28
Ik stond de volgende ochtend vroeg op, ging met mijn rug tegen de muur zitten, mijn knieën opgetrokken, en hield de voordeur in de gaten. Ik verwachtte dat iemand een of ander doorzichtig mobieltje zou komen bezorgen, maar dat gebeurde steeds maar niet. Ik ijsbeerde door de kamer, tuurde weer eens door de luiken naar de zonovergoten straat. Uiteindelijk pleegde ik een paar telefoontjes om mijn opkomende gevoel van teleurstelling te verdringen: een sollicitatie, een afspraak bij de mondhygiëniste, stappen in Maloney’s om daar op tv de Dodgers tegen de Giants te zien honkballen. Het lukte me om de studiedecaan van Pepperdine aan de lijn te krijgen, en ik bood mijn verontschuldigingen aan omdat ik niet op onze afspraak was verschenen. Door deze korte, hernieuwde kennismaking met mijn gewone leven voelde ik des te meer hoezeer ik het spoor de laatste dagen bijster was geraakt.
Tegen halftwaalf kwamen de muren op me af en was ik blij dat ik met Induma in Starbucks had afgesproken. Ik was aan de vroege kant en liep door de drukke zaak naar achteren, naar de telefoon. Het was vreselijk druk; de klanten die op weg waren naar hun werk gebruikten de geijkte, belachelijke terminologie om te bestellen. Ik stond met mijn schouder tegen de muur naast de toiletruimte, drukte de hoorn tegen mijn oor en voelde me er nog minder op mijn gemak dan anders. Misschien speelde de jaloezie weer op, op die onuitstaanbaar goed aangepaste lieden met hun BlackBerry’s en hun leren aktetassen en grote bekers koffie. Ik haalde het verkreukelde papiertje uit mijn zak en toetste het semafoonnummer in dat ik van Kim Kendall had gekregen.
Meteen nadat de semafoon één keer was overgegaan, kreeg ik een bericht door: Dit nummer is niet meer in gebruik. Als u denkt dat u een verkeerd nummer gedraaid hebt…
Toen ik ophing, zag ik Induma die probeerde zich een weg door de menigte te banen, met haar laptop tegen haar bovenbeen gedrukt. Ze droeg een kasjmieren trui met capuchon, donkerrood, die prachtig afstak tegen haar karamelkleurige huid. Met een servetje veegde ze een tafeltje schoon, zette de gebruikte kopjes op elkaar en ging zitten. Ze hield haar blik strak op het beeldscherm van haar laptop gericht, ook toen ik naar haar toe liep. Haar ranke vingers vlogen als een razende over het toetsenbord, en wild schoof ze met haar voet een stoel onder de tafel uit, die ik met mijn handen opving. ‘Ga zitten. Is dit hem?’
Op het scherm zag ik een foto van Charlie, dezelfde foto die Wydell me in een flits had laten zien nadat ze mijn flat overhoop hadden gehaald. Norse blik, blauw colbertje, achterovergekamd haar. Een foto van de opleiding, die Induma van een site van een pensioenfonds had geplukt. Speciaal agent Charlie Jackman. California State Police.
Eindelijk iets concreets en een naam.
‘Dat is hem,’ wist ik ten slotte uit te brengen. ‘Dat is hem. Hij was echt. Hij was daar aanwezig.’
Ze keek me met haar grote bruine ogen onderzoekend aan. ‘Daar heb ik geen seconde aan getwijfeld.’
‘Wat in godsnaam is de California State Police?’
‘Wat in godsnaam wás de csp . Ze zijn in 1995 opgegaan in de California Highway Patrol. En raad eens wat een van hun taakomschrijvingen was?’ Induma keek me over haar laptop heen strak aan. ‘Het beveiligen van hooggeplaatste politici.’ Ze knikte toen ze zag hoe overdonderd ik was. ‘Je hoort het goed. Ze zaten in de beveiliging. Zeventien jaar geleden was Charlie Jackman een hoge pief die zorg droeg voor de beveiliging van…’
‘Gouverneur Andrew Bilton,’ zei ik. ‘Allejezus! Charlie beschikte over compromitterend materiaal waarmee niet Caruthers in verlegenheid kon worden gebracht…’
‘… maar Bilton.’
Wat de Stem in het Donker had gezegd, kwam nu in een geheel ander daglicht te staan. Charlie had veel ontzag voor Caruthers. Hij wilde hem helpen. Hij vertelde me dat hij iets had wat Caruthers nodig had voor zijn verkiezingscampagne.
Voor het eerst in dagen kreeg ik weer een beetje hoop. Hoe minder Caruthers hierbij betrokken was, hoe meer Frank buiten schot bleef. Ik dacht aan Bilton, hoe hij geprobeerd had me in te palmen en met me had willen praten nadat ik in het ziekenhuis bij kennis was gekomen. Het zelfvertrouwen waarmee hij me telefonisch te woord had gestaan, de impliciete dreigementen die hij had gemaskeerd met zijn gladde charme: Als je je met bepaalde lieden inlaat, zul je uiteindelijk toch in de schijnwerpers komen te staan. Bilton onderhield nu veel sterkere banden met de geheime dienst dan Caruthers. Het bericht dat Kim Kendall had opgevangen, had in de richting van Caruthers gewezen – Godfather is bij Vuurvogel – maar dat was natuurlijk bedoeld om haar op een dwaalspoor te zetten.
‘Charlie was op de hoogte van belastende feiten waarmee Bilton in verlegenheid kon worden gebracht, en daar heeft hij Frank in gekend,’ zei ik, ‘in de veronderstelling dat Frank wel tussen hem en het kamp van Caruthers zou bemiddelen. Omdat Frank voor Caruthers werkte, móést hij dat soort informatie wel doorspelen. Maar blijkbaar hapte Caruthers niet, om welke reden dan ook. Misschien ging het om iets verachtelijks, misschien wilde Caruthers zich niet tot zo’n verderfelijk niveau verlagen. Toen Bilton en de zijnen er lucht van kregen en poolshoogte namen, gaf Charlie Frank de schuld.’
‘Dat is zeker een mogelijkheid,’ zei Induma.
‘En?’
‘Een andere mogelijkheid is natuurlijk dat Charlie de informatie naar Frank doorspeelde omdat hij een mannetje van buiten nodig had om Bilton te chanteren. Omdat hij voor Bilton werkte, kon hij het zelf niet doen.’
Een nieuwe donkere wolk. Weer een scala aan overwegingen. Ik liet mijn schouders zakken.
‘Er zijn twee opties,’ zei Induma zachtjes. ‘Of Frank heeft de informatie te goeder trouw doorgespeeld naar Caruthers, of naar Bilton, te kwader trouw.’ Ze keek hoe haar woorden vielen en richtte haar fronsende blik weer op het computerscherm. ‘Waarom zei je moeder dat Charlie voor de geheime dienst werkte?’
‘Omdat het daar alle schijn van had. Toen ze hem leerde kennen was hij zo’n man in een donker pak met een oortje in.’
‘Nou, Charlie heeft een fraaie verdwijntruc uitgevoerd. Een week nadat je stiefvader was vermoord, is hij met vervroegd pensioen gegaan. En toen is hij zo goed als verdwenen. Geen belastinggegevens meer, geen hypotheek, geen telefoonnummer. En ik weet heus wel waar ik moet zoeken, hoor.’ Ze gleed met een vinger over de touchpad en tikte er met haar duim op. ‘Charlie had één zoon. Mack. Achtendertig.’
‘Mack Jackman?’
‘Op de basisschool zat ik in de klas met ene Ronnie Ronald. Daarbij vergeleken is een naam als Mack Jackman megacool.’
Er werd een bestand gedownload. Een homepage. Mack Jackman Reclamefotografie. Er stonden veel foto’s van meubels op. Een beukenhouten bank met leren bekleding. Een zeegroene nepsuède chaise longue. Een eettafel van donkerbruin hout en matglas.
Induma zei: ‘De film waarmee je bij Charlies huis op de foto bent gezet? Kodak Ektachrome 100. Wat zei die man in die fotowinkel? “Fijnkorrelig, scherpe foto’s, dan komen je kleuren goed uit.”’
‘Als je iets moet fotograferen waarbij het echt nauw luistert met de kleuren,’ zei ik. ‘Kleren of gordijnen.’
‘Of meubels,’ zei Induma.
Ik klikte op de knop kunstfoto’s , waarna er een paar zwart-witte stadsgezichten verschenen, die vanuit Opaque genomen waren, vermoedde ik. De Stem in het Donker, die goede banden onderhield met de mensen die het restaurant runden, zoals ik al had gedacht: de zelfingenomen Zwitserse receptionist had geen enkele informatie willen verstrekken, en het overige personeel kon nauwelijks als ooggetuige worden aangemerkt. Ik vroeg me af of er misschien een link bestond tussen Charlie en Kim Kendall, die ook aan kunstfotografie deed.
‘Ik heb de bron van de website even nagetrokken,’ zei Induma. ‘De page elements worden in date-sorted directory’s opgeslagen. Om de zoveel dagen heeft hij docs van de server toegevoegd, maar na juni niet meer.’
‘En wat betekent dat in gewonemensentaal?’
‘Dat er op deze site al in drie maanden geen update meer is uitgevoerd. En dat is natuurlijk geen manier om een bedrijf te runnen. Hij is gewoon verdwenen. Geen nieuwe projecten, geen nieuwe klussen, geen informatie over wat er nog te gebeuren staat.’
‘Geldproblemen,’ zei ik. ‘Hij was iemand geld schuldig en is ’m gesmeerd. Tot zijn vader hem de helpende hand bood.’
Induma tikte met haar duim op de laptop. ‘Het is me niet gelukt om dat semafoonnummer te achterhalen dat je van dat meisje had gekregen. Ik heb natuurlijk geen toegang tot alle databanken van de politie, maar toch. Degene van wie dat nummer is, weet donders goed waar hij mee bezig is. Hij opereert onzichtbaar en laat geen enkel spoor achter.’ Ze klapte haar laptop dicht en kwam overeind. ‘Wanneer neemt Mack weer contact met je op? Om je die andere sleutel te geven?’
‘Geen idee. Maar het kan me niet snel genoeg gebeuren.’ Ik pende mijn mobiele nummer op een stukje papier, dat ze vervolgens in haar zak stopte. Ik pakte haar bij de arm. ‘Bedankt, hè?’ Haar kasjmieren trui voelde zacht aan. Ik streek met mijn duim over haar mouw. ‘Deze had je ook aan toen ik je voor het eerst ontmoette.’
‘Dat je dat nog weet.’
‘Je had een donkerblauwe spijkerbroek aan, met sandalen. Je had je teennagels oranje gelakt, een heel diepe tint, en je had je haar met een schildpadspeld naar achteren gedaan.’
Ze bleef staan en hield haar laptop tegen haar bovenbeen. Ik zag dat haar boezem onder haar trui rees en weer daalde. Ik zei: ‘Het spijt me dat ik je toen niet alles verteld heb.’
Achter haar, om ons heen, verdrongen mensen elkaar; ze schuifelden voorbij, namen al lopend een slokje van hun koffie. Ze plooide haar lippen in een bitterzoete glimlach, draaide zich om en verdween naar buiten.