x
‘Ik merkte dat ze iemand had ontmoet die anders was dan de anderen. Na hun eerste ontmoeting praatte ze over niets anders meer.’
Marianne With zat op het puntje van haar stoel. Christina Lerches vriendin had het donkere haar opgestoken en met een haarklem vastgezet. Het gezicht was glad en zonder make-up. Ze was net als Christina drieëndertig jaar en ze hadden vier jaar als collega’s samengewerkt.
‘Ze bezat een levenslust en een vrolijkheid waar ik jaloers op was.’
Marianne zonk ineen, richtte haar blik naar binnen en zat even in gepeins verzonken voor ze vervolgde: ‘Maar ze was ook zo iemand waar je snel genoeg van kon krijgen. Ze was volslagen bezeten van daten via internet. Ze stond op weet ik veel hoeveel sites en maakte daar nooit een geheim van. Ze ging met meerdere mannen tegelijk uit, hoewel het maar zelden tot een tweede afspraakje kwam. Het leek alsof alleen het eerste contact haar interesseerde. Dan dankte ze hen af, dumpte ze hen, en de volgende dag begon ze weer opnieuw.’
Louise bestudeerde de donkerharige vrouw terwijl deze aan het woord was. Het leed geen twijfel dat de vrouw dit gedrag niet goedkeurde, maar tegelijkertijd klonk er een zweempje afgunst in haar stem. Het gedrag van Christina Lerche, zoals haar vriendin dat beschreef, was niet ongewoon. Nog niet zo lang geleden was er tijdens de afsluitende weekvergadering op de afdeling een Zweedse life-styleonderzoeker geweest die had verteld over het stijgende aantal mensen dat ronduit verslaafd was aan daten via internet.
‘Maar het was heel anders toen ze met deze man uit was geweest’, ging Marianne verder.
De licht beschuldigende toon was uit haar stem verdwenen. Ze klonk nu gewoon oprecht en triest.
‘Ik denk dat hij haar heeft weten in te palmen door elegant te zijn. Ze liet het bijna als een heldendaad klinken toen ze me vertelde dat hij met haar mee was gelopen naar de metro.’
Marianne With zonk weer ineen. Ze zat een poosje naar de grond te staren voor ze opnieuw rechtop ging zitten en zei: ‘Af en toe vond ik dat ze een tik op haar vingers verdiende.’
Haar stem werd schor en Louise bereidde zich voor op een huilbui.
‘Het ergerde haar vreselijk als een man die ze had gedumpt een boeket bloemen op kantoor liet bezorgen’, ging Marianne verder. ‘Ze verloor zo snel haar interesse dat die mannen waarschijnlijk niet eens in de gaten hadden dat het contact al was verbroken.’
Ze zweeg even.
‘Ik zou helemaal niet zo over haar moeten praten’, snikte ze.
‘Op welke dag hebben ze elkaar ontmoet?’ vroeg Louise met al haar zintuigen op scherp en zonder te letten op de zelfverwijten van de getuige. Haar vraag kwam zo onverwacht dat Christina Lerches vriendin haar verbaasd aankeek.
‘Hoe bedoel je?’
‘Vertel me eens wanneer je vriendin hem heeft ontmoet. Waar waren ze, en wanneer heeft hij haar naar de metro gebracht?’
‘Dat moet maandag of dinsdag zijn geweest.’
‘Wil dat zeggen dat er maar zo’n drie à vier dagen zaten tussen hun eerste ontmoeting en de dag dat hij haar heeft vermoord?’
Louise was gespitst op het antwoord, maar ze probeerde de vrouw niet zo onder druk te zetten dat ze dichtsloeg.
‘Het lijkt alsof er meer tijd tussen zat, maar dat moet dezelfde week zijn geweest. De week ervoor waren we op cursus. Toen hadden ze elkaar nog niet ontmoet. Ze vertelde wel dat ze mailde met iemand die interessant klonk. Ik weet bijna zeker dat het maandag was. Ze zouden elkaar bij de terrasjes in Nyhavn ontmoeten, na het werk.’
‘Zijn ze uit eten geweest? Of naar de bioscoop?’
Louise zocht haar geheugen af naar wat je tijdens een eerste ontmoeting nog meer kon doen.
‘Nee. Dat was een van de dingen die ze zo fantastisch aan hem vond. Ze hadden gewoon zitten kletsen, en het leek alsof ze onder de indruk was dat ze een man had ontmoet die slim en galant tegelijk was. Ze vertelde hoe ze een paar uur hadden zitten praten, voor hij haar beleefd had gevraagd of hij haar mocht uitnodigen om vrijdag mee uit eten te gaan. Toen ze de uitnodiging had aangenomen heeft hij haar naar de metro gebracht.’
‘Dat was dus aan het eind van de middag of het begin van de avond?’
Marianne With knikte.
Louise rondde het verhoor af, bedankte haar voor haar komst en nam afscheid. Vervolgens stapte ze bij Heilmann binnen.
‘We moeten de bewakingsvideo’s van de metro bekijken’, zei ze nog voor ze bij het bureau stond. Ze liet zich op de stoel ervoor vallen en vertelde in het kort over het gesprek met Christina’s vriendin.
‘We beginnen met de camera’s op de perrons van het Kongens Nytorv, dan kunnen we altijd die van de trappen nog bekijken als ze er niet op staan.’
‘Cool’, riep Heilmann uit. Ze gebruikte dit soort woorden niet zo vaak, maar sinds ze terug was van verlof was ze wel een stukje minder formeel geworden.
‘We moeten ervoor zorgen dat ze de banden van alle metrostellen morgenvroeg stilzetten’, zei Louise, die opgewonden rechtop ging zitten. ‘Ze nemen een week achter elkaar op, en dan beginnen ze opnieuw.’
Heilmann knikte. ‘Ik bel morgenochtend meteen het controlecentrum.’
Louise glimlachte en liet zich achterover in de stoel vallen. ‘Nu pakken we hem’, mompelde ze.
‘Suhr is net naar huis gegaan om de zondagavond met zijn gezin door te brengen,’ zei Heilmann, ‘maar hij heeft een persbericht gemaakt waarmee we morgen naar de media gaan. We zijn op zoek naar getuigen die in contact zijn geweest met een man die lijkt op onze dader. En naar vrouwen die iets soortgelijks hebben meegemaakt, maar geen aangifte hebben gedaan. We laten ook een waarschuwing uitgaan. Hij is gewoon te gevaarlijk om het niet te doen.’
‘Als we hem op de bewakingsvideo’s tegenkomen, kunnen we hem dinsdag al met afbeelding en al laten opsporen’, zei Louise. ‘Ik zou er ook meteen naartoe kunnen gaan, maar denk je dat daar nu iemand is die aan de bewakingsvideo’s kan komen?’
Ze besloten dat het het beste was om de banden op een goede speler te bekijken. De officiële procedure was dat de bewakingsbeelden op een cd-rom werden gezet die zij dan op het politiebureau konden bekijken, maar dat ging ten koste van de kwaliteit.
Heilmann keek op de klok. Het was bijna zeven uur.
‘Nee, dat doen we morgen als eerste. Dan kunnen Lars Jørgensen en jij na de ochtendbriefing een afspraak maken met Metro Service.’
Louise liep naar buiten om haar collega te zoeken. Hij en Toft waren nog steeds met Christina’s computer bezig.
‘We komen niet verder voordat het ding bij de ccu is geweest. We hebben gezien dat ze zo’n veertien dagen met elkaar hebben gemaild, maar we moeten de mails hebben die hij naar haar heeft gestuurd. Ons programma leidt ons naar verschillende internetproviders en dat levert niets op. We moeten trouwens ook een gerechtelijk bevel hebben voor de vier providers ons de ip-adressen mogen geven. Dat gaat een paar dagen duren.’
Thomas Toft klonk somber.
Louise glimlachte en klopte hem op de schouder.
‘Dan is het maar goed dat we een andere manier hebben om hem te pakken.’
Thomas Toft schoof zijn bril op zijn voorhoofd en keek op van het computerscherm. Hij had tussen de regels door begrepen dat er nieuwe informatie was.
‘Wat is er gebeurd?’
Lars Jørgensen reageerde niet. Hij zat nog steeds met de printjes voor zich van de mails tussen Christina en Jesper Bjergholdt en Louise ging ervan uit dat hij dacht dat ze het in de woning gevonden condoom bedoelde.
‘Morgen gaan we een afbeelding van hem halen. En jij gaat mee’, zei ze tegen Lars Jørgensen.
‘Halen?’ riepen ze in koor.
‘Op de dag dat hij met Susanne Hansson in Tivoli uit eten was, zat hij ’s middags in Nyhavn met Christina Lerche bier te drinken. Totdat hij haar naar de metro op het Kongens Nytorv bracht en haar mee uit vroeg voor vrijdagavond. We moeten de bewakingsvideo van de metro van maandag tussen 17.00 en 19.00 uur doorkijken. Haar vriendin wist niet hoe laat ze afscheid hadden genomen. Maar we weten dat hij naar Tivoli ging, dus dat moet voor die tijd geweest zijn.’
Beide mannen zaten geconcentreerd te luisteren.
‘Het wordt spannend om te zien of hij weet hoe je uit de buurt van de camera’s moet blijven. Dat is namelijk niet zo eenvoudig’, zei Toft, die de meeste ervaring had van hen drieën.
‘Wees nou niet meteen zo somber’, onderbrak Louise hem en ze probeerde zo opgewekt mogelijk te klinken. ‘Hij is niet onfeilbaar, dat heeft hij wel bij de laatste verkrachting laten zien. Hij verloor de controle en liet zijn vingerafdrukken op de muur achter, en vervolgens was hij zo dom om het gebruikte condoom door het toilet te spoelen. Hij denkt dat hij de situatie in de hand heeft, maar af en toe maakt hij fouten.’
Ze knikten en Louise vervolgde: ‘Nu hebben we tenminste iets waarmee we verder kunnen.’
Voordat ze terugliep naar haar kamer om die na het verhoor van Christina Lerches vriendin op te ruimen, zei ze tegen haar collega’s dat ze naar huis ging, dus als er iets was waar ze haar bij nodig hadden, dan moesten ze het nu zeggen.
‘Nee, er is verder niets’, zei Thomas Toft. ‘We dragen de computer over en dan wachten we af wat de experts nog vinden.’
Ze nam afscheid en wenste hun nog een prettige zondagavond.
‘Hallo!’ riep Louise toen ze de voordeur opendeed. Ze hoorde stemmen en even later kwam Markus aanrennen om haar een knuffel te geven. In de keuken zaten Camilla en Peter met een fles rode wijn aan de eettafel. De lege borden en een pan stonden op de keukentafel en in de gootsteen stond een grote pan in de week.
‘Proost’, zei Louise. Ze wierp een snelle blik op de rommel en voelde zich ineens moe. Ze liep naar de badkamer om zich een beetje op te knappen. Een lijkschouwing, een bezoek aan de plaats delict en een verhoor lieten duidelijke sporen na.
‘Heb je al gegeten?’ vroeg Peter vanuit de keuken.
Ze had een sneetje knäckebröd uit haar bureaula gegeten voordat Christina’s vriendin kwam, maar verder had ze sinds ze bij haar ouders waren vertrokken niets meer gehad.
‘Nee, is er nog wat over?’
Ze liep naar de pan die op de keukentafel stond. Op de bodem lagen de restjes van een paar nieuwe aardappelen. Ze pakte wat plakjes roggebrood, smeerde er een dikke laag boter op, sneed de aardappelen in stukjes en strooide er zout op.
‘Een glaasje wijn?’ bood Peter aan. Hij kon maar moeilijk verbergen dat hij nog steeds pissig was over hun afgebroken weekend, maar hij deed een loffelijke poging.
Louise schudde het hoofd en pakte een van de lauwe blikjes bier die ze hadden staan. Pas toen ze het had geopend merkte ze dat Camilla haar zonder een woord te zeggen had zitten observeren. Ze was niet eens opgestaan om haar te omhelzen. Dat gaf haar het vreemde gevoel dat ze over haar hadden zitten praten en dat Peter wellicht zijn frustratie had geuit. Ze wilde het liefst haar eten meenemen naar de woonkamer en zich voor de tv installeren, maar dat zou niet in goede aarde vallen en het zou ook wel een beetje merkwaardig zijn, vond ze.
Met een gespannen glimlach nam ze het biertje en het bord mee naar de ronde eettafel en ging zitten. Er brandden kaarsen en de fles wijn was bijna leeg. Ze zaten er al een tijdje, had ze het idee. Markus zat achter Peters playstation in de slaapkamer, dus van hem hoorden ze af en toe alleen wat overwinningskreten.
‘Is er iets?’ Louise keek Camilla vragend aan. ‘Heb je een leuk weekend gehad?’
Eindelijk glimlachte haar vriendin. ‘Ik heb een heel leuk weekend gehad, ontzettend bedankt dat jullie wilden helpen.’
‘Hou op, zeg, ik zat niet te vissen naar een bedankje. Vertel… Wie is het?’
Camilla bloosde lichtjes, iets wat Louise onmiddellijk opviel. Dat gebeurde namelijk niet zo vaak.
‘Wat is het voor iemand?’ probeerde ze haar vriendin op weg te helpen.
Peter ging staan en begon de afwas in de machine te stoppen.
‘Hij heet Henning…’
‘Henning!’ Voor de tweede keer die dag kon Louise zich niet inhouden, en ze haastte zich te vragen of hij ook een achternaam had.
‘Ja. Zachariassen. Hij is weekendvader van een meisje van dezelfde leeftijd als Markus.’
‘Waar heb je hem ontmoet? Waar woont hij?’
‘Zeg, doe eens rustig aan!’
Peter draaide zich naar hen om. ‘Camilla heeft met haar verhaal gewacht tot jij thuiskwam, dus geef haar even de gelegenheid om op gang te komen.’
‘Oké! Vertel maar vanaf het begin… dat wil zeggen, behalve dat wat te privé is’, voegde ze er haastig aan toe.
‘Ik ken hem nog maar net.’
De glimlach die Louise had weten te produceren toen ze haar vriendin aanspoorde om te vertellen bleef hangen en werd een grijns die ze maar moeilijk kon beheersen. Ze liet haar eten even voor wat het was en legde haar vork op het bord.
‘Heeft hij donker haar?’
Camilla knikte en bromde met honingzoete stem: ‘Mmm.’
Camilla had zich de man van haar dromen altijd voorgesteld als donker en een stuk langer dan haar eigen een meter zeventig.
‘Heb je hem op internet ontmoet?’
Louises stem, waarin niets opgewekts of vriendelijks klonk, sneed door de gezelligheid.
Peter, die de koekenpan stond af te spoelen, zette de pan met een knal op het aanrecht en draaide zich boos om.
‘Jezus! Is het soms aan jouw aandacht ontsnapt dat singles elkaar vaak op die manier ontmoeten?’ vroeg hij aan Louise terwijl hij haar beschuldigend aankeek.
Ze negeerde hem volledig, maar ging op scherpe toon verder: ‘Heb je een foto van hem?’
Camilla schudde het hoofd. Haar stem klonk nu bits.
‘Nee, die heb ik niet. Wat is er in godsnaam met je aan de hand? Kun je niet gewoon blij zijn dat ik iemand heb ontmoet bij wie ik graag ben?’
‘Natuurlijk kan ik dat.’
Peter had de afwas laten staan en kwam bij hen zitten.
‘Onder normale omstandigheden kan ik daar echt wel blij om zijn’, corrigeerde Louise zichzelf.
‘Maar in jouw wereld is internet geen normale omstandigheid’, onderbrak Camilla haar voordat Louise was uitgesproken.
Louise hief afwerend haar beide handen. ‘Dat heeft er niets mee te maken. Ik zou er echt wel blij om kunnen zijn, als ik vanochtend niet in het Forensisch Instituut bij het lichaam van een vrouw had gestaan die een paar jaar jonger was dan jij en die vrijdagavond een donkerharige man bij haar thuis had uitgenodigd die ze via internet had leren kennen, en…’ weer hief ze afwerend een hand om niet te worden onderbroken, ‘dat was naar alle waarschijnlijkheid dezelfde donkerharige man die Susanne Hansson afgelopen maandag vastgebonden, vastgetapet en verkracht heeft. De twee vrouwen hadden de pech dat ze allebei binnen zijn zoekprofiel vielen. Dan heb ik wel het recht om ietwat terughoudend te zijn in mijn enthousiasme, lijkt me.’
Het was stil rond de tafel. Ze hoefde geen moeite meer te doen om aan het woord te komen.
‘En toen ik vanochtend in die snijzaal zat, dacht ik godverdomme eventjes dat jij het was’, ging ze verder. ‘Ze woonde trouwens ook nog eens in Frederiksberg.’
‘Nee toch zeker!’ riep Camilla geschrokken.
Peter had een hand in Louises nek gelegd en aaide haar met zijn duim.
Toen ze de verandering in Camilla’s blik zag, voegde ze er snel aan toe dat ze er verder niets meer over kwijt wilde.
‘Suhr komt morgen met een persbericht.’
De laatste opmerking werd volledig genegeerd door de misdaadverslaggeefster tegenover haar. ‘Zijn er twee slachtoffers? Wil dat zeggen dat jullie op jacht zijn naar een serieverkrachter?’
Louise knikte, maar hield hardnekkig vol dat ze er verder niets over wilde zeggen.
‘Hoe laat is Suhr morgen op het werk?’
‘Pas vlak voor de ochtendbriefing om acht uur.’
‘Dan bel ik hem vanavond nog.’
De vriendelijke uitdrukking op Camilla’s gezicht was verdwenen. Nu was het vuur ontstoken. Haar eigen belevenissen had ze blijkbaar naar de achtergrond gedrongen bij het vooruitzicht van de zaak die de komende dagen voorpaginanieuws zou worden. Camilla wilde opstaan, maar Louise legde een hand op haar arm en vroeg haar te blijven zitten en te vertellen.
‘Wat weet je over Henning?’
‘Ik weet een heleboel over hem. Hij is knap, hij heeft weinig weg van een misdadiger. Ook al denk jij dat misschien.’
‘Ik denk niks’, zei Louise vermoeid. ‘Ik weet alleen dat er op het moment een vent rondloopt met de bijzondere gave om vrouwen die hij via internet leert kennen op een heel galante manier uit de kleren te krijgen. Hij is meedogenloos en zo berekenend als wat. En bovendien is hij geslepen. Hij heeft er tot dusver voor weten te zorgen dat we niet kunnen achterhalen waarvandaan hij mailt.’
‘Nou, dan kun je Henning wel uitsluiten’, zei Camilla triomfantelijk. Ze dronk het laatste restje wijn op. ‘Hij mailt vanuit zijn woonkamer in Sorø!’
‘In Sorø? Komt Henning uit Sorø?’ Louise glimlachte.
‘Wat is daar nou weer mis mee? Ben je daar ooit weleens geweest?’
‘Er is niks mis met Sorø.’
Ze begon nu te lachen. Peter keek haar schuin aan, maar een kleine trilling verraadde dat hij zich ook inhield.
‘Draagt Henning misschien ook witte tennissokken en sandalen?’
De bevrijdende lach verloste haar van het gespannen gevoel dat ze had gehad toen ze de keuken binnenkwam en ontnam haar iedere mogelijkheid zichzelf weer onder controle te krijgen.
‘Nou, zeg! Natuurlijk niet, maar wat dan nog? Je kunt toch nog wel aantrekkelijk zijn als je tennissokken draagt?’
Na die laatste opmerking kon ook Peter zich niet meer inhouden.
Het was altijd Camilla’s mantra geweest dat ze liever als oude vrijster wilde eindigen dan een relatie te beginnen met een boerenpummel die witte tennissokken en sandalen droeg.
Markus was op het gelach en de beledigde uitroep van Camilla afgekomen.
‘Wat doen jullie?’
‘Niks’, zei zijn moeder. ‘Louise en Peter zijn niet goed wijs.’
Hij bleef in de deuropening staan, maar gaf zijn poging om erachter te komen of hij iets had gemist uiteindelijk op en liep daarna onverrichter zake terug naar zijn spelletje.
Louise werd weer ernstig.
‘Ik zeg dit niet om paranoïde te doen, maar je kunt niet controleren of Henning echt thuis in Sorø naar je zit te mailen als hij beweert dat dat zo is.’
‘Waarom zou dat niet zo zijn?’ vroeg haar vriendin, wat rustiger. In haar stem was een lichte onzekerheid geslopen, en ze vatte Louises woorden blijkbaar niet langer op als een aanval, maar luisterde om zich te kunnen verdedigen.
‘Dat is waarschijnlijk ook wel zo. Maar onze dader heeft zijn slachtoffers – in ieder geval het eerste slachtoffer – wijsgemaakt dat hij thuis in zijn woning zat te mailen, terwijl de mails die hij haar stuurde van een openbaar toegankelijke computer afkomstig waren. Het is moeilijk om daar zeker van te zijn. Is hij de hele vrijdag bij jou geweest?’
Camilla wilde er weer tegenin gaan, maar bedacht zich en antwoordde vervolgens: ‘Ja… tot acht uur. Daarna had hij een afspraak.’
‘Met wie?’ vroeg Louise.
Haar vriendin haalde de schouders op en moest toegeven dat ze het niet had gevraagd. Het was immers hun eerste ontmoeting.
‘Ik ken een heleboel goede verhalen over mensen die elkaar op deze manier hebben leren kennen’, zei Camilla na een tijdje. Peter was opgestaan en naar de afwas teruggelopen.
‘En ik heb maar een paar slechte ervaringen gehoord’, ging ze verder, ‘en dat zijn alleen die twee waar jij het over hebt.’
‘Dat weet ik wel’, haastte Louise zich te zeggen. Zij kende ook een aantal heel positieve verhalen, en persoonlijk had ze veel waardering voor singles die liever met een potentiële partner mailden in plaats van te gaan stappen en er eentje te zoeken tussen al die kroegtijgers die ieder weekend in bars en cafés rondhingen.
Wat milder gestemd door Louises erkenning gaf Camilla toe dat er natuurlijk ook wel bedriegers tussen zaten. Mensen die maar wat aanrotzooiden en sjoemelden met identiteiten die alleen in hun fantasie bestonden.
‘Ik heb een keer een stuk geschreven over een meisje dat een vreselijke fantast was tegengekomen’, vertelde ze. ‘Hij maakte haar wijs dat hij een grote haciënda in Spanje aan het bouwen was. Ze leende hem een aantal keren geld, omdat het de Spaanse banken maar niet lukte om geld van zijn eigen rekeningen te halen. Dus zij betaalde vrolijk, in de overtuiging dat hij haar geld naar de aannemer stuurde, zodat het zwembad klaar was als zij ernaartoe zouden gaan op vakantie.’
Camilla haalde adem en dacht even na.
‘De relatie werd pas beëindigd toen het haar eindelijk duidelijk was geworden dat hij nog geen bloempot in een haciënda bezat. Haar geld was verdwenen, en hij ook toen ze de geldkraan dichtdraaide.’
‘Dan ben je toch ook wel naïef’, zei Peter vanaf het aanrecht.
Louise schudde even het hoofd.
‘Het is onvermijdelijk dat dit wereldje ook rotte appels en psychopaten aantrekt. Het probleem is alleen dat het zo verrekte moeilijk is ze op een beeldscherm te ontdekken’, filosofeerde ze.
‘Dan moet je maar een privédetective inhuren, als je zo weinig gezond verstand hebt!’
Louise beschouwde de opmerking van haar vriendin als een grapje.
‘Er zíjn mensen die dat doen’, riep Camilla uit toen ze Louises glimlach zag. ‘Er is een enorme toename van dit soort opdrachten bij detectivebureaus.’
‘Dan zou jij misschien voor de zekerheid een detective onderzoek moeten laten doen naar Henning’, stelde Louise voor, hoewel ze meteen wist dat de goede sfeer was verpest.
‘Hij is het niet. Hij is een heel gewone man en volstrekt geen verkrachter.’
Camilla stond op en liep naar de woonkamer om Markus te vertellen dat ze zo weggingen. Na een korte discussie kwam hij mee en trok hij zijn schoenen aan.
Louise was ook opgestaan en stond in de gang te wachten. Camilla ging voor haar staan, legde haar armen op haar schouders en schudde haar even door elkaar, terwijl Markus naar de keuken liep om Peter gedag te zeggen.
‘Wil je daar alsjeblieft mee ophouden? Af en toe krijg ik het idee dat je mij m’n geluk niet gunt.’
Louise moest zichzelf dwingen om te blijven staan. Het voelde alsof het liefdevolle schudden explodeerde met een klap die zich met enorme kracht in haar hart voortplantte. Ze wist haar zelfbeheersing te hervinden terwijl ze haar armen om haar vriendin sloeg en haar naar zich toe trok.
‘Ik wil niets liever. Ik zeg alleen dat je voorzichtig moet zijn.’
‘Je onderschat mijn mensenkennis.’
Haar stem was een fluisteren geworden.
‘Dat was niet mijn bedoeling. Sorry. Ik heb alleen geen zin om naar jouw woning te worden gestuurd en je vastgebonden terug te vinden. Maar ik zal ophouden. Ik hoor zelf ook wel dat ik overdrijf.’
Toen ze afscheid hadden genomen bleef Louise hen in de hal staan nakijken terwijl ze de trap afliepen. Haar lichaam voelde zwaar aan en de woorden van Camilla maakten haar groggy. Ze sloot de deur en liep naar de keuken om mee te helpen met opruimen.
Gun ik het haar niet dat ze gelukkig wordt? dacht ze. Natuurlijk wel, maar soms waren de situaties waar Camilla zich in stortte gewoon niet erg doordacht en dat was wat Louise zorgen baarde.
Ze zette de afwasmachine aan en ging naar de badkamer om haar tanden te poetsen.
Camilla was volgens de statistieken geen voor de hand liggend verkrachtingsslachtoffer. Maar dat was Christina Lerche ook niet geweest, en dat hield in dat hun eerste theorie, dat hij op zoek was naar stille, teruggetrokken vrouwen die van een man en een veilige relatie droomden, nu al in duigen was gevallen.
Peter zat voor de tv een film te kijken die al een tijdje bezig leek te zijn. Louise liep naar de slaapkamer om haar pyjama aan te trekken. Ze besefte opeens dat ze helemaal niet wist wat Camilla eigenlijk in haar internetprofiel had staan. Misschien vertelde ze juist wel dat ze al een aantal jaren alleen met haar zoontje leefde en dat ze verlangde naar een relatie en naar iemand om haar leven mee te delen. Misschien was er in Camilla’s zoekprofiel wel helemaal niets terug te vinden van haar stoere gedrag en het stadse meisje dat alleen maar heel dure schoenen kocht. Louise wist het niet en ze had er ook niets mee te maken. Natuurlijk gunde ze Camilla haar geluk, ook al woonde dat in Som.
Ze liep naar de kamer, ging naast Peter op de bank zitten en trok de deken over zich heen.
‘Wat voor film is het? Wat is er tot nu toe gebeurd?’
Omdat hij maar tien minuten had gezien, werd het een heel korte samenvatting, dus probeerde ze hem ook niet te volgen en sloot ze haar ogen.