7

Nadat ze de deur achter zich dicht had geduwd, bleef ze staan. Ze voelde de opwinding door haar lijf stromen en wilde daar even van genieten.

Linda deed de dingen zo veel mogelijk na elkaar, ook haar passies. Voor een vrouw met ongewone lusten en een exotische smaak was ze ongebruikelijk gesteld op orde en regels. Ze vond het prettig haar wensen te plannen, zodat ze van elke stap precies wist wat ze ervan kon verwachten. Ze zocht geen oppervlakkige gevoelens, maar verdieping. Soms leek het alsof er twee delen van haar persoonlijkheid constant met elkaar vochten en haar in verschillende richtingen trokken. Maar ze hield van de spanning die dat met zich meebracht; daardoor voelde ze zich uniek en het maakte haar tot de buitengewone misdadiger die ze meende te zijn – net als Michael.

Linda zag zichzelf als Faye Dunaway’s Bonnie en Michael als Warren Beatty’s Clyde. Ze vond zichzelf sensueel, poëtisch en verleidelijk. Dat was geen arrogantie, het was een eerlijke inschatting van hoe ze eruitzag en van het effect dat ze op mannen had.

Natuurlijk gaf ze niets om de mensen die naar haar keken. Ze gaf alleen om Michael. Linda geloofde dat zij beiden verbonden waren op een manier waarop alleen het woord ‘speciaal’ van toepassing was.

Langzaam liet ze haar ogen door de kelderkamer glijden. Dikke, witte muren. Een oud, bruinmetalen bed met een wit laken over een gore, grijze matras. Een chemisch toilet in de hoek. Grote schijnwerpers die met hun ongenadige licht elke hoek bereikten. De zware, warme lucht stonk naar desinfecterende middelen en naar verf. Michael had zoals gebruikelijk goed werk geleverd en alles klaargezet voor het begin van Serie #4. Ze verbaasde zich er vaak over dat hij zo handig was geworden. Oorspronkelijk lag zijn kennis bij computers en weboperaties, dat had hij gestudeerd. Maar inmiddels was hij ook zeer handig met een elektrische boor en een hamer en spijkers. Hij was een echte duizendpoot.

Ze onderbrak haar gedachten en keek als een rechercheur rond: wat zag ze in deze kamer dat de kelder iets herkenbaars zou geven? Wat kon er op de achtergrond van de webcast verschijnen dat een aanwijzing kon zijn over wie ze waren of waar ze waren?

Ze wist dat iets banaals als het buizenwerk, een boiler of lampen een ondernemende agent naar hen kon leiden – als hij het tenminste wilde zien. Amerikaanse buizen verschilden van Europese buizen, wat deze slimme rechercheur – Linda stelde zich graag iemand voor – zou vertellen dat ze in Amerika zaten. De boiler kon voor Sears zijn gemaakt en een model zijn dat alleen in Oost-Amerika te koop was. De lampen konden worden teruggeleid naar een partij van het plaatselijke Home Depot.

Deze details konden deze fictieve rechercheur op het goede spoor brengen. Hij zou een combinatie van Miss Marple en Sherlock Holmes zijn, met een tikkeltje stoerheid van de neprealityseries op de televisie. Hij kon op de warrige Columbo lijken of op de hightech, keurige Jack Bauer. Ze herinnerde zichzelf eraan dat deze goede man niet in het echt bestond. Maar hun cliënten wel. En die stonden te dringen en ongeduldig te wachten totdat hun creditcardgegevens verwerkt waren en ze verder konden kijken op Whatcomesnext.com

Linda schudde haar hoofd en ademde diep in. Ze werd opgewonden van het bekijken van de wereld door de smalle paranoialens; de passie van Serie #4 was voor haar in hoge mate afhankelijk van de anonimiteit van de omgeving – het hagelwitte doek waarop zij hun show opvoerden.

Er was geen sprake van dat een toeschouwer met zekerheid wist wat er ging gebeuren – wat het leuke ervan was. Pornografie ging over totaal expliciet zijn – beelden die geen enkele ruimte voor twijfel lieten over wat er gebeurde. Hun kunst was precies het tegenovergestelde. Die ging over de verrassing. Over het onverwachte. Ging over visie. Over vindingrijkheid. Ging over leven en dood.

Ze duwde de deur achter zich dicht en nam de tijd om het masker over haar gezicht te trekken. Deze keer had ze voor een eenvoudige, zwarte skimuts gekozen die haar wilde, blonde haren verborg en alleen maar een opening voor haar ogen had. Terroristen droegen dit graag en ze was van plan hem vaak tijdens de Serie #4 te dragen, zelfs als het opgesloten aanvoelde. Daaronder droeg ze een veiligheidspak van chemisch bewerkt, gerecycled papier dat kreukte en ruiste als ze een stap zette. Het pak verborg haar vormen; niemand kon zien of ze stevig of slank was, jong of oud. Linda voelde zich wulps onder het pak; het voelde alsof ze zichzelf kwelde. Het materiaal prikte in haar naakte huid als een geliefde die haar wat pijn bezorgde om tot nog meer genot te komen.

Ze trok operatiehandschoenen aan. Haar voeten zaten in van die brede, blauwe, steriele slippers die de rigueur waren in de operatiezaal. Achter haar skimuts glimlachte ze en dacht: dit is een operatiezaal.

Ze zette een stap naar voren. Ik ben mooi. Ze keek naar de figuur op het bed. Jennifer, zei ze tegen zichzelf, niet meer. Nu is ze Nummer 4. Leeftijd: 16. Een willekeurig meisje uit een beschermde, academische wereld, door hen van een typische voorstadsstraat geplukt. Ze kende het adres van Nummer 4, haar huistelefoonnummer, haar weinige vriendinnen en heel veel meer. Dat wist ze doordat ze de inhoud van de rugzak, het mobieltje en de portemonnee van het meisje zorgvuldig had bekeken.

Ze liep naar het midden van de kamer, nog altijd een paar meter van het oude ijzeren bed af. Als een echte televisiecomedyregisseur had Michael een paar vage krijtstrepen op de vloer getekend van waaraf de camera haar zou filmen en hij had kruisen geplakt op plekken waar een camera moest staan. Profiel. Frontaal. Van bovenaf. Van het verleden hadden ze geleerd dat het belangrijk was om altijd te weten welk camerashot beschikbaar was en wat daarop te zien was. Toeschouwers verwachtten beeld uit meerdere hoeken en professioneel camerawerk. Als betalende voyeurs verwachtten ze het beste van het beste, een constant gevoel van intimiteit.

Er stonden vijf camera’s in de kamer, hoewel er maar één duidelijk en prominent zichtbaar was: de vaste Sony HD camera op een driepoot, die op het bed gericht was. De andere waren minicams in het plafond daarboven en in de twee hoeken van de nepmuren. Er was er maar één op de deur gericht – dat was alleen voor dramatische effecten – de momenten dat of Michael of Linda binnenkwam. Het zou de toeschouwers opwinden, omdat er dan iets stond te gebeuren. Linda wist dat deze op dit moment uitstond. Dit eerste bezoek was voorbereidend. De eerste zet in een lang proces.

In haar zak zat een kleine, elektronische afstandsbediening. Ze hield haar vinger op een knop waarmee ze het beeld kon bevriezen. Ze wachtte tot het moment dat het meisje met de kap zich een beetje haar kant op draaide. Toen drukte ze op de knop.

Nu weten ze dat ze iets hoorde, maar ze weten niet wat.

Michael en zij hadden al lang geleden ontdekt dat het voordelig voor de verkoop was om de kijkers spanning te bieden.

Langzaam liep ze verder en zag dat Nummer 4 haar bewegingen probeerde te volgen. Ze had nog steeds niets gezegd. Van angst gingen sommige mensen als kippen zonder kop hulpeloos, smekend, verdedigend, kinderlijk ratelen; terwijl anderen somber dichtklapten. Ze had geen idee wat Nummer 4 zou doen. Ze was de jongste met wie ze ooit hadden gewerkt, wat het ook voor Michael en haar spannend maakte.

Linda ging aan het voeteneind staan. Ze praatte met een vlakke, monotone stem die haar eigen opwinding verhulde. Ze praatte niet hard en legde op geen enkel woord de nadruk. Ze gedroeg zich uitermate afstandelijk. Ze was expert in de kunst van het uiten van bedreigingen en even goed in het uitvoeren ervan. ‘Zeg absoluut niets. Beweeg je niet. Gil niet. Spartel niet. Let heel goed op alles wat ik tegen je zeg. Dan zal je niets gebeuren. Als je dit wilt overleven, dan moet je precies doen wat je wordt gezegd. Altijd. Ongeacht wat je gevraagd wordt en wat je daarvan vindt.’

Het meisje op het bed verstijfde en rilde, maar zei geen woord.

‘Dat zijn de allerbelangrijkste regels. Later volgen er andere.’ Ze wachtte, want half en half verwachtte ze dat het meisje zou gaan smeken, maar Jennifer bleef rustig. ‘Van nu af aan is je naam Nummer 4.’ Linda dacht dat ze een kleine, gedempte kreun van onder de zwarte kap hoorde komen. Dat mocht, was ook ingecalculeerd. ‘Als je een vraag wordt gesteld, moet je antwoorden. Is dat duidelijk?’

Jennifer knikte.

‘Antwoord!’

‘Ja,’ zei ze vlug. Haar stem klonk hijgend onder de kap.

Linda aarzelde en probeerde de paniek onder de kap in te schatten. Dit is iets heel anders dan de middelbare school, hè meisje? Maar dat zei ze niet hardop. Wel ging ze monotoon verder: ‘Laat ik je iets vertellen, Nummer 4. Alles wat je nog weet over je vroegere leven, van vóór nu, is voorbij. Wie je was, wie je wilde zijn, je gezin, je vriendinnen – alles wat ooit vertrouwd was – bestaat niet meer. Alleen deze kamer bestaat en wat er in deze kamer gebeurt.’

Weer keek Linda geconcentreerd naar Jennifers lichaamstaal alsof ze op een teken wachtte dat ze het had begrepen. ‘Vanaf dit moment ben je van ons.’

Ze zag het meisje verstijven. Maar ze gilde niet. Anderen hadden dat wel gedaan. Vooral Nummer 3 had bijna bij elke stap tegengewerkt – vechtend, bijtend, gillend – wat natuurlijk helemaal niet erg was. Zeker niet toen Michael en zij de regels hadden bijgesteld, waardoor het een heel ander drama was geworden. Dat hoorde bij de spanning en bij de aantrekkingskracht, wist Linda. Elk object had andere regels nodig. Iedereen was vanaf het allereerste begin uniek. Ze voelde de opgewonden hitte door haar bloed stromen, maar ze hield het onder controle. Ze keek weer naar het meisje op het bed. Ze luistert goed. Slimme meid.

Niet slecht, besloot ze meteen. Helemaal niet slecht. Het maakt haar speciaal.

 

Jennifer gilde inwendig alsof ze ineens iets los kon laten wat haar angst bevatte en wat achter de kap vandaan kon reizen, verder dan de boeien die haar vasthielden, verder dan de muren en het plafond, naar iemand die haar kon horen. Ze bedacht dat een klein geluidje maken haar misschien kon helpen te herinneren wie ze was en dat ze nog leefde. Maar ze deed het niet. Ze slikte een snik weg en beet hard op haar onderlip. Alles was een vraag. Niets was een antwoord.

Ze voelde dat de stem dichterbij kwam. Een vrouw? Ja. De vrouw uit het busje? Dat moest haast wel. Jennifer probeerde zich te herinneren wat ze had gezien. Niet veel meer dan een glimp van iemand die ouder was dan zijzelf, maar jonger dan haar moeder, met een zwart, gebreid petje op dat ze over haar haren had getrokken. Blonde haren. Ze zag ook nog een leren jasje. Meer niet. De klap in haar gezicht en haar val daarna hadden alles verder uitgewist.

‘Hier...’ Het werd gezegd op een toon alsof haar iets werd aangeboden, maar ze wist niet wat het was. Ze hoorde een metalen klik en kon er niets aan doen dat ze achteruitdeinsde. ‘Nee. Niet bewegen.’

Jennifer verstijfde.

Ze moest even wachten, maar toen voelde ze dat de voorkant van de kap naar voren werd getrokken. Ze wist nog steeds niet wat er gebeurde, maar hoorde een schaar knippen. Een stukje van de kap viel naar opzij. Haar mond kwam vrij. Een kleine opening.

‘Water.’

Er werd een plastic rietje door de opening geduwd, het prikte tegen haar lippen. Ineens had ze ontzettende dorst, zo ontzettend dat alles wat er gebeurde naar de achtergrond verdween en ze alleen nog maar dorst had. Met haar tong en lippen trok ze het rietje op zijn plek en begon te zuigen. Het water was niet vers en had een rare bijsmaak.

‘Beter?’ Ze knikte. ‘Dan ga je nu slapen. Later zul je horen wat er van je wordt verwacht.’

Jennifer proefde een kalksmaak op haar tong. Onder de kap voelde ze haar hoofd tollen. Haar ogen draaiden weg en vlak voordat ze weer in een diepe donkerte zakte, vroeg ze zich af of ze haar vergiftigd hadden, wat ze niet logisch vond. Niets vond ze logisch, behalve het verschrikkelijke besef dat het dat wel was voor de vrouw met de stem en voor de man die haar bewusteloos had geslagen. Ze wilde gillen om te protesteren of gewoon om haar eigen stem te horen. Maar voordat ze woorden had kunnen bedenken en die over haar gebarsten, droge lippen had weten te krijgen, leek het alsof ze op een smalle richel balanceerde. En terwijl de drugs die in het water waren opgelost haar in hun greep kregen, voelde ze dat ze viel.