Hoofdstuk 3

 

 

 

De Laatste Linie was gevestigd in een wit gebouw aan Watt Avenue, dat aan het begin van de jaren zeventig was gebouwd. Het was een periode waarin er naar Skyes mening maar bijzonder weinig mooie gebouwen waren neergezet. Ze was dan ook niet onder de indruk van de architectuur van hun kantoor, maar het lag gunstig, slechts tien minuten van het centrum en vlak bij de snelwegen Interstate 80 en Highway 50. Bovendien was de huur goed te betalen. Voor een oppervlakte van ruim tweehonderdvijftig vierkante meter betaalden ze tweeduizend dollar per maand. Ze hadden alle drie een eigen kantoor, en verder hadden ze een keukentje, twee spreekkamers en een leslokaal, waarin ze cursussen zelfverdediging gaven of vergaderden met de professionals die ze soms voor hun cliënten inhuurden: lijfwachten, privédetectives, advocaten en psychologen.

Omdat ze alleen op afspraak werkten, zat de deur altijd op slot. Skye haalde de juiste sleutel uit haar tas en maakte de deur open. Haar oog viel op een nieuwe poster op de ruit: ‘Vermist: Sean Brady Regan, geboortedatum 2 maart 1964. Woonplaats: Del Paso Heights, Sacramento, Californië. Voor het laatst gezien op nieuwjaarsdag.’

Onder de tekst hing een foto van de vriendelijke man die drie weken eerder bij Skye op kantoor was geweest.

Sheridan, die haar geschokt naar de foto zag staren, kwam naar haar toe. ‘Het spijt me dat je het nieuws zo moet zien, Skye. Ik wilde het je vanochtend niet door de telefoon vertellen, omdat je op dat moment al zo van streek was.’

Skye wees naar de poster. ‘Wanneer heb je deze oproep gekregen?’

‘Vanochtend. De politie kwam de poster brengen.’

‘Zij heeft het gedaan,’ zei Skye. ‘Zijn vrouw heeft hem vermoord.’

‘Waarom? Vanwege een levensverzekering?’

‘Nee, Sean had geen levensverzekering afgesloten. Dat was een van de eerste dingen die ik hem heb gevraagd,’ antwoordde Skye. ‘Hij vertelde me dat hij bang voor haar was. Hij had de indruk dat ze een verhouding met een ander had en van hem wilde scheiden, maar dat ze geen zin had om ruzie over de kinderen te maken.’

Sheridan streek haar lange, donkere haar achter haar oor. Ze droeg geen make-up, maar met haar mooie gezichtsvorm, helderblauwe ogen, donkere wimpers en gave huid werd ze op straat vaak nagekeken, vooral door mannen. ‘Wij kunnen niet alle zaken op onze schouders nemen, Skye. Dit moet de politie verder oplossen.’

Ongelovig keek Skye haar aan. ‘Hoe kun je dat nu zeggen? Volgens deze poster wordt hij al een week vermist,’ zei ze. ‘We moeten Jonathan Stivers bellen. Hij is ontzettend goed. Hij kan praktisch iedereen vinden.’

‘Daarnaast is hij helaas ook ontzettend duur, en we zijn bijna door ons geld heen.’ Sheridan legde een hand op haar arm. ‘We moeten verstandig zijn, Skye. We moeten een reserve hebben als we de deuren van onze stichting open willen houden.’

Het feit dat Sheridan daarover begon, betekende dat ze al in de problemen zaten. Toch wilde Skye daar nu niet over nadenken. Haar gedachten werden beheerst door Sean. Misschien lag hij door toedoen van zijn vrouw al een week in een greppel te rotten.

‘Ik zei nog dat hij bij haar weg moest gaan, dat hij zijn koffers moest pakken,’ verzuchtte ze.

‘Heeft hij dat geweigerd?’

‘Hij wilde zijn kinderen niet in de steek laten, en hij twijfelde of zijn angsten wel gegrond waren,’ antwoordde ze. ‘Zijn familie lachte hem uit toen hij zei dat Tasha gevaarlijk was.’

Sheridan gaf haar een bemoedigend kneepje in haar schouder. ‘Laat het maar aan de politie over. Ze doen echt hun best.’

Dat leek echter nooit genoeg te zijn. Skye kende geen enkele politieman die zo toegewijd was als David, maar zelfs hij was er niet in geslaagd Burke voor altijd achter de tralies te zetten. Daarnaast vielen er altijd mensen tussen wal en schip. Daarom hadden Sheridan, Jasmine en zij deze stichting opgezet en probeerden ze al die mensen elke dag weer te helpen. Voor sommigen regelden ze een privédetective of een advocaat. Anderen hadden fysiotherapie, medische zorg, geestelijke hulp of onderdak nodig. Ze deden hun best om iedereen te helpen. Dat kostte echter heel veel geld, en al betaalden ze zichzelf een uiterst bescheiden salaris, er was nooit genoeg om alle plannen te realiseren.

Gelukkig hadden ze de afgelopen jaren bewezen dat ze een serieuze stichting leidden. Inmiddels trokken ze de aandacht van plaatselijke overheden en de politiek. Een senator had toegezegd dat hij komend weekend een benefietavond zou bijwonen, dus Skye had goede hoop dat die avond veel geld zou opleveren.

‘Ik voel me verplicht om iets voor hem te doen, Sher,’ zei ze. ‘Toen hij hier kwam, vroeg hij schuchter of wij ook mannen helpen, alsof hij zich ervoor schaamde. Ik zei dat we alle mensen wilden helpen, ongeacht hun geslacht, leeftijd of etnische achtergrond.’

‘Wat had je hem beloofd?’

‘Een afspraak met Jonathan. Ik wilde uitzoeken of hij terecht bang voor zijn vrouw was, maar na die eerste ontmoeting heb ik hem niet meer teruggezien,’ verklaarde Skye. ‘Ik heb hem een paar keer gebeld, maar ik kreeg hem niet te pakken. Ik nam aan dat hij met zijn gezin naar familie was, omdat het bijna Kerstmis was. Maar nu…’ Ze beet op haar lip, bang dat er weer een leven verloren was gegaan. Een leven dat zij misschien had kunnen redden…

‘Ik had er meer tijd in moeten stoppen, ik had naar zijn huis moeten gaan.’

‘Skye, geef jezelf nu niet de schuld. Bovendien weten we niet wat er is gebeurd,’ zei Sheridan. ‘Misschien heeft hij wel bewijzen gevonden dat hij niet veilig was en is hij uit zichzelf weggegaan.’

‘Nee. Dan zou hij zijn kinderen hebben meegenomen.’

‘Goed, dan vragen we wel of Jonathan hem kan opsporen.’

Sheridan deed haar best om te glimlachen, maar Skye zag de spanning in haar ogen. Sinds de eerste maanden van DLL was haar vriendin niet meer zo bezorgd geweest om de stichting. Het was niet vreemd dat ze op dit moment in de problemen zaten, want ze hadden meer zaken aangeboden gekregen dan ze konden verwerken. Skye besefte dat ze sommige cliënten misschien beter hadden kunnen afwijzen, maar ze vond het altijd moeilijk om wanhopige mensen weg te sturen. Daarnaast had ze niet veel verstand van financiële zaken. Sheridan was verantwoordelijk voor de boekhouding. Skye bemoeide zich met de zelfverdedigingscursussen, traumatherapieën, cursussen om zelfvertrouwen op te krikken en schietlessen. Jasmine zocht naar ontbrekend bewijsmateriaal en vermiste mensen. Daarnaast hadden ze allemaal een aantal dossiers onder hun hoede genomen en functioneerden ze als coördinator om de mensen zo goed mogelijk te helpen.

‘Morgen over een week hebben we weer een benefietavond, hè?’

‘Klopt. Zaterdagavond.’

‘Ik heb deze maand een paar dollar overgehouden,’ zei Skye. Haar vriendin hoefde niet te weten dat dat betekende dat een paar rekeningen onbetaald zouden blijven. ‘Ik betaal Jonathan wel uit eigen zak.’

Met gesloten ogen schudde Sheridan haar hoofd. ‘Skye…’

‘De stichting kan me terugbetalen als we volgende week veel geld binnenkrijgen,’ zei Skye. ‘Afgesproken?’

‘Goed dan,’ verzuchtte Sheridan. ‘Laten we naar binnen gaan, het is koud. Ik denk dat het zo gaat regenen.’

Nog voordat ze zich kon omdraaien, had Skye haar omhelsd.

‘Bedankt voor je begrip, Sheridan.’

‘Natuurlijk heb ik begrip voor je. Begrip is ons vak. De drijfveer van onze stichting.’ Sheridan hield de deur voor haar open. ‘Voordat ik het vergeet…’

‘Wat?’ vroeg Skye, haar autosleutels in haar tas stoppend.

‘Heb je al een afspraakje voor die benefietavond?’

‘Nee, waarom zou ik? We hebben toch geen mannen nodig om deze stichting te runnen?’

‘Skye, hier hebben we het al eens over gehad. Het gaat om onze uitstraling,’ zei Sheridan. ‘De mensen die ons steunen, zijn zakenlieden, bankiers, boeren, zuivelhandelaars. Met andere woorden: conservatieven die van orde en gezag houden.’

‘Wat wil je daarmee zeggen?’

Ze waren inmiddels bij de ontvangstbalie aangekomen, die onbemand was omdat de vrijwilligers pas later op de dag arriveerden. Sheridan ging zitten om de post te sorteren.

‘De senator die die avond aanwezig zal zijn, is ook een conservatieve man,’ antwoordde ze. ‘Zijn rechterhand heeft me uitgelegd dat ze heel zorgvuldig uitzoeken welke goede doelen ze willen steunen.’

Skye leunde met haar ellebogen op de balie, om te kijken of er ook post voor haar was. ‘Wij zijn toch een goed doel? We helpen mensen die het slachtoffer van geweld zijn geworden. We zijn zelf ook slachtoffers geweest. Daar is toch niets op aan te merken?’

‘Nee, maar onze samenwerking met de politie kan bijvoorbeeld veel beter. Zo’n senator is huiverig voor negatieve publiciteit,’ verklaarde Sheridan. ‘Bovendien hebben we het zo druk met ons werk dat ons privéleven er weleens bij inschiet.’

Hier hadden ze het inderdaad al vaker over gehad. Naarmate ze verder van een ‘normaal’ leven verwijderd raakten, kwam het zelfs steeds vaker ter sprake. Vandaag had Skye echter geen zin om erop in te gaan. Haar directe zorg was dat ze haar boodschappengeld ging uitgeven aan een privédetective. ‘Heeft de senator daar een opmerking over gemaakt?’

‘Nee, maar…’

‘Waar wil je nu naartoe, Sheridan?’ informeerde Skye ongeduldig.

Sheridan legde twee brieven voor Jasmine opzij, gooide wat reclamefolders weg en gaf Skye een enveloppe die aan haar was geadresseerd. ‘De rechterhand van de senator heeft gezegd dat hij geen speculatie over onze seksuele geaardheid wil,’ antwoordde ze.

‘Wat?’ Skye keek op van haar post. ‘Dat meen je niet!’

‘Dacht je dat ik zoiets zou verzinnen?’

‘Heb je gezegd dat hij naar de pomp kon lopen?’

‘Nee, ik heb hem verzekerd dat de associatie met ons geen verlies van conservatieve kiezers zal opleveren,’ zei Sheridan.

‘Ik zou hebben gezegd dat hij naar de pomp kon lopen.’

‘Niet waar. Ook jij zou het belang van de stichting voorop hebben gesteld.’

Zuchtend keek Skye naar haar post. Het was een enveloppe van Joanna Lintz, een vrouw die ze had geholpen in de tijd dat DLL nog maar net was begonnen. ‘Dat is waar, maar het ergert me vreselijk als iemand zich met mijn privéleven bemoeit,’ zei ze.

In de enveloppe zat een kaart van Joanna, waarop ze schreef dat het erg goed met haar ging. Dat was goed nieuws, maar zelfs dat was niet voldoende om Skyes humeur op te krikken. ‘Wat heeft seksuele geaardheid in vredesnaam met de bestrijding van geweld te maken?’ wilde ze weten.

‘We zijn vaak met ons drieën. We gaan bijna nooit uit. Er zijn geen mannen in ons leven.’ Sheridan trok een lelijk gezicht. ‘Nou ja, die zijn er wel, maar ze staan op de lijst van mensen die hulp nodig hebben. Zelfs Jasmine heeft al tijden geen man meer gehad. Ik begrijp wel wat ze bedoelen.’

Geïrriteerd liet Skye de enveloppe in haar tas vallen. ‘Het gaat niemand iets aan hoe wij ons leven leiden. Trouwens, Jasmine is getrouwd geweest.’

‘Dat zegt niets. Dat weet je zelf ook wel.’

‘Vind jij het dan niet vervelend dat ze zich met ons bemoeien?’

‘Jawel, maar we móéten geld inzamelen voor de stichting.’

Dat was waar. Als ze geen geld kregen, zou Skye haar water en licht niet meer kunnen betalen. ‘Oké, ik zoek wel iemand die met me mee wil,’ mopperde ze. ‘Is er nog meer post voor mij?’

‘Vandaag niet.’ Sheridan legde de rest van de post opzij. ‘Vraag iemand mee die er goed uitziet en zich netjes weet te kleden. Het is een formele avond, een prachtige kans om te netwerken met rijke mensen en om contacten in de politiek te leggen.’

Skye liep in de richting van haar werkkamer, maar bij de deur draaide ze zich om. ‘Het is niet eens zo makkelijk om een man te vinden die een goede indruk maakt,’ zei ze. ‘Herinner je je nog hoe Charlie Fox zich tijdens die kerstborrel gedroeg?’

‘Ik had nog zo gezegd dat je hem niet moest vragen.’ Sheridan stond op en schoof de stoel terug onder het bureau. ‘Hij zit nog steeds te mokken over zijn echtscheiding.’

‘Dat had je helemaal niet gezegd. Je zei dat je buurman eenzaam was en dat het hem goed zou doen eens onder de mensen te komen,’ protesteerde Skye.

Haar vriendin ontweek haar blik. ‘Ik weet zeker dat ik je heb gewaarschuwd,’ zei ze, in de richting van haar eigen werkkamer lopend.

‘Dat heb je helemaal niet gedaan. Je zei dat hij aardig en welgemanierd was.’

‘Dat is ook zo.’

‘Meen je dat? Die aardige, welgemanierde man dronk zoveel dat hij halverwege de avond onzin uitkraamde,’ zei Skye. ‘Toen ik hem naar huis bracht, viel hij in de auto in slaap. Daarna kon ik hem niet meer wakker krijgen.’

Sheridan duwde de deur van haar werkkamer open. Skye vermoedde dat haar vriendin stiekem moest glimlachen.

‘Het is jammer dat het zo is gelopen,’ merkte Sheridan op. ‘Misschien moet je deze keer iemand vragen voor wie je werkelijk belangstelling hebt.’

‘Hou op, Sheridan,’ riep Skye. ‘Er is helemaal niemand.’

‘Wel waar.’ Sheridan draaide zich om.

Geïrriteerd wuifde Skye met haar hand. ‘Hij is getrouwd.’

‘Hij en zijn vrouw zijn uit elkaar.’

‘Dat maakt niet uit. Het komt vast weer goed tussen hen, net als de vorige keer,’ zei Skye. ‘Hij gaat naar haar terug tot hij de spanningen niet meer kan verdragen, en dan zetten ze er weer een punt achter. Helaas ziet hij een echtscheiding als een persoonlijk falen. Hij is te koppig om toe te geven dat hij een fout heeft gemaakt.’

‘Dat is inderdaad lastig,’ beaamde Sheridan.

‘En in het huis van zijn ex woont de enige om wie hij iets geeft.’

Sheridans blik werd ernstig. ‘Hij geeft ook om jou, Skye.’

‘Niet zoveel als om zijn zoon,’ zei Skye, haar kantoor binnen lopend.

 

‘Het is Oliver!’ snauwde Noah Burke met een geërgerde blik in zijn ogen.

Bij de mededeling dat haar man aan de telefoon was, kreeg Jane het koud en warm tegelijk. Ze had net een uur met zijn oudere broer in bed gelegen. Als Kate een weekendje naar haar oma was, kwam Noah altijd langs. Om zijn vrouw niet achterdochtig te maken, verzon hij altijd een smoesje. Hij zei bijvoorbeeld dat hij een leertje moest vervangen, of dat hij het gras moest maaien. Tot nu toe was dat altijd goed gegaan, maar het was vervelend dat Oliver nu belde.

‘Ja, ik ben bereid de kosten te betalen,’ zei Noah in de telefoon, zijn hand door zijn lichtbruine haar halend.

‘Hij belt anders nooit op zaterdagmiddag,’ fluisterde Jane verontschuldigend. Haar geluksgevoel verdween als sneeuw voor de zon, en ze ging rechtop zitten.

Het was toeval dat Noah had opgenomen. Hij had een pizzeria willen bellen, maar op het moment dat hij de hoorn van de haak had genomen, had hij de stem van zijn broer gehoord. Meteen daarna kreeg hij iemand aan de lijn met een zinnetje dat Jane zelf al honderden keren had gehoord: ‘Dit gesprek komt vanuit een gevangenis in Californië en wordt opgenomen.’

Wat een slechte timing. Volgens Oliver was er op elke verdieping maar één telefoon. Dat betekende dat vierenvijftig gevangenen elkaar voortdurend voor het toestel verdrongen, maar Oliver slaagde er elke keer in om Jane te bellen als ze daar geen behoefte aan had.

De laatste tijd had ze sowieso weinig zin om hem te spreken. Kennelijk dacht hij dat ze blij was dat hij vervroegd vrijkwam, maar waarom ging hij ervan uit dat ze de vlag zou uithangen? Er was te veel gebeurd. Al was hij misschien niet schuldig aan de verkrachting waarvoor hij veroordeeld was, hij was haar ontrouw geweest. Dat had Jane ongelooflijk veel verdriet gedaan. Naast al haar bezittingen was ze ook haar waardigheid kwijtgeraakt. Geen van haar vriendinnen had een echtgenoot in de gevangenis. Het was al erg geweest als hij van verduistering of iets dergelijks was beschuldigd, maar verkrachting wierp ook een donkere schaduw over haar.

Deskundigen beweerden dat verkrachting om macht ging in plaats van om seks, maar Jane was bang dat iedereen nu dacht dat zij haar man niet tevreden kon stellen. Niemand had die woorden uitgesproken, maar ze zag aan de gezichten om haar heen dat ze zich afvroegen of ze Oliver in bed wel genoeg aandacht had gegeven.

Ha, ze zouden haar eens moeten zien met Noah.

Noah was veel langer dan zijn broer en had een aannemersbedrijf. Hij werkte zelf vaak in zijn bedrijf mee, waardoor hij een uitstekende conditie had. Telkens wanneer hij langskwam, brandde hij van verlangen naar haar.

Desondanks voelde Jane zich schuldig dat ze haar huwelijksgeloften brak. De vrome tante die haar na het auto-ongeluk van haar ouders had grootgebracht, zou zich waarschijnlijk omdraaien in haar graf als ze het wist. Ook was Jane dol op haar schoonzus en haar schoonouders, die allemaal erg gekwetst zouden zijn als haar overspel uitkwam.

Met zijn hand op de hoorn gebaarde Noah naar haar, alsof hij wilde vragen wat hij tegen zijn broer moest zeggen.

Jane zocht haar toevlucht tot het smoesje dat ze eerder die week ook had gebruikt toen haar schoonmoeder langskwam en Noah in de keuken aantrof. ‘Zeg maar dat de wc verstopt is en dat je me komt helpen,’ zei ze. ‘Hij weet dat je af en toe klusjes voor me doet. Daar is hij heel blij mee.’

Noah hief zijn ogen ten hemel bij die laatste zin. Hij boog zijn hoofd, waardoor ze de neiging kreeg om de telefoon van hem over te nemen. Ook Noah had last van schuldgevoelens, en Jane was bang dat hij zijn vrouw ooit de waarheid zou opbiechten. Maar ja, Oliver had de stem van zijn broer nu al gehoord. Het zou raar zijn als Noah de telefoon overgaf zonder iets tegen Oliver te zeggen.

‘Hé, hallo, hoe is het?’ Met een hulpeloze blik wreef Noah over zijn slaap. ‘Ja, klopt, ik ben bij jou thuis. Heb je nog nieuws sinds mijn laatste bezoek? Wat, echt waar? Wat fijn dat je vrijkomt. Het spijt me dat ik het afgelopen jaar niet vaker ben geweest. Ja, je weet hoe het gaat, druk met mijn werk…’

Jane stond op en ging bij Noahs voeten zitten. Ze had zin om te kreunen, of een ander geluid te maken dat hen zou verraden. Oliver verdiende de pijn van haar overspel. Als hij niet op Skye Kellermans uitnodiging was ingegaan, zou hij nooit in de gevangenis zijn beland.

Toch wist ze dat ze nooit iemand over haar verhouding zou vertellen. Als ze dat deed, verwoestte ze te veel levens, waaronder dat van haar dochter. Het zou ook een enorme klap zijn voor Noahs aardige vrouw Wendy.

‘Word je voorwaardelijk vrijgelaten?’ informeerde Noah. ‘Wat houdt dat precies in?’

Opeens was het of Jane zichzelf en haar zwager vanaf een afstandje kon zien. Ooit was ze een modelechtgenote geweest, maar nu had ze seks met haar mans oudere broer. Ze was een slecht mens…

‘Ja, pa en ma kijken ernaar uit om je te zien.’ Noah glimlachte weemoedig naar haar.

Misschien was ze daarom wel zo aan hem verslaafd. Hij behandelde haar alsof ze belangrijk was, alsof ze er echt toe deed. Ze was verliefd op hem geworden omdat hij haar wilde helpen. Oliver had haar aan haar lot overgelaten, drijvend in een zee van pijn. Het was geen wonder dat ze zich aan de reddingsboei van zijn broer had vastgegrepen.

‘Ja, het is jammer van de tandartspraktijk, maar je vindt vast wel iets anders,’ zei Noah, spelend met Janes haar. ‘We zien elkaar zodra je vrij bent. Ik zal je Jane even geven.’

Zodra hij de hoorn aan haar had gegeven, begroef hij zijn gezicht in zijn handen.

Jane moest twee keer hallo zeggen voordat de kikker uit haar keel verdween.

‘Hallo, lieverd,’ zei Oliver. ‘Hoe gaat het?’

‘Prima.’ Jane trok haar benen op en staarde naar haar gelakte teennagels.

‘Wat doet Noah bij jou?’

‘Hij…’ Ze moest haar keel schrapen. ‘Hij doet een paar klusjes in huis, zodat alles in orde is wanneer jij thuiskomt.’

‘Dat is aardig van hem.’

Ze voelde een steek in haar hart bij de gedachte dat ze Noah na Olivers thuiskomst kwijt zou zijn. Kon hun verhouding maar eeuwig blijven duren! De komende maanden zouden draaglijker zijn als ze verzekerd was van zijn steun. Ze wist echter dat ze het niet kon riskeren om de affaire voort te zetten.

‘Hij weet dat ik het huis graag op je komst voorbereid. Hij en zijn ouders zijn erg lief voor me geweest,’ zei Jane. Omdat ze Noahs hand op haar hoofd voelde, leunde ze met haar wang tegen zijn knie.

‘Terecht. Je bent mijn vrouw,’ zei Oliver.

Alsof Jane dat kon vergeten. Haar band met hem had haar op alle mogelijke manieren vernederd. Toch was hij de vader van haar dochter, de man van wie ze ooit had gehouden. Ze kon zich werkelijk niet voorstellen dat hij de misdaden had gepleegd waarvan Skye Kellerman hem beschuldigde.

‘Word je vrijdag officieel vrijgelaten?’ vroeg ze.

‘Ja. Nog maar zes daagjes. Ongelooflijk, hè?’

‘Ja.’

‘Wanneer ik thuis ben, vergeten we het verleden en kijken we alleen nog maar vooruit,’ zei Oliver. ‘Dan kopen we een groot huis, net als vroeger. Ik denk dat mijn ouders ons wel willen helpen.’

Dat hadden Betty en Maurice Burke ook gezegd. Net als Jane konden ze zich niet voorstellen dat hun zoon een gewelddadige crimineel was. Goed, het was duidelijk dat er een worsteling tussen hem en Skye Kellerman had plaatsgevonden. Oliver was die nacht met zware verwondingen thuisgekomen, zo zwaar dat Jane hem naar het ziekenhuis had moeten brengen. Toch geloofde Jane dat Skye als eerste had aangevallen. Waarschijnlijk had ze drugs gebruikt, zoals Oliver zei.

‘Jane?’ vroeg Noah fluisterend.

Hij wist dat ze inwendig huilde, maar ze kon hem niet aankijken. Ze stak haar hand op en liep naar het raam om naar het piepkleine tuintje achter haar goedkope huurhuis te kijken. Ze vond het vreselijk om hier te wonen. De buren waren aan de drank en ruzieden tot diep in de nacht. Tieners hingen op straat rond om marihuana te roken en spullen te vernielen. Ook over de scholen was Jane niet te spreken.

Ze besefte dat ze Oliver nodig had om hier weg te komen. Ze moesten hun best doen om hun oude leven terug te krijgen en nooit meer aan Skye, de gevangenis, de boosheid en de wrok te denken. Ook Noah en het schuldgevoel zou ze moeten vergeten.

Huiverend wreef ze over haar arm. ‘Ik zag Skye vorige week op tv,’ vertelde ze aan Oliver.

‘Denk maar niet te veel aan haar,’ zei Oliver. ‘Ze is een ziekelijke leugenaarster.’

‘Ze zamelt geld in voor andere slachtoffers.’

‘Dan hoop ik dat ze daarmee échte slachtoffers bedoelt, en geen mensen zoals zij.’

‘Ze maakt gebruik van wat ze jóú heeft aangedaan. Ze heeft er een nieuwe carrière door gekregen! Ik bedoel, moet je kijken hoeveel publiciteit en sympathie ze krijgt.’ Jane kreeg zin om haar weer een brief te schrijven. Ze had er de afgelopen jaren al een paar geschreven, maar daar kwam nooit een reactie op.

‘Ze zal er ook wel een aardige duit aan overhouden,’ merkte Oliver op.

Jane werd jaloers. Skye Kellerman werd dus rijk, en dat terwijl Jane voor een hongerloontje in een goedkope kapsalon moest werken!

Noah kwam achter haar staan en gaf haar een kus in haar nek. De plezierige rilling haalde Jane uit haar rancuneuze dagdroom.

‘We beginnen gewoon opnieuw. We laten dit allemaal achter ons,’ zei ze.

‘Goed plan,’ zei Oliver.

‘Tot vrijdag,’ zei Jane, tegen Noah aan leunend.

‘Laat Kate maar bij mijn moeder, en neem genoeg geld mee voor een hotel. We hebben wel een nacht met ons tweetjes verdiend,’ zei Oliver.

‘Misschien wel, ja.’

‘Je klinkt niet erg enthousiast.’

Jane wist niet wat ze moest voelen. Ooit had ze van hem gehouden. Zou dat gevoel na zijn thuiskomst terugkeren? Ze hoopte van wel, voor haarzelf, voor Kate, voor iedereen. ‘Jawel hoor,’ zei ze vlug.