Dat is waar (antwoorden van pagina 9-13)
1) De stelling Kornwerderzand heeft tijdens de meidagen van 1940 het Duitse invasieleger weten te stoppen. Tot de capitulatie van Nederland was het de Duitsers niet gelukt om de stelling in te nemen, ook niet na zware beschietingen vanuit de kust en vanuit de lucht. Aan Nederlandse zijde is niemand gesneuveld. In de geschiedenisboeken lezen we dat de overlevende Duitsers het de ‘Totendamm’, oftewel de dodendam, noemden. Terecht?
a) Nee. De ‘dodendam’ is een mythe. Er was wel verzet, maar er sneuvelden hooguit enkele Duitsers. En er gingen wel Duitse transportvliegtuigen verloren, maar dat had militair-strategisch geen invloed op het verloop van de oorlog.
2) Een flink aantal Nederlandse Joden wist de Tweede Wereldoorlog te overleven door ingrijpen van de Duitse jurist Hans Georg Calmeyer. Om Joden te redden riep hij onder andere de Blauwe ruiters in het leven. Wat waren dat?
b) Het waren bevoorrechte Joden die zo’n ruitertje van de Sicherheitspolizei ontvingen. Deze Joden hoefden geen jodenster te dragen en dat stond ook op hun persoonsbewijs. De kans dat zij de oorlog zouden overleven, werd hierdoor groter. Als het hoofd van de afdeling Jodenregistratie besliste Hans Calmeyer in gevallen waarin getwijfeld werd over de (Joodse) afstamming. Daardoor was hij in de positie om Joden te redden. Nogal wat als Joods geregistreerde personen hebben geprobeerd aan vervolging te ontkomen door de juistheid van de registratiewijze te betwisten. Calmeyer willigde verzoeken in, ook als deze op valse documenten waren gebaseerd, maar hij heeft ook een flink aantal verzoeken afgewezen. Ter verdediging voerde hij aan dat het anders zou zijn opgevallen en dat dan niemand gered had kunnen worden.
3) Een flink aantal luchtmachtpiloten van de geallieerde strijdkrachten keerde terug van hun missies naar Duitsland en vertelden dat zij onderweg ‘Foo Fighters’ waren tegengekomen. Wat waren dat?
b) Het waren ufo’s. Hoewel de Japanse piloten in eerste instantie wel zo werden genoemd, werd de term al snel gebruikt voor alles dat zich op onregelmatige wijze door het luchtruim bewoog en niet kon worden verklaard. Ook boven Nederland zijn ze waargenomen.
4) Aan het einde van de oorlog had geen enkele duivenmelker nog een levende duif in zijn duiventil. Alle 32.709 geregistreerde duiven in Amsterdam stierven een vroegtijdige dood. Hoe kwam dat?
c) De duiven hebben de hongerwinter niet eens gehaald. Een Duitse verordening die op 15 augustus 1942 van kracht werd, bezegelde het lot van de duiven. De Duitsers vonden de registratie van de duiven niet genoeg. Ze moesten worden geslacht, zodat ze niet konden worden ingezet als postduif. De afgehakte pootjes verdwenen met ring en al in het politiedossier.
5) Het Parool heeft in 2003 een aantal bijlagen aan Amsterdamse spookverhalen gewijd. Hierdoor kreeg het verhaal van poltergeist Heinrich aan het Spui bekendheid. Hoe kwam hij aan zijn eind?
a) In de kelder van dit mooie art-nouveaupand werd een jonge Duitse soldaat vermoord nadat hij Joodse onderduikers verraden zou hebben. De verrader heette Heinrich.
6) Rotterdam is hard getroffen door de oorlog. Nog jarenlang hadden de Rotterdammers het over de Zwarte duivels... Wie of wat waren dat?
c) De leden van het Korps Mariniers werden zo genoemd, omdat zij in hun donkere uniformen als duivels vochten om de Maasbruggen te behouden.
7) In een recent boek over het Rotterdamse
bombardement wordt beweerd dat het misschien toch geen
‘terreurbombardement’ was. Alleen Duitse archieven
zouden uitsluitsel kunnen geven, maar die zijn vernietigd... door
geallieerde bombardementen. In de periode van 10 tot 14 mei 1940
vonden ten minste twintig luchtaanvallen op Rotterdam plaats. Maar
wie bombardeerde(n) nu eigenlijk de havenstad?
a) Ze werden uitgevoerd door de Duitse Luftwaffe (10), de Nederlandse Militaire Luchtvaart (5) en de Britse Royal Air Force (5). De Nederlanders en Engelsen voerden onder andere aanvallen uit op de Rotterdamse Waalhaven, omdat die door de Duitsers was ingenomen.
8) Hoeveel kreeg een Nederlandse premiejager – ook wel Jodenjager genaamd – voor elke ondergedoken Jood die hij arresteerde?
a) 7,50 gulden, een bedrag dat tegenwoordig overeenkomt met 37,50 euro. Een groep van zo’n 50 Jodenjagers onder leiding van Willem Henneicke, een voormalige automonteur, pakte in iets meer dan 6 maanden tijd zo’n 8.500 Joodse onderduikers op en leverde hen uit aan de Duitse autoriteiten. Zeer waarschijnlijk wisten ze wat het lot van de Joden was.