75

Pitt was ontsnapt om zijn dochter te redden. Zijn enige hoop, al was die heel gering, was gevestigd op de reservegraafmachine die nog aan boord was. Als hij die snel kon laten zakken en hem vervolgens naar de Starfish sturen, kreeg hij het wellicht voor elkaar om de duikboot vast te klemmen en naar de oppervlakte te halen.

Het was een levensgroot ‘als’.

Nadat hij de duistere controlekamer was uit gestrompeld, raakte hij aan dek in een beginnende chaos verzeild. Er ontstond een paniekerige exodus van vluchtende bemanningsleden naar de reddingsboten. Luid schreeuwend en vloekend renden de soldaten, die voor het eerst op zee waren, wild heen en weer op zoek naar de boten. De loyaliteit die de soldaten tegenover Díaz hadden getoond, ging volledig verloren in het plotselinge verlangen hun eigen hachje te redden.

Pitt besefte dat de reservegraafmachine zich op het andere zijdek bevond en spurtte door een midscheeps gelegen doorgang. Hij bleef een ogenblik bij de reling staan om Ramsey op te roepen en hem te vragen terug te komen met de Gold Digger om de overlevenden op te pikken en om een noodoproep uit te zenden voor hulp bij de redding van de duikboot. Hij wist dat de kans dat die hulp op tijd zou komen minimaal was.

Terwijl hij over het dek naar voren rende, merkte hij dat de Sea Raker al aanzienlijke slagzij maakte, maar het leek vrij traag te gaan. Het schip gaf Pitt nog een paar minuten respijt.

Hij vocht zich een weg langs een groep mannen die zich rond een reddingsboot verdrong, en rende langs de lichter met explosieven die nog steeds aan het schip afgemeerd lag. Net voorbij de lichter vond hij de donkere opslagplaats waarin de tweede graafmachine stond. Omdat de stroomvoorziening maar beperkt functioneerde, was hij bang dat de machine het niet zou doen. In een hoek van de hal vond hij een bedieningsconsole en merkte meteen dat er toch stroom was. Op het controlepaneel brandde een rij lampjes waaruit hij afleidde dat de reservegraafmachine gebruiksklaar was.

Pitt probeerde de knoppen uit, ontdekte hoe de besturing werkte en deed de koplampen aan en de voorste camera. Er stond een aparte hydraulische kraan met een hijsarm die werd gebruikt om de graafmachine te water te laten. Toen hij even bleef staan, op zoek naar het bedieningspaneel, stormde er een stel mannen de hal in.

‘Dat is hem!’ riep een stem.

Het waren Díaz en een bewaker die allebei een geweer op hem richtten.

Terwijl hij naar de grond dook, drukte hij op de powerknop van de kraan en sloeg de starthendel van de graafmachine naar voren. Nog geen seconde later spatte er een waaier van kogels door de bedieningsconsole en dwarrelde er een wolk van plastic deeltjes op hem neer. Hoewel de hal schaars verlicht was, wist hij dat de schutters hem zagen liggen. Hij rolde met een ruk opzij en ontweek zo een nieuw salvo kogels.

Achter in de hangar was het donkerder en Pitt kroop naar de achterkant van de graafmachine. Het gevaarte reed met de stalen rupsbanden ratelend over het houten dek naar voren. De machine, met de snijtrommel voor zich, was nauwelijks drie meter van de reling en zou binnen de kortste keren over de rand kieperen.

Díaz schreeuwde tegen een van zijn mannen aan de rechterkant, terwijl Pitt achter de linkerzijkant van de graafmachine mee kroop. Er ratelde een geweersalvo door de hal, maar het was niet op Pitt gericht. De schutter mikte veel hoger, de kogels ketsten tegen het plafond.

De reservegraafmachine kwam luid knarsend tot stilstand terwijl er met een plof iets vlak voor Pitt op de vloer viel. Het was de elektriciteitskabel van de graafmachine die ze bewust kapot hadden geschoten. De vonken spatten van het uiteinde van de kabel, die vrijelijk over het dek uitrolde aangezien de kraan bleef draaien.

Pitt hoorde iets recht voor zich. Er was een bewaker op het frame aan de voorkant van de graafmachine gesprongen die zijn geweer op hem richtte.

Pitt sprong naar voren, greep het los zwiepende kabeluiteinde en slingerde het tegen het stalen frame. De schutter gilde toen er een dodelijke stroomstoot door de graafmachine trok.

Pitt rukte de kabel weer van het frame af en rende naar de voorkant van de machine met de bedoeling om het wapen van de dode man te grijpen. Maar hij aarzelde toen hij rennende voetstappen hoorde. Díaz kwam om de linkerkant van de machine aangestormd, terwijl twee anderen hem van achteren naderden.

Koortsachtig nadenkend slingerde Pitt de stroomkabel met een lassoworp naar de reling en zag dat het vonken spattende uiteinde eroverheen langs de zijkant wegzakte.

De twee soldaten sloten hem in en hielden hem onder schot tot ook Díaz erbij was gekomen.

Díaz zag de dode bewaker onder het frame van de graafmachine liggen en staarde Pitt met vuurspuwende ogen aan. ‘Ik ben bang dat je toch niet naar Havana gaat. Ik heb het gehad met jou.’

Hij hief zijn geweer op en richtte het op Pitts borstkas. Op het moment dat zijn hand naar de trekker ging, klonk er een oorverdovende knal achter hem en verdween Díaz in een oplaaiende vlammenzee.

Toen Pitt de elektriciteitskabel wegwierp, had hij die niet zomaar over de reling gemikt. Hij had hem bewust in de lichter gegooid die erachter lag. De afrollende kabel had daar over het dek kronkelend de gemorste ANFO aangestoken. Het was slechts een kwestie van tijd tot het smeulende spul de kratten TNT zou bereiken en de hele overgebleven lading springstof tot ontploffing zou brengen.

De lichter knapte met een donderende knal uit elkaar, waarop er een dikke witte rookwolk in de nachtelijke hemel opsteeg. Er trok een heftige siddering over de hele lengte van de Sea Raker en de bovenbouw scheurde uit elkaar. Het schip klapte opzij, waardoor de reservegraafmachine en andere losliggende werktuigen over de reling kieperden, waarna de boeg diep wegzakte. De achtersteven kwam uit het water omhoog en nog geen minuut later was het schip op ramkoers met de zeebodem onder de waterspiegel verdwenen.

Nog even borrelde er een woest schuimende kring van luchtbelletjes naar de oppervlakte. Daarna daalde er een naargeestige stilte over de golven en de op de donkere zee dobberende overlevenden neer.

Storm in Havana
553b7c99ed3dd7.html
553b7c99ed3dd8.html
553b7c99ed3dd9.html
553b7c99ed3dd10.html
553b7c99ed3dd11.html
553b7c99ed3dd12.html
553b7c99ed3dd13_split_000.html
553b7c99ed3dd13_split_001.html
553b7c99ed3dd14.html
553b7c99ed3dd15.html
553b7c99ed3dd16.html
553b7c99ed3dd17.html
553b7c99ed3dd18.html
553b7c99ed3dd19.html
553b7c99ed3dd20.html
553b7c99ed3dd21.html
553b7c99ed3dd22.html
553b7c99ed3dd23.html
553b7c99ed3dd24.html
553b7c99ed3dd25.html
553b7c99ed3dd26.html
553b7c99ed3dd27.html
553b7c99ed3dd28.html
553b7c99ed3dd29.html
553b7c99ed3dd30.html
553b7c99ed3dd31.html
553b7c99ed3dd32.html
553b7c99ed3dd33.html
553b7c99ed3dd34.html
553b7c99ed3dd35.html
553b7c99ed3dd36.html
553b7c99ed3dd37.html
553b7c99ed3dd38.html
553b7c99ed3dd39.html
553b7c99ed3dd40.html
553b7c99ed3dd41.html
553b7c99ed3dd42.html
553b7c99ed3dd43.html
553b7c99ed3dd44.html
553b7c99ed3dd45.html
553b7c99ed3dd46.html
553b7c99ed3dd47.html
553b7c99ed3dd48.html
553b7c99ed3dd49.html
553b7c99ed3dd50.html
553b7c99ed3dd51.html
553b7c99ed3dd52.html
553b7c99ed3dd53.html
553b7c99ed3dd54.html
553b7c99ed3dd55.html
553b7c99ed3dd56.html
553b7c99ed3dd57.html
553b7c99ed3dd58.html
553b7c99ed3dd59.html
553b7c99ed3dd60.html
553b7c99ed3dd61.html
553b7c99ed3dd62.html
553b7c99ed3dd63.html
553b7c99ed3dd64.html
553b7c99ed3dd65.html
553b7c99ed3dd66.html
553b7c99ed3dd67.html
553b7c99ed3dd68.html
553b7c99ed3dd69.html
553b7c99ed3dd70.html
553b7c99ed3dd71.html
553b7c99ed3dd72.html
553b7c99ed3dd73.html
553b7c99ed3dd74.html
553b7c99ed3dd75.html
553b7c99ed3dd76.html
553b7c99ed3dd77.html
553b7c99ed3dd78.html
553b7c99ed3dd79.html
553b7c99ed3dd80.html
553b7c99ed3dd81.html
553b7c99ed3dd82.html
553b7c99ed3dd83.html
553b7c99ed3dd84.html
553b7c99ed3dd85.html
553b7c99ed3dd86.html
553b7c99ed3dd87.html
553b7c99ed3dd88.html
553b7c99ed3dd89.html
553b7c99ed3dd90.html
553b7c99ed3dd91.html
553b7c99ed3dd92.html
553b7c99ed3dd93.html
553b7c99ed3dd94_split_000.html
553b7c99ed3dd94_split_001.html
553b7c99ed3dd95.html
553b7c99ed3dd96.html
553b7c99ed3dd97.html
553b7c99ed3dd98.html
553b7c99ed3dd99.html
553b7c99ed3dd100.html