de wasmachine en roken naar zeep, maar de ochtendjas rook naar Davids eigen opwindende geurtje.

‘Wie zou die man toch geweest kunnen zijn?’ vroeg David hardop.

Skye trok de kraag van de ochtendjas nog wat hoger op. Ze was nog steeds moe, maar inmiddels had ze ook trek gekregen – trek in lichamelijke intimiteit, geruststelling, alle positieve dingen in het leven. Haar dagen waren te lang gevuld geweest met criminaliteit. Ze moest iets leuks in haar leven hebben, en ze wist precies waar ze behoefte aan had.

David leek er echter met opzet voor te zorgen dat hij haar niet aanraakte.

‘Het is vast een vriend van Oliver,’ zei ze, nog een slokje wijn nemend. ‘Of iemand die hij heeft ingehuurd om me bang te maken.’

‘Beschrijf hem nog eens.’

‘Bijna een meter tachtig, slank postuur. Donker, schouderlang haar, bruine ogen, een gebronsde huid, een enorme piercing in elke oorlel en een sikje.’

‘Littekens? Tatoeages?’

‘Nee. Het enige opvallende waren de grote gaten in zijn oren. Verder zou hij zijn uiterlijk heel makkelijk kunnen veranderen. Als hij zijn sikje afscheert, zijn haren knipt en verft en een zonnebril opzet, zou ik hem zonder die oorlellen waarschijnlijk niet herkennen.’

David wreef over de natte kring die zijn glas op de keukentafel had achtergelaten en draaide het papiertje om. De man had het berichtje geschreven op een bonnetje van een fastfoodrestaurant. ‘Hier hebben we ook niet veel aan,’ zei hij.

‘Ik vraag me af hoe lang hij me al volgt. En of hij weet waar ik woon…’ Die gedachte had ze zo beangstigend gevonden dat ze niet naar huis had gedurfd.

‘Het is helemaal niets voor Burke om met iemand samen te werken,’ zei David. ‘Op het eerste gezicht lijkt hij vriendelijk, maar in wezen is hij asociaal.’

‘Volgens mij is hij inderdaad een eenling,’ beaamde Skye. ‘Alleen een eenzame man zou zo’n lijst maken. Het is een kinderlijke manier om op beledigingen te reageren.’ Ze schudde haar hoofd. ‘Niet te geloven. Die man is nota bene tandarts, iemand met een goede opleiding.’

‘Goede hersens zeggen nog niets over zijn emotionele ontwikkeling.’

‘Waardoor zou hij zo verknipt zijn geraakt?’

David trok een schouder op. ‘Moeilijk te zeggen. Misschien heeft het iets te maken met zijn opvoeding.’

‘Hij komt uit een goede familie.’

‘In de meeste opzichten wel, ja.’

Het was prettig om naar Davids stem te luisteren en naar zijn grote handen te kijken. ‘Heb je nog nieuwe dingen ontdekt?’ informeerde ze.

‘Niets schokkends. Een gevangenisbewaker vertelde dat hij de brieven van zijn vader bewaart, maar alle andere weggooit,’ vertelde David. ‘En door opmerkingen van een paar andere mensen begin ik me af te vragen of Oliver vroeger misschien problemen met zijn vader heeft gehad. Misschien was hij wel jaloers op zijn broer of had hij een minderwaardigheidscomplex. Verwarring over zijn seksuele geaardheid, zoiets.’

‘Het zou prettig zijn als zijn moeder ons zou vertellen hoe hij als kind is geweest.’

‘Ze wil gewoon niet geloven dat haar zoon iets heeft misdaan. Hij is een verkrachter en een moordenaar, maar volgens haar was hij het perfecte kind.’

‘Met Noah lijkt niets aan de hand te zijn,’ merkte Skye op.

David trok een wenkbrauw op. ‘Heb jij Noah ontmoet?’

In gedachten zette Skye zich al schrap voor Davids afkeurende woorden. ‘Ik ben vandaag naar hem toe gegaan. Op zijn kantoor.’

‘Wil ik dit horen?’

‘Waarschijnlijk niet, maar je kunt je werk niet goed doen als je niet alles weet,’ zei Skye. ‘Dit heeft niet direct met die drie moorden te maken, maar het heeft wel verband met Oliver.’

‘Waarom ben je naar hem toe gegaan?’

‘Wat denk je zelf? Ik wilde hem waarschuwen wat er kan gebeuren als Oliver ontdekt dat Jane en hij een verhouding hebben.’

‘Hem waarschuwen?’ Met een zucht van frustratie stond David op, waarna hij zijn handen door zijn haar haalde. ‘Besef je wel dat die jongeman in het restaurant ook door Noah ingehuurd kan zijn? Nu weet hij dat jij van zijn affaire met zijn schoonzus op de hoogte bent. En ik durf te wedden dat hij dat ook tegen Jane heeft gezegd. Dat betekent dat er behalve Oliver nog twee mensen zijn die jou het liefst voor eeuwig zouden laten zwijgen.’

‘Gelukkig horen ze allemaal bij dezelfde familie,’ grapte Skye.

David keek haar woedend aan en reageerde niet.

‘Wat had ik dan moeten doen?’ vroeg Skye. ‘Had ik mijn ogen moeten sluiten voor het gevaar dat Jane en Noah lopen? Zij denken dat Oliver normaal is, David. En ik weet dat ik me schuldig zou voelen als die gek Jane vermoordt. Dan zou ik de rest van mijn leven blijven denken dat ik het had kunnen voorkomen.’

David had een paar keer door de keuken geijsbeerd, maar nu stond hij stil om haar aan te kijken. ‘Waarom denk je nooit aan je eigen veiligheid, Skye?’ informeerde hij, zijn duimen door de lusjes van zijn spijkerbroek stekend.

Ze staarde naar de wijn in haar glas. ‘Daar hebben we het nu niet over.’

‘O jawel, daar hebben we het wel over!’ Hij kwam heel dicht bij haar staan en boog zijn hoofd om haar indringend aan te kijken. ‘Ik maak me zorgen om je. Je maakt me doodsbang, Skye Kellerman!’

Zwijgend keek ze hem aan. Ondanks zijn woede en frustratie voelde ze de aantrekkingskracht tussen hen.

‘In meer dan één opzicht, of niet?’ vroeg ze zachtjes.

Haar toon ontging hem niet, en zijn blik dwaalde af naar haar mond. ‘Je bent wel erg verleidelijk, ja,’ bekende hij.

Een verleiding die hij tegen elke prijs wil weerstaan, dacht Skye. Zelf was ze na haar gesprek met Lynnette ook vastbesloten afstand te houden. Ze schoot er niets mee op te wachten op een man die het zichzelf niet toestond om van haar te houden.

Ze schoof haar stoel naar achteren om meer afstand tussen hen te scheppen. ‘Gelukkig hoef je je daar binnenkort geen zorgen meer over te maken,’ merkte ze luchtig op.

Hij leunde nog steeds met zijn handen op de tafel. ‘Wat bedoel je?’

‘Ik heb geen belangstelling meer voor je,’ antwoordde ze.

Hij ging rechtop staan en vouwde zijn armen over elkaar. Met vernauwde ogen staarde hij haar een paar tellen aan. De seksuele spanning tussen hen verraadde dat ze loog, maar ze hoopte dat hij dat niet zo goed kon voelen als zij.

‘Heb je iemand anders ontmoet?’ informeerde hij.

Ze hief haar glas naar hem op, alsof ze wilde toosten. ‘Nog niet, maar vanaf nu sta ik open voor het idee,’ antwoordde ze.

‘Vanaf nu,’ herhaalde hij. ‘Ga je actief op zoek naar een partner?’

‘Waarom niet?’ vroeg ze, terwijl ze het glas naar haar mond bracht om het laatste restje op te drinken. ‘Ik verdien een man die waardeert wat ik hem kan bieden.’

Met gefronste wenkbrauwen kwam hij weer dichterbij. ‘Dat klinkt alsof je uit bent op een serieuze relatie,’ zei hij zachtjes.

‘Dat is ook zo.’ Met haar vinger streek ze over de rand van haar glas. Met opzet bleef ze naar haar handen kijken, omdat ze wist wat haar ogen zouden verraden als ze hem nu aankeek. Zeker nu hij zo dicht bij haar stond, zou ze haar emoties niet voor hem kunnen verbergen. ‘Misschien zelfs op een huwelijk.’

‘Wat was de aanleiding tot die beslissing?’ wilde hij weten.

Heel even keek ze hem aan. ‘Jij,’ antwoordde ze.

Zelfs tijdens het gesprek met zijn ex-vrouw had ze nog een sprankje hoop gekoesterd. Pas nu ze aan Davids keukentafel zat en hem zo graag wilde strelen dat haar armen er pijn van deden, drong het tot haar door dat het dom was van een man te houden die nooit van haar zou zijn.

‘Ik?’

‘Ja, wie anders?’ Opeens besloot ze dat het geen zin had eromheen te draaien. Nadat ze genoeg moed had verzameld, keek ze hem aan. ‘Ik ben verliefd op je, David. Ik wil heel graag met je naar bed, maar ik besef dat je mij niets te bieden hebt.’

Er verscheen een gekwelde blik in zijn ogen. ‘Dacht je dat ik geen zin had om je in mijn armen te nemen en je naar mijn slaapkamer te dragen om met je te vrijen?’ vroeg hij.

‘Dat doe je niet. Je zou je veel te schuldig voelen,’ zei Skye. ‘Dat is toch geen basis voor een relatie?’

Hij gaf geen antwoord, maar een spiertje in zijn kaak spande zich. Hij zag eruit alsof hij de grootste moeite moest doen haar niet in zijn armen te nemen.

‘Dus…’ Ze haalde diep adem. ‘Ik denk dat het tijd is om er een punt achter te zetten. Ik wil niet meer wachten. Ik wil graag een man in mijn leven, en blijkbaar betekent dat dat ik mijn heil ergens anders moet zoeken. Ik heb me al te lang voor alle mannen afgesloten.’

Met spijt dacht ze aan de benefietavond. Ze had er werkelijk naar uitgekeken daar samen met David naartoe te gaan. Nu leek het vreemd hem mee te nemen. Wat kon die ene avond nog veranderen? Niets. Zijn relatie met Lynnette en Jeremy zou altijd belangrijker zijn dan zij. Sheridans buurman had haar hevig geïrriteerd toen hij huilend boven zijn biertje had gezegd dat hij zijn ex-vrouw niet kon loslaten, maar in feite deed zij precies hetzelfde. Ze hield vast aan de hoop op een relatie met een man die haar nooit iets had beloofd, haar nooit had aangemoedigd.

‘Nu ik erover nadenk, wil ik je ook niet meer meenemen naar die benefietavond.’

Fronsend ging hij op zijn stoel zitten. ‘Waarom niet?’

‘Ik denk erover om iemand anders te vragen.’

Zijn kaak verstrakte. ‘O ja? Wie dan wel?’

Koortsachtig dacht Skye na. De enige man die haar te binnen wilde schieten, was de gescheiden buurman van Sheridan. ‘Hij heet Charlie Fox. Een erg aardige man.’

Charlie interesseerde haar totaal niet, maar opeens leek het haar beter om met hem uit te gaan dan met David. Als ze de hele avond David naast zich zou hebben, zou ze verlangen naar hartstochtelijke, dampende seks en een rooskleurige toekomst. Na een avond met Charlie zou ze alleen maar blij zijn dat ze in haar eentje naar huis kon gaan.

‘Charlie,’ herhaalde hij, alsof het de raarste naam op aarde was.

Skye knikte. ‘Een erg aardige man.’

‘Dat heb je al gezegd.’

In een zwijgende impasse keken ze elkaar aan. Daarna liet hij zijn blik zo indringend over haar lichaam dwalen dat ze overal kippenvel kreeg. Hij verlangde net zo hevig naar haar als zij naar hem. Daar mocht ze echter niet te lang over nadenken, want ze wilde niet van gedachten veranderen. Het werd tijd haar gevoelens in de ijskast te zetten. Alle herinneringen aan de zaak-Burke zouden uiteindelijk uit haar leven moeten verdwijnen, ook de knappe rechercheur die de zaak had onderzocht.

‘Lynnette heeft tijdens dat telefoongesprek wel indruk op je gemaakt, of niet?’

Verbaasd trok Skye haar wenkbrauwen op. ‘Hoe weet je dat zij me heeft gebeld?’

‘Jeremy vertelde het,’ antwoordde hij achteloos.

‘Kwam je daarom naar kantoor?’

‘Voor een deel wel, ja.’ Met zijn vinger wreef hij over zijn lippen. ‘Wat zei ze tegen je?’

‘Ze heeft me niets nieuws verteld. Ze zei dat jullie de breuken in jullie huwelijk proberen te lijmen.’

‘Hoe reageerde jij daarop?’

‘Ik heb gezegd dat ik jullie niets in de weg wil leggen.’ Skye slikte om de brok uit haar keel te krijgen. ‘En dat is ook zo.’

Zijn gezicht leek wel uit steen gehouwen, maar ze wist dat ze er goed aan deed om definitief met hem te breken. Als ze niet meer beschikbaar was, maakte ze het makkelijker voor hem, en uiteindelijk ook voor zichzelf.

‘Ze is deze week met iemand anders naar bed geweest,’ vertelde David.

Er klonk geen emotie door in die mededeling, dus Skye wist niet goed hoe ze erop moest reageren. Eigenlijk wist ze niet eens waarom hij het haar vertelde.

‘Ik vind het jammer als je daar verdriet van hebt gehad,’ zei ze uiteindelijk.

‘Ik vond het helemaal niet erg.’ Hij klonk alsof het hem zelf verbaasde.

‘Dat vind ik ook jammer,’ zei Skye.

‘Ik ook, Skye, ik ook,’ reageerde hij nauwelijks hoorbaar.

Er viel weer een stilte, maar deze keer was die oorverdovend. De ruimte werd gevuld met alle dingen die ze voor elkaar verzwegen. Na een paar minuten deed hij zijn mond open, alsof hij een aantal emoties in de kamer wilde verwoorden. Op het laatste moment leek hij zich echter te bedenken en deed hij zijn mond weer dicht. Zwijgend speelde hij met zijn lege glas.

‘We kunnen maar beter naar bed gaan,’ zei Skye.

Met een diepe zucht duwde David zijn vingertoppen tegen zijn gesloten ogen. ‘Ik denk dat je gelijk hebt. Neem jij het grote bed maar. Ik slaap wel in Jeremy’s kamer.’