66
Donna hield het spuitbusje nog geen vijftien centimeter van Phyllis’ gezicht en spoot erop los. De spray, die me al de adem benam als ik te dichtbij stond wanneer ze die in huis gebruikte, drong in Phyllis’ mond, neus en ogen.
Ze slaakte eerst een kreet en kreeg toen geen adem meer.
De hand met het pistool kwam omhoog, maar voordat ze kon richten was ik al opgesprongen. Met beide handen greep ik haar onderarm vast en sloeg die tegen het raamkozijn.
Phyllis bleef het pistool vasthouden. Ik sloeg haar onderarm nog een keer tegen het raamkozijn, zo hard als ik kon, met de pols op de rand, en het pistool kletterde op de vloer. Donna stond nog steeds te spuiten. Het zag eruit alsof haar hand was verkrampt en ze haar arm niet meer kon laten zakken.
Phyllis hoestte, kokhalsde en greep met haar beide handen naar haar gezicht. Maar zodra haar vingers haar wangen raakten, bleven ze eraan plakken en kreeg ze ze niet meer los.
Ik pakte Donna’s arm vast en draaide die weg van Phyllis’ gezicht. ‘Het is goed zo,’ zei ik. ‘Knap werk.’
Ze liet het busje uit haar hand vallen en sloeg haar armen om mijn nek. ‘O god, o god.’
Hoe graag ik haar ook tegen me aan had willen drukken, toch maakte ik me van haar los om Phyllis’ pistool op te rapen voordat zij ernaar op zoek zou gaan. Ik ging ervan uit dat ze dat zou proberen zodra ze haar vingers van haar gezicht los had weten te krijgen.
Phyllis schreeuwde het uit van de pijn.
Donna was naar het raam gelopen. ‘Cal,’ zei ze, ‘Ricky komt eraan.’
Ik rende naar de voordeur en griste de Glock van het tafeltje. Zodra ik de deur had geopend, keek ik de straat in.
Ricky had het niet goed kunnen zien vanaf de plek waar hij geparkeerd stond, maar op de een of andere manier moest hij hebben gemerkt dat er achter het raam een worsteling plaatsvond. In elk geval was hij uit de pick-up gestapt en kwam met zijn pistool in zijn hand onze kant op.
Op dat moment ging bij het huis waar zijn pick-up stond de deur open en kwam Augie naar buiten stormen.
‘Haines!’ riep hij. ‘Haines!’
Ricky keek om, zag Augie, maar liep door. ‘Staan blijven!’ riep Augie, maar Ricky leek niet van plan het bevel van zijn baas op te volgen.
Het was duidelijk dat elk moment de hel kon losbarsten.
Ik voelde me onbeschermd, dus ik rende naar Phyllis’ auto om dekking te zoeken. Ik liet me erachter op de grond vallen, met mijn knie maar net naast het plasje waarvan ik nu zag dat het bloed was.
Ik had een redelijk goed idee van wat – wie – we in de kofferbak zouden aantreffen.
Er werd geschreeuwd bij de openstaande voordeur van mijn huis. Ik keek opzij en zag Phyllis Pearce wankelend naar buiten komen. Ze had haar handen bevrijd, maar haar vingers hadden haar gezichtshuid kapot getrokken, en ze bloedde. Achter haar verscheen Donna in de deuropening, met Phyllis’ pistool in haar hand, maar ze maakte er een verontschuldigend gebaar mee, alsof ze wilde zeggen: ‘Ik kon haar niet neerschieten.’
Ricky was bijna bij Phyllis’ auto. Steunend op mijn ene knie liet ik mijn handen met het pistool op de kofferbak rusten en riep: ‘Blijf staan!’
Ricky richtte zijn pistool en schoot.
Ik dook weg achter de auto. Ik hoorde nog een schot. Ik kon het niet zien, maar ik nam aan dat het Augie was, die probeerde Ricky uit te schakelen.
Haines was bij de zijkant van de auto, richtte zijn pistool min of meer mijn kant op, begon in het wilde weg te schieten maar miste me. Toen bleef hij staan, draaide zich om en richtte het pistool weer op Augie. Ik keek over de kofferbak en zag mijn zwager onze kant op rennen.
Ik bracht de Glock omhoog, richtte op Ricky’s bovenlijf en haalde de trekker over.
Eén keer.
Twee keer.
Ricky wankelde achteruit alsof hij tegen een onzichtbare zandzak aan was gelopen. Hij viel naar links, strekte zijn arm om de val te breken, maar tegen de tijd dat zijn handpalm het wegdek raakte, zat er al geen kracht meer in. Als een roerloos hoopje bleef hij op het asfalt liggen.
Een seconde later was Augie bij hem en zette zijn hak op de hand die het pistool nog vasthield. Maar Haines bewoog zich niet meer.
Phyllis rende gillend langs me heen, liet zich naast haar zoon op haar knieën vallen, sloeg haar armen om hem heen en begon te snikken. Augie hurkte naast hem neer, trok het pistool uit Haines’ levenloze vingers, richtte zich weer op en kwam mijn kant op lopen.
Opeens verscheen er een uitdrukking van schrik op zijn gezicht. Hij keek langs me heen.
Met een ruk draaide ik me om.
Donna stond een meter of drie achter me en keek omlaag, met haar hand op haar buik, op de donkere plek die snel groter werd.
Ze keek me aan en zei: ‘Er is iets mis, Cal. Er is iets niet goed.’