epiloog:
de zaakwaarnemer

De laatste producten van de Nederlandse jeugdopleiding tot profvoetballer doen clubs als FC Barcelona en Arsenal watertanden. Beide probeerden de zeventienjarige centrale verdediger van Ajax A1 Daley Blind in te lijven. Toch wist vader Danny hem na een bezoekje aan Arsenal ervan te overtuigen nog even niet voor het grote geld te kiezen. In verwondering zagen vader en zoon hoe scouts jaarlijks tientallen ambitieuze jongens uit heel Europa bij het Emirates Stadium afzetten. De competitieve sfeer onder deze beloftespelers deed zelfs de twee doorgewinterde Ajacieden huiveren. Op aandringen van zijn opleiders tekende Daley toch maar een driejarig semiprofcontract in Amsterdam.

 

Verder doen Britse clubs ongestoord inkopen op het Europese vasteland. Vooral uit Nederland keren de Engelse talentenscouts opgewekt terug. Het wemelt er van de betaalbare, goed opgeleide talenten. FC Portsmouth haalde spits Nadir Ciftci (16) weg bij ADO Den Haag, FC Fulham pikte aanvaller Danny Hoesen (17) van Fortuna Sittard in en Liverpool en Arsenal zetten linksbuiten Vincent Weijl (17) en centrale middenvelder Oguzhan Ozyakup (15) van AZ op het vliegtuig. Tientallen andere Hollandse Nieuwe achterna. In ruil voor jaarinkomens van soms tweehonderdduizend euro spelen en trainen ze nu met topspelers uit het eerste elftal en een keur aan jeugdspelers uit de hele wereld. Met zoveel concurrentie om een basisplaats is de Premier League heel ver weg, waarschuwde Danny zijn Daley. Niet erg, vinden Nadir, Danny, Vincent en Oguzhan. Op een debuut in de eredivisie hadden ze net zolang moeten wachten. In de eredivisie en eerste divisie krijgen elk jaar zo'n dertig spelers uit de opleidingen een kansje in het eerste. Voldoen ze niet heel snel aan de wensen van de hoofdtrainer, ruilt die hen weer in voor een dure buitenlandse speler. Ondertussen verpieteren ze in het tweede en stromen ze na een paar jaar uit naar de amateurs. Dan liever het ongewisse avontuur.

'Natuurlijk kies ik daarvoor!' zegt Nadir Ciftci van Jong FC Portsmouth. 'Een Franse en een Australische jongen hier azen op dezelfde positie als ik. En ik ben pas zestien, de meeste andere zijn achttien of negentien. Alleen maar goed toch om daar tegen op te boksen?'

 

De talentenkoorts onder buitenlandse clubs wordt aangewakkerd door de Home-grown Rule, die de UEFA vorig seizoen invoerde. Bij internationale wedstrijden, zo bepaalde de Europese voetbalorganisatie, moeten acht van de vijfentwintig selectiespelers door de club zelf zijn opgeleid. Tussen hun vijftiende en eenentwintigste, minimaal drie jaar lang. Britse clubs beschikken over redelijke opleidingen, maar voor de ontwikkeling van talent onder de vijftien zijn in Engeland nog altijd scholen verantwoordelijk. Zodoende moeten vóór hun achttiende briljantjes van elders worden weggehaald. Dan gelden ze wel als local trained. 'Britse maar ook Duitse en Spaanse reigers hebben de Nederlandse kweekvijver nauwkeurig in kaart gebracht,' zegt Duncan Smit van zaakwaarnemerskantoor Pro Unlimited —motto: play hard, sign smart. In zijn kantoor tegenover het Haagse Vredespaleis hangen gesigneerde voetbalshirts in lijsten. 'In het buitenland weten ze precies wat er hier rondloopt. De grotere Engelse clubs hebben elk vijftien scouts permanent op het Europese vasteland rondlopen.'

De ex-speler van SVV en Ipswich Town begeleidt naast profspelers als Ricky van den Berg een vijftiental jeugdspelers van clubs als ADO Den Haag, HFC Haarlem, Top Oss en het Belgische Beveren. Met zijn vader, die fiscalist is, voerde hij destijds namens Arjen Robben en diens vader de onderhandelingen met Real Madrid. Smit bezoekt vijf jeugdwedstrijden per week. Daar treft hij steeds dezelfde gezichten. 'Minstens drie buitenlandse scouts per wedstrijd. Zelfs bij de C- en B-junioren van BVO's zijn ze van de partij.' Om een jonge speler vast te leggen, moeten ze langs een spelersmakelaar als Smit. Die behartigt de belangen van het talent -vaak tot ergernis van de KNVB, clubs en opleiders. Met hun honoraria die soms tientallen procenten van een profcontract opslokken, onttrekken ze jaarlijks dertig miljoen euro aan Nederlandse voetbalclubs.

 

Slimme handelaren in voetballers zijn er al langer, maar volgens jeugdopleiders woedt er nu een ware epidemie. Sinds het Bosman-arrest in 1995, een uitspraak van het Europese Hof, hoeven clubs voor een speler aan het einde van zijn contractperiode geen afkoopsom meer aan zijn huidige club te betalen. Zaakwaarnemers profiteren —op elke transfer verdienen ze commissie. In opdracht van buitenlandse clubs weken ze junioren steeds vroeger los van hun club. Voor 'Bosman' vertrokken die op hun vierentwintigste, nu soms al op hun vijftiende. Jeugdspelers als PSV'er Patrick van Aanholt (17), Ajacied Jordy Brouwer (19), SC Heerenveenspeler Vincent van den Berg (17), ADO-keeper Tim Krul (19) wachtten een doorbraak in het eerste elftal niet af en vertrokken naar Engelse clubs. Nog maar kort daarvoor hadden ze hun schooltas aan de vlaggenstok gehangen. Ze vulden toen alle dagen met voetbal. Een enkeling had een jeugdcontract op zak en verdiende een minimumloon, maar de meesten verdienden nog niks en woonden thuis. Voor hun ouders schoten na school plots de kosten omhoog. Clubs als PSV zeggen dat te beseffen. Afhankelijk van de situatie betalen ze een jonge contractspeler tien- tot dertigduizend euro per jaar. Patrick van Aanholt koos toch voor de honderdvijftigduizend euro die Chelseamanager Frank Arnesen bood om in het tweede elftal te spelen. Als hij een kansje krijgt in het eerste en doorbreekt, verdient Patrick een jaarsalaris per week. Zoniet, dan hopelijk een van de andere importjeugdspelers wel.

Geld is geen probleem. Britse clubs ontvangen aan tv-gelden het tienvoudige van wat Nederlandse clubs ontvangen. Moedeloos schudden de opleiders het hoofd. Komt niks meer van terecht, die jongens. Ze houden slechts nog de hand op voor de reglementaire internationale vergoeding van negentigduizend euro per opleidingsjaar. Ook de ouders vinden het best. Ajax heeft veel spelers uit de Bijlmer. Hun vaders krijgen het driedubbele van wat ze nu verdienen om concièrge te worden op de Britse club —als zoonlief maar meekomt.

 

'Ik wilde altijd al naar Engeland.' Nadir Ciftci (16), aanvaller van FC Portsmouth. Deze zomer gekocht van ADO Den Haag. Loopbaan: VV Oranjeplein F1/E1, RSV Rijswijk (Haaglandia) D2, ADO Den Haag D1/C1/B2/B1, FC Portsmouth Onder 19.

'Ik koos mijn zaakwaarnemer uit een lijstje van vijf mannen die mij wel wilden begeleiden. Het werd Armand Doorn van het kantoor Goal4u, omdat hij mij van jongs af aan volgt. Bij ons eerste gesprek vroeg hij: wat wil jij? Ik zei: jong doorbreken in Engeland. Dat wil ik al heel lang. Het Engelse voetbal past meer bij mijn stijl. Ik moet het iets meer van mijn kracht hebben dan van mijn snelheid. Didier Drogba van Chelsea is mijn voorbeeld. Nadat Portsmouth mij vroeg, waren mijn vader en ik er snel uit. Ja, ik verdien heel erg goed, maar zeg liever niet hoeveel. Pas als ik in het eerste speel, komen mijn vader en zusjes hier wonen. Tot die tijd woon ik in een pleeggezin, samen met een andere jongen. Het gaat heel goed, ik mocht al twee keer mee met het eerste. Basisspeler Lassana Diarra kwam op me af en zei: doe je best, laat het zien. Dat ga ik doen.'

 

Omdat het makelaars verboden is spelers op jeugdcomplex De Toekomst van Ajax te benaderen, wachten ze buiten de hekken. Hun opdringerigheid ergert Jan Olde Riekerink, hoofd Opleiding van Ajax. 'Onze spelers denken door al die aandacht niet meer aan het spel, maar aan een contract,' zegt hij in zijn kantoortje achterin het clubhuis. In de kast achter hem staat van elke speler een ordner met daarin wedstrijdcijfers. Onder de namen van de talenten op de ruglabels staat een streep, boven die van de toptalenten een sterretje.

Van wie krijgt Olde Riekerink de meeste hoofdpijn? Johan Cruijff, die altijd maar kritiek spuit op zijn opleiding? De hijgerige media? De klagende ouders van zijn junioren? 'Nee, de tientallen zaakwaarnemers die altijd maar aan onze jeugdspelers trekken.'

 

De ogen van Sjaak Swart (70) —Ajaxikoon en begeleider van veel jonge Ajacieden -glanzen donker als kool. Op steenworp afstand van De Toekomst houdt hij kantoor bij het bedrijf van spelersmakelaar Søren Lerby. 'Krijgt Jan hoofdpijn van zaakwaarnemers? Dan zal hij óns niet bedoelen. Wij zijn heel correct. Veel anderen niet nee, die doen zaken vanuit de Febo. Jan laat ze zelf binnen. Terwijl hij wéét wie het zijn. In het clubhuis houdt hij ze wel in de gaten. Maar als hij in zijn kantoortje zit, ziet hij niet dat die kerels buiten bij de kleedkamers rondhangen. Als ik daar toevallig zit, en ik zit er elke dag, als dan een speler me een handje komt geven, is er altijd wel een bijgoochem van Ajax die erop let of we niet met elkaar praten.' 

Kan Swart zich voorstellen dat hij onrust veroorzaakt onder de jeugdspelers? 'Kijk, je hebt zaakwaarnemers die jonge jongetjes gek maken. "Ik breng je wel weg naar Engeland, zeggen ze dan, bij Ajax krijg je geen kans." Die moeten worden aangepakt' Hij en Lerby doen dat anders, zegt de voormalige rechtsbuiten, die zelf op zijn achttiende debuteerde in het eerste elftal van Ajax en er zeventien jaar bleef voetballen. 'Wij doen alles samen met de ouders. Wij brengen in principe geen spelers naar het buitenland.' Hoe kwam A1-topscorer Jordy Brouwer dan bij Liverpool terecht? 'Dat is heel juist. Aan Jordy was een profcontract beloofd, maar Ajax stelde het uit omdat jeugdtrainers hem lui vonden. Liverpool keek al een half jaar naar Jordy, die club wilde hem hebben en Jordy wilde ook. We waarschuwden Ajax nog, maar hij tekende een mooi contract. Of Ajax pissig was? Ze weten dat het hun eigen schuld was. En als ze wat anders zeggen haal je mij erbij, ik weet zeker dat wij goudeerlijk zijn. Zat anderen die de kluit belazeren.' 

Liverpool betaalde Ajax drie ton, vier keer de verplichte internationale opleidingsvergoeding van negentigduizend euro per jaar. Swart heeft wekelijks contact. 'Jordy traint met Hyppia en Torres en al die gasten uit het eerste. Søren en ik hingen er een dagje rond met die jongen. Ik zeg tegen zijn trainer: je hebt zes spitsen voor het eerste elftal, voorlopig krijgt Jordy geen kans. Is het niet beter als-ie in de eerste divisie speelt? "Nee laat hem nou, Jordy traint geweldig" ' 

Brouwer kreeg al na een jaar bij Liverpool geen officieel rugnummer meer toegewezen. Hij klaagde over het 'dramatische' rugbyveld waarop hij moet spelen, was bang stil te staan in zijn ontwikkeling. Hij wilde weg —Swart en Lerby kunnen daarvoor zorgen. En het zijn voor hen al zulke goede jaren. Ter bescherming van talenten —en om leegloop van de jeugdteams te voorkomen —biedt Ajax steeds meer B- en A-junioren een jeugdcontract aan. In het voorjaar van 2008 alleen al achttien. Hoogst ongebruikelijk, andere Nederlandse clubs kunnen zich dat niet veroorloven. Ajax houdt er ook eigenlijk niet van, het levert maar scheve gezichten op in de kleedkamer. Nu verdienen zestienjarige jongens het minimumloon. De meesten worden begeleid door Swart en Lerby.

 

Nederlandse clubs klagen over de leegloop van jonge talenten naar met name Engeland. Maar zelf halen ze kinderen van veel verder weg. Scout Piet de Visser stationeerde de Braziliaanse Leonardo al op zijn elfde bij Feyenoord. SC Heerenveen verhuisde een IJslandertje van vijftien jaar met ouders en al naar Friesland. In die landen en op die leeftijd hebben Nederlandse clubs minder last van zaakwaarnemers die voor hun junior het onderste uit de kan halen.

 

Danny Hesp, voorzitter van spelersvakbond VVCS, schrikt regelmatig van contracten van jonge spelers die hij onder ogen krijgt. 'Bij sommige transfers gaat meer geld naar de zaakwaarnemer dan naar de speler. Gebruikelijk is 3 tot 5 procent van het budget dat een club over heeft voor een speler, voor de man die namens hem onderhandelt. Maar als een rijke buitenlandse club een speler heel graag wil, loopt dat soms op tot 20, 30. Ik ken gevallen waar de zaakwaarnemer meer aan verdiende dan de speler.'

Hesp kreeg een vader van een talentvolle speler van veertien jaar op bezoek —helemaal overstuur. Hij had het 'managementcontract' voor drie jaar dat hij namens zijn zoon met een niet-FIFA-gelicensieerde makelaar tekende eens goed nagelezen. 'Bij een eerste profcontract van zijn zoon krijgt die man 20 procent, bij doorverkoop nog eens 20. Alle bijkomende juridische kosten zijn voor rekening van de speler.

'Hoewel de FIFA het niet erkent, is het contract op zichzelf legaal. De familie kan er niet onderuit. Die jongen voelt op zijn veertiende al de druk van dat wurgcontract' Sjaak Swart kent ze wel, mannen die —tegen de FIFA-regels in —jongens al ruim voor hun zestiende benaderen. 'De hoogste tijd dat Ajax ze eruit schopt, maar dat doen ze niet. Wij worden meegetrokken in dat sleurtje. Er zijn makelaars die al op de dertiende verjaardag bij de mensen thuis komen' Met een scooter als cadeau? 'Nee dat was ik, volgens meneer Derksen in de Voetbal International. Nou, nog geen pepermuntje. Ik zal ze een ijssie geven als ik met ze sta. Wij zijn bloedserieus met die jongens bezig, dat weet ik zeker. Er zal ook kinnesinne zijn, dat woord kent u wel'

 

 

De spelersvakbond makelt ook. Zodra je bij een BVO speelt, kan je je aanmelden bij spelersvakbond VVCS. Zelfs als pupil of junior, voor advies kan je altijd bellen. De VVCS begeleidt ook zestienjarige spelers als ze daarom vragen. Oud-medewerker van VVCS Rob Jansen nam ooit een lijst spelers mee van de VVCS en begon zijn eigen spelersmakelaardij. Na die negatieve ervaring wilde VVCS niets meer met die sector te maken hebben, maar vanwege haar imago van onafhankelijkheid drongen veel spelers erop aan toch hun contractonderhandelingen te doen. 'Van het geld dat wij ermee verdienen, rijden wij geen dure auto's,' zegt VVCS-voorzitter Danny Hesp. 'We rekenen de laagste percentages in de markt en alle verdiensten komen ten goede aan de vakbond, aan alle profspelers dus.' Van 150 spelers neemt de VVCS de zaken waar. Daarmee is ze marktleider, maar VVCS weigert dan ook niemand. 'Werken anderen alleen met Ajaxspelers, wij ook met die van FC Omniworld en clubloze spelers.' Tevens geeft Danny presentaties bij BVO's aan jeugdspelers en ouders om ze voor te bereiden op het fenomeen zaakwaarnemer. 'Ze hebben geen idee wat ze te wachten staat. Mijn advies: word je benaderd, meld het meteen bij je trainer of club. Doe navraag over die persoon voordat je iets tekent.'

 

 

Lerby en Swart zijn met de spelersstallen van Rob Jansen (Ibrahim Afellay, Vincent van den Berg van Arsenal), Sigi Lens (Royston Drenthe, Calvin Jong-a-Pin) en Kees Ploegsma (Dirk Marcellis, Jeremain Lens) marktleiders in de spelershandel. De bureaus richtten samen Pro Agent op, een belangenvereniging die alleen makelaars toelaat die in het bezit zijn van een FIFA-licentie én die zich onderwerpen aan het tuchtrecht van de KNVB. Toch herken je volgens Pro Agent een goede zaakwaarnemer vooral aan zijn voetbalachtergond of onderhandelingstalent. Zeer nuttige diensten voor de carrièreplanning van een speler. 'Flauwekul,' vindt Remy Reynierse, assistent-bondscoach van Jong Oranje. 'Die zaakwaarnemers voegen helemaal niks toe aan een speler. Ouders hebben geen idee wie ze in huis halen. Maar hun zoons leveren zich met huid en haar over aan iemand die ze aan een contract kan helpen' Hij maakte eens de onderhandelingen rond een PSV-jeugdspeler mee. Diens zaakwaarnemer wilde tachtigduizend pond als jaarsalaris. De Engelse club bood dertig. De zaakwaarnemer zei: 'Oké, dan zakken we naar zeventig.'

'Hij kreeg uiteindelijk veertig,' zucht Reynierse. 'Een hoop poeha, en een scheet erbij. Maar die tien stak hij wel in eigen zak' Bij excessen mag de voetbalbond de licentie intrekken, maar de KNVB deelde nog nooit een waarschuwing uit aan een van de makelaars met licentie. Op het veelvoud aan makelaars zónder licentie heeft de bond al helemaal geen zicht. Dat zijn advocaten en fiscalisten die uit liefde voor één voetballer diens zaken behartigen. Maar ook taxichauffeurs en snackbarhouders beproeven hun geluk in de voetballerij. 'Geef ze eens ongelijk. Werden de twee zaakwaarnemers zonder licentie van Alves ook niet met alle égards door AZ ontvangen?' zegt Danny Hesp.

 

Hoe vind ik de juiste zaakwaarnemer —in zes stappen

Hoe scheid ik als jeugdspeler het kaf van het koren? FIFA, KNVB en Pro Agent doen voorzichtige pogingen de markt van zaakwaarnemers transparant te maken, maar in de praktijk komt de keuze neer op gevoel. Niet genoeg. Stel zes vragen:

 

1. Hoe professioneel is hij?

Zowel inhoudelijk als zakelijk? Staar je niet blind op de gelikte 'demo met acties' die hij voor je maakt. Vraag naar een schriftelijk CV. Check de minimumvereisten. Heeft hij een actuele FIFA-licentie? Is hij aangesloten bij Pro Agent? Wanneer deed hij voor het laatst KNVB-examen? Bedenk: iedereen kan, mits in bezit van een verklaring van goed gedrag, de reglementenbundel bestellen en die uit zijn hoofd leren. Hij hoeft er zijn hele leven geen bal voor te hebben aangeraakt. Het examen bestaat uit twintig multiple choice-vragen. Vijftien Engelstalige van de FIFA en vijf van de KNVB. Ze zijn juridisch en rekenkundig van aard -gelukkige gokkers halen het examen ook.

 

2. Wat heeft hij te bieden?

Welke concrete voetbalervaring heeft hij? Niet noemenswaardig? Hoe zit het dan met zijn onderhandelingsvaardigheden? Welke referenties heeft hij? Als hij meer diensten aanbiedt, zoals financiën, marketing, belastingen, verzekeringen, pr —heeft hij daar dan wel verstand van? Wat kost dat allemaal extra?

 

3. Hoe transparant is hij?

Wat vertelt hij je over zijn netwerk? Waar liggen de grenzen ervan? Elke makelaar heeft zo zijn 'markt'. De ene zit meer in Engelse clubs, de andere meer in Spaanse. Rob Jansen en Rodger Linse 'doen' Den Haag, Sjaak Swart Amsterdam, oud-manager van PSV Kees Ploegsma Eindhoven. Niemand bezit een monopolie in zijn regio, maar ieder heeft er wel zo zijn verplichtingen en deals. Bedenk dus: dient hij alleen jouw belang of duwt hij je richting een club die hij iets heeft beloofd? Hij is in essentie niet anders dan een huizenmakelaar: je weet nooit met wie hij achter je rug praat —van welke grotere deal jij een onderdeel bent.

 

< class="nadrukzwart"p>4. Hoe persoonlijk betrokken is hij bij jou en je ouders?

Hoe vaak komt hij naar je wedstrijden kijken? Stelt hij de juiste vragen? Vertelt hij je echt iets wat je nog niet wist? Is hij er altijd voor je als jij hem nodig hebt? Luister niet naar gladde verkooppraatjes over hoe ethisch en verantwoord hij is. Kijk hem in de ogen en vraag naar de feiten.

 

5. Houdt hij zich aan de FIFA- en KNVB-regels?

Een zaakwaarnemer mag jou voor je zestiende jaar niet benaderen. Daarna mag hij alleen voor je bemiddelen als je een schriftelijke overeenkomst met hem sluit. Dit makelaarscontract is ten hoogste twee jaar geldig en hij mag het niet stilzwijgend verlengen. Legt hij hierbij een standaard FIFA-contract aan je voor of wijkt het contract af? De minimuminhoud is: de namen van de partijen, de duur, de vergoeding, de termijnen van betaling, de handtekeningen. Laat jouw registratierechten niet onderbrengen bij een investeringsfonds. Zo'n derde partij kan een latere transfer blokkeren.

 

6. Wat verdient hij aan jou?

In Nederland weten veel spelers niet wat er aan de strijkstok blijft hangen. De zaakwaarnemer kan bij een transfer een drieslag maken. 5 Procent van het transferbedrag, een doorlopend minimum van 3 procent over jouw bruto jaarsalaris en soms een vast bedrag (tien- tot honderdduizenden euro's). Men zegt dat clubs dat allemaal betalen, maar in feite gaat het af van jouw budget. Een normale werknemer die van het ene naar het andere bedrijf overstapt, betaalt zijn headhunter niet. Vraag in ruil voor zijn buitengewone verdiensten dan ook een buitengewone inspanning en transparantie. In de toekomst zullen alle geldstromen van transfers via een clearinghouse van de KNVB lopen. De KNVB int vervolgens de bedragen en betaalt ze uit. Dan ziet de speler duidelijk op zijn salarisstrookje wat zijn makelaar ontvangt.

 

7. Wat bedingt hij voor jou?

Zaakwaarnemers doen gewichtig over de transfersom, maar voor jou is het jaarinkomen belangrijker. Bedenk van te voren wat je wilt verdienen en realiseer je dat hij daar minimaal 3 procent van krijgt. Krijg je op je achttiende een jeugdcontract, dan verdien je in elk geval het minimumloon. Dat kan daarna met een profcontract snel oplopen. Bij de rijkere eredivisieclubs verdien je tot je twintigste al snel honderd- tot tweehonderdduizend euro per jaar, daarna vier ton. Bij eerstedivisieclubs blijft het bij vijftigduizend. Naast het basissalaris zijn in de voetbal-cao afspraken gemaakt over premies voor winst of gelijkspel. De meeste clubs onderscheiden team- en individuele prestaties. Ajax betaalt zelfs aan tweede elftalspelers winstpremies. Bij een nieuwe club is er de transfersom waarin jij deelt, en de restwaarde of het percentage van de transfersom waarvoor je tussentijds weer weg mag. Jonge spelers tekenen tegenwoordig gerust voor vijf jaar, wetende dat ze na drie jaar de verbintenis eenzijdig kunnen opzeggen. Zaakwaarnemers maken zich druk over leaseregeling, benzinepas, verhuiskosten en extra seizoenskaarten, maar het is belangrijker dat je clausules opneemt over de formatie en jouw veldpositie. Mag jij voortijdig weg als een nieuwe coach een nieuw systeem invoert en jij niet meer uit de verf komt?

 

Meer informatie op:

Vereniging van Contractspelers www.vvcs.nl 

Vereniging Betaald Voetbalorganisaties www.fbo.nl 

Vakbond Voetbal Oefenmeesters Nederland www.vvon.nl 

Vereniging van Spelersmakelaars www.pro-agent.nl

 

Om jonge spelers te behouden voor de nationale competitie, kondigt de voetbalbond de ene maatregel na de andere af. Makelaars moeten om de vijf jaar herexamen doen, hun minimumvergoeding daalt van 5 naar 3 procent van het jaarinkomen van de speler, advocaten mogen niet langer optreden namens makelaars zonder licentie. Gevolg is dat alleen maar meer geluksproevers de KNVB-reglementenbundel uit het hoofd leren en zich inschrijven voor het examen. Er zijn nu 107 makelaars met licentie. Dat is één makelaar op tien profspelers. De KNVB vindt dat meer dan genoeg en besloot het examen tijdelijk af te schaffen. Søren Lerby en zijn vrouw Arlette van Essel Sports haalden het examen wel. 'Jij bent gezakt hè Kaj?' plaagt Swart de zoon van Søren die ook bij Essel werkt. 'Op één punt,' gromt Kaj Lerby.

'Kan gebeuren natuurlijk. Zo'n examen is veel pittiger dan in mijn tijd hoor. Kijk, ik zou dat papiertje ook kunnen halen, maar we hebben er al drie in huis.'

 

Danny Hesp van de VVCS ziet het liefst dat minderjarigen een transferverbod krijgen opgelegd. 'In Frankrijk moeten spelers hun eerste profcontract tekenen bij de club waar ze zijn opgeleid. Door de druk die scouts en zaakwaarnemers nu op de

Nederlandse markt leggen, begint de beroepsopleiding tot voetballer al op zesjarige leeftijd. Toch zie ik niet meer talenten doorbreken dan vroeger. Ik kwam pas op mijn zestiende vanaf mijn vierdeklasse amateurclubje bij Ajax te spelen. Twee jaar later debuteerde ik in het eerste onder Cruijff. Maar liefst zestien jongens uit die generatie zijn grote voetballers geworden, van de broertjes Witschge tot Dennis Bergkamp. Bijna allemaal laatbloeiers'

Duncan Smit van Pro Unlimited schudt zijn hoofd om zoveel conservatisme. 'Een transferverbod zou echt niet van deze tijd zijn. In Europa bestaat vrij verkeer van personen. Ook jonge spelers mogen werken waar ze willen. Of dat goed is voor hun ontwikkeling? Soms niet, soms wel. Maar zelf je keuzes leren maken, samen met je ouders —dat is pas goed voor je ontwikkeling. Jeffrey Bruma (15), centrale verdediger van Feyenoord B1, zei ja tegen de zesduizend euro per week van Chelsea. Natuurlijk greep hij die kans! Haalt hij het eerste niet, dan kan hij met deze ervaring bij elke Nederlandse profclub aan de bak'

Smits gedachten gaan terug naar de jaren tachtig, toen er nog nauwelijks makelaars waren. Hij meldde zich toen zelf aan bij het Engelse Ipswich Town, waar ze goede herinneringen hadden aan de Nederlandse spelers Frans Thijssen en Arnold Mühren. 'Met mijn rugzak om belde ik aan. Of ik mocht meetrainen. Zo verdiende ik mijn profcontract.'

Voelde hij zich nooit eenzaam, zoals sommige Hollandse spelertjes nu in Engeland? 'Ik zat alleen in Engeland, Amerika en Dubai. Je maakt daar toch allemaal nieuwe voetbalvrienden? Wat is er nou mooier?'

 

Smits Haagse collega Rodger Linse, zaakwaarnemer van onder meer Ruud van Nistelrooy, brengt jonge spelers juist 'liever niet' naar Engeland. 'Ik houd er niet van. De Nederlandse jeugdopleiding is de beste ter wereld. In Engeland worden spelers fysiek en mentaal sterker, maar technisch en tactisch leren ze er niks bij. Ze geven daar niet echt om je, terwijl veel Nederlandse opleiders je als hun eigen kind beschouwen.'

 

Met een moeder van een speler kan ik het goed vinden,' zegt Swart.

'Hij speelt in de C2, een lekkere jongen. Die wordt zes keer per week gebeld door andere makelaars, ook al weten ze dat-ie al bij ons zit. Dat doen ze niet slim. Ze belde me in tranen op. "Ze bellen steeds," zegt ze, "maar ik heb geen verstand van voetbal''

"Wacht nou tot-ie zestien is" zeg ik. Hij mag nog niet tekenen. En nu is ie B-junior en nu zit-ie bij ons. Hij kreeg een contract van Ajax en zijn moeder is blij dat ze een aanspreekpunt heeft. Nee hoor, ik heb de laatste tijd goed contact met Olde Riekerink'

Zijn concurrent Duncan Smit probeert ook altijd een warm leadte krijgen. Iemand anders moet hem bij een speler introduceren. 'Ik doe niet aan cold calling, stap nooit zomaar op een vader af. Als een jongen vijftien jaar is plus acht maanden, wil ik wel eens met ze gaan praten. Pas vanaf zestien ga ik echt met ze aan de slag. In het weggeven van scooters en Playstations zie ik niks. Dat kost mij soms spelers. Het zegt iets over jongens en hun ouders die daarvoor vallen' Een jongen moet ook bij hém passen. 'Ik ben heel direct, daar moet hij tegen kunnen. Vooral op zijn gedrag rondom het veld ben ik heel kritisch. Van een jongen van ADO Den Haag en voorheen Oranje Onder 15, nam ik afscheid. Hij kan verschrikkelijk goed voetballen, puur op techniek zit hij al op topniveau. Ik was alweer zijn vierde zaakwaarnemer. Was hij weer gearresteerd na een vechtpartij. Ik praatte met hem, maar drong niet tot hem door. Was hij weggelopen van huis, regelde ik woonruimte voor hem, en werk. Daar kwam hij niet opdagen. Kreeg ik een sms-je: of ik hem even wil ziekmelden. Tja. Dan kan je over een paar jaar het mooiste beroep ter wereld beoefenen! Prima toch, ga jij in een fabriek werken'

 

Pas op voor optiejaren

Waar je op moet letten als je een profcontract tekent?

'Dat je voor maximaal drie jaar tekent,' zegt Kaj Lerby, zoon van Søren.

'Dat weten die jongens toch wel,' zegt Sjaak Swart.

'Nou, met de optiejaren erbij valt het soms vies tegen.'

'Dan zit zo'n club dus fout, want optiejaren mogen niet.'

'Toch gebeurt het nog vaak. Dan bieden ze je drie jaar plus twee optiejaren. Na het derde jaar kunnen ze eenzijdig het contract lichten. Wij zeggen dan altijd: drie jaar en anders niks.'

'Vooral armere clubs proberen je op die manier zo lang mogelijk te houden voor zo min mogelijk geld. In de optiejaren hebben ze alle touwtjes in handen. Als de speler zich goed ontwikkelt, slaan ze hun slag met de transfer, zo niet zeggen ze: de groeten.'

'Je moet gewoon geen rare dingen tekenen. Bijvoorbeeld dat als het eerste degradeert, jouw contract niet meer geldig is, ook al speel jij in het tweede. Soms beweert een club dat alle spelers voor hun eenentwintigste hetzelfde betaald krijgen. Dan vragen we door en dan blijkt een andere jongen honderdduizend euro tekengeld te hebben gekregen.'

'Jonge spelers vertellen aan elkaar wat ze verdienen. Komen ze buiten met een contract: wat heb jij? Zouden we moeten verbieden. Want dan blijkt er vijftigduizend euro tussen te zitten, en dan krijg je gesodemieter. Ik ben voor transparantie over ons werk, maar dit gaat mij te ver. Vroeger had je dat niet, niemand wist het van elkaar.'

 

Onttrekken zaakwaarnemers teveel geld aan de voetballerij? 'Sorry hoor, maar ik lever gewoon een dienst,' zegt Smit. 'Ik reken maximaal 7 procent op profcontracten van vijftig- tot honderdduizend euro. Daarmee kom ik maar net uit de kosten' Deals waarbij clubs 20 procent kwijt zijn aan de makelaar omdat ze koste wat kost een bepaalde speler willen? Smit gelooft er niks van. 'De enige clubs die dat kunnen betalen, zijn Britse. Juist daar zit de bond met een vergrootglas op elke transfer. Ook met Real Madrid viel er bij de transfer van Robben niets uit te onderhandelen. De transfersom stond al vast, evenals de gegarandeerde wedstrijdpremies en de Audi. Alleen over het jaarsalaris moesten we nog praten. Als zaakwaarnemer moet je uitkijken dat je een deal niet verrampeneert, omdat jij 15 procent wil.' De Robben-deal deed Smit samen met zijn vader en was er een van de buitencategorie. 'Zo mooi om mee te maken, daar kan geen geldbedrag tegen op. Met mijn vader en Hans Robben op bezoek bij de technisch directeur van Real Madrid, Pedrag Mijatovic. Zonder Arjen zelf, die moest die avond nog spelen voor Chelsea. Met een vader erbij kan trouwens gevaarlijk zijn, omdat emoties een rol spelen. Maar voordeel is dat je good guy, bad guy kan spelen'

Als je in de krant leest dat een spraakmakende transfer uiteindelijk niet doorgaat, weet je zeker dat de zaakwaarnemer dwars lag, zegt Smit. 'Hij wilde er dan meer aan verdienen. Over dat percentage wordt meestal als laatste punt onderhandeld. Eerst moeten de clubs er onderling uit zijn, dan pas komen wij kijken. Als de speler zelf heel graag van club wil wisselen, levert hij desnoods in op salaris. En wat maakt het hem nog uit —op een vijfjaarscontract van tien miljoen euro —of daarvan een paar ton naar zijn zaakwaarnemer gaat?'

Dollartekens had Smit nog nooit voor ogen. Hij haalt meer voldoening uit de detachering van ICT-mensen, werk waar hij zijn eigenlijke brood mee verdient. 'Laten we wel wezen, een automatiseerder verricht belangrijker werk dan twintig profvoetballers. Ik ben gek van het spelletje, maar het belang van de voetballerij is vreselijk opgeklopt. Zaakwaarnemers die financieel afhankelijk zijn van voetbaltransfers zijn niet objectief. Ze nemen soms de verkeerde beslissing voor een speler. Een jongen die ik niet geschikt acht voor de eredivisie adviseer ik een sportbeurs in Amerika aan te vragen' Amateurmakelaars overleven volgens Smit niet. 'Dit zijn nog maar de beginjaren van deze markt. Ik verwacht een shake-out waarbij makelaars sneuvelen die te weinig investeren in hun spelers'

 

Schoenadviesje

Nogal wat zaakwaarnemers denken een jongen meerwaarde te bieden door hem schoenadvies te geven. Duncan Smit van Pro Unlimited houdt dat heel simpel. 'Ze krijgen honderd euro van me, daarvan mogen ze kopen wat ze willen en ik ontvang graag een bonnetje retour. Ik adviseer slechts: koop geen onzin, houd het op degelijke Copa Mundials of World Cuppies. Die zijn al zo lang de allerbeste, vele profs spelen er ook op. Komen ze toch terug met van die goud-paars-groene turbodieseldingen. Ik verloor er een speler op. Van een andere makelaar kreeg hij twee paar.'

 

Makelaars zoeken het in deze verdringingsmarkt in extra diensten om het de speler zoveel mogelijk naar de zin te maken. Essel Sports, het kantoor van Søren Lerby en Sjaak Swart regelt schoencontracten, verzekeringen, relaties met de media. Van elke speler worden statistieken bijgehouden —speelminuten, doelpunten, beslissende passes, blessures. Een website en een dvd met de mooiste acties behoren ook tot het pakket.

Belangrijkste lokkertje van Essel voor jonge spelers blijft Sjaak Swart zelf. Hij wil liever geen makelaar worden genoemd, maar begeleider. Hij beschikt niet over een licentie, wat hem bij de VVCS wel eens het predikaat 'stroman' opleverde. 'Ik ben constant met de jongens bezig. Ze bellen me na de wedstrijd, vragen: wat vond je ervan Sjaak. Of ze zoeken troost na een rotwedstrijd. Ik geniet enorm als die jongens steeds beter worden, als ze gaan scoren. Dan krijg ik kippenvel. Elke dag komen er wel een paar spelers hier langs op kantoor. Kijk, daar komt net het broertje van Sneijder binnen. We babbelen even, of we doen een rondootje —liefst met Søren in het midden. Dat kost je dus een vloerkleed want die maakt nog een sliding ook. Het is hier gezellig, wij zijn hier één grote familie' Dat klopt letterlijk. Aan Essel Sports zijn ook de vaders Barry Sneijder en Ramon van der Vaart én SørenLerby's zoon Kaj verbonden.

 

In de binnenzak van Swart klinken feestelijke Latijns-Amerikaanse noten.

'Wel go... het is toch..'

'Toen Søren en Sjaak nog speelden, was er niks voor ze geregeld,' zegt Kaj Lerby. 'Alles moesten ze zelf ontdekken. Dan hoorden ze via via wie een goede belastingadviseur was en klopten ze daar maar aan. Vanuit die gedachte is dit bedrijf opgezet' In 1969 was Johan Cruijff de eerste speler die zijn zaken op het gebied van contractbesprekingen uit handen gaf. Hij biechtte aan zijn schoonvader op hoeveel salaris hij verdiende bij Ajax. Vijftienduizend gulden plus premies per jaar, een bedrag dat hij zelf als jeugdspeler al ongekend hard uitonderhandelde. Cor Coster regelde een nog beter contract en strikte Puma als persoonlijke sponsor. 'Ik was toen te lief, dacht nooit na over wat ik waard was,' zegt Swart. 'Als ik goed was begeleid, hadden ze voor mij er uitgehaald wat erin zat. Nu kwam ik zeg maar tekort tegenover spelers van buitenaf. Ik denk dat Johan Cruijff meer verdiende dan ik. Daar liet ik me niet door beledigen, maar toch. "Niet zeuren Sjakie, jij bent het meubilair'' zei de penningmeester. Hij wist: die gaat toch nooit meer weg'

Een speler verdient meer aandacht dan dat, vindt Swart. 'Een trainer heeft wel twintig spelers onder zijn hoede. Daarom is het belangrijk dat je als speler iemand kunt vertrouwen, iemand die vertelt wat je te wachten staat. Ik zie zoveel trainers die onderdelen in het voetbal laten liggen. Neem een gewoon voorzetje met links. Ik oefende dat vroeger op straat. Nu moeten jongens dat na de training zelf doen, maar daar komt niks van terecht want ze trainen tot half zeven en tien minuten later vertrekt het busje naar huis. Kijk, dan is het leuk als iemand die zelf ook heeft gevoetbald de tijd voor ze neemt'

Swart en Søren hebben de taken verdeeld. Swart haalt de jongens binnen, Søren gaat met de jongens mee naar de club voor een contract. 'Ik vond dat hij ook af en toe op de velden moet komen kijken. Dat doet ie nu ook. Zo leren de mensen hem ook kennen. Met mekaar zijn we een familie. Neem Johnny Heitinga die naar Atletico ging. Daarvóór zijn we jaren met hem bezig geweest. In de A1 zei ik al: "Johnny jij bent een echte heerser, type Ruud Krol. Zo groot kun jij worden" Krijgt hij een beenbreuk. Dat gebeurt nou eenmaal in het voetbal' Heitinga scheurde vervolgens zijn kruisbanden en lag er weer een jaar uit. 'Ik liet hem altijd merken dat ik met hem meeleefde. Ik zei tegen Johnny dat hij een fantastische pass heeft in zijn rechterbeen, maar dat het belangrijk is dat hij zijn linkerbeen ontwikkelt. Johnny was een gedreven jongen die echt de top wilde halen. Ik heb hem ook geleerd dat-ie niet te hard ingrijpt. Een enkele keer zie ik nog dat-ie een jongen een schop geeft. Dan praten we weer. Zeg ik dat hij zichzelf moet zijn. Nu is hij echt weer zo goed als hij in de A1 was'

In de binnenzak van Swart gaat de telefoon weer. 'Kan het nou geen... Met Sjaak Swart. Julian, ik bel je zo..'

 

Jenner van AZ belt me net' zegt Swart. 'Met hem praat ik haast elke dag. I Staat niet in de basis. Met mij praat ie met een kenner. Of met Søren, die ook middenvelder was. Dat doen jongens als Jules echt niet met een makelaar die er geen verstand van heeft. Ik zie dat hij twee, drie keer achter elkaar een man wil nemen en de bal verliest. Zeg ik: "Waarom wissel je dat nou niet af? Als je merkt dat je een back moeilijk kunt uitspelen, probeer het dan niet steeds opnieuw, want als je de bal te vaak verliest, gaan ze roepen. Speel de eerste keer eens rustig af, ga de tweede keer binnendoor in plaats van buitenom en de derde keer juist wel buitenom" Kijk, daar praat ik dan over'

Een half jaar later werd Jenner verhuurd aan Vitesse. Vindt Van Gaal het leuk dat Swart zich bemoeit met zijn spelers? 'Ten eerste weet-ie dat niet en ten tweede doet hij dat soort dingen niet, terwijl hij dat wel zou moeten doen, want hij heeft er ook geen verstand van. Hoe moeilijk is het om zo'n jongen als Jenner even tegen je aan te drukken? Gisteren waren we bij Van Hanegem op bezoek in Utrecht. Die vond het prachtig dat we langskwamen. Soms is er ruzie tussen de trainer en de speler. Dan is het toch goed dat wij er zonder emoties even naar kijken?'

 

'Ik koos voor Sjaak Swart omdat hij Ajaxikoon is'

Jan-Arie van der Heijden (20), selectiespeler en linkermiddenvelder van Ajax 1. Loopbaan: VV Schoonhoven F1/E1/D1, Ajax C2/C1/B2/B1/A2/A1, profcontract Ajax. 'Zodra ik in Ajax C2 speelde, werd ik door zaakwaarnemers benaderd. Niet op het Ajaxterrein, dat mag niet. Maar ze wisten dat ik in Zeist uitkwam voor Oranje Onder 17. Dus kwamen ze daar naartoe. Na afloop belden ze mijn vader op. Geen idee hoe ze aan zijn nummer kwamen. Na een goede wedstrijd voor Ajax B2 sprak Sjaak Swart mijn vader aan. Kort daarna moest ik worden geopereerd voor mijn hernia en speelde ik een jaar niet. In die periode hoorde ik niks van Sjaak. Na mijn revalidatie speelde ik weer goed en zei hij dat we nu eens bij hem op kantoor moesten komen.

Ik ging af op mijn gevoel. Ik koos voor Sjaak omdat het klikte. Hij zei dat mijn loopje hem deed denken aan dat van de oude Arnold Mühren. Arnold was mijn trainer, maar ik zag nooit voetbalbeelden van hem. Het was toch leuk om te horen. Ik koos ook voor Sjaak omdat hij een Ajaxikoon is. Maar hij heeft ook echt verstand van voetbal. Hij adviseerde me mijn startsnelheid te verbeteren. De veldtrainers kunnen niet zoveel aandacht geven aan elke speler in de selectie. Sjaak gaf me oefeningen mee. Die legde ik wel eerst even voor aan de looptrainer van Ajax. Nu train ik drie keer per week extra met gewichten en korte sprints. Een zaakwaarnemer is er in eerste instantie om te onderhandelen. Sjaak laat dat over aan SørenLerby. Op mijn negentiende in de A1 regelde hij het jeugdcontract voor me, na een paar goede invalbeurten werd dat alweer opengebroken. Nu heb ik een profcontract tot medio 2013 en maak ik echt deel uit van de A-selectie. Behalve een hoger salaris regelde Søren extra's. Ik woon nog in Schoonhoven bij mijn ouders, dus ik wilde een benzinepas. Ajax doet daar niet aan, dus bedong hij extra geld. Of ik dat met mijn hbo-studie niet zelf kon doen? Ik weet niet wat de gebruiken zijn. Ik had aan collega's kunnen vragen hoe hun contracten eruit zien, maar de meeste praten er niet graag over.

Soms vragen jongens uit de A1 of Jong Ajax of ik hun nummer aan Sjaak wil doorgeven. Ze braken met hun agent of ze hebben er nog helemaal geen. Ook dat geeft me het gevoel dat ik bij hem goed zit. Mijn belastingen en pr laat ik ook door ze doen. Wat ze aan mij verdienen weet ik niet. Geen idee. Interesseert me niet. Ik houd genoeg over hoor.'

 

Als het tijd is om een contract open te breken, stappen Sjaak Swart en Søren Lerby naar De Arena. 'Jonge spelers moeten blij zijn met een contractje van 25.000 euro. Ze moeten het éérst laten zien. Maar als ze het een tijdje goed doen, zijn we er heel snel bij. Dan gaan we om de tafel zitten en breken we dat contractje open.' Met het contract van de Belgische verdediger Thomas Vermaelen gebeurde dat al twee keer. 'Die wordt beter en beter, Ajax komt in zo'n geval naar ons toe omdat ze bang zijn dat-ie naar het buitenland vertrekt. Voor een jongen halen wij eruit wat erin zit. Ik wees trainer Arnold Mühren op Jan-Arie van der Heijden. Die heeft net zo'n loopje als jij en hij speelt ook net zo als jij. Hij zegt: "Je hebt gelijk. Ik denk zelfs dat hij beter wordt." Maar Henk ten Cate vond het niks. Zaten we bij

Van Geel, zeg ik: "Jan-Arie gaat over naar het tweede elftal, hoe zit het met zijn contract?" "Ja maar," zegt Van Geel, "die en die zijn tegen." Ik zeg: "Geloof me nou, het is net Arnold Mühren" Toen kreeg hij toch een contract voor twee jaar. Het eerste jaar was-ie meteen zo verschrikkelijk goed dat ze hem alsnog een contract voor vijf jaar gaven'

Als de onderhandelingen niet naar wens verlopen, schermt hij echt niet onmiddellijk met 'interesse uit Engeland', zegt Swart. 'Dat begint altijd bij de speler, die wil op een gegeven moment weg. Nou, dan bellen wij even rond in ons netwerk —niet alleen om hem ergens weg te zetten, maar vooral om zijn waarde in de markt vast te stellen'

Zeventien jaar, tweebenig, fluwelen techniek, vijf jaar trouwe dienst bij Ajax, een jeugdcontract en gewild door meerdere clubs? Dat is dan naast de internationale opleidingsvergoeding van 450.000 euro: een transfersom van een miljoen, een weeksalaris van vierduizend en baan en huisvesting voor vader en moeder. Nog even niet voor Daley Blind.