13 'Een fluistering van liefde, een fluistering van haat"
'La partie continue,' kondigde de 'chef de partie' uitdrukkelijk aan. 'Un banco de trente-deux millions.' De toeschouwers drongen naar voren. Le Chiffre gaf een klap op de bak met kaarten. Hij bedacht zich, haalde de benzedrine uit zijn zak en inhaleerde diep. 'Vuil beest,' zei mrs. Du Pont aan Bonds linkerzijde. Bond kon weer helder denken. Door een wonder was hij aan een afschuwelijke verwonding ontsnapt Hij was kletsnat onder zijn armen. Maar het succes van zijn truc met de stoel had alle herinneringen aan het gevoel van verslagenheid uitgewist Hij had zich als een dwaas aangesteld. Het spel was minstens tien minuten onderbroken geweest, wat in een behoorlijk casino ongehoord is, maar nu lagen de kaarten op hem te wachten. En ze mochten hem nu niet in de steek laten. Hij voelde zich opleven bij het vooruitzicht wat hem te wachten stond. Het was twee uur in de morgen. Er stond een brede kring toeschouwers om de baccarattafel, en er werd nog aan drie chemin-de-fer tafels gespeeld. In de stilte, die om zijn eigen tafel heerste, boorde Bond plotseling de stem van een croupier: Neuf. Le rouge gagne, impair et manque.'
Was dit een teken voor hem of voor Le Chiffre? De twee kaarten gleden over de groene zee naar hem toe. Als een octopus onder een rots zat Le Chiffre hem van de andere kant van de tafel op te nemen.
Bonds hand was vast toen hij de kaarten opnam. Zou het negen of acht worden? Hij bekeek ze. Zijn kaakspieren vertrokken en hij klemde zijn tanden op elkaar. Zijn hele lichaam spande zich in een soort zelfverdediging.
Hij had twee vrouwen, twee rode vrouwen. Ze keken hem vanuit de schaduw van zijn hand guitig aan. Het kon niet slechter. Het was niets. Nul. Baccarat
'Een kaart,' zei Bond, terwijl hij probeerde zijn stem niet hopeloos te doen klinken. Hij voelde de blik van Le Chiffre tot in zijn hersens doordringen. De bankhouder legde langzaam zijn eigen twee kaarten open. Hij had drie punten... een heer en een zwarte drie. Bond liet langzaam de rook van zijn sigaret ontsnappen. Hij had nog een kans. Nu zou het erom gaan. Le Chiffre duwde tegen de doos, pakte er een kaart uit.. Bonds noodlot., en draaide die langzaam om. Het was een negen, een heldere hartennegen, de kaart, die volgens de zigeuners een 'fluistering van de liefde' en een fluistering van de haat' betekent, de kaart, die voor Bond bijna zeker de overwinning betekende. De croupier schoof de kaart naar voren. Voor Le Chiffre betekende het niets. Bond zou één punt gehad kunnen hebben, in welk geval hij nu tien punten zou hebben, of niets, of baccarat zoals dat heet. Of hij had twee, drie, vier of vijf punten kunnen hebben. In welk geval hij er nu, samen met de negen, vier zou hebben. Drie punten in de hand, en negen gegeven betekent een van de betwistbare situaties van het spel. Er is voor beide mogelijkheden: v/el een kaart trekken, of geen, iets te zeggen. Bond liet het de bankhouder uitvechten. Daar zijn negen alleen nog maar verslagen kon worden door een zes van Le Chiffre, had hij bij een vriendschappelijk spel beslist zijn kaarten open gelegd.
Bonds kaarten lagen voor hem op tafel, de twee onpersoonlijke zachtrose ruggen en de open hartennegen. Voor Le Chiffre kon die negen van alles betekenen. Het hele geheim lag in de andere kant van die twee roze ruggen, waar de beide koninginnen het groene laken kusten.
Het zweet liep tappelings langs de haviksneus van Le Chiffre. Met zijn dikke tong likte hij een druppel van een mondhoek weg. Hij keek naar Bonds kaarten, en toen naar zijn eigen, en toen weer naar die van Bond. Toen haalde hij zijn schouders op en nam een kaart uit de bak.
Hij bekeek hem. De tafel strekte de hals. Het was een mooie kaart, een vijf. 'Huit è la banque,' zei de croupier. Bond zat doodstil; Le Chiffre grinnikte plotseling wolfsachtig: hij móést gewonnen hebben! De spatel van de croupier maakte als het ware een verontschuldigende beweging over de tafel. Er was niemand die niet geloofde dat Bond verslagen was. De spatel keerde de twee kaarten om. De vrolijke, rode dames glimlachten tegen het licht. 'Et le neuf.'
De tafel slaakte een zucht, en toen klonken er opgewonden stemmen. Bond richtte zijn blik op Le Chiffre. De grote man viel achterover in zijn stoel, alsof hij midden in het hart was geraakt. Hij hapte naar adem en zijn rechterhand greep naar zijn keel. Zijn lippen waren spierwit.
Toen de grote stapels fiches over de tafel naar Bond werd geschoven, greep Le Chiffre in zijn binnenzak, en gooide een stapel bankbiljetten voor zich neer. De croupier telde het geld.
'Un banco de dix millions,' zei hij. Hij gaf tien fiches van een miljoen aan Le Chiffre. En dit is dan het einde, dacht Bond. Deze man kan niet meer terug. Dit is zijn laatste geld. Hij is op het punt aangekomen waar ik een half uur geleden op stond, en hij doet hetzelfde als ik. Maar als deze man verliest, dan zal er niemand zijn die hem te hulp komt; er zal geen wonder gebeuren.
Bond leunde achterover en stak een sigaret op. Naast hem, op een klein tafeltje was er een halve fles Clisquot met een glas verschenen. Zonder te vragen wie de gever was, vulde Bond het glas tot aan de rand en dronk het in twee grote teugen leeg.
Toen vouwde hij zijn armen over elkaar; de spelers aan zijn linkerkant zeiden niets.
'Banco,' zei hij tegen Le Chiffre.
Weer werden er twee kaarten voor hem neergelegd, en de croupier duwde ze in de groene lagune tussen de uitgestrekte armen.
Bond pakte met zijn rechterhand de kaarten, keek er vluchtig naar en wierp de kaarten open in het midden van de tafel.
'Le neuf,' zei de croupier.
Le Chiffre staarde naar zijn eigen twee zwarte heren. 'Et le baccarat,' en de croupier schoof de hoge stapels fiches over de tafel.
Le Chiffre zag ze verdwijnen in de richting van die andere miljoenen, die in de schaduw van Bonds linkerarm lagen; toen stond hij langzaam op en zonder een woord te zeggen liep hij naar de fluwelen ketting en maakte deze los. De toeschouwers maakten plaats voor hem. Ze keken hem nieuwsgierig aan, en ook bevreesd, alsof hij de geur van de dood bij zich droeg. Toen verdween hij uit het gezicht
Bond stond op. Hij nam een fiche van honderdduizend francs van de stapels naast hem, en schoof deze over de tafel naar de 'chef de partie'. Hij weerde de overdadige dankbetuigingen af, en vroeg de croupier er voor te willen zorgen, dat zijn geld naar de kassa werd gebracht. De andere spelers stonden ook op. Als er geen bankhouder was, kon er niet gespeeld worden, en het was nu half drie. Bond wisselde een paar vriendelijke woorden met zijn buren, en dook toen onder de leuning door; Felix Leiter en Vesper stonden hem op te wachten.
Samen liepen ze naar de kassa. Bond werd verzocht om in het privékantoor van de Casino-directie te komen. Op een der bureaus lagen zijn grote stapels fiches. Hij voegde er de inhoud van zijn zakken aan toe. In totaal was het meer dan zeventigmiljoen francs. Bood nam Leiters geld in bankbiljetten op; men gaf hem voor de resterende veertigmiljoen francs een cheque op de Crédit Lyonnais. Hij werd hartelijk gelukgewenst met zijn succes. De directeuren spraken de hoop uit dat hij die avond weer zou komen spelen. Bond gaf een ontwijkend antwoord. Hij liep naar de bar, en gaf Leiter zijn geld terug. Ze bespraken even het spel bij een fles champagne. Leiter haalde een .45 kogel uit zijn zak en legde die op tafel 'Ik heb de stok aan Mathis gegeven,' zei hij, en hij heeft hem meegenomen. Hij was even verbaasd als wij door jouw aanval. Hij stond met een van zijn mensen achteraan toen het gebeurde. De moordenaar kwam zonder moeilijkheden weg. Je kunt je voorstellen hoe ze de pé in hadden toen ze de revolver zagen. Mathis gaf me deze kogel om je te laten zien waar je aan ontsnapt ben. Je ziet wel, dat het een dum-dum kogel is. Je zou er verschrikkelijk aan toe zijn geweest. Maar ze kunnen het Le Chiffre niet op zijn hals schuiven. De man kwam alleen binnen. Ze hebben het formulier dat hij moest invullen (Mn een entreebewijs te krijgen. Natuurlijk deugt er geen letter van. Hij had toestemming om die stok mee naar binnen te nemen. Hij had een bewijs bij zich dat hij oorlogsinvalide was. De organisatie van deze lieden is voortreffelijk. Mathis heeft zijn vingerafdrukken, en die zijn per Belinograaf op weg naar Parijs, zodat we straks wel meer over hem zullen horen.' Felix Leiter stak een nieuwe sigaret op. Enfin, eind goed al goed. In elk geval heb je Le Chiffre vies te pakken gehad, maar we hebben het af en toe wel benauwd gehad. Maar ik denk, jij ook wel.' Bond lachte. 'Die enveloppe was het geweldigste wat me ooit overkomen is. Ik dacht, dat ik werkelijk aan het eind was. En dat was helemaal geen prettige gedachte. Maar een vriend in nood... ik hoop het je nog eens te kunnen vergelden.'
Hij stond op. Ik ga even naar het hotel om dit weg te brengen,' zei hij, terwijl hij op zijn binnenzak klopte. Ik vind het geen prettig idee om met het doodvonnis van Le Chiffre rond te lopen. Hij zou eens op een idee kunnen komen. En dan zou ik deze nacht willen vieren. Wat vinden jullie daarvan?'
Hij wendde zich tot Vesper. Ze had sinds het eind van het spel nauwelijks een woord gezegd. 'Zullen we een glas champagne in de nachtclub gaan drinken voordat we naar bed gaan? Die club heet de Roi Galant Hij is aan de andere kant van de speelzalen en hij ziet er gezellig uit'
'Dat zou ik enig vinden,' zei Vesper. 'Ik ga me een beetje opknappen, terwijl jij je winst gaat wegbrengen. Ik zie je wel in de hal.'
'En jij, Felix?' Bond hoopte dat hij met Vesper alleen zou zijn.
Leiter keek hem aan, en raadde zijn gedachten. 'Ik zou liever nog wat naar bed gaan voor het ontbijt' zei hij. "t Is me het dagje wel geweest, en ik denk, dat Parijs me straks wel aan het werk zal zetten. Er zijn nog van die losse eindjes, waar jij je niet druk over hoeft te maken. Maai ik wel. Ik loop met je mee naar het hotel. Het lijkt me een verstandig idee om de zilvervloot veilig de haven in te loodsen.'
Ze staken de boulevard over met de hand op hun revolver. Het was drie uur in de morgen, maar er liepen nogal wat mensen, en op het plein voor het Casino stonden nog altijd auto's.
Er gebeurde niets op de korte wandeling. Toen ze voor het hotel stonden, stond Leiter erop Bond naar zijn kamer te vergezellen. Deze was nog precies zoals Bond hem verlaten had.
'Geen ontvangstcomité,' zei Leiter, 'maar het zou me niets verbazen als ze nog een laatste poging zouden wagen. Vind je dat ik op moeten blijven, en jullie gezelschap moet houden?'
'Ga jij maar slapen,' zei Bond. 'En maak je over ons geen zorgen. Ze zullen in mij geen belang stellen als ik geen geld bij me heb, en daar weet ik wel raad mee. En hartelijk bedankt voor alles wat je gedaan hebt Ik hoop, dat we samen nog eens wat te doen krijgen.' 'Dat hoop ik ook,' zei Leiter, 'zolang jij een negen krijgt als je die nodig hebt... en Vesper meebrengt,* voegde hij er op droge toon aan toe. Hij liep de kamer uit en sloot de deur.
Bond was blij dat hij, na de nerveuze spanning van drie uur spelen en de drukte in de speelzaal, een moment alleen kon zijn, en door zijn pyjama op zijn bed en zijn haarborstels op de toilettafel verwelkomd werd. Hij ging naar de badkamer, bette zijn gezicht met koud water en gorgelde met een scherp mondwater. Hij voelde eens aan de builen op zijn achterhoofd en zijn rechterschouder. En hij dacht eraan, hoe hij tweemaal die dag aan de dood ontsnapt was. Zou hij de hele nacht op hen moeten wachten, of zou Le Chiffre nu al op weg naar Le Havre of Bordeaux zijn om een boot te pakken naar een of ander hoekje in de wereld, waar hij aan de blikken en de wapens van de SMERSH kon ontsnappen? Bond haalde zijn schouders op. Hij keek een ogenblik in de spiegel en vroeg zich af, hoe Vesper tegenover het leven stond. Hij verlangde naar haar koud en arrogant lichaam. Hij wilde tranen en verlangen in haar koele, blauwe ogen zien, en haar zwarte haren in zijn handen voelen, en haar lange gestalte achterover buigen. Bonds ogen vernauwden zich, en kregen een hongerige uitdrukking.
Hij draaide zich om en haalde de cheque voor veertig miljoen francs uit zijn zak. Hij vouwde deze zeer smal op. Toen maakte hij de deur open en keek de gang in. Hij liet de deur wagenwijd open staan, en terwijl hij zijn oren spitste voor voetstappen ging hij met een kleine schroevendraaier aan het werk.
Vijf minuten later wierp hij een laatste blik op het werk van zijn handen, vulde zijn sigarettenkoker opnieuw, sloot zijn deur af en verliet het hotel.