BOEK TWEE



Vergeltungswaffe Drei




Op 26 september 1944 kreeg majoor Roger Tharpe opdracht zich ‘met de grootste spoed’ naar een plek te begeven die op zijn marsbevel werd omschreven als Mymoyecques Eastern Side in de omgeving van Calais. Sinds de aanvang van de Tweede Wereldoorlog werkte Tharpe als artillerie-expert voor MI10, een eenheid van de Inlichtingendienst van het Britse Leger. Het was zijn taak het veroverde Duitse oorlogsmaterieel te beoordelen en eventuele geheime hoedanigheden ervan te rapporteren.

Nadat op 6 juni het geallieerde expeditieleger aan de invasie begonnen was, had Hitler in een hysterische radiotoespraak gedreigd Engeland te zullen vernietigen met geheime wapens.

Op 13 juni 1944 kwam een klein Duits vliegtuig met oorverdovend lawaai laag over de Britse kust gevlogen. Boven Londen sloeg de motor af en het toestel dook in een glijvlucht omlaag om neer te storten en te exploderen in de wijk Bethel Green.

Onder de doden en de gewonden werd geen stoffelijk overschot van een piloot gevonden. Het was een onbemand vliegtuig, voorzien van een rakethulpmotor in de staart: een vliegende bom.

Het was de eerste V-l, het door Hitler aangekondigde Vergeltungswaffe Eins.

Op 8 september 1944 werden in Nederland vanaf een lanceerterrein aan de Koekoekslaan in Wassenaar kort na de middag twee V-2's richting Londen gelanceerd.

Vergeltungswaffe Zwei was een veertien meter lange raket, die een springlading van duizend kilo in de neus had. Het tuig vloog sneller dan het geluid en stortte van zeer grote hoogte neer zodat het – anders dan bij de langzamere V-l's – niet door vliegtuigen of luchtdoelartillerie onderschept kon worden.

Met deze gloednieuwe terreurwapens werden in Londen, later ook in Antwerpen, duizenden weerloze burgers vermoord en enorme ravages aangericht.

Toen majoor Tharpe in Calais aankwam, werd hij opgewacht door een commandant van Britse genietroepen die hem zonder uitstel met een open jeep langs stukgeschoten wegen over Fort Nieulay naar Mymoyecques bracht. Zodra Tharpe de gigantische, grotendeels onderaardse constructie te zien kreeg, was hij ervan overtuigd dat dit het door Hitler aangekondigde ultieme vergeldingswapen was: de V-3.

De V-3 was een reusachtig kanon met een honderdvijftig meter lange vuurbuis. Deze enorme loop was opgebouwd uit een serie identieke segmenten met schuin naar achteren gerichte zijtakken. In die zijtakken zaten kamers met voortstuwende ladingen, die in snelle opeenvolging konden worden ontstoken. De Britse majoor was zowel vervuld van afgrijzen voor de moorddadige mogelijkheden van het reuzenkanon als van waardering voor het technische vernuft van de bouwers. De V-3 verenigde de vernietigingskracht van de V-2 met de accuratesse van een scheepskanon. Met twee van deze kanonnen kon een stad als Londen in minder dan een maand van de kaart worden geveegd.

Gelukkig hadden de Britse troepen de tegen luchtaanvallen beveiligde geschutstelling onder de voet gelopen voor het terreurwapen in actie had kunnen treden.

Roger Tharpe ging onmiddellijk aan de slag. Het liefst zou hij het kanon hebben laten afvuren om het vuurbereik en de vuurmondsnelheid te kunnen bestuderen.

Maar op dezelfde dag kreeg generaal Urquard van de 1st British Airborne Division bevel zich uit het belegerde Arnhem terug te trekken. De mislukking van Market-Garden, de luchtlandingsoperatie waarmee Montgomery gehoopt had de oorlog vlug te beëindigen, veroorzaakte een golf van paniek in het hoofdkwartier van het Britse leger.

In de chaos die daarop volgde, gaf een stafofficier van generaal Montgomery bevel de V-3 onmiddellijk te vernietigen. Op 27 september werd het grootste kanon aller tijden door soldaten van een Brits geniekorps opgeblazen. Majoor Roger Tharpe had nauwelijks de tijd gehad wat opmetingen te doen en met tekeningen en een paar snapshots een impressie vast te leggen die hij bij zijn rapport kon voegen.

Maar in april 1945 had Tharpe meer geluk. In het spoor van de oprukkende Geallieerden vond hij in Duitsland de geheime plannen van de V-3, samen met het prototype van het nazi-terreurwapen. Het gedemonteerde reuzenkanon lag onder het puin van een gebombardeerde munitiefabriek als een stel afvoerbuizen in een loodgieterij. Segmenten met een kaliber van driehonderd millimeter, elk twee meter lang, die aan elkaar geschroefd een kanonloop van honderdvijftig meter vormden. Tharpe, die nog niet overtuigd was dat een uit segmenten bestaand kanon de druk kon weerstaan om een projectiel honderdvijftig kilometer ver te schieten, liet een aantal segmenten met bouten aan elkaar bevestigen en vuurde een schot af. Het kanon barstte niet uit elkaar.

Tharpes uitvoerige rapport aan de bevelhebber van MI10 over de onbeperkte mogelijkheden van Vergeltungswaffe Drei werd bij de stapel buitgemaakte nazi-oorlogsgeheimen gevoegd, opgeborgen en door iedereen vergeten.

Maar de Britse majoor hield er een passie voor langeafstandskanonnen aan over.

Na de oorlog bleef Tharpe als artillerie-expert voor MI10 werken. De laatste jaren van zijn militaire loopbaan hield hij zich vooral bezig met de illegale wapenhandel, waarvan Brussel meer en meer het centrum was geworden.

Gebruik makend van een mogelijkheid tot vervroegde pensionering, verliet Tharpe in 1980 het leger en werd free-lance adviseur in bewapening. Met dit mooie visitekaartje trad hij geregeld op als middle man bij covert-actions voor de Britse Inlichtingendienst, de CIA of andere geheime diensten van bevriende westerse landen.

In 1985 leerde Tharpe bij één van zijn vele bezoeken aan Brussel een Fransman kennen, wiens bezetenheid voor het reuzenkanon – hij noemde het the Paris gun – slechts overtroffen werd door zijn fenomenale kennis van alles wat met mortieren, houwitsers of kanonnen te maken had. Met the Paris gun bedoelde de Fransman zowel het Wilhelmsgeschütz, een lange-afstandskanon, gebouwd door de firma Krupp, waarmee de Duitsers in 1918 van de destijds ongelooflijke afstand van 110 kilometer Parijs hadden beschoten, als de Dikke Bertha, een 42-cm houwitser, door de Duitsers in 1914 met overdonderend succes ingezet tegen de forten aan de Maas en bij Antwerpen.

De al dan niet toevallige kennismaking van de Britse majoor met de Engels sprekende Fransman in de lift van hotel Garden City in Brussel, werd de aanloop van een tot in de vroege uurtjes durend bacchanaal in de bar van het hotel. Naarmate ze meer whisky dronken, werden de schetsen op bierviltjes gedurfder en werd het vuurbereik van de kanonnen groter.

Tijdens de derde ontmoeting vertelde Tharpe over zijn ervaringen met de V-3. Nog voor ze als echte drinkebroers met de lift naar hun hotelkamer terugkeerden, had de majoor zich ertoe laten overhalen een kopie van zijn rapport uit 1945 én van de geheime plannen van Vergeltungswaffe Drei te zullen bemachtigen en aan de Fransman te overhandigen. Die was van plan een historischtechnisch boek over afweertechniek en wetenschappelijke wapenkunde te schrijven.

Drie weken later overhandigde de majoor in kamer 414 van hotel Garden City tegen betaling van tienduizend dollar de geheime documenten aan de Franse pseudo-auteur.

Voor de free-lance adviseur was het een winstgevende zaak, want hij had een zelfde honorarium opgestreken van de geheime dienst die hem het dossier ter hand had gesteld.

Dat de naam waaronder de Fransman zich bekend had gemaakt vals was, maakte majoor Roger Tharpe weinig uit. De artilleriewereld had voor hem geen geheimen en hij kende voldoende Frans om te weten, welke naam er achter Jerôme Taureau schuilging.