3

ROSE FELLER WAS ER STEEDS MEER VAN OVERTUIGD DAT HAAR BAAS gek was geworden.

Natuurlijk, iedereen vond zijn baas gek. Al haar vrienden – nou ja, Amy – hadden dezelfde klachten: de onredelijke eisen, de onverschillige manier waarop je behandeld werd, de tik op je billen als je baas weer dronken op het bedrijfsfeestje rondliep.

Maar nu, nu ze met de rest van het bedrijf de vergaderzaal in liep voor de wekelijkse peptalk die Don Dommel op vrijdagmiddag had ingevoerd, kreeg Rose weer sterk het idee dat een van de oprichters van het bedrijf niet slechts excentriek of zonderling was, zoals men wel eens liefkozend over machtige mannen sprak, maar dat hij, werkelijk waar, helemaal gek was geworden.

‘Mensen!’ bulderde de persoon in kwestie en gaf met zijn vuist een klap op een PowerPoint-tabel van de gedeclareerde uren van de firma. ‘We moeten het beter doen dan dit! Dit!,’ vervolgde hij, ‘is goed, maar niet geweldig. En met het talent dat we in huis hebben, is zelfs geweldig niet goed genoeg! We moeten de trede van middelmatigheid verbrijzelen en Ollie op naar uitmuntendheid!’

‘Huh?’ mompelde de medewerker rechts van Rose. Hij had kroezend, rossig haar en zijn bleke huid, licht als taptemelk, was het teken dat hij zijn minimum aantal declarabele uren haalde en daardoor niet veel buiten kwam. Simon Nogwat, dacht Rose.

Rose haalde haar schouders op en liet zich in een stoel vallen. Hoeveel advocatenkantoren hadden eigenlijk van deze peppraatjes? dacht ze. Hoeveel medewerkers hadden vorig jaar een op bestelling ge-maakt skateboard met de woorden DOMMEL LAW erop gekregen, in plaats van het gebruikelijke vakantiegeld? Hoeveel managers hielden wekelijks toespraken die vrijwel alleen uit sportmetaforen bestonden, afgesloten met de luide tonen van ‘I believe I can fly’? Hoeveel advocatenkantoren hadden een herkenningsmelodie? Niet veel, dacht Rose zuur.

Is Ollie een persoon of een ding?’ hield Simon vol. Rose haalde opnieuw haar schouders op en hoopte net als elke vrijdagmiddag, dat Dommel zijn priemende ogen niet op haar liet vallen. Don Dommel was altijd al een atleet, wist Rose. Hij doorliep de jaren zeventig al hardlopend, testte zijn pijngrens in de jaren tachtig, toen hij zelfs een paar triatlons deed, voordat hij zich halsoverkop in de heerlijke nieuwe wereld van de extreme sporten stortte, en zijn advocatenkantoor met zich meesleurde. Nadat hij de vijftig allang gepasseerd was, besloot hij dat de conventionele sport, hoe zwaar ook, gewoon niet voldoende was. Don Dommel wilde niet alleen fit zijn, hij wilde scherp zijn en hip, radicaal en cool. Don Dommel wilde een drieënvijftig jaar oude advocaat zijn op een skateboard. Don Dommel zag hier kennelijk geen tegenstrijdigheid in.

Hij kocht twee speciaal gemaakte skateboards en vond een min of meer dakloos kind die in Love Park leek te wonen en hem wel les wilde geven (strikt genomen werkte hij in de postkamer, maar niemand had daar ook maar een dreadlock van hem gezien). Hij stelde een houten helling op in de parkeergarage van de firma en bracht er zijn lunchtijd door, zelfs nadat hij zijn pols had gebroken, zijn stuitje had gekneusd en met zijn been trok en hij door de gangen van het kantoor strompelde als een travestiet die nog niet goed in zijn rol zat.

En het was niet genoeg dat hij zelf een stadsrebel wilde worden. Don Dommel wilde dat de hele firma zijn ideeën overnam. Toen Rose op een vrijdag haar postvakje opende, was daar een nylon jack ingelegd. Op de achterkant stond haar achternaam, eronder stond ‘I Can Fly!’ ‘Wel ja,’ had Rose tegen haar secretaresse gezegd. ‘Ik kan nauwelijks lopen als ik geen koffie heb gehad. Maar de jacks waren verplicht. In een e-mail voor het hele kantoor stond dat alle medewerkers dat elke vrijdag moesten dragen. De week erna, nadat ze met tegenzin het jack over haar hoofd had getrokken, had Rose haar koffiebeker in de koffieautomaat gezet, maar kwam erachter dat die automaat, net als alle watermachines en frisdrankmachines, alleen nog maar het sportdrankje Gatorade schonken. Een drankje dat, toen Rose het de laatste keer controleerde, geen cafeïne bevat. Wat betekende dat je er helemaal niets aan had.

Dus nu zat ze op een stoel midden in de derde rij met haar jack over haar jasje, nippend van de sportdrank, vurig wensend dat ze koffie had. ‘Dit wordt belachelijk,’ mompelde ze in zichzelf, toen Dommel weer afzag van het aangekondigde onderwerp (‘Effectieve Getuigenissen’ wist Rose zich te herinneren) en die verving door een video met hoogtepunten van de skater Tony Hawk.

‘Pst,’ zei Simon uit zijn mondhoeken, toen Dommel heftig tekeerging tegen een ineenkrimpende eerstejaarsstagiair. (‘JIJ DAAR! GELOOF JIJ DAT JE KUNT ZWEVEN?’)

Rose keek hem even vluchtig aan. ‘Pst? Zei je werkelijk pst? Zitten we in een detectiveroman?’

Simon trok zijn wenkbrauwen op een overdreven geheimzinnige manier op en opende een bruine papieren zak. De neusvleugels van Rose begonnen te trillen bij de geur van koffie. Het water liep haar in de mond. ‘Wil je ook wat?’ fluisterde hij.

Ze aarzelde even, keek om zich heen, dacht aan de etiquette die ze zou breken door uit de beker van iemand anders te drinken, maar besloot toen dat als ze geen cafeïne zou krijgen, ze de rest van de dag een nerveus, waardeloos wrak zou zijn. Ze boog haar hoofd en nam een gulzige slok.

‘Dank je,’ fluisterde ze. Hij knikte, net toen Don Dommel zijn withete blik op hem liet rusten.

JIJ DAAR!’ bulderde Dommel. ‘WAT IS JOUW DROOM?’

‘Twee meter tien zijn,’ antwoordde Simon zonder aarzeling. Achter in de zaal steeg een gelach op. ‘En basketballen voor de Philadelphia 76’ers.’ Het gelach zwol aan. Don Dommel keek hem vanaf het podium verward aan, alsof zijn publiek van trouwe medewerkers plotseling in ezels waren veranderd. ‘Misschien niet als middenvelder. Ik neem genoegen met een verdedigende rol,’ vervolgde hij. ‘Maar als dat niet lukt...’ hij stopte even en keek op naar Don Dommel, ‘neem ik er genoegen mee een goede advocaat te zijn.’

Rose giechelde. Don Dommel opende zijn mond, maar sloot hem weer. Toen begon hij over het podium heen en weer te strompelen. ‘Dat!’ schreeuwde hij uiteindelijk, ‘dat is de instelling die ik zoek. Ik wil dat ieder van jullie aan het werk gaat en nadenkt en net als deze jongeman voor de winst gaat!’ eindigde Dommel. Rose had haar jack al over haar jasje uitgetrokken en in haar tasje gepropt voordat hij was uitgesproken.

‘Hier,’ zei Simon en bood haar zijn kop koffie aan. ‘Ik heb nog meer in mijn kantoor, als jij deze wil.’

‘O, dank je,’ zei Rose en nam de beker aan terwijl ze nog steeds de gezichten afspeurde naar die van Jim. Ze zag hem bij de receptie.

‘Waar ging dat in godsnaam over?’ vroeg ze.

‘Waarom loop je niet even mee naar mijn kantoor, dan kunnen we het erover hebben,’ zei hij, zodat omstanders het konden horen. Hij lachte haar veelbetekenend toe. Hij sloot de deur en nam haar in zijn armen.

‘Mmm, ruik ik daar een antisportdrankje?’ vroeg hij en kuste haar.

‘Verklik het niet,’ zei Rose en kuste hem ook.

‘Nooit,’ gromde hij en tilde haar op (o god, dacht Rose, als hij maar niet door zijn rug gaat!) en zette haar op zijn bureau. ‘Jouw geheimen,’ zei hij terwijl hij haar hals kuste, ‘zijn veilig,’ en nu gleden zijn lippen omlaag naar haar decolleté en zijn handen waren druk bezig met haar knoopjes, ‘bij mij.’

In haar schoenen
cover.xhtml
bee.html
Section0001.xhtml
In_haar_schoenen_epub-1.xhtml
In_haar_schoenen_epub-2.xhtml
Section0002.xhtml
In_haar_schoenen_epub-3.xhtml
Section0003.xhtml
In_haar_schoenen_epub-4.xhtml
In_haar_schoenen_epub-5.xhtml
In_haar_schoenen_epub-6.xhtml
In_haar_schoenen_epub-7.xhtml
In_haar_schoenen_epub-8.xhtml
In_haar_schoenen_epub-9.xhtml
In_haar_schoenen_epub-10.xhtml
In_haar_schoenen_epub-11.xhtml
In_haar_schoenen_epub-12.xhtml
In_haar_schoenen_epub-13.xhtml
In_haar_schoenen_epub-14.xhtml
In_haar_schoenen_epub-15.xhtml
In_haar_schoenen_epub-16.xhtml
In_haar_schoenen_epub-17.xhtml
In_haar_schoenen_epub-18.xhtml
In_haar_schoenen_epub-19.xhtml
In_haar_schoenen_epub-20.xhtml
In_haar_schoenen_epub-21.xhtml
In_haar_schoenen_epub-22.xhtml
In_haar_schoenen_epub-23.xhtml
In_haar_schoenen_epub-24.xhtml
In_haar_schoenen_epub-25.xhtml
In_haar_schoenen_epub-26.xhtml
In_haar_schoenen_epub-27.xhtml
In_haar_schoenen_epub-28.xhtml
In_haar_schoenen_epub-29.xhtml
In_haar_schoenen_epub-30.xhtml
In_haar_schoenen_epub-31.xhtml
In_haar_schoenen_epub-32.xhtml
In_haar_schoenen_epub-33.xhtml
In_haar_schoenen_epub-34.xhtml
In_haar_schoenen_epub-35.xhtml
In_haar_schoenen_epub-36.xhtml
In_haar_schoenen_epub-37.xhtml
In_haar_schoenen_epub-38.xhtml
In_haar_schoenen_epub-39.xhtml
In_haar_schoenen_epub-40.xhtml
In_haar_schoenen_epub-41.xhtml
In_haar_schoenen_epub-42.xhtml
In_haar_schoenen_epub-43.xhtml
In_haar_schoenen_epub-44.xhtml
In_haar_schoenen_epub-45.xhtml
In_haar_schoenen_epub-46.xhtml
In_haar_schoenen_epub-47.xhtml
In_haar_schoenen_epub-48.xhtml
In_haar_schoenen_epub-49.xhtml
In_haar_schoenen_epub-50.xhtml
In_haar_schoenen_epub-51.xhtml
In_haar_schoenen_epub-52.xhtml
In_haar_schoenen_epub-53.xhtml
In_haar_schoenen_epub-54.xhtml
In_haar_schoenen_epub-55.xhtml
In_haar_schoenen_epub-56.xhtml
In_haar_schoenen_epub-57.xhtml
In_haar_schoenen_epub-58.xhtml
In_haar_schoenen_epub-59.xhtml
In_haar_schoenen_epub-60.xhtml
In_haar_schoenen_epub-61.xhtml
In_haar_schoenen_epub-62.xhtml
In_haar_schoenen_epub-63.xhtml
In_haar_schoenen_epub-64.xhtml
In_haar_schoenen_epub-65.xhtml
In_haar_schoenen_epub-66.xhtml
In_haar_schoenen_epub-67.xhtml
In_haar_schoenen_epub-68.xhtml