27
‘Verdomme!’ zei ik tegen de lege ruimte.
Birdie was achter me aan naar boven gelopen. Hij verstijfde toen ik uitviel, deed zijn kop omlaag en bleef me strak aankijken.
‘Verdomme!’
Niemand gaf antwoord.
Ryan had gelijk. Kathryn was labiel. Ik wist dat ik niet garant kon staan voor haar veiligheid of voor die van haar kind, dus waarom voelde ik me dan verantwoordelijk?
‘Ze is ’m gesmeerd, Bird. Wat doen we daaraan?’
De kat kwam niet met een voorstel, dus deed ik maar wat ik altijd doe. Als ik me zorgen maak, ga ik aan het werk.
Ik liep terug naar de keuken. De deur stond op een kier en de wind had de autopsiefoto’s over de tafel geblazen.
Maar was dat wel zo? Het autopsierapport van Hardaway lag nog precies zoals ik het had neergelegd.
Had Kathryn de foto’s bekeken? Was ze door die afgrijselijke beelden in paniek op de vlucht geslagen?
Terwijl ik opnieuw bekropen werd door een schuldgevoel, ging ik zitten en legde de stapel op volgorde.
Nu het lichaam van Jennifer Cannon ontdaan was van de lijkwade van maden en restanten aarde en aanverwanten bleek het in betere staat te verkeren dan ik had verwacht. Hoewel ontbinding haar gezicht en ingewanden zwaar aangetast had, waren er duidelijk wonden te zien in het opgezwollen en verkleurde vlees.
Steekwonden. Honderden. Sommige rond, sommige recht, variërend van één tot een paar centimeter. Ze zaten voornamelijk geconcentreerd rond haar keel en in haar borststreek, maar ook haar benen en armen zaten onder. Over haar hele lichaam zag ik iets dat op oppervlakkige krabben leek, maar omdat de huid was losgeraakt, waren die letsels niet goed te onderscheiden. Overal zaten vlekken van bloeduitstortingen.
Ik bestudeerde een paar close-ups. Hoewel de wonden in de borst gladde, duidelijke randen vertoonden, zagen de andere snijwonden er gekarteld en slordig uit. Rond haar rechterbovenarm zat een diepe kerf, die verscheurd vlees en het verbrijzelde bot blootlegde.
Ik verplaatste mijn aandacht naar de foto’s van haar hoofd. Hoewel het al begon uit te vallen, zat het grootste gedeelte van haar haar nog op de plaats. Vreemd genoeg was op de beelden van het achterhoofd dwars door de verwarde massa een stuk glimmend bot te zien, alsof een gedeelte van de hoofdhuid ontbrak.
Dat patroon had ik al eerder gezien. Maar waar?
Ik legde de foto’s aan de kant en sloeg Hardaways rapport open.
Twintig minuten later leunde ik achterover en sloot mijn ogen.
Waarschijnlijke doodsoorzaak: bloedverlies als gevolg van steekwonden. De borstwonden met de gladde randen waren gemaakt door een lemmet dat cruciale bloedvaten had doorgesneden. Als gevolg van de ontbinding kon de patholoog niet met zekerheid zeggen waardoor de andere snijwonden waren veroorzaakt.
Ik bleef de rest van de dag onrustig. Ik schreef mijn rapporten over Jennifer Cannon en het andere slachtoffer van Murtry, pakte vervolgens de cat-scangegevens weer op en luisterde om de haverklap of ik Kathryn soms hoorde.
Ryan belde om twee uur met de mededeling dat de link naar Jennifer Cannon voor een rechter voldoende was geweest om een bevel tot huiszoeking uit te vaardigen voor het kamp op St. Helena. Zodra ze de papieren hadden, zou hij er samen met Baker naartoe gaan.
Ik vertelde hem dat Kathryn weer was verdwenen en luisterde toe terwijl hij me ervan probeerde te overtuigen dat het mijn schuld niet was. Ik vertelde hem ook dat Birdie weer terug was.
‘Dat is dan eindelijk eens goed nieuws.’
‘Ja. Heb je al iets gehoord over Anna Goyette?’
‘Nee.’
‘En Texas?’
‘Daar wacht ik nog steeds op. Ik zal je laten weten hoe de stand van zaken daar is.’
Terwijl ik de telefoon neerlegde, voelde ik iets wolligs langs mijn enkel strijken en toen ik omlaag keek, zag ik Birdie achtjes draaien om mijn voeten.
‘Kom maar mee, Bird. Wil je iets lekkers?’
Mijn kat is belachelijk gek op die kauwspeeltjes voor honden. Ik heb hem uitgelegd dat die niet voor hem bestemd zijn, maar daar wil hij niets van weten.
Ik pakte een botje van koeienhuid uit een keukenla en gooide het in het prieel.
Birdie rende de kamer door, nam een sprong en wierp zich op zijn prooi. Hij ging zitten, legde het ding tussen zijn voorpoten en begon erop te knagen.
Ik keek toe en vroeg me af wat er zo aantrekkelijk was aan die glibberige huid.
De kat kauwde op een hoekje, draaide het ding toen om en schraapte zijn tanden langs een van de zijkanten. Het bot viel om en Bird duwde het weer recht en zette een van zijn slagtanden in het leer.
Ik zat als gebiologeerd toe te kijken.
Was het dat?
Ik liep naar Birdie toe, ging op mijn hurken zitten en pakte hem zijn prooi af. De kat zette zijn voorpoten op mijn knie, ging op zijn achterpoten staan en probeerde zijn schat weer terug te pakken.
Mijn polsslag versnelde toen ik naar het gehavende leer keek.
Lieve god.
Ik dacht aan de raadselachtige wonden in het vlees van Jennifer Cannon. Oppervlakkige krabben. Slordige scheuren.
Ik holde naar het prieel om mijn vergrootglas op te halen, stoof toen naar de keuken en rommelde tussen de foto’s van Hardaway. Ik pakte de opnamen van het hoofd en bekeek ze stuk voor stuk onder de loep.
De kale plek was niet het gevolg van ontbinding. De lokken die nog over waren, zaten stevig in de hoofdhuid verankerd. Het stukje huid en haar dat ontbrak, was een keurige rechthoek, met gescheurde en gerafelde randen.
Jennifer Cannons hoofdhuid was van haar schedel gerukt.
Ik dacht na over wat dat inhield.
En ik dacht ook nog aan iets anders.
Kon ik zo stom zijn geweest? Kon een vooringenomen mening me zo verblind hebben dat ik de meest logische verklaring over het hoofd had gezien?
Ik greep mijn sleutels en mijn handtas op en rende de deur uit.
Veertig minuten later was ik op de universiteit. De beenderen van het niet-geïdentificeerde slachtoffer van Murtry staarden me vanaf mijn labtafel beschuldigend aan.
Hoe kon ik zo onachtzaam zijn geweest?
‘Neem nooit voetstoots de oorzaak van trauma aan.’ De uitspraak die mijn mentor tientallen jaren geleden had gedaan, kwam weer bovendrijven.
Ik was erin getrapt. Toen ik zag hoe beschadigd de beenderen waren, had ik aan wasberen en gieren gedacht. Ik had niet echt zorgvuldig gekeken. Ik had geen metingen verricht.
Nu wel.
Hoewel veel van de schade aan het skelet na de dood was aangericht door aasdieren, waren andere verwondingen al eerder veroorzaakt.
De twee gaten in het achterhoofdsbeen waren het meest opvallend. Ze waren elk vijf millimeter in doorsnede, terwijl de ruimte ertussen vijfendertig millimeter bedroeg. Deze gaatjes waren niet door een gier gemaakt en het patroon was te groot voor een wasbeer.
De afmetingen deden denken aan een grote hond. En dat gold eveneens voor een aantal evenwijdige krabben over de gezichtsbeenderen en soortgelijke perforaties in het sleutelbeen en in het borstbeen.
Jennifer Cannon en haar metgezel waren aangevallen door dieren, waarschijnlijk door grote honden. De tanden hadden hun vlees losgerukt en hun beenderen beschadigd. Sommige van de beten waren krachtig genoeg geweest om de verdikking aan de achterzijde van de schedel te doorboren.
Mijn gedachten maakten een sprong.
Carole Comptois, het slachtoffer uit Montreal dat aan haar polsen was opgehangen en was gemarteld, was ook door beesten toegetakeld.
Dat gaat wel ver, Brennan.
Ja.
Het is volslagen belachelijk.
Nee, hield ik mezelf voor. Dat is het niet.
Tot nu toe had mijn sceptische houding deze slachtoffers geen goed gedaan. Ik was slordig geweest met betrekking tot de door dieren veroorzaakte schade. Ik had mijn twijfels over het verband tussen Heidi Schneider en Dom Owens en ik had een mogelijke connectie tussen hem en Jennifer Cannon over het hoofd gezien. Ik had Kathryn of Carlie niet kunnen helpen en ik had niets gedaan om Anna Goyette op te sporen.
Als dat nodig bleek, zou ik van nu af aan wél vergaande conclusies trekken. Als er ook maar de geringste kans bestond dat er een verband was tussen Carole Comptois en de vrouwen op Murtry Island, dan zou ik daar serieus over nadenken.
Ik belde Hardaway op, hoewel ik niet verwachtte dat hij zo laat op zaterdag nog aan het werk zou zijn. Dat was ook niet zo. En hetzelfde gold voor LaManche, de patholoog die sectie had verricht op Comptois. Ik liet voor allebei een boodschap achter.
Gefrustreerd pakte ik een blocnote en zette onder elkaar wat ik wist.
Jennifer Cannon en Carole Comptois kwamen allebei uit Montreal. Ze waren allebei vlak voor hun dood door een dier aangevallen.
Het skelet dat samen met Jennifer Cannon was begraven, vertoonde ook sporen van dierentanden. Het slachtoffer overleed met een dosis Rohypnol in haar lichaam die op een acute vergiftiging wees.
Rohypnol was ook gevonden in de lichamen van twee van de slachtoffers die samen met Heidi Schneider en haar gezin in St. Jovite waren aangetroffen.
Rohypnol was aangetroffen in de lichamen op de plaatsen waar de leden van de Orde van de Zonnetempel zelfmoord hadden gepleegd, c.q. waren vermoord.
De Zonnetempel had leden in zowel Quebec als in Europa.
Er waren telefoongesprekken gevoerd vanuit het huis in St. Jovite met de commune van Dom Owens op St. Helena. Beide panden waren het eigendom van Jacques Guillion die ook onroerend goed in Texas bezat.
Jacques Guillion is een Belg.
Een van de slachtoffers uit St. Jovite, Patrice Simonnet, was Belgisch.
Heidi Schneider en Brian Gilbert hadden zich in Texas aangesloten bij de groepering van Dom Owens en waren daarnaar teruggekeerd voor de geboorte van hun kinderen. Vervolgens gingen ze weer uit Texas weg en werden vermoord. In St. Jovite.
De slachtoffers in St. Jovite waren ongeveer drie weken geleden gestorven.
Jennifer Cannon en het ongeïdentificeerde slachtoffer van Murtry waren drie tot vier weken geleden gestorven.
Carole Comptois was iets minder dan drie weken geleden gestorven.
Ik zat naar het velletje papier te staren. Tien. Tien dode mensen. Opnieuw schoot me die rare uitdrukking door mijn hoofd. Dood du jour. Dood van de dag. We hadden ze allemaal op verschillende dagen gevonden, maar ze waren allemaal rond dezelfde datum overleden. Wie zou de volgende zijn? Wat was dat voor hellekrocht waar we in terecht waren gekomen?
Toen ik thuiskwam, ging ik meteen achter de computer zitten om mijn rapport over het skelet van Murtry om te werken en er de verwondingen ten gevolge van de aanval van een dier aan toe te voegen. Daarna printte ik het uit en las nog eens over wat ik had geschreven.
Toen ik klaar was, trakteerde de klok me op het hele Westminsterrefrein en produceerde daarna zes doffe slagen. Mijn maag knorde om me eraan te herinneren dat ik sinds het broodje en de kop koffie niets meer had gegeten.
Ik liep naar het terras en knipte wat basilicum en bieslook af. Daarna hakte ik een paar brokken kaas aan stukjes, pakte twee eieren uit de koelkast en klutste alles door elkaar. Ik roosterde weer een broodje, schonk een cola light in en liep terug naar het bureau in het prieel.
Toen ik de lijst die ik op de universiteit had gemaakt nog eens doorlas, schoot me iets onrustbarends te binnen.
Anna Goyette was ook iets minder dan drie weken geleden verdwenen.
Ik had meteen geen trek in eten meer. Ik stond op van het bureau en liep naar de bank. Ik ging er languit op liggen en gaf mijn hersens de vrije teugel, om zo allerlei vrije associaties boven water te krijgen.
Ik zette alle namen op een rij. Schneider. Gilbert. Comptois. Simonnet. Owens. Cannon. Goyette.
Niets.
Leeftijden. Vier maanden. Achttien. Vijfentwintig. Veertig plus.
Geen logisch patroon.
Plaatsen. St. Jovite. St. Helena.
Had dat iets met elkaar te maken?
Heiligen. Zou dat een verband zijn? Ik maakte een aantekening. Vraag aan Ryan waar dat onroerend goed van Guillion in Texas zich bevindt.
Ik knaagde aan mijn duimnagel. Waarom deed Ryan er zo lang over?
Mijn ogen gleden langs de boekenplanken die tegen zes van de acht wanden van het prieel bevestigd waren. Boeken van de grond tot aan het plafond. Dat is het enige waar ik nooit afstand van kan doen. Ik moest ze werkelijk eens een keer uitzoeken en een aantal boeken weggooien. Ik had nog tientallen wetenschappelijke verhandelingen die ik nooit meer zou opslaan. Sommige daarvan dateerden nog uit mijn studietijd.
Universiteit.
Jennifer Cannon. Anna Goyette. Allebei studenten van McGill.
Ik dacht aan Daisy Jeannotte en de vreemde dingen die ze over haar assistente had gezegd.
Mijn ogen dwaalden naar de computer. Mijn screensaver stuurde wervels in een zinnelijke slangendans over het hele scherm. De wervelkolom maakte plaats voor lange beenderen die weer werden gevolgd door ribben en een bekken voor het scherm zwart werd. De voorstelling begon weer van voren af aan met een langzaam ronddraaiende schedel.
E-mail. Toen Jeannotte en ik adressen uitwisselden, had ik haar gevraagd om contact met me op te nemen als Anna weer terug was. Ik had al dagenlang verzuimd om mijn berichten op te halen.
Ik zocht verbinding met de server, haalde mijn mail op en liep het rijtje afzenders langs. Er was niets van Jeannotte. Mijn neef Kit had drie berichten gestuurd. Twee in de afgelopen week en vanmorgen nog een.
Kit stuurde me nooit e-mail.
Ik opende het meest recente bericht.
Van: khoward
Aan: tbrennan
Onderwerp: Harry
Tante Tempe:
Ik heb gebeld maar je bent er kennelijk niet. Ik ben waanzinnig ongerust over Harry.
Bel me alsjeblieft.
Kit
Kit had zijn moeder vanaf zijn tweede jaar bij haar voornaam genoemd. Hoewel zijn ouders het daar niet mee eens waren, had het jochie hardnekkig volgehouden. Harry klonk volgens hem gewoon een stuk beter.
Terwijl ik met terugwerkende kracht de berichten van mijn neef doorlas, werd ik overspoeld door gemengde gevoelens. Angst om Harry’s veiligheid. Ergernis over haar onbekommerde gedrag. Medelijden met Kit. Schuldgevoelens omdat ik me zo onhartelijk had gedragen. Het telefoontje dat ik tijdens mijn gesprek met Kathryn had genegeerd moest van hem zijn geweest.
Ik liep naar de hal en drukte op de knop.
Hallo, tante Tempe. Met Kit. Ik bel over Harry. Als ik jouw flat in Montreal bel, neemt ze niet op en ik heb geen idee waar ze uithangt. Ik weet dat ze daar een paar dagen geleden nog was. Stilte. De vorige keer dat we elkaar spraken, klonk ze vreemd, zelfs voor Harry’s doen. Nerveus lachje. Is ze nog steeds in Quebec? Als dat niet zo is, weet jij dan waar ze zit? Ik maak me zorgen. Ik heb haar nog nooit zo horen klinken als nu. Bel me alsjeblieft op. Dag.
In gedachten zag ik mijn neef voor me, met zijn groene ogen en zijn zandkleurige haar. Het was bijna niet te geloven dat Howard Howard een genetische bijdrage had geleverd aan Harry’s zoon. Met zijn een meter vijfentachtig en zijn broodmagere lijf was Kit een exacte kopie van mijn vader.
Ik luisterde het bericht nog een keer af en vroeg me af of er misschien iets mis was.
Nee, Brennan.
Maar waarom maakte Kit zich zo druk?
Bel hem nou maar. Ze maakt het best.
Ik drukte op de snelkeuzetoets. Geen gehoor.
Ik probeerde mijn eigen nummer in Montreal. Idem dito. Ik liet een boodschap achter.
Pete. Hij had ook niets van Harry gehoord.
Natuurlijk niet. Hij was net zo dol op mijn zuster als op een zwerende vinger. Dat wist ze.
Zo is het genoeg, Brennan. Terug naar de slachtoffers. Die hebben je nodig.
Ik zette mijn zuster uit mijn gedachten. Harry was er wel vaker vandoor gegaan. Ik moest er gewoon van uitgaan dat alles met haar in orde was.
Ik liep terug naar de bank en ging weer liggen. Toen ik wakker werd, was ik nog steeds helemaal aangekleed en lag de draagbare telefoon op mijn borst te rinkelen.
‘Bedankt dat je hebt gebeld, tante Tempe. Ik… Misschien loop ik wel wat te hard van stapel, maar mijn moeder klonk ontzettend gedeprimeerd toen ik haar de laatste keer sprak. En nu is ze verdwenen. Dat is niets voor Harry. Dat ze zo gedeprimeerd klonk, bedoel ik.’
‘Kit, ik weet zeker dat ze het best maakt.’
‘Je zult wel gelijk hebben, maar, nou ja, we hadden bepaalde plannen gemaakt. Ze loopt altijd te klagen dat we elkaar nooit meer zien, dus heb ik haar beloofd dat we volgende week samen op de boot een tochtje zouden gaan maken. Ik ben bijna klaar met het opknappen, dus zouden Harry en ik een paar dagen in de Golf gaan varen. Als ze van gedachten is veranderd, had ze op z’n minst kunnen bellen.’
Ik werd zoals gewoonlijk weer nijdig over het onnadenkende gedrag van mijn zuster.
‘Ze neemt vast wel contact met je op, Kit. Toen ik wegging, zat ze tot over haar oren in die cursus van haar. Je weet hoe je moeder is.’
‘Ja.’ Hij was even stil. ‘Maar dat is het juist. Ze klonk zo…’ Hij zocht naar een woord. ‘Dof. Helemaal niet als Harry.’
Ik dacht terug aan mijn laatste avond met Harry.
‘Misschien maakt dat wel deel uit van haar nieuwe persoonlijkheid. Een heerlijke, uiterlijke rust.’ Mijn woorden kwamen zelfs op mij onecht over.
‘Ja. Dat zal wel. Heeft ze het erover gehad dat ze ergens naartoe zou gaan?’
‘Nee. Hoezo?’
‘Uit iets dat ze zei, maakte ik op dat ze misschien op reis zou gaan. Maar ze zei het op een manier die me het idee gaf dat ze dat niet zelf had bedacht. Of dat ze er eigenlijk geen zin in had. O, verdraaid nog aan toe, ik weet het niet meer.’
Hij slaakte een diepe zucht. In gedachten zag ik hoe mijn neef zijn hand door zijn haar haalde en over zijn hoofd wreef. Kit in de knoop.
‘Wat zei ze dan?’ Ondanks mijn voornemen begon ik toch een beetje ongerust te worden.
‘Precies weet ik het niet meer, maar moet je horen. Het deed er niet toe wat ze aantrok of hoe ze eruitzag. Klinkt dat als mijn moeder?’
Nee. Helemaal niet.
‘Tante Tempe, weet jij iets van die organisatie waar ze lid van is geworden?’
‘Alleen de naam. Inner Life Empowerment, geloof ik. Zou het je geruststellen als ik probeer daar wat meer over te weten te komen?’
‘Ja.’
‘En ik zal mijn buren in Montreal opbellen om te vragen of ze haar gezien hebben. Oké?’
‘Ja.’
‘Kit. Weet je nog toen ze Striker leerde kennen?’
Het was even stil.
‘Ja.’
‘Wat gebeurde er toen?’
‘Ze ging naar een ballonrally, bleef drie dagen onvindbaar en toen ze weer opdook, was ze getrouwd.’
‘Weet je nog hoe je toen in de zenuwen hebt gezeten?’
‘Ja. Maar ze had haar krultang niet afgezworen. Vraag alleen maar of ze me belt. Ik heb boodschappen achtergelaten op het antwoordapparaat daar, maar verdorie, misschien heeft ze wel ergens de pee over in. Wie zal het zeggen?’
Ik verbrak de verbinding en keek op de klok. Kwart over twaalf. Ik probeerde Montreal. Harry nam niet op, dus liet ik maar weer een boodschap achter. Terwijl ik in het donker lag, maakten mijn hersens zich op voor een kruisverhoor.
Waarom had ik geen inlichtingen ingewonnen over ile?
Omdat daar geen enkele aanleiding toe was. Ze was aan de cursus begonnen via een legitiem instituut en er was geen reden voor ongerustheid. En trouwens, als ik al Harry’s plannetjes na wilde trekken moest ik een fulltime detective in de arm nemen.
Morgen. Morgen zou ik wel een paar telefoontjes plegen. Niet vanavond. Ik maakte een eind aan de inquisitie.
Ik liep de trap op, kleedde me uit en glipte onder de dekens. Ik had slaap nodig. Ik had behoefte aan respijt van de chaos die mijn bewuste gedachten overheerste.
Boven mijn hoofd zoemde de plafondventilator zacht. Ik dacht aan de zitkamer van Dom Owens en hoewel ik me ertegen verzette, kwamen de namen toch weer bovendrijven.
Brian. Heidi. Brian en Heidi waren studenten.
Jennifer Cannon was een student.
Anna Goyette.
Mijn maag draaide zich om.
Harry.
Harry had zich voor haar eerste cursus in laten schrijven aan het North Harris County Community College. Harry was een student.
De anderen waren vermoord of verdwenen tijdens een verblijf in Quebec.
Mijn zuster was ook in Quebec.
Maar was ze daar wel?
Verdraaid, waar zat die Ryan toch?
Toen hij eindelijk opbelde, sloeg mijn ongerustheid om in echte angst.