3 Nummer 007

Het hoofd van afdeling S (de afdeling van de Geheime Dienst die zich met de Sovjet Unie bezighoudt) was zó vervuld van zijn plan om Le Chiffre te vernietigen (hij had het praktisch geheel zelfstandig ontworpen) dat hij het memorandum zelf naar de kamer aan het einde van de gang op de bovenste verdieping van het sombere gebouw, dat op Regent's Park uitkijkt, bracht Hij liep strijdlustig naar M's hoofdassistent een jonge man die zijn sporen verdiend had als een der leden van het secretariaat van de Generale Staf, nadat hij in 1944 bij een sabotageopdracht gewond was; ondanks deze beide ondervindingen had hij zijn gevoel voor humor behouden.

'Luister eens, Bill. Ik heb hier iets, dat ik aan de baas wil voorleggen Denk je, dat dit het goeie ogenblik is?' 'Wat vind jij ervan, Penny?' De assistent wendde zich tot M's privésecretaresse die bij hem in de kamer zat Miss Moneypenny zou er verleidelijk uit gezien hebben, als haar ogen niet zo koel, openhartig en spottend waren geweest

'Ik geloof het wel. Hij heeft vanmorgen een goeie beurt op Buitenlandse Zaken gemaakt en hij heeft het eerste halve uur geen afspraak.' Ze lachte het hoofd van afdeling S bemoedigend toe; ze vond hem sympathiek zowel om zijn persoon als om het werk dat hij deed. 'Hier heb je het geval, Bill.' Hij gaf hem de zwarte map met de rode ster, die strikt geheim betekende. 'En kijk in godsnaam een beetje enthousiast als je het aan hem geeft. En zeg hem, dat ik hier zal wachten en een goed codeboek zal lezen terwijl hij het doorleest. Misschien wil hij nog details weten, en in elk geval wil ik graag dat jullie tweeën hem niet lastig vallen met iets anders totdat hij ermee klaar is.'

'All right, Sir.' Bill drukte op een knop en boog zich over de huistelefoon.

'Ja?' vroeg een rustige, vlakke stem. 'Het hoofd van afdeling S heeft een belangrijk document voor u, Sir.' Er was een kleine pauze. 'Breng het maar binnen,' zei de stem. De assistent liet de knop los, en stond op. 'Dank je wel, Bill. Ik wacht hiernaast,' zei het hoofd van afdeling S.

De assistent liep de kamer door en ging door de dubbele deuren de kamer van M binnen. Hij kwam dadelijk weer terug, en boven de deuren gloeide er een blauw lampje aan, wat betekende dat M niet gestoord wenste te worden.

Enige tijd later zei het hoofd van afdeling S triomfantelijk tegen zijn 'nummer 2': we hadden met die laatste paragraaf bijna alles bedorven. Hij zei, dat het op chantage en afpersing leek. Hij was nogal fel. Maar hij gaat er akkoord mee. Zegt, dat het een waanzinnig plan is, maar te proberen, als Financiën meedoet, en hij denkt van wel. Hij zal ze vertellen, dat dit een betere gok is dan het wedden op gedeserteerde Russische kolonels die contraspion worden nadat ze hier een paar maanden 'asiel' hebben ontvangen. En hij wil Le Chiffre graag in handen hebben, en hij beschikt over de juiste man en wil hem een kans geven. 'Wie is dat?' vroeg 'nummer 2'.

'Een van de dubbele nullen, ik geloof 007. Hij is taai, en M denkt dat er moeilijkheden zullen komen met die lijfwachten van Le Chiffre. Hij moet een goed speler zijn, anders had hij niet voor de oorlog twee maanden in het Casino in Monte Carlo gezeten om dat Roemeense span in de gaten te houden, die met onzichtbare inkt en donkere brillen werkten. Hij en het Deuxième Bureau kregen hen ten slotte te pakken, en 007 bracht een miljoen francs mee die hij met shemmy gewonnen had. En toen was dat nog een hoop geld.'

Het onderhoud tussen James Bond en M was van korte duur.

'Wat vind je ervan, Bond?' vroeg M, toen Bond weer in zijn kamer kwam nadat hij het memorandum gelezen had, en tien minuten door de ramen van de wachtkamer naar de bomen in het park had zitten staren. Hij keek Bond met zijn scherpe, heldere ogen aan. 'Ik zal het graag doen, Sir, en ik dank u wel. Maar ik kan u niet beloven, dat het me zal lukken. De voordelen bij baccarat zijn groter dan bij welk ander spel ook, uitgezonderd 'trente et quarante', maar ik zou slechte kaarten kunnen krijgen, en blut kunnen raken. Er zal hoog gespeeld worden... de eerste inzet zou wel een half miljoen kunnen bedragen.'

Bond hield zijn mond toen hij in de koude ogen keek. M wist dit allemaal wel; hij wist evenveel van de kansen bij baccarat als Bond. Dat was zijn werk... om alles van de kansen te weten, en de mensen te kennen, zijn eigen mensen en die van de tegenpartij. Bond wilde, dat hij maar niets gezegd had.

'Hij kan óók slechte kaarten krijgen,' zei M. 'Je zult over de nodige fondsen kunnen beschikken. Over vijfentwintig miljoen francs, net als hij. We zullen je er tien meegeven, en je er nog tien sturen als je daar rondgekeken hebt. De extra vijf moet je zelf maar verdienen.' Hij lachte. 'Zorg dat je er een paar dagen vóórdat het grote spel gaat beginnen, bent. En verken het terrein. Overleg met Q over kamers en treinen en over je uitrusting. De administrateur zal je financiën regelen. Ik zal het Deuxième Bureau om bijstand vragen. Het is hun gebied en we mogen al blij zijn, als ze geen deining maken. Ik zal proberen om Mathis tot onze beschikking te krijgen. Toen in Monte Carlo, bij dat andere Casinogeval, kon je goed met hem opschieten. En ik moet Washington op de hoogte brengen in verband met de N.A.T.O. De C.I.A. heeft een paar goede krachten in Fontainebleau. Nog iets?'

Bond knikte. 'Ik zou graag met Mathis werken, Sir.' We zullen zien. Doe je best, het tot een goed einde te brengen. Anders zouden we een figuur slaan. En kijk uit je ogen. Dit lijkt een amusant baantje, maar ik denk niet dat het dat zal worden. Le Chiffre is een sterke tegenstander. Ik wens je veel succes.' 'Dank u, Sir,' zei Bond en liep naar de deur. 'Een ogenblikje.' Bond draaide zich om.

'Ik zal je nog een assistent sturen, Bond. Twee weten meer dan een, en je zult iemand nodig hebben om berichten door te sturen. Ik moet er nog even over denken. In Royale zullen ze wel contact met je opnemen. Maak je maar geen zorgen, ik zal een goeie sturen.' Bond had liever alleen gewerkt, maar je argumenteert nu eenmaal niet met M. Hij verliet de kamer in de hoop, dat de man die ze zouden sturen eerlijk zou zijn en niet dom, of, wat nog erger was, ambitieus.