Hoofdstuk 27
Davina Stacy-Clarke zat aan de telefoon toen Jed haar enorme kantoor werd binnengelaten. Ze keek niet op. 'Los het verdomme dan op!' zei ze kortaf en verbrak de verbinding. 'Hallo!' zei ze en keek met haar doordringende blik op naar Jed. Iedereen die de uitgever van het bestverkochte en smerigste roddelblad van het land ooit een strobreed in de weg had willen leggen, had er door die blik vanaf gezien. 'Wat heb je voor me?'
Jed slikte. Het had hem dagen gekost om bij haar terecht te komen. Hij had eindeloos gebeld en gefaxt en gemaild, vastbesloten om hiermee bij de hoogste baas uit te komen en niet te worden afgescheept met iemand van de redactie die vervolgens met de eer aan de haal zou gaan.
'Andrew Carlisle. Hij heeft een verhouding.'
Davina haalde haar schouders op. 'Dat heeft hij altijd. Die kan zijn pik geen vijf minuten in zijn broek houden, maar hij is nog nooit betrapt. Heb je foto's dat hij aan haar voeten lebbert?'
'Nou nee, maar...'
'Iemand die beweert dat hij haar van katoen geeft?'
'Geen...'
'Niks doen dan. Tenzij je foto's hebt of het een of andere sletje dat uit de school wil klappen, kan het hier niemand een reet schelen.'
'Maar dat is niet alles,' zei Jed gehaast, toen het erop leek dat Davina ging opstaan. 'Ik heb meer.' Hij hield een kartonnen map voor zich, eerbiedig alsof het een baby was. 'Dit is iets absoluut ongelofelijks.'
Davina ging weer zitten. 'Nou?'
'Dit is zo'n groot verhaal - u zult uw oren niet geloven. Sommige namen die hierin staan...'
Davina stak een sigaret op. 'Gooi het eruit,' zei ze vlak. 'Over vijf minuten heb ik een vergadering.'
'Het is een geheim agentschap.' Jed kon zijn opwinding nauwelijks de baas. 'Ze doen alsof ze een bedrijf voor werving en selectie zijn. Maar in werkelijkheid verzorgen ze alibi's voor vrouwen die een verhouding hebben. Behoorlijk vooraanstaande vrouwen.' Hij keek haar betekenisvol aan. 'Het is er duur, dus er zullen grote namen uitkomen.'
'Heb je al namen?' vroeg Davina scherp.
'Ze zijn nu nog gecodeerd, mijn contact binnen de organisatie is ontslagen voordat ze de originele lijst te pakken had, maar ik weet zeker dat we -'
'We kunnen geen verhaal publiceren dat niet bewezen is.'
'Maar ik weet waar ik nu moet zoeken. Als we dat kantoor kunnen binnenkomen...'
Davina keek dreigend. 'Het kantoor binnenkomen? Ik hoop niet dat je suggereert dat deze krant betrokken raakt bij iets illegaals.'
'Als we een volledige klantenlijst te pakken zouden kunnen krijgen, zou het zo'n goed verhaal zijn. Al die vrouwen erop - allemaal met uitstekende, onwankelbare alibi's - en hun mannen die geen flauw idee hadden wat er aan de hand was.'
'Ja! Dank je.' Davina's hand schoot over het bureau en pakte de map. 'Ik zal ernaar kijken.'
'Maar ik wil de eer,' stamelde Jed. 'Ik wil het stuk schrijven. Ik heb er weken aan gewerkt. Ik heb het naar u gebracht, omdat u de beste...'
'Heel verstandig.' Ze opende de la van haar bureau en liet de map erin vallen, waarna ze hem vlug op slot draaide. 'Ik neem contact met je op.'
Jed staarde haar over het bureau aan. In die map zat alles: de lijsten, de aantekeningen, Patsy's foto's...
'Het is mijn verhaal,' zei hij zo vastberaden als hij durfde. 'Ik wil erbij betrokken blijven.'
'Ja,' zei Davina. 'Dat is goed. Als we het kunnen publiceren.'
Ze wachtte tot de deur achter Jeds ontmoedigde schouders dichtviel voordat ze de intercom op haar bureau inschakelde. 'Kom eens hier, Suze!'
Een paar tellen later verscheen een lange roodharige. Davina deed haar bureaula open. 'Iets voor bij het vertrouwelijke afval. En bel Madeleine voor me. Zeg dat de crisis voorbij is en dat ik aanneem dat ik in de toekomst niet meer hoef te betalen...'
Andrew Carlisle - tv-persoonlijkheid van het jaar, toegewijd
echtgenoot en erkend autoriteit op het gebied van heilige huisjes -
speelde ongemakkelijk met de versnellingspook.
'Je bent een fantastische vrouw,' zei hij tegen Patsy. 'Ik bedoel, je bent gewoon geweldig. Het was echt geweldig.'
Patsy, naast hem, draaide zich geschrokken naar hem toe.
'Dat is het dan?' vroeg ze luchtig. 'Over en uit?' Ze toverde een brede glimlach op haar gezicht. 'Wil je me niet meer zien?'
'Oh, jawel, je weet dat ik dat wel wil.' Hij legde een hand op haar knie. 'Maar ja, dat gedoe in het hotel - ik denk dat we de zaken beter een beetje kunnen laten kalmeren.'
'De zaken zijn gekalmeerd. Madeleine heeft overal voor gezorgd. Niemand heeft iets in de gaten. En trouwens, je weet wat ze zeggen over publiciteit. .. Als de roddelpers er voorpaginanieuws van maakt, stromen de aanbiedingen waarschijnlijk binnen.'
Hij keek verbijsterd. 'Ik kan toch niet gezien worden als iemand die een gezin in de steek laat,' zei hij ongelovig. 'Ik ben Meneer Betrouwbaarheid. Harriët en ik zijn een nationaal symbool van het goede huwelijk.'
'Zijn zij en de producent nog steeds...?'
'Oh ja.'
'We moeten gewoon heel voorzichtig zijn.' Patsy hoorde zelf de licht smekende ondertoon die in haar stem was geslopen. 'We zoeken een ander hotel tot ik een eigen huis heb.'
'Maar je hebt kinderen.'
'Daar hebben we geen last van,' zei Patsy, wanhopig nu en zijn ontzetting negerend. 'We kunnen nog een hoop lol hebben.' Vertwijfeld gleed ze met haar hand omhoog langs zijn dij.
Ze hoorde zijn adem versnellen. 'Luister,' zei hij, terwijl hij in de achteruitkijkspiegel naging of de straat vrij was. 'Ik bel je woensdag.
'Ik weet niet wat we met al het papierwerk aanmoeten nu Stephanie
weg is.' Madeleine stak een sigaret op en keek naar Jo. 'Ik snap
niet waarom al die tiepmiepen zo lafhartig zijn.'
Jo haalde haar schouders op. 'En we hebben ook iemand anders nodig voor de telefoons.'
'Nou ja, we moeten ons maar zien te redden. Of Patsy kan voor de verandering eens van haar krent komen - haar gedachten losrukken uit haar nieuwe liefdesfantasieën. Ik neem niet zomaar iemand aan - zeker niet na die Samantha-ellende. Dat ze het haar vriendje ook nog heeft verteld! Stomme koe!
'Oh, dat wou ik je nog zeggen. Monica heeft besproken voor de hele volgende week.'
'Mooi.'
'Ze zegt dat ze een dubbel alibi nodig heeft, dag én nacht, zeven dagen lang. Volgens mij probeert ze het goed te maken met je.'
'Nog mooier.'
'En ze heeft een nieuwe minnaar.'
Madeleine glimlachte. 'Uitstekend.'
'Rustig aan!' Sukie bekeek hoe Stephanie vlot achterin de taxi
stapte. 'Nog niet tillen!'
Stephanie glimlachte. 'Ik zal erop letten. Dank je voor al je goeie zorgen.'
'Ik snap niet waarom je niet op je wederhelft kunt wachten.' Sukie schudde haar hoofd. 'Eigenlijk had je nog een dag hier moeten blijven.'
'Ik moet echt naar huis.' Stephanie trok het portier van de taxi dicht. 'Nogmaals bedankt.'
Ze moest naar huis en uitvinden hoe de zaken ervoor stonden. De gedachte aan nog een dag in onzekerheid, zonder te weten of ze nog een huwelijk had, was haar te veel. Sinds de bloemen had ze George alleen met de kinderen gezien. Hij was afstandelijk en beleefd geweest - niet vijandig, maar ook niet echt aanmoedigend. Hij had in de kamer gestaan terwijl Charlotte en Toby kletsten, vrijwel zonder oogcontact, en toen ze had geprobeerd om de kinderen weg te sturen door te zeggen: 'Waarom gaan jullie niet even naar het winkeltje terwijl ik met papa praat?' had hij simpelweg zijn hoofd geschud en gezegd: 'Laat dat maar tot je thuiskomt.'
Dus nu kwam ze thuis, onaangekondigd en onverwacht om zes uur, een uur voordat ze bij haar op bezoek zouden komen. Onderweg keek ze naar de mensen die na kantoor of na het winkelen naar huis gingen, met tassen en koffertjes in de hand, en ze vroeg zich af waar ze vannacht zou slapen. Was George weer in hun bed gaan slapen sinds zij weg was? Zou hij van haar verwachten dat ze de logeerkamer nam?
'Lukt het, mevrouw?' De chauffeur tilde haar tas uit de achterklep. 'Die zal ik maar even voor u dragen, anders krijg ik die zuster achter me aan!'
Stephanie glimlachte en liep achter hem aan het pad op, zich ervan bewust hoe gammel ze zich nog voelde. Ze duwde het geld in de chauffeurs hand, haar hart in haar keel. Toen ze de deur opendeed, kon ze hen horen praten in de keuken, het gekletter van bestek. Toby zag haar als eerste.
'Mammie!' Hij sprong van zijn stoel, sloeg zijn armen om haar heen en drukte zijn hoofd tegen haar middel. Ze knuffelde hem en probeerde niet in elkaar te krimpen.
'Wees voorzichtig met mama's hechtingen.' George keek haar kort aan en wendde zich toen weer tot Toby. 'Nu weer zitten - je bent nog niet klaar.'
Charlotte mompelde met volle mond hallo en glimlachte half toen Stephanie verbaasd naar de tafel keek. Worst, puree, jus en groente op alle borden - zelfs op dat van Toby. Ze wachtte tot hij zou gaan protesteren, maar hij ging gehoorzaam zitten en laadde een hap op zijn vork.
Zelf ging ze ook zitten, nogal slapjes, op een stoel aan de ontbijtbar. Ze keek naar George die weer was gaan eten, toen nogmaals naar haar zoon. George ontmoette haar ogen en trok vrolijk zijn wenkbrauwen op. Achteraf wist ze niet meer zeker of hij haar een bijna onzichtbaar knipoogje had gegeven. Ze wist nog steeds niet wat er zou gaan gebeuren, maar ze wist wel dat de dingen nooit meer helemaal hetzelfde zouden zijn. Niets was zoals ze gewend was. Ze had Toby net boontjes zien eten.
'Papa vraagt of je een glas wijn wilt.' Charlottes hoofd stak om de
deur van de zitkamer. George was heel zorgzaam, al bleef het op
afstand. Hij had voorgesteld dat ze op de bank ging liggen en de
hele avond was haar via de kinderen van alles aangeboden: eten en
drinken, dekens en leesvoer, elektronische oorlogsspelletjes om
naar te kijken (Toby), de laatste week van een soap op video
(Charlotte) en een natte tong op haar hand (Kelly).
George was nog steeds in de keuken; de hond, viel haar op, was na een eerste uitbundige begroeting bij hem gebleven.
Toen Charlotte binnenkwam om welterusten te zeggen, voelde Stephanie zich ongerust worden. Straks zouden ze alleen zijn. Ze was moe. Ze moest zo het onderwerp aansnijden waar ze ging slapen.
George zat aan de keukentafel de krant te lezen. Hij keek uitdrukkingloos op. 'Je moet gaan liggen,' zei hij.
'Kom je even bij me zitten?'
'Wil je dat?'
Hij bracht een fles Beaujolais en twee glazen mee. Ze wachtte tot
hij inschonk en haalde toen diep adem. 'Zullen we praten?'
'Als je dat wilt.'
'Ik denk dat ik veel moet uitleggen.' 'Ik wil niet weten wat er is gebeurd,' zei hij. 'Ik wil alleen weten dat het niet weer gebeurt.'
'Er is niets gebeurd,' zei ze. 'Niets belangrijks.'
Ze zag de opluchting op zijn gezicht en wist dat ze het zo moest zien te houden.
'Het was gewoon allemaal fantasie. We werden allebei...'
Hij nam een grote slok wijn. 'Bespaar me de details - die blijven alleen maar in mijn hoofd hangen en gaan me voor eeuwig kwellen.'
'Oké. Maar het had echt niks met hem te maken. Het ging gewoon om verloren dingen - je weet wel, oude hoop en dromen. Ik wilde voelen dat, dat...' Ze brak af, worstelend om de juiste woorden te vinden. 'Hoe ik me voelde toen ik studente was... dat gevoel dat alles nog vol mogelijkheden zat. Ik was dat kwijt. Mijn leven was gevuld met kinderen en huishouden en de hele dag hier zijn, en jij hield me tegen om een baan te zoeken.
'Ik heb je nooit tegengehouden.'
'Wel waar - dat weet je best. Al dat gepraat over belastingen en dat het de moeite niet waard was met dat kleine beetje dat ik zou verdienen.'
'Ik probeerde ervoor te zorgen dat je je beter voelde. Probeerde te zeggen dat je niet hoefde te werken... dat ik voor je kon zorgen. Jij zei altijd dat die eikel je nooit steunde - dat je altijd alles moest doen. Ik wilde anders zijn, en toen je voor het eerst over werk begon, was je al zo moe. Toby was een baby, je kon het niet aan.'
'Ik was alleen depressief! Zoals heel veel vrouwen als ze een baby hebben gehad. Ik wilde het wel aankunnen. Ik wilde voelen dat ik het soort mens was dat het wel kon! Jij versterkte al mijn negatieve gevoelens.'
'Dat was niet mijn bedoeling.'
'En nu geloof je helemaal niet meer in me.'
'Je hebt toch een baan?'
'Niet meer.'
'Toen ik Troy weer had gezien,' zei ze, toen George haar glas had
bijgeschonken, 'werd er zoveel opgerakeld. Toen ik met Troy
samenwoonde, was ik altijd aan het huilen.'
'Dat verbaast me niets,' zei hij droog.
'Ik bleef maar aan Rose denken. Herinnerde me de soort dingen die ze zei en deed. Hoorde haar stem in mijn hoofd. Ze vertelde me wat ik wel en niet moest doen.' 'Daar was ze goed in.'
'Als ze dacht dat ze een bepaalde invloed op mijn leven had, gaf dat haar het gevoel dat ze haar eigen leven meer onder controle had. Ze was heel erg ongelukkig, George. Toen Jason bij haar was weggegaan, was dit de laatste strohalm. Ze wilde een man en kinderen - alles wat ik had.'
'Maar dat was jouw schuld niet.'
'Nee, maar ze had veel voor me gedaan. Me overeind gehouden totdat ik jou leerde kennen. Ik denk dat ze zich door jou verdrongen voelde.'
'Misschien. Maar dat was niet gezond - om haar leven via jou te leven.'
'Ze had een depressie.'
'Oké, maar Hettie was ook haar vriendin. Neemt die het zichzelf nog altijd kwalijk?'
'Ze heeft sindsdien nooit meer auto gereden.'
George liep de kamer door. Schonk nog wat wijn in haar nog bijna volle glas.
'Rose was jouw verantwoordelijkheid niet,' zei hij, plotseling nijdig. 'Je kon niet gewoon alles in de steek laten op het moment dat ze belde.'
Hettie had gezegd dat ze zou gaan. Hettie zei dat Rose dramatisch deed, dat ze waarschijnlijk niet echt iets zou doen. Gewoon een kreet om hulp. Maar ze ging er wel even heen. Behalve dan dat ze te snel door een bocht reed, te veel met haar hoofd bij haar problemen met Jack, en tegen een muur knalde zodat de auto total loss was. En zodat ze niet bij Rose aankwam.
Toen Rose de telefoon niet opnam, had George gezegd dat ze haar maag snel konden leegpompen voor het geval ze echt iets had ingenomen. Hettie kon dat regelen als ze er was.
Stephanie herinnerde zich later niet meer hoe ze op de vloer terecht was gekomen, maar daar lag ze, met het omgevallen wijnglas naast zich, terwijl de donkerrode vloeistof zich in een zwarte vlek op het groene kleed verspreidde. Ze sloeg met haar vuisten op de grond, snikkend van woede.
Rose was verpleegster. Ze wist hoe ze het moest doen. Ze had watten gedrenkt in chloroform in een plastic tas gedaan en die over haar hoofd getrokken. Ze was al uren dood toen ze haar vonden.
En toen zat George naast haar, met zijn armen stevig om haar heen geslagen. Hij wiegde haar heen en weer, streek over haar haren en zei onophoudelijk: 'Het spijt me, Steph, het spijt me zo verschrikkelijk. Ik hou van je. Ik hou van je. Ik hou van je..