Hoofdstuk 9

 

 

‘Dus nu probeer je me buiten te sluiten?’

Sebastian keek opzij en zag dat Jane hem met halftoegeknepen ogen opnam. Ze waren weer onderweg naar Sacramento, maar het eerste halfuur had ze geen woord gezegd. Om de stilte op te vullen had hij de radio en de verwarming flink opgedraaid.

‘Ik probeer je er niet buiten te houden,’ zei hij.

Ze zette de radio zachter tot het gepiep van de ruitenwissers, die de strijd aangegaan waren met een nieuwe hoosbui, weer te horen was. ‘Je hebt iets gevonden in het huis. Wat was dat?’

Met een boze frons keek hij naar de lucht. Door de grijze wolkendeken voelde het in de auto helemaal als een cocon. ‘Niks, dat zei ik toch.’

‘Waarom heb je het dan meegenomen?’

Zich realiserend dat ze er niet over op zou houden, haalde hij de achterpagina van de handleiding voor de vaatwasser uit zijn zak en gaf die aan haar.

Na er een blik op geworpen te hebben, keek ze hem met opgetrokken wenkbrauwen aan. ‘Dit is een routebeschrijving naar een indiaans casino.’

‘Ja, begrijp je?’

‘Nee, ik begrijp het niet. Waarom wilde je dat meenemen?’

Hij stelde de temperatuur bij. ‘Het is handgeschreven.’

Er begon haar iets te dagen. ‘Jij denkt dat Malcolm Turner dit geschreven heeft?’

‘Ik denk dat hij het geschreven zou kunnen hebben. Dat gokken is echt iets voor hem. Daarom viel mijn oog erop.’

‘Ik betwijfel of handgeschreven bewijs zwaarder weegt dan DNA-bewijs,’ zei ze, maar ze sprak langzaam en zacht, alsof ze nog over zijn vondst nadacht, de waarde ervan inschatte. ‘Maar ik neem aan dat het, als het handschrift overeenkomt, wel bewijst dat jouw Wesley Boss en mijn Wesley Boss een en dezelfde is. Vooralsnog is het enige verband tussen de moorden en de ontvoering de naam, en die cryptische opmerking die jouw Wesley Boss heeft gemaakt over “zussen”, op internet.’

‘Elk handschrift is uniek. En handschrift als bewijsmateriaal is meer dan ik nu heb, namelijk een berg verdwenen geld en een verdwenen politiewapen, -penning en uniform.’

Ze legde het afgescheurde blaadje op het dashboard. ‘Dat wapen baart me nog het meest zorgen.’

‘Terecht. Hij weet hoe hij ermee om moet gaan.’

‘Wat had je gedaan als Malcolm Turner daar was geweest?’ vroeg ze.

Hij wilde graag geloven dat hij dan de politie had gebeld. Maar Malcolm wist hoe het systeem werkte, had er onderdeel van uitgemaakt. Als hij een geldig identiteitsbewijs had om te ‘bewijzen’ dat hij Wesley Boss was, dan zouden ze hem om te beginnen ondervragen over de ontvoering, en hij wist hoe hij dat moest spelen. Als ze geen bewijs tegen hem hadden, zouden ze hem vrijlaten gedurende de rest van het onderzoek – en dan was hij al lang en breed weg voordat ze er überhaupt aan toe zouden komen te onderzoeken wie hij nu echt was. Ze zouden hem heus niet op Sebastians woord naar New Jersey terugsturen, of een rechterlijk bevel halen om hem te dwingen DNA af te staan. Er waren allerlei procedures waaraan ze zich moesten houden. Als hij de politie erbij riep, kwam er een hoop bureaucratie bij, en bureaucratie was nooit efficiënt.

Maar wat hield dat in? Hield dat in dat hij hem neergeschoten zou hebben?’

Misschien. Misschien zou hij zich niet hebben kunnen inhouden.

‘Krijg ik nog antwoord?’ vroeg ze.

Hij zette de radio weer harder. ‘Hij was er niet.’

 

Jane aarzelde voor ze uit Sebastians Lexus stapte. Tenzij de huiseigenaar haar een nieuw adres kon geven, had Sebastian een veel betere uitgangspositie om Wesley Boss te vinden dan zij. Tenslotte had hij al contact met hem.

Dat betekende dat ze met hem moest blijven samenwerken, zijn hulp in zou moeten roepen, ook al was ze niet blij met de manier waarop hij het in Ione had aangepakt. ‘Dus jij belt mij? Laat je me weten als het je lukt iets met Boss af te spreken?’ vroeg ze.

Hij boog opzij tot ze zijn gezicht kon zien. ‘Ik zal erover nadenken.’

Zijn houding beviel haar niet. ‘Ik heb mijn informatie ook met jou gedeeld.’

‘Jouw informatie bleek niets op te leveren.’

‘Niet helemaal niets,’ protesteerde ze. ‘Jij hebt die routebeschrijving naar dat casino.’

‘Wat misschien niets meer om het lijf had dan een leuk avondje gokken.’

Ze trok haar tas recht. Door het wapen dat erin zat, was hij zwaarder dan anders. ‘En mijn ontvoerde meisjes dan? Jouw wraakgevoelens kunnen je toch niet zo in beslag nemen dat die meisjes je koud laten?’

Hij trok een gezicht. ‘Daar gaat het niet om.’

‘Waar gaat het dan om?’

‘Ik zie niet in wat zij ermee opschieten als ik jou meeneem.’

Zijn zelfgenoegzaamheid irriteerde haar. ‘O nee? Wie heeft je gesteund in Ione, ook al ging je je boekje ver te buiten?’

Een nauwelijks waarneembaar lachje speelde om zijn lippen. ‘Had ik het maar op kunnen nemen.’

‘Wat?’

‘Hoe jij met je wapen in je hand naar mij toe kwam door de modder, en ondertussen probeerde je schoenen schoon te houden.’

Ze had niet gedacht dat zoiets hem was opgevallen. ‘Het mocht niet baten,’ mompelde ze. ‘Mijn schoenen kunnen zo de vuilnisbak in.’

‘Het had veel erger gekund.’

‘Volgens mij was dat mijn argument.’ Trouwens, hij had makkelijk praten. Het was duidelijk dat hij eraan gewend was om geld te hebben. Niemand die zij kende, huurde een Lexus. Tenminste, niemand die ze tegenwóórdig kende. ‘Vergeet niet dat ik ook warm en droog in de auto had kunnen blijven zitten,’ zei ze. ‘Nou, ga je nog met me samenwerken of niet?’

Met een verongelijkte trek op zijn gezicht staarde hij in de verte.

‘Sebastian?’

Zijn blik kwam haar kant op, en hij keek haar aan alsof hij haar voor het eerst zag. Dat zou vleiend over kunnen komen, ware het niet dat er iets berekenends in zijn blik lag wat haar deed vermoeden dat het niet haar uiterlijk was dat hij zo uitgebreid bestudeerde. ‘Het kan ook zijn voordelen hebben als jij erbij bent.’

‘Namelijk…’

‘Jij kunt de zaken vanuit een vrouwelijk perspectief benaderen.’

‘Gezien het feit dat ik een vrouw bén, kan dat niet al te moeilijk zijn,’ zei ze droog.

Aan zijn witte tandpastaglimlach te zien begreep hij in elk geval waaróm ze een beetje gepikeerd was. ‘Goed. Mary werkt tot vier uur. Dan helpt ze de kinderen met hun huiswerk en brengt ze ze naar allerhande sportclubs en zo. Meestal zit ze niet voor acht uur achter de computer. Ik moet me zo veel mogelijk aan haar patroon houden, dus log ik rond die tijd onder haar naam in. Als je mee wilt doen, moet je om een uur of halfacht naar mijn motel komen.’

Dan zou Kate wel thuis zijn, maar Jane wist dat ze haar wel een nachtje naar haar schoonouders kon brengen. Dat vond Kate alleen maar leuk. Toen Oliver in de gevangenis zat, ging ze heel vaak naar opa en oma, maar de laatste tijd wilde Jane het liever niet op een doordeweekse dag. ‘In welk motel zit je?’

‘De Raleigh Pete, op Cal Expo. Kamer 213.’

Dat was niet zo ver bij Howe Avenue vandaan, waar zij woonde. ‘Ik zal er zijn.’ Ze wilde het portier al dichtgooien, maar hij zei nog iets.

‘Als ik je vijftig dollar geef, kun jij dan iets te eten maken?’

‘Wat?’ Jane wist niet of ze hem goed verstaan had.

‘Ik eet nooit meer een zelfgemaakte maaltijd,’ gaf hij toe, alsof dat reden genoeg was voor zo’n vreemd verzoek.

Austin, een stagiair van de Del Campo High School die bij De Laatste Linie werkte als maatschappelijke stage, had net zijn auto op het parkeerterrein gezet. Jane begroette hem en wachtte tot hij binnen was voor ze antwoord gaf. ‘Bedoel je dat ik voor je moet koken?’

‘Ja, ik betaal er toch voor? Iets van een stoofschotel of gehaktbrood of zo, is dat te veel gevraagd?’

‘Hoe weet je dat ik kan koken?’

‘Je hebt toch een keuken?’ Hij haalde zijn portefeuille tevoorschijn en gaf haar een briefje van vijftig dollar. ‘Ik ben al eeuwen onderweg. Alles moet beter zijn dan wat ik de afgelopen tijd gegeten heb.’

Met een zweem van medelijden nam ze het geld aan. Sebastian was dan misschien niet uitgesproken bescheiden, hij was al lang zoekende, en niemand wist zo goed als zij wat geweld met je deed. ‘Ik moet toch voor Kate koken,’ zei ze toegeeflijk.

‘Kate?’

‘Mijn dochter.’

‘Ik wist niet dat je een dochter had. Hoe oud is ze?’

‘Twaalf.’

‘Wat doe je dan met haar?’

‘Ze kan wel een nachtje bij haar grootouders logeren.’

Zijn blik viel op de tatoeage op haar hand. ‘Wat is er met jou gebeurd, Jane?’

SURVIVOR. Dat woord deed haar denken aan hoe ze zich gevoeld had in de moeilijke maanden waarin ze had gevochten om te accepteren dat ze door haar eigen man was aangevallen. Skye was met haar meegegaan naar Express Yourself Ink en had dezelfde tatoeage laten zetten. Die van Skye zat op haar schouder, die ze meestal bedekte, maar Jane had die van haar duidelijk zichtbaar willen hebben.

‘Misschien vertel ik dat later wel,’ zei ze, voor ze het portier dichtgooide.

 

De kamer rook naar schone man. Jane had zoveel slechte herinneringen aan Oliver dat ze de aantrekkelijkere kanten van het andere geslacht helemaal vergeten was. Bang dat ze nooit meer die geur zou ruiken, in elk geval niet in zo’n intieme sfeer, bleef ze er even van staan genieten voor de geur van het eten dat ze in een mandje had meegenomen de overhand zou krijgen.

‘Kom verder.’ Sebastian stond bij de deur in een versleten spijkerbroek en een donkeroranje T-shirt met lange mouwen.

Een seconde later was de mannelijke geur verdreven door de geur van het gehakt in haar zelfgemaakte lasagne, en die van de knoflookboter op het stokbrood.

‘Dat ruikt goed,’ zei hij, de mand van haar overnemend.

Ze glimlachte. Dat had zij ook net gedacht, maar dan over een totaal andere geur.

Met opzet bestudeerde ze de inrichting van de kamer toen ze binnenkwam, om maar niet naar hem te staren. Had ze al eerder gedacht dat Sebastian wel knap was, nu hij zijn jas uit had, kon ze er echt niet omheen. Dat shirt spande om zijn borst als een tweede huid, zodat elke spier zichtbaar was – en daar waren er genoeg van.

Zelfs op zijn best had Oliver er nooit zo uitgezien. Jane was gevallen op zijn lieve, ongevaarlijke, serieuze en intelligente uitstraling. En op het feit dat ze zich bij hem zo veilig had gevoeld…

‘Wat is er zo grappig?’ vroeg Sebastian.

Ontnuchterd schudde ze haar hoofd. ‘Niks, ik moest gewoon… ergens aan denken.’

Hij had op het punt gestaan zich op het eten te storten, maar nu keek hij op. ‘Waaraan?’

‘Aan hoe het was.’

‘Om…’

‘Onschuldig te zijn.’

Bevreemd keek hij haar aan. ‘In welk opzicht?’

Ze haalde haar schouders op. ‘In alle opzichten, denk ik.’ Zij zou nooit terug kunnen naar de vrouw die ze geweest was. Dat maakte haar wel verdrietig. Maar vertrouwen hebben in de man die haar meer dan wie ook lief had moeten hebben, had bijna haar einde betekend. Was het dan niet beter om wijs te zijn dan onschuldig?

Haar ogen gleden over het bed. Ervaring, tenminste, het soort ervaring dat zij opgedaan had, veranderde alles, zelfs de meest basale pleziertjes van het leven…

De stilte in de kamer wees haar erop dat Sebastian niet in de mand met eten gedoken was, zoals ze verwacht had. Toen ze zich omdraaide, zag ze dat hij haar had staan bestuderen. Zijn ogen glinsterden verbaasd en nieuwsgierig.

‘Is er ook een Mr. Burke?’ vroeg hij.

Aan zijn intonatie hoorde ze dat hij wist dat ze aan seks had staan denken, dat hij wist dat ze naar iets anders verlangde dan naar eten. Maar ondanks dat veelbelovende perfecte lichaam zou hij dat verlangen nooit kunnen bevredigen. Ze zou het hem, of iemand anders, niet eens laten proberen. Dat kon ze niet. Ze was niet in staat haar voorzichtigheid te laten varen, en met dat scherm van angst om zich heen kon ze met geen mogelijkheid de liefde bedrijven. Zeker niet met een vreemde.

‘Ik ben weduwe,’ zei ze. ‘Maar ik zou net zo goed getrouwd kunnen zijn.’

‘Heb je een vriend dan?’

‘Nee.’ Ze nam niet de moeite het uit te leggen.

Hij zette de picknickmand op de kaptafel naast een flatscreen tv en wees naar een fles witte zinfandel die op zijn nachtkastje stond. ‘Heb je trek in een glaasje wijn?’

‘Nee, dank je.’

Niet uit het veld geslagen ontkurkte hij de fles en schonk zichzelf in. ‘Het spijt me dat je man overleden is,’ zei hij, na een slok genomen te hebben. ‘Is het al lang geleden gebeurd?’

Jammer dat ze de wijn afgeslagen had. Misschien had het haar wat gekalmeerd, de scherpe kantjes eraf gehaald. ‘Bijna vijf jaar.’

‘En… Je houdt nog steeds van hem?’

‘God, nee,’ zei ze met een vreugdeloos lachje.

Fronsend liep hij naar haar toe. ‘Wat is er gebeurd?’

Toen ze niet antwoordde, zette hij zijn glas neer en pakte haar hand. Zijn duim streek zacht over de tatoeage. ‘Had het hiermee te maken?’

Als bij een oude kachel met een waakvlam die jaren geleden uitgegaan was, had zij gedacht dat ze nooit meer warm zou worden. Maar zijn aanraking veroorzaakte een vonk waar ze helemaal bibberig van werd.

Overvallen trok ze haar hand terug en deed een stap achteruit, maar na twintig centimeter stootte ze al tegen het bed.

‘Ho, ho. Ik wilde je niet aan het schrikken maken.’

Ze stond nog steeds binnen handbereik, maar hij deed geen poging haar weer aan te raken. Hij hield zijn handen met de palmen naar boven voor zich, alsof hij haar wilde laten zien dat hij geen kwaad in de zin had.

De laatste keer dat Oliver met haar gevreeën had, was een wrede ervaring geweest. Een van de ergste dingen in haar leven. Op de een of andere manier was het nog erger geweest dan het geweld dat erop volgde omdat er haat in verstopt zat, vermomd als liefde.

Maar Jane wist dat het haar verleden was, en niet iets wat Sebastian gedaan had, dat haar zo van slag had gemaakt.

De paniek in bedwang houdend, die als een donderslag bij heldere hemel was gekomen, dwong ze zichzelf te blijven staan waar ze stond, in plaats van verder weg te schuifelen. ‘Ik ben niet bang.’

Het leek hem niet te overtuigen, maar hij sprak haar niet tegen. ‘Heeft hij dit gedaan?’

Hij wees naar zijn eigen nek, maar Jane begreep dat hij op het litteken doelde. ‘Ja.’

Zachter vroeg hij: ‘Hoe is hij overleden?’

Aan het ontzag in zijn stem hoorde ze dat hij dacht dat zij Oliver uit zelfverdediging had gedood. Meer dan eens had ze zich afgevraagd of dat haar herstel makkelijker gemaakt zou hebben – of moeilijker. ‘Nadat hij mij voor dood had laten liggen, naast zijn broer, die hij ook vermoord had, viel hij een vrouw aan die hij al eens eerder aangevallen had. Skye Kellerman.’

‘De vrouw die De Laatste Linie opgericht heeft.’

‘Je hebt je huiswerk gedaan.’

‘Ik heb de website bekeken.’

‘Skye wist dat hij uiteindelijk terug zou komen.’ Jane haalde haar schouders op. ‘Ze was klaar voor hem toen hij kwam.’

‘Zij heeft hem vermoord.’

‘Ja.’

‘Dat stond niet op de website.’

‘Nee. Ze praat er ook niet over. Maar zij was bereid om te doen wat er gebeuren moest. Het voordeel was dat zij al wist wat voor man hij was. Ik niet.’

Sebastian stopte zijn handen in zijn zakken. ‘Wat voor man was hij dan precies?’

‘Een serieverkrachter en seriemoordenaar vermomd als tandarts, echtgenoot, vader.’ Automatisch was ze zachter gaan praten. ‘Mijn minnaar.’

Hij floot tussen zijn tanden. ‘Hoe heb je zo’n aanval kunnen overleven?’

‘Zijn mes miste mijn halsslagader op een haar na. Skye kwam met de hulpdiensten naar mijn huis voor ik dood kon bloeden.’

‘Die Skye klinkt als een indrukwekkende vrouw.’

‘Dat is ze ook. Dat is deels waarom ik voor haar werk.’ Jane knikte naar de picknickmand. ‘Ga maar eten. Anders wordt het koud.’

‘Eet je niet mee?’ vroeg hij over zijn schouder, terwijl hij de mand uitpakte.

Dat was ze wel van plan geweest. Ze had Kate iets te eten gegeven, haar dochter en de mand vol eten in de auto gezet en was naar haar schoonouders gescheurd in de veronderstelling dat zij in het motel zou eten. Maar ze voelde zich te wiebelig om iets te eten. Ze wist niet waarom Sebastians aanraking haar zo van haar stuk had gebracht. Ze was zo vaak alleen met een man geweest, op haar werk, thuis, in een auto. Geen probleem.

Maar ze had zich nooit tot een van die mannen aangetrokken gevoeld. Dat moest het zijn. Dat, en het feit dat ze naast een bed stonden.

‘Ik heb al gegeten,’ loog ze. Ze kantelde het computerscherm een beetje zodat ze geen last had van het licht. ‘Wesley Boss is toch niet WhosYourDaddy, hè?’

 

Sebastian besloot dat Malcolm wel even kon wachten. Hij wilde niet al te happig overkomen, alsof Mary de hele dag online was en zat te wachten op een berichtje van hem. De rol die hij speelde zou geloofwaardiger zijn als Malcolm hard moest werken voor de aandacht waar hij zo naar verlangde. Eerder op de dag had hij een bericht gestuurd om te bedanken voor de bloemen. Dat moest genoeg zijn tot na het eten.

Jane zat aan het bureau en nam kleine slokjes van de wijn die ze uiteindelijk toch genomen had, toen hij de picknickmand al half leeggegeten had. ‘Ik heb nog nooit iemand zoveel zien eten,’ peinsde ze hardop toen hij een tweede bord lasagne verorberd had plus nog een stuk knoflookbrood.

‘Ik had het geluk dat mijn moeder heerlijk kon koken. Dat mis ik wel.’

Ze draaide heen en weer op de bureaustoel. Die nerveuze energie verried dat ze zich niet zo op haar gemak voelde als ze hem wilde doen geloven.

‘Waar is je moeder nu?’

‘Ze woont iets ten noorden van New York.’

‘Met je vader?’

Eindelijk voldaan, schoof hij het bord van zich af. Toen hij had gevraagd of ze eten mee wilde nemen, was hij ervan uitgegaan dat ze kon koken. Daar had hij gelijk in gehad. ‘Nee, die is tien jaar geleden overleden.’

‘Dat spijt me.’

‘Uiteindelijk was het opluchting,’ zei hij, denkend aan die zware periode.

‘Hoe is hij overleden?’

Dat had ze vast niet gevraagd als hij net niet zo direct tegen haar geweest was.

‘Zijn hele leven was hij kerngezond. Op een ochtend werd hij wakker met stuiptrekkingen. Niet lang daarna raakte hij in coma. Mijn moeder was meteen met hem naar een ziekenhuis gegaan, maar toen hij bijkwam…’ Hij schudde zijn hoofd. ‘Toen hij bijkwam werd al snel duidelijk dat hij er vrij veel hersenletsel aan had overgehouden.’

Bezorgdheid leek iets van de argwaan weg te nemen waarmee ze hem nog altijd bekeek. ‘Wat was de oorzaak van die stuipen?’

‘Een zeldzame infectie die meteen op zijn hersenen sloeg. Er was geen enkele waarschuwing aan voorafgegaan, we hadden er niets aan kunnen doen.’

‘Wat verschrikkelijk!’

Het was inderdaad verschrikkelijk geweest. Hoewel Sebastian dankbaar was voor de tijd die ze samen gehad hadden, had hij drie jaar lang met zijn moeder voor Angelo gezorgd in de wetenschap dat hij nooit beter zou worden, en dat hij het vreselijk vond om zo hulpbehoevend te zijn. Het was in die donkere periode dat Emily met Malcolm getrouwd was. Sebastian had het veel te druk gehad met zijn werk, zijn vader en zijn taak als voogd van zijn zoon om aandacht te besteden aan wat voor soort man Emily had uitgekozen. En al had hij daar wel aandacht aan besteed, dan nog wist hij niet of hij het gevaar zou hebben gezien. Malcolm zat bij de politie, dan ging je er toch vanuit dat het goed zat. ‘Zoals ik al zei, uiteindelijk was het een opluchting. Ik denk dat hij blij was dat het erop zat.’

‘Je moeder is niet hertrouwd?’

Hij dacht aan zijn tengere, aantrekkelijke moeder. Ze zag er twintig jaar jonger uit dan ze was, maar ze leek geen belangstelling te hebben voor de mannen die haar mee uit vroegen. ‘Nee.’

Jane sloeg haar benen over elkaar. ‘Wat vindt zij ervan dat je achter Malcolm aan zit?’

‘Volgens mij zou ze graag zien dat ik het opgaf en naar huis kwam.’

‘Maar dat kun je niet.’

Na wat hij over haar had gehoord, wist hij zeker dat ze dat begreep. ‘Nee.’

‘Dus moet je wildvreemde vrouwen vragen of ze voor je willen koken, en dan eet je meteen voor tien.’

Hij vulde haar glas bij. ‘Als je weggaat, neem je het eten mee, toch?’

‘Je mag het best houden, maar volgens mij is er geen koelkast hier.’

‘Nee.’ Hij schonk zichzelf nog eens in. ‘Je begrijpt het dilemma.’

Kennelijk was ze blij dat hij haar eten lekker gevonden had, want ze glimlachte toen ze een slokje nam. Het was een mooie glimlach, die contrasteerde met de terughoudendheid in haar ogen.

Wat er veranderd was wist hij niet precies, maar sinds ze bij hem in de kamer was, was de chemie tussen hen anders. Op het moment dat hij haar ontmoette, had hij al gezien dat ze knap was. Dat kon je niet ontgaan. Maar nu ze hier zo met zijn tweeën zaten, was hij zich wel erg bewust van haar fysieke aanwezigheid, van de mogelijkheden.

Alsof ze de ongemakkelijke stilte wilde verbreken voor die te lang ging duren, keek ze naar zijn computer. ‘Zo te zien wordt Malcolm ongeduldig.’

‘Wat zegt hij?’

‘Hé, waar ben je.’ las ze voor.

‘Zeg maar dat je de kinderen naar bed moest brengen.’

‘Dat meen je toch niet, hè?’

Hij kon zich niet voorstellen waarom ze dat dacht. ‘Jawel.’

‘Dat drukt hem meteen weer met zijn neus op het feit dat Mary een afgepeigerde moeder is. Wat is daar nou sexy aan?’

‘Het is misschien niet sexy, maar het is wel geloofwaardig. Het is iets wat Mary echt zou zeggen.’

‘Het gaat hem er toch niet om of het geloofwaardig is wat we zeggen. Mensen die een internetrelatie hebben, jagen vaak een fantasie na.’

Weer leek het bed de hele ruimte achter hen in beslag te nemen. ‘Zeg je dat uit ervaring?’

‘Nee. Ik kan me geen fantasieën veroorloven.’

‘Iedereen heeft fantasieën, Jane.’

‘Oké. Ik kan het me niet veroorloven mijn fantasieën na te jagen, zeker niet met iemand die ik niet kan zien. Er zitten zoveel griezels op internet. Mooi dat ik mijn dochter niet bloot zou stellen aan een man die weer net zo blijkt te zijn als haar vader.’

Dit was een mooie aanleiding om te vragen naar iets wat hem beziggehouden had. ‘Heeft je man Kate ooit iets aangedaan?’

‘Dat hangt ervan af hoe je dat definieert,’ antwoordde ze. ‘Hij heeft haar nooit lichamelijk geweld aangedaan, maar hij heeft haar oom vermoord en degene van wie ze het meeste hield bijna vermoord. Het is niet makkelijk om daarmee te leven, met die kennis. En dan heb je nog de genetische factor. De vraag die je jezelf stelt als je ’s avonds in bed ligt: lijk ik misschien op hem? Elke dag ziet Kate dit litteken in mijn hals, en ze weet wie het gedaan heeft.’

Hij trok de leunstoel bij om ook op het scherm te kunnen kijken. ‘Is ze in therapie?’

‘Was. We hebben allebei een tijdje therapie gehad.’

‘Heb jij er iets aan gehad?’

‘Jawel. Maar wat ik bij De Laatste Linie doe, heeft veel meer effect.’

‘Terugvechten.’

Ze knikte. ‘En jij?’

‘Wat is er met mij?’

‘Ben jij in therapie?’

‘Nee.’

‘Moet je doen. Misschien helpt het.’

‘Als Malcolm levenslang krijgt – dat helpt veel meer.’ Hij gebaarde naar de monitor. ‘Oké. Mary kan dus niet over de kinderen beginnen. Wat zou jij dan zeggen?’

Ze typte: ‘Ik zat aan jou te denken.’ Met opgetrokken wenkbrauwen vroeg ze toestemming het berichtje te versturen.

‘Ga je gang.’ Gisteren had hij een soortgelijke aanpak geprobeerd en die had niets opgeleverd, maar het was een begin.

Het antwoord kwam bijna meteen.

 

WhosYourDaddy: Kun je niet denken terwijl we praten?

 

Jane begon weer te typen.

 

BrownEyedGirl: Ik ben bang dat ik dan alleen maar meer in de war raak.

 

‘Waar wil je heen?’ vroeg Sebastian.

‘Dat zul je wel zien,’ antwoordde ze, en ze drukte op send.

 

WhosYourDaddy: Heb ik je in de war gemaakt? Waarover dan?

 

BrownEyedGirl: Volgens mij word ik verliefd op je.

 

Vragend keek Jane naar Sebastian. ‘Gaat dat te ver?’

‘Afgaande op de eerdere transcripten zou ik zeggen ja, maar…’

‘Hij wil haar veroveren, hij wil zich veilig voelen, zeker weten dat ze hem niet zal afwijzen,’ zei ze. ‘Laten we hem dan tegemoet komen.’

Hij moest toch íéts anders proberen; inmiddels was hij de wanhoop nabij. Dus knikte hij, en zij verzond het bericht. Weer verscheen Malcolms antwoord zo goed als direct op het scherm.

 

WhosYourDaddy: Ik ben al verliefd. Ik ben al jaren verliefd op je.

 

Jane had gelijk gehad. Malcolm trapte erin. Maar het zat Sebastian een beetje dwars dat er geen geleidelijke overgang was geweest tussen de wat meer afhoudende berichten van hem en Mary en dit. Waren de bloemen genoeg om die omslag te verklaren? Sebastian wilde geen argwaan wekken bij Malcolm…

Voor de zekerheid nam hij het toetsenbord over en typte:

 

BrownEyedGirl: Alleen maar door dat ene feestje?

 

WhosYourDaddy: Door al die vrijpartijen met jou in mijn dromen.

 

‘Het wordt heftiger,’ constateerde Jane, voor ze het volgende bericht begon te typen.

 

BrownEyedGirl: Wanneer laat je die dromen eens uitkomen?

 

Sebastian onderschepte haar hand voor ze op send kon drukken. ‘Hij heeft Mary’s adres.’

‘We moeten hem uit zijn schuilplaats zien te krijgen. Tot die tijd vormt hij sowieso een bedreiging voor haar. En Marcie en Latisha hebben geen eeuwen de tijd.’

Daar zat wat in. Hier moest een eind aan komen. ‘Oké.’

Jane verstuurde het bericht en wachtte.

 

WhosYourDaddy: Wil jij dat ook?

 

Afwachtend keek Sebastian naar Jane, die antwoordde.

 

BrownEyedGirl: Nu meteen. Ik kan niet langer wachten. Ik fantaseer over jouw handen op mijn lichaam, hoe je in me komt.

 

Het kostte Sebastian moeite om Malcolms fantasiewereld te scheiden van zijn eigen realiteit, zeker nu hij in een hotelkamer zat met een mooie vrouw die naar hem had gekeken zoals Jane net naar hem gekeken had.

 

WhosYourDaddy: Soms kan ik aan niets anders denken.

 

BrownEyedGirl: Ik word helemaal nat als ik eraan denk.

 

Verzittend om zijn opwinding een beetje de ruimte te geven, probeerde Sebastian de testosterongolf te negeren. Maar beelden van hem in bed met Jane vulden zijn gedachten.

 

WhosYourDaddy: Ik had je veel eerder rozen moeten sturen.

 

BrownEyedGirl: Ik ga dit weekend naar Fresno. Kom ook.

 

‘Fresno?’ zei Sebastian, al had ze het al verstuurd. ‘Fresno is nou niet bepaald romantisch.’

‘Heb jij een beter idee?’ vroeg ze. ‘Het is ongeveer halverwege LA en hier, niet te ver rijden. En dan kan hij mij opzoeken zonder te moeten toegeven dat hij niet in LA woont.’

‘Ach, als je eenmaal weet wie hij echt is, doet dat verhaal over LA er ook niet meer toe.’

‘Maar nu nog wel.’

Gespannen wachtte Sebastian op Malcolms reactie. Zou hij ervoor gaan, of zou hij zich terugtrekken?

 

WhosYourDaddy: Ik heb al gezegd dat dit weekend mij niet goed uitkomt.

 

BrownEyedGirl: Ik ga toch. Ik zit in Motel 6. Als je zo naar me verlangt als je zegt, dan kom je ook.

 

‘Weet je het zeker?’ vroeg hij, voor ze het bericht kon verzenden.

‘Het gaat lukken,’ zei ze. ‘Dat voel ik gewoon.’

Hij knikte en liet haar op send drukken.

 

WhosYourDady: Meen je dat?

 

BrownEyedGirl: Dat merk je vanzelf.

 

WhosYourDaddy: Maar mijn leven is een zootje op het moment.

 

BrownEyedGirl: Dan loop je iets mis…

 

WhosYourDaddy: Dit overleef ik niet!

 

BrownEyedGirl: Wacht maar tot je ziet wat ik aan ga trekken.

 

Sebastian stelde zich voor hoe hij Jane in haar hals zou kussen, steeds lager tot hij bij de zachte welving van haar borsten kwam en hij haar trui uit zou trekken zodat hij die tatoeage kon zien…

 

WhosYourDaddy: En de kinderen dan?

 

Vragend keek Jane naar Sebastian. ‘De kinderen zijn toch ook wel eens bij haar ex?’

‘Om het weekend.’ In een poging zijn opwinding te verbergen trok hij een peinzend gezicht. ‘Maar volgens mij is het dit weekend niet zijn beurt.’

Daardoor liet ze zich niet uit het veld slaan. ‘O, daar verzinnen we wel wat op.’

 

BrownEyedGirl: Ze gaan naar hun vader. Hij heeft iets speciaals dit weekend, dus dat vond ik goed. Daarom kom ik jouw kant op. Het is dé kans.

 

WhosYourDaddy: Je weet niet hoe graag ik dit wil.

 

BrownEyedGirl: Pak die kans dan. Ik lig op bed op je te wachten, met alleen mijn kousen en jarretels aan…

 

Dat beeld nestelde zich in Sebastians gedachten.

 

WhosYourDaddy: Zal ik dan wijn meenemen?

 

BrownEyedGirl: Ja. En condooms. Heel veel… Haha

 

WhosYourDaddy: Nu heb ik zo’n stijve dat ik niet meer kan slapen vannacht.

 

BrownEyedGirl: Daar zal ik volgende week wat aan doen…

 

WhosYourDaddy: Kun je me er nu niet vanaf helpen?

 

Jane begon al te typen, maar Sebastian greep in. Hij wist dat hij het niet uit zou houden als ze nog explicieter werd.

 

BrownEyedGirl: Sorry, je zult moeten wachten. Ik ga alleen voor het echie.

WhosYourDaddy: Ik verlang zo naar je.

 

BrownEyedGirl: Nog een paar nachtjes slapen, dan kun je me hebben.

 

WhosYourDaddy: Maar kan ik je ook vertrouwen?

 

Met opgetrokken wenkbrauwen leunde Jane achterover. ‘O.’

‘Meteen antwoorden,’ mompelde Sebastian. ‘Je mag niet onzeker overkomen.’

Haar borst kwam omhoog toen ze heel diep ademhaalde.

 

BrownEyedGirl: Wat bedoel je daar nou weer mee?

 

WhosYourDaddy: Niets.

 

BrownEyedGirl: Ik moet gaan.

 

WhosYourDaddy: Nee, nog niet.

 

BrownEyedGirl: Geen zorgen, we spreken elkaar nog wel voor vrijdag.

 

Jane logde uit.

Zwijgend zat Sebastian naast haar, denkend aan haar reactie op het moment waarop hij haar aangeraakt had. Dat lichte handgebaar was een experiment geweest om te kijken hoe ze reageerde op lichamelijk contact. Hij was ervan uitgegaan dat ze dat wilde: hij had gezien dat ze naar hem keek toen ze dacht dat hij het niet merkte, dat haar blik op zijn lippen rustte als hij sprak, dat ze bloosde als hun blikken elkaar ontmoetten. Hij had genoeg vrouwen gehad om die signalen te herkennen.

Maar wat Jane wilde en wat ze zichzelf toestond waren twee verschillende dingen. Gezien haar verleden begreep hij dat wel, maar het kostte hem moeite zich erbij neer te leggen. Het was verschrikkelijk om te zien dat zo’n mooie, levendige vrouw zo vastbesloten was om zichzelf de kans te ontnemen om over de ellende van haar vorige huwelijk heen te komen.

‘Ik moet gaan,’ zei ze.

‘Moet je je dochter ophalen?’

‘Nee, die blijft daar slapen. Maar ik moet nog wat dingen doen thuis.’

‘Zoals?’

‘De was, huis schoonmaken…’

‘Klinkt spannend.’

‘Het is niet spannend, maar het moet wel gebeuren.’

Ze probeerde zichzelf volkomen aseksueel voor te doen. Het tegendeel van wat hij haar net online had zien doen. Omdat hij vermoedde dat ze hetzelfde voor hem voelde als hij voor haar en alleen maar afstand wilde scheppen, besloot hij open kaart te spelen. ‘Je weet dat je je er ooit overheen zult moeten zetten, hè?’

De blik in haar ogen werd nog terughoudender dan eerst. ‘Waarover?’ vroeg ze, terwijl ze de eetspullen in begon te pakken.

‘Over je angst voor mannen.’

‘Ik ben helemaal niet bang voor mannen.’

‘Je sprong bijna uit je vel toen ik je aanraakte.’

‘Omdat ik het niet verwachtte.’ Ze stak haar kin in de lucht. ‘Zo reageer ik niet op elke man, hoor.’

‘Alleen op mij.’

Ze leek niet te weten of ze dit moest ontkennen of niet. ‘Het komt misschien door de omstandigheden,’ zei ze ontwijkend.

‘Plus het feit dat je sinds de aanval van je man geen seks meer hebt gehad. Vijf jaar is best lang.’

De spieren in haar hals bewogen nerveus, alsof ze moeite had met slikken. ‘Hoe weet je dat?’

‘Dat zie je. Als je naar mij kijkt, begin je je te herinneren hoe het was.’ Zachter zei hij: ‘Volgens mij wil je graag dat iemand je aanraakt. Dat je je vrij kunt voelen, zorgeloos.’

Ze hing haar tas over haar schouder. ‘Dat is een leuke illusie,’ zei ze, met een breekbaar lachje. ‘Maar zorgeloos, dat zit er voor mij niet meer in.’

Hij zette zijn wijnglas op tafel en stond op. ‘Je moet niet zo snel opgeven, Jane.’

‘Opgeven?’

‘Je kunt vechten voor wat je wilt, je kunt besluiten er helemaal overheen te komen, ook op dit punt.’

Ze schudde haar hoofd. ‘Dat… Dat is niet waar. Ik bén er helemaal overheen.’

‘Mis je het niet? Het gevoel van de handen van een ander op je lijf, zijn lippen op je borsten, zijn –’

‘Hou op! Ik weet niet waarom je dit doet. Ik mis helemaal niks!’

Dat was een leugen. Ze had het te boos gezegd, te snel ook. ‘Waar denk je dan nu aan?’ vroeg hij.

‘Nergens.’

‘Die grote ogen van je vertellen een ander verhaal.’

Haar oog viel op het bed, maar ze liep er snel vandaan. ‘Ik moet nu echt gaan.’

Hoe hard ze het ook ontkende, ze was liever gebleven. Dat voelde hij. Hij moest haar zover krijgen dat ze hem vertrouwde. ‘Ik heb geen condooms, Jane. Ik heb al maanden niet met iemand gevreeën. Maar ik kan ze wel gaan halen.’

‘Bedankt dat ik mee mocht doen met je onderzoek,’ zei ze, de picknickmand oppakkend.

Dat was duidelijk nee. Dan zou hij niet langer aandringen. ‘Graag gedaan.’ Hij nam de mand van haar over zodat hij die naar de deur kon dragen. ‘Jij bedankt dat je voor me gekookt hebt.’

‘Geen probleem.’ Ze liep de kamer uit en nam de mand van hem over.

Op dat moment was hij alleen van plan haar een goede nacht te wensen, dus de woorden die over zijn lippen kwamen verbaasden hem zelf ook.

‘Ik wacht hier op je, voor het geval je van gedachten verandert.’