Wie vrijheid zoekt wordt de gevangene van zijn begeerten.

Wie discipline zoekt vindt vrijheid.

Het Statuut

'Wie verwachtte nu dat de luchtverversingsapparatuur het zou begeven?'

De Rabbi stelde deze vraag aan niemand in het bijzonder. Hij zat op een laag bankje en hield een wetsrol tegen zijn borst geklemd. De rol was versterkt met moderne kunstgrepen maar hij bleef oud en bros. Hij wist niet precies hoe laat het was. Waarschijnlijk halverwege de ochtend. Niet zo lang geleden hadden ze voedsel gegeten dat je als ontbijt zou kunnen omschrijven.

'Ik verwachtte het.'

Het leek alsof hij tegen de wetsrol sprak. 'Seideravond is gekomen en voorbij gegaan en onze deur was dicht.'

Rebecca kwam naast hem staan. 'Alsjeblieft, Rabbi. Dit helpt Joshua toch niet bij zijn werk.'

'We zijn niet verlaten,' zei de Rabbi tegen zijn wetsrol. 'Wij zijn degenen die ons verborgen hebben. Als vreemdelingen ons niet kunnen vinden, waar zou iemand die ons zou kunnen helpen dan moeten zoeken?'

Ineens keek hij op naar Rebecca, net een uil achter zijn brillenglazen. 'Heb jij het kwaad over ons gebracht? Rebecca?'

Ze wist wat hij bedoelde. 'Buitenstaanders denken altijd dat er iets slechts aan de Bene Gesserit kleeft,' zei ze.

'Dus nu ben ik, je Rabbi, een buitenstaander!'

'Je vervreemdt jezelf Rabbi. Ik spreek vanuit het gezichtspunt van de Zusterorde die ik van jou moest helpen. Wat zij doen is vaak saai. Vol herhalingen, maar niet slecht.'

'Je moest ze van mij helpen? Ja, dat is zo. Vergeef me, Rebecca. Als het kwaad over ons komt, is dat mijn schuld.'

'Rabbi! Hou hiermee op. Ze zijn een uitgebreide familie. En toch houden ze er een gekoesterd individualisme op na. Zegt een uitgebreide familie je soms niets? Vind je mijn waardigheid aanstootgevend?'

'Ik zal je vertellen wat mij aanstoot geeft, Rebecca. Door mijn toedoen heb jij andere boeken leren volgen dan...' Hij hield de wetsrol als een knuppel omhoog.

'Helemaal geen boeken, Rabbi. O, ze hebben een Statuut maar dat is gewoon een verzameling vermaningen, soms nuttig en soms moet je ze verwerpen. Ze passen hun Statuut altijd aan de eisen van het heden aan.'

'Er zijn boeken die niet aangepast kunnen worden, Rebecca!'

Ze staarde hem aan met nauwelijks verholen ontzetting. Keek hij zo tegen de Zusterorde aan? Of was zijn angst hier aan het woord?

Joshua kwam naast haar staan. Zijn handen waren vettig en hij had zwarte vegen op zijn voorhoofd en zijn wangen. 'Wat je me aanraadde was precies goed. Hij werkt weer. Voor hoe lang weet ik niet. Het probleem is -'

'Jij kent het probleem niet,' viel de Rabbi hem in de rede.

'Het mechanische probleem, Rabbi,' zei Rebecca. 'Het veld van deze non-ruimte vervormt mechanische apparaten.'

'We konden geen wrijvingsloze apparatuur gebruiken,' zei Joshua. 'Veel te opvallend om van de kosten maar niet te spreken.'

'Jouw apparatuur is niet het enige dat vervormd is.'

Joshua keek Rebecca met opgetrokken wenkbrauwen aan. Wat heeft hij? Joshua vertrouwde dus de Bene Gesserit inzichten ook al. Dat kwetste de Rabbi. Zijn kudde zocht haar richtsnoer elders.

Toen verraste de Rabbi haar toch nog. 'Denk je dat ik jaloers ben, Rebecca?'

Ze schudde haar hoofd.

'Jij vertoont gaven,' zei de Rabbi, 'waar anderen gretig gebruik van maken. Jouw raad maakte het mogelijk om de machinerie te repareren? Deze... deze Anderen vertelden je hoe het moest?'

Rebecca haalde haar schouders op. Dit was weer de oude Rabbi die niet toestond dat hij in zijn eigen huis werd uitgedaagd.

'Moet ik je soms prijzen?' vroeg de Rabbi. 'Heb je macht? Ga je ons nu regeren?'

'Niemand, en zeker ik niet, heeft dat ooit geopperd, Rabbi.' Ze was gekwetst en wilde dat wel laten merken ook.

'Vergeef me, dochter. Dat is wat je noemt een gotspe.'

'Je hoeft me niet te prijzen, Rabbi. En natuurlijk vergeef ik je.'

'Hebben je Anderen hier nog iets over te zeggen?'

'De Bene Gesserit zegt dat angst voor lof teruggaat op een oud verbod om je kind te prijzen omdat dat de toorn van de goden over je afroept.'

Hij boog zijn hoofd. 'Soms geven ze toch wel blijk van enige wijsheid.'

Joshua was er kennelijk nogal verlegen mee. 'Ik ga proberen te slapen. Ik moet zorgen dat ik goed uitgerust ben.' Hij wierp een betekenisvolle blik naar de plaats waar de machinerieen zich bevonden en waar een moeizaam knarsen te horen was.

Hij liep bij hen vandaan naar het verduisterde deel van het vertrek en struikelde onderweg over een stukje kinderspeelgoed.

De Rabbi klopte naast zich op de bank. 'Ga zitten, Rebecca.'

Ze ging zitten.

'Ik heb angst om jou, om ons, om alle dingen die wij vertegenwoordigen.' Hij streelde de wetsrol. 'We zijn zo veel generaties lang trouw gebleven.' Zijn ogen dwaalden door het vertrek. 'En we hebben hier niet eens een tsibboer.'

Rebecca veegde tranen uit haar ogen. 'Rabbi, je beoordeelt de Zusterorde verkeerd. Het enige dat zij willen is mensen en hun regeringen vervolmaken.'

'Dat zeggen ze.'

'Dat zeg ik. Regeren is voor hen een kunstvorm. Vind je dat vermakelijk?'

'Je maakt me nieuwsgierig. Houden deze vrouwen zichzelf voor de gek met dromen over hun eigen belangrijkheid?' 'Ze beschouwen zichzelf als waakhonden.' 'Honden?'

'Waakhonden, altijd op de uitkijk naar een gunstige gelegenheid om mensen een les te leren. Dat is wat ze zoeken. Je moet nooit proberen iemand een les te leren die hij toch niet kan opnemen.'

'Altijd die levenswijsheden.' Zijn stem klonk treurig. 'En ze hebben een kunstzinnige bestuursvorm?'

'Ze beschouwen zichzelf als een jury met absolute macht die door geen enkele wet een veto opgelegd kan krijgen.'

Hij zwaaide de wetsrol onder haar neus heen en weer. 'Dat dacht ik al!'

'Geen mensenwet, Rabbi.'

'Jij wilt me vertellen dat deze vrouwen die godsdiensten maken naar het hun uitkomt geloven in een... in een macht die groter is dan zij zelf?'

'Hun geloof zou niet met het onze in overeenstemming te brengen zijn, Rabbi, maar ik vind het niet slecht.' 'Wat is dit... dit geloof?'

'Zij noemen het de "nivelleringsdrift". Ze zien het in de genetica en als instinct. Briljante ouders krijgen bij voorbeeld meestal kinderen die dichter bij het gemiddelde staan.'

'Een drift? En dat is een geloof?'

'Daarom mijden ze vooraanstaande posities. Ze zijn raadslieden, helpen zelfs bij gelegenheid wel eens iemand in het zadel, maar ze willen niet in de kijker lopen.'

'Deze drift... geloven ze dat er een Driftveroorzaker bestaat?'

'Ze nemen niet aan dat die er is. Alleen dat deze waarneembare beweging bestaat.'

'Wat doen zij dan in deze drift?'

'Ze nemen voorzorgsmaatregelen.'

'In de geest van Satan, zou ik zo denken!'

'Ze verzetten zich niet tegen de stroming, maar lijken zich er alleen over te verplaatsen door de stroom voor hen te laten werken en van de dwarsstromingen gebruik te maken.'

'Ow!'

'Antieke schippers begrepen dit heel goed, Rabbi. De Zusterorde heeft wat neerkomt op kaarten van stromingen en getijden die hun vertellen welke plaatsen ze moeten mijden en waar ze zich moeite moeten getroosten.'

Weer zwaaide hij met de wetsrol. 'Dit is geen stromingskaart.'

'je begrijpt het verkeerd, Rabbi. Ze kennen de drogredenen over overweldigende machines.' Ze keek naar de zwoegende apparatuur. 'Ze zien ons in stromingen waar machines niet tegenin kunnen worstelen.'

'Weer die levenswijsheden. Ik weet het niet, dochter. Bemoeienis met politiek kan ik nog wel aanvaarden. Maar in gewijde zaken...'

'Een nivellerende drift, Rabbi. Massale invloed op briljante vernieuwers die zich uit de meute losmaken en nieuwe dingen voortbrengen. Zelfs als die nieuwe dingen ons vooruit helpen, krijgt de drift de vernieuwer nog te pakken.'

'Wie zal er bepalen wat ons vooruit helpt, Rebecca?'

'Ik geef alleen maar weer wat zij geloven. Zij zien belasting als een bewijs van de drift, omdat die vrije energie opslorpt waarmee anders meer nieuwe dingen geschapen zouden kunnen worden. Een persoon die erop attent is gemaakt, kan hem bespeuren zeggen ze.'

'En deze... deze Achtenswaarde Matres?'

'Zij passen in het patroon. Bestuurd door een besloten machtsgroep die erop uit is om alle potentiele mededingers onbekwaam te maken. Zift alle uitblinkers er tussenuit. Stomp het verstand af.'

Uit de richting van de apparatuur klonk een zacht piepgeluid. Joshua was hun al voorbij voor ze overeind konden komen. Hij boog zich over het scherm dat liet zien wat er aan het oppervlak gebeurde.

'Ze zijn terug,' zei hij. 'Moet je zien! Ze graven in de as recht boven ons.'

'Hebben ze ons gevonden?' De Rabbi klonk bijna opgelucht. Joshua keek naar het scherm.

Rebecca hield haar hoofd naast het zijne en bestudeerde de gravers - tien mannen met die dromende blik in hun ogen van door Achtenswaarde Matres geknechte.

'Ze graven gewoon in het wilde weg,' zei Rebecca terwijl ze zich oprichtte.

'Weet je het zeker?' Joshua ging rechtop staan en keek haar in haar gezicht, op zoek naar een heimelijke bevestiging. Elke Bene Gesserit kon het zien.

'Kijk zelf maar.' Ze gebaarde naar het scherm. 'Ze vertrekken. Ze gaan nu naar de glibberstal.'

'Waar ze thuis horen,' mompelde de Rabbi.

Werkzame keuzes maken gebeurt in een smeltkroes van leerzame vergissingen. Zo leert het verstand zijn feilbaarheid aanvaarden. En als er geen absolute (onfeilbare) keuzes bekend zijn, neemt het verstand risico's met beperkte gegevens in een arena waar vergissingen niet alleen mogelijk maar ook noodzakelijk zijn. Darwi Odrade Moeder Superior stapte niet gewoon maar aan boord van een vertrekkende lichter om op een willekeurig geschikt non-schip over te stappen. Er waren plannen, maatregelen, strategieen - voor alle mogelijke eventualiteiten.

Het kostte acht zenuwslopende dagen. Er moest met Teg een nauwkeurig tijdschema opgesteld worden. Beraadslagingen met Murbella vraten uren. Murbella moest weten wat haar te wachten stond.

Ontdek hun Achilleshiel, Murbella, en je hebt het voor elkaar. Blijf op het waarnemingsschip als Teg aanvalt, maar let goed op.

Odrade raadpleegde iedereen die kon helpen. Daarna kwam het inplanten van de levensfunctiezender met de ingebouwde code waarmee ze haar vertrouwelijke waarnemingen kon overseinen. Een non-schip en een lange-afstandslichter moesten opnieuw worden uitgerust, en Teg moest de bemanning uitkiezen.

Bellonda mopperde en gromde tot Odrade er een eind aan maakte.

'Je leidt me af! Is dat je bedoeling? Me verzwakken?' Het was laat in de morgen, vier dagen voor haar vertrek en ze waren tijdelijk maar met zijn tweeen in de werkkamer. Het was helder weer maar koud voor de tijd van het jaar en de lucht had een okergele tint van een stofstorm die 's nachts over het Hoofdkwartier was getrokken.

'Synode was een vergissing!' moest Bellonda toch nog even kwijt.

Onwillekeurig snauwde Odrade terug tegen Bellonda die wat al te scherp was geworden. 'Noodzakelijk!'

'Voor jou misschien! Om afscheid te nemen van je familie. Nu laat je ons hier met de vuile was zitten.'

'Ben je hier alleen gekomen om over de synode te klagen?'

'Je jongste opmerkingen over Achtenswaarde Matres bevallen me helemaal niet! Je had ons moeten raadplegen voor je dat ging rondbazuinen...'

'Ze zijn parasieten, Bell! Het was tijd dat we dat duidelijk maakten: een bekende zwakheid. En wat doet een lichaam als het door parasieten geplaagd wordt?' Odrade grijnsde breed bij die laatste woorden.

'Dar, als je deze... deze zogenaamd geestige manier van doen vertoont zou ik je met liefde wurgen!'

'Zou je lachen terwijl je dat deed, Bell?'

'Verdomme, Dar! Een dezer dagen...'

'We hebben niet meer zoveel dagen samen, Bell, en dat zit jou dwars. Geef antwoord op mijn vraag.' 'Geef zelf antwoord!'

'Het lichaam is blij met een periodieke ontluizing. Zelfs verslaafden dromen van vrijheid.'

'Ahhh.' Een mentat keek uit Bellonda's ogen naar buiten. 'Jij denkt dat verslaving aan Achtenswaarde Matres pijnlijk gemaakt zou kunnen worden.'

'Ondanks je afschuwelijke onvermogen tot humor, blijkt je verstand nog te werken.'

Een wrede glimlach trok Bellonda's mondhoeken omhoog.

'Nu ben ik er toch nog in geslaagd om je te vermaken,' zei Odrade.

'Laat me dit met Tam bespreken. Zij heeft een betere kijk op strategie. Hoewel... Delen heeft haar sentimenteel gemaakt.'

Toen Bellonda weg was liet Odrade zich in haar stoel achterover zakken en lachte zacht. Sentimenteel. 'Wordt niet sentimenteel morgen, Dar, als )e Deelt.' De mentat ontdekt de logica en mist het hart. Ze ziet het proces en is bang dat we zullen falen. Wat moeten we doen als... We zetten het raam open, Bell, en laten het gezonde verstand binnen. Zelfs vrolijkheid. Geeft perspectief aan ernstiger zaken. Arme Bell, mijn gebrekkige Zuster. Altijd wel iets om )e zenuwachtig over te maken.

Op de morgen van haar vertrek verliet Odrade het Hoofdkwartier vol verwarde gedachten - een bespiegelende stemming, bezorgd over wat ze door haar Delen met Murbella en Sheeana te weten was gekomen.

Ik geef te veel toe aan mijn eigen neigingen.

Dat bracht geen verlichting. Haar gedachten werden haar ingegeven door Andere Herinneringen en een bijna cynisch fatalisme.

Uitzwermende koninginnebijen ?

Dat was wel geopperd over Achtenswaarde Matres.

Maar Sheeana? En Tam keurt het goed?

Hier zat meer achter dan een Verstrooiing.

Ik kan je niet volgen naar je wilde -plek, Sheeana. Mijn taak is het scheppen van orde. Ik kan niet riskeren wat jij gedurfd hebt. Er zijn verschillende soorten kunstzinnigheid. De jouwe vind ik stuitend.

Het verwerken van levens uit Murbella's Andere Herinneringen hielp. Murbella's kennis was een krachtig handvat om Achtenswaarde Matres mee aan te pakken maar zat vol verontrustende schakeringen.

Geen hypnotrance. Zij gebruiken cellulaire inductie, een bijproduct van hun smerige T-sondes! Onbewuste dwang! Wat verleidelijk om dat voor onszelf ook te gebruiken. Maar dit is het punt waarop Achtenswaarde Matres het meest kwetsbaar zijn - een onderbewustzijn met een enorme inhoud die achter slot en grendel wordt gehouden door hun eigen beslissingen. Murbella's sleutel benadrukt alleen nog maar extra hoe gevaarlijk dat voor ons is.

Ze kwamen midden in een storm op het landingsterrein aan en toen ze uit hun wagen stapten werden ze bijna omver geblazen. Odrade had een wandeling door wat er nog van de boomgaarden en wijngaarden over was van de hand gewezen.

Laatste afscheid? Die vraag was in Bellonda's ogen te lezen toen ze haar goede reis wenste. En in Sheeana's zorgelijke frons.

Aanvaardt Moeder Superior mijn beslissing?

Onder voorbehoud, Sheeana. Onder voorbehoud. Maar ik heb Murbella niet gewaarschuwd. Dus... misschien deel ik Tams mening toch wel.

Dortujla, die zich voorin Odrades gezelschap bevond, was in zichzelf gekeerd.

Begrijpelijk. Zij is daar geweest... en heeft haar Zusters opgegeten zien worden. Moed, Zuster! We zijn nog niet verslagen.

Alleen Murbella had zich hierdoor kennelijk niet van de wijs laten brengen, maar zij dacht al vooruit aan Odrades ontmoeting met de Spinnenkoningin.

Heb ik Moeder Superior voldoende bewapend? Voelt ze tot in haar botten hoe gevaarlijk dit zal worden?

Odrade zette zulke gedachten van zich af. Ze had allerlei dingen te doen tijdens de oversteek. Geen van alle zo belangrijk als het verzamelen van haar krachten. Achtenswaarde Matres konden bijna buiten de werkelijkheid om geanalyseerd worden, maar bij de eigenlijke confrontatie zou ze op haar gevoel moeten afgaan -een jazz-improvisatie. Het begrip jazz vond ze erg aantrekkelijk, hoewel de muziek haar afleidde met zijn antieke sfeer en de wilde uitbarstingen. Maar jazz getuigde wel van leven. Geen twee uitvoeringen waren ooit precies gelijk. De muzikanten reageerden op wat ze van de anderen ontvingen: jazz.

Voed ons met jazz-

Luchtverkeer en ruimtevaart trokken zich niet vaak iets van het weer aan. Gewoon doorrausjen bij tijdelijke storingen. Klimaatbeheer zorgde wel voor lanceervensters in stormen en wolkendekken. Woestijnplaneten waren een uitzondering en dat zou binnenkort in de correctiefactoren van de Kapittelplaneet opgenomen moeten worden. Veel veranderingen, waaronder terugkeer naar de Vrijmanse begrafenispraktijken. Herwinning van water en kaliumzouten uit lijken.

Odrade sneed dit aan terwijl ze op hun vervoer naar het schip wachtten. Die brede sjerp van heet, droog land die zich over de evenaar van de planeet uitstrekte zou binnenkort gevaarlijke winden beginnen te veroorzaken. Op zekere dag zouden er ook coriolisstormen komen: een hogedrukgebied uit de hoogoven van het hart van de woestijn dat zich met een snelheid van honderden kilometers per uur verplaatste. Duin had winden gekend van meer dan zevenhonderd kilometer per uur. Zelfs ruimtelichters hadden last van zulk geweld. Luchtverkeer zou onderhevig zijn aan de voortdurende grillen van de toestand aan het oppervlak. En zwak mensenvlees moest proberen dekking te vinden.

Zoals we altijd gedaan hebben.

De vertrekhal op het landingsterrein was oud. Van binnen en van buiten opgetrokken uit steen, hun eerste bouwmateriaal hier. De Spartaanse hangmatstoelen en de lage tafeltjes van spuitgiet-plaz waren van recenter datum. Zuinigheid kon nu eenmaal niet overboord gezet worden, zelfs niet voor Moeder Superior.

De lichter landde in een warreling van stof. Geen gedoe met suspensiebuffers. Dit zou een snelle lancering worden met onaangename zwaartekrachtdruk, maar niet hoog genoeg om lichamelijke schade te veroorzaken.

Odrade voelde zich bijna ontstoffelijkt toen ze haar laatste afscheidswoorden sprak en het Kapittel overdroeg aan een driemanschap van Sheeana, Murbella en Bellonda. Nog een laatste vermaning: 'Laat Teg rustig zijn gang gaan. En ik wil niet dat Duncan iets akeligs overkomt. Hoor je me, Bell?'

Met al die wonderbaarlijke technologische dingen die ze tot stand konden brengen, was het toch nog steeds niet mogelijk om te voorkomen dat een dikke zandstorm hen bijna verblindde bij de lancering. Odrade sloot haar ogen en aanvaardde het feit dat ze geen laatste overzicht vanaf lage hoogte van haar geliefde planeet zou krijgen. Ze werd wakker van de schok van de koppeling. Vlak achter de luchtsluis stond in de gang een gonskar te wachten. Een zoemende tocht naar hun hutten. Tamalane, Dortujla en de leerling die hen bediende bleven zwijgen uit achting voor Moeder Superiors verlangen om met haar gedachten alleen te zijn.

De hut had tenminste de vertrouwde standaardindeling van alle Bene Gesserit schepen: een kleine eet-zitkamer van eenvoudig, effen lichtgroen plaz en een kleiner slaapvertrek met wanden van de zelfde kleur en een enkele, harde brits. Ze kenden Moeder Superiors voorkeur. Odrade nam even een kijkje in de functiovorm badkamer annex toilet. Standaard voorzieningen. De aangrenzende hutten voor Tam en Dortujla waren identiek. Later had ze nog tijd genoeg om naar de nieuwe scheepsuitmonstering te kijken.

Alle noodzakelijke dingen waren aanwezig. Waaronder onopvallende elementen voor psychologische steun: gedempte kleuren, vertrouwd meubilair, een achtergrond die haar geestelijke processen absoluut niet zou storen. Voor ze naar haar zit-eetkamer terugkeerde gaf ze bevel om te vertrekken.

Op een laag tafeltje stond voedsel klaar - blauwe vruchten, zoet en pruimachtig en brood met een pikant smeersel dat was afgestemd op haar energiebehoefte. Uitstekend. Ze keek naar de hun toegewezen leerling die op haar zelf weg-cijferende manier bezig was Moeder Superiors spullen op te bergen. Odrade kon even niet op haar naam komen, maar ineens had ze hem: Suipol Een klein, donker ding met een rond, kalm gezicht en een manier van doen die daar bij paste. Niet een van onze -pienterste, maar gegarandeerd bekwaam.

Plotseling bedacht Odrade dat deze taaktoewijzingen een element van hardvochtigheid bevatten. Een klein gezelschap om de Achtenswaarde Matres niet voor het hoofd te stoten. En om onze verliezen tot een minimum te beperken.

'Heb je al mijn spullen uitgepakt, Suipol?'

'Ja, Moeder Superior.' Ontzettend trots op het feit dat ze voor deze belangrijke taak was uitgekozen. Het was te zien aan de manier waarop ze de hut uitliep.

Er zijn. dingen die je niet voor me kunt uitpakken, Suipol. Die draag ik in mijn hoofd mee.

Geen enkele Bene Gesserit van het Kapittel had ooit de planeet verlaten zonder een bepaalde hoeveelheid chauvinisme in haar bagage. Andere plaatsen waren nooit zo mooi, nooit zo rustig, nooit zo aangenaam om te wonen.

Maar dat is de Kapittelplaneet van vroeger.

Het was een aspect van de omvorming tot woestijn dat ze voorheen nooit op deze manier had gezien. De Kapittelplaneet was aan het verdwijnen. Hij verdween om nooit meer terug te keren, althans niet tijdens het leven van degenen die hem nu kenden. Dat had iets weg van in de steek gelaten worden door een geliefde ouder - verachtelijk en kwaadaardig.

Je bent niet belangrijk meer voor me, kind.

Tijdens hun opleiding tot Eerwaarde Moeder werd hun al heel vroeg geleerd dat reizen een mooie gelegenheid kon bieden om goed uit te rusten. Odrade had zich ernstig voorgenomen om daar haar voordeel mee te doen en droeg haar metgezellen onmiddellijk na het eten op om haar niet met kleinigheden lastig te vallen.

Suipol moest Tamalane halen. Odrade gebruikte Tams eigen beknopte manier van praten. 'Inspecteeer de nieuwe uitmonstering en geef door wat ik persoonlijk moet bekijken. Neem Dortujla mee.'

'Heldere kop, die.' Uit Tams mond was dat een groot compliment.

'Als we klaar zijn, laat me dan zo veel mogelijk met rust.'

Tijdens een deel van de overtocht gespte Odrade zich in op haar brits en hield ze zich bezig met het opstellen van wat zij als haar laatste wil en testament beschouwde.

Wie zou de executeur worden?

Murbella was haar persoonlijke keus, vooral nadat ze met Sheeana had Gedeeld. Maar toch... het zwerfkind van Duin bleef een krachtige kandidaat als dit waagstuk op Junction mislukte.

Sommigen namen aan dat elke willekeurige Achtenswaarde Mater zou voldoen als de verantwoordelijkheid haar toeviel. Maar niet in deze tijd. Niet nu deze val op scherp stond. Achtenswaarde Matres zouden vast de valkuil niet zien.

Als we hen juist beoordeeld hebben. En uit Murbella's gegevens maak ik op dat we ons best gedaan hebben. De fuik staat wijd open voor de Achtenswaarde Matres en wat zal die er aantrekkelijk uitzien. Ze zullen pas zien dat hij doodloopt als ze er goed en wel in gezwommen zijn. Te laat!

Maar als we falen?

De overlevenden (als die er al zouden zijn) zouden Odrade verachten.

Ik heb me vaak vernederd gevoeld maar nooit een voorwerp van minachting. Toch zullen de beslissingen die ik heb genomen misschien nooit door mijn Zusters aanvaard worden. Maar ik heb tenminste geen verontschuldigingen aangevoerd... zelfs niet tegenover degenen met wie ik heb Gedeeld. Ze weten dat mijn reactie voortkomt uit de duisternis van voor de menselijke dageraad, leder van ons kan iets onzinnigs doen, of zelfs iets stoms. Maar mijn plan kan ons de overwinning bezorgen. We zullen niet 'alleen maar overleven'. Onze graal vereist dat we samen blijven volhouden. De mensen hebben ons nodig! Soms hebben ze religies nodig. Soms hoeven ze alleen maar te weten dat hun geloof even leeg is als hun hoop op adel. Wij zijn hun bron. Als de maskers zijn afgerukt blijft dat overeind: onze plaats in het geheel.

Toen voelde ze dat dit schip haar naar de afgrond bracht. Steeds dichter bij dat afschuwelijke gevaar.

Ik ga naar de bijl toe; hij komt niet bij mij.

Deze vijand uitroeien was ondenkbaar. Dat was al niet meer mogelijk sinds de Verstrooiing de bevolkingsaantallen zo gigantisch had doen toenemen. Een foutje in de plannen van Achtenswaarde Matres.

Het hoge piepsignaal en het oranje knipperlicht dat aangaf dat ze op hun bestemming waren aangekomen maakten abrupt een eind aan haar rust. Ze worstelde zich los uit haar riemen en liep, met Tam, Dortujla en Suipol op haar hielen, achter een gids aan naar de overstapsluis, waar een lange-afstandslichter aan zijn scheepstiet hing. Odrade keek naar de lichter die te zien was in het scherm boven het luchtdichte schot. Ongelooflijk klein!

'Het duurt maar negentien uur,' had Duncan gezegd. 'Maar we durven het non-schip niet dichterbij te brengen. Dichter bij Junction hebben ze vast plooiruimtesensors.'

Deze ene keer was Bell het met hem eens geweest. Neem geen risico's met het schip. Het is daar om de buitenste verdedigingslinie te plannen en jouw berichten te ontvangen, niet alleen maar om Moeder Superior op haar bestemming af te leveren.

De sluis was voorzien van richtingspijlen. Odrade ging voorop. Ze gingen door een nauwe buis waarin vrije val heerste. Ze kwam terecht in een verrassend luxe kajuit. Suipol die achter haar aan kwam tuimelen herkende die en steeg een treed je in Odrades achting.

'Dit is een smokkelaarsschip geweest.'

Een persoon wachtte hen op. Zo te ruiken een man, maar een ondoorschijnende pilotenhelm die met al zijn verbindingsstekers wel een egel leek, verborg zijn gezicht.

'Iedereen in de riemen.'

Mannenstem achter al dat instrumentarium.

Teg heeft hem uitgekozen. Hij zal de beste zijn.

Odrade liet zich achter een landingsluik in een stoel glijden en vond de bultige uitsteeksels die zich ontrolden tot een veiligheidstuig. Ze hoorde de anderen het bevel van de piloot opvolgen.

'Allemaal ingegord? Blijf in de riemen tot ik zeg dat ze los mogen.' Zijn stem kwam uit een zwevende luidspreker achter zijn stoel voor het besturingspaneel.

De navelstreng deed 'Plop!' Odrade voelde lichte beweging maar op het beeldscherm naast haar stoel zag ze het non-schip met een opmerkelijke snelheid kleiner worden. Ineens was het verdwenen.

Begint aan zijn taak voor iemand de tijd heeft om op onderzoek uit te gaan.

De lichter had een verbazingwekkende snelheid. Aftastapparatuur meldde dat de landingsstations en de grensformaliteiten nog achttien en nog wat uur bij hen vandaan waren, maar de knipperende stippen waarmee ze aangegeven werden waren alleen maar zichtbaar omdat ze versterkt waren. Op een inzet in het beeldscherm was te lezen dat de stations over iets meer dan twaalf uur met het blote oog zichtbaar zouden zijn.

Aan de gewaarwording van beweging kwam abrupt een eind en Odrade voelde niet langer de versnelling die haar ogen aan haar doorgaven. Suspensiekajuit. Een nulveld van deze kleine omvang moest van Ixiaanse makelij zijn. Hoe kwam Teg daaraan?

Hoef ik helemaal niet te weten. Waarom zou je Moeder Superior vertellen waar elke eikenaanplant zich bevindt?

Ze zag dat ze binnen het uur door sensors opgepikt werden en sprak zwijgend haar dank uit voor Idaho's heldere inzicht.

We beginnen deze Achtenswaarde Matres een beetje te kennen.

Het patroon van Junctions verdedigingswerken was duidelijk, zelfs zonder analyse van de aftastapparatuur. Overlappende vlakken! Precies wat Teg had voorspeld. Als ze eenmaal de afstand tussen de barrieres kenden, zouden Tegs mensen een tweede netwerk om de hele planeet kunnen weven.

Zo eenvoudig kan het toch niet zijn?

Vertrouwden Achtenswaarde Matres zozeer op hun overweldigende overmacht dat ze zelfs elementaire voorzorgsmaatregelen verwaarloosden?

Landingsstation Vier begon hen op te roepen toen ze bijna drie uur onderweg waren. 'Identificeer u!'

Odrade hoorde een 'of anders' in dat bevel.

Het antwoord van de piloot was kennelijk een verrassing voor de waarnemers. 'Komen jullie in een klein smokkelaarsschip?'

Ze herkennen het dus. Teg heeft weer gelijk.

'Ik sta op het punt om de sensorapparatuur als aandrijf brandstof te gebruiken. Dat zal onze stuwkracht vergroten. Controleer of uw riemen goed vast zitten.'

Station Vier merkte het op. 'Waarom verhoogt u uw snelheid?'

Odrade boog zich naar voren. 'Herhaal het wachtwoord en meld dat ons gezelschap vermoeid is van te lang opgesloten zitten in een kleine ruimte. Voeg eraan toe dat ik me uit voorzorg heb uitgerust met een levensfunctiezender om mijn mensen te alarmeren als ik zou komen te sterven.'

Ze zullen de code niet vinden! Slimme Duncan. En wat was Bell verbaasd toen ze ontdekte wat hij in de gegevensbank van het schip had opgeslagen. 'Nog meer romantiek!'

De piloot seinde haar woorden over. Als antwoord kwam er een bevel: 'Breng uw snelheid terug en zet uw landingskoers vast op de volgende coordinaten. Wij nemen vanaf dit punt de besturing van uw schip over.'

De piloot drukte op een geel vlak op zijn regelpaneel. 'Precies wat de Bashar zei dat ze zouden doen.' Een triomfantelijke klank in zijn stem. Hij zette de helm af en draaide zich om.

Odrade kreeg een schok.

Cyborg!

Het gezicht was een metalen masker met twee glinsterende zilveren bollen als ogen.

We betreden gevaarlijk terrein.

'Hebben ze het u niet verteld?' vroeg hij. 'Spaar me uw medelijden. Ik was dood en dit gaf me het leven terug. Het is Clairby, Moeder Superior. En als ik dit keer sterf, word ik beloond met een ghola leven.'

Verdomme! Wij betalen in een muntsoort die ons onthouden kan worden. Te laat om dat nog te veranderen. En dat was Tegs plan. Maar... Clairby?

De lichter landde zo licht als een veertje, een staaltje schitterende stuurmanskunst van Station Vier. Odrade herkende het moment alleen omdat het verzorgde landschap dat in haar beeldscherm zichtbaar was niet meer bewoog. Het nulveld werd uitgeschakeld en ze voelde zwaartekracht. Het luik vlak voor haar sprong open. Een aangenaam warme temperatuur. Geluid daarbuiten. Kinderen die een of ander wedstrijdspel speelden?

Met haar bagage achter haar aanzwevend, stapte ze een kort trapje op en zag dat het geluid inderdaad afkomstig wan van een grote groep kinderen op een nabijgelegen veld. Oudere tieners en allemaal meisjes. Ze stompten een suspensie-zweefbal heen en weer en schreeuwden en gilden onder het spelen.

Speciaal voor ons geensceneerd?

Het leek Odrade erg waarschijnlijk. Er liepen misschien wel tweeduizend jonge vrouwen op dat veld rond.

Kijk eens hoeveel rekruten wij in opleiding hebben!

Niemand om haar te verwelkomen maar Odrade zag een bekend gebouw aan het eind van een verhard pad aan haar linkerhand. Duidelijk een product van het Ruimtegilde met een kortgeleden bijgebouwde toren. Ze maakte een opmerking over de toren terwijl ze om zich heen keek, waarmee ze de ingeplante zender gegevens verschafte over een afwijking van Tegs plattegrond. Maar niemand die ooit een Gildegebouw had gezien kon dit bouwsel een verkeerd etiket opplakken.

Junction was dus net zo als alle andere conjunctieplaneten. Ergens in het Gildearchief zou er ongetwijfeld een serienummer en een code voor te vinden zijn. Hij had zo lang onder Gildebeheer gestaan dat ze in deze eerste momenten na hun ontscheping, terwijl ze nog even hun 'walbenen' moesten hervinden, in alles om hen heen dat karakteristieke Gildetintje herkenden. Zelfs het speelveld - ontworpen voor openluchtbijeenkomsten van navigators in hun reusachtige tanks met melangegas.

Het Gildetintje: dat bestond uit Ixiaanse technologie en navigator vormgeving - gebouwen die op de meest energiebesparende manier een ruimte omsloten, paden zonder omwegen; weinig rol-trottoirs. Die waren duur in het gebruik en alleen nodig voor door zwaartekracht gebondenen. Geen bloemperken in de nabijheid van het landingsterrein. Die konden te makkelijk per ongeluk schade oplopen. En die eeuwige grijze tint van alle bouwsels -niet zilvergrijs maar dof als de huid van Tleilaxu.

Het gebouw aan haar linkerhand was een grote bolle vorm met uitstulpingen, sommige hoekig en sommige rond. Dit was geen gulle herberg geweest. Weelderige hoekjes waren er natuurlijk wel, maar ze waren zeldzaam, speciaal gebouwd voor zeer hoge pieten, voornamelijk inspecteurs van het Gilde.

Weer heeft Teg gelijk. Achtenswaarde Matres hebben bestaande gebouwen gehandhaafd en ze maar heel weinig verbouwd. Ken toren!

Toen hield Odrade zichzelf voor: Dit is niet alleen een andere wereld, maar ook een andere gemeenschap met zijn eigen maatschappelijke lijm. Ze had daar enige greep op door het Delen met Murbella, maar ze was niet van mening dat ze doorgrond had wat Achtenswaarde Matres bijeen hield. Vast niet alleen begeerte naar macht.

'We gaan lopen,' zei ze en ze ging haar metgezellen voor over het verharde pad in de richting van het reusachtige gebouw.

Vaarwel Clairby. haat zo snel je kunt je schip in de lucht vliegen. Dat wordt onze eerste verrassing voor Achtenswaarde Matres.

Het Gildegebouw leek steeds groter naarmate ze dichterbij kwamen.

Wat Odrade altijd het meest verbaasde als ze een van deze functionele gebouwen zag, was dat iemand het heel zorgvuldig had zitten plannen. Alles was tot in de kleinste kleinigheden uitgekiend, hoewel dat soms niet meteen te zien was. Om budgetredenen was er in veel gevallen voor een mindere kwaliteit gekozen en had men bestendigheid verkozen boven weelde of aantrekkelijk uiterlijk. Het was een compromis, en net als de meeste compromissen, was het voor niemand bevredigend. Boekhouders van het Gilde hadden ongetwijfeld geklaagd over de prijs en de huidige bezitters konden zich nog steeds aan tekortkomingen ergeren. Maakte niet uit. Het ding was een tastbare substantie. Het was hier om nu gebruikt te worden. Weer een compromis.

De hal was kleiner dan ze had verwacht. Kennelijk was er van binnen het een en ander verbouwd. Hij was maar zes meter lang en misschien vier meter breed. De receptiebalie bevond zich rechts van de deur waardoor ze naar binnen stapten. Odrade gebaarde naar Suipol dat ze hun gezelschap moest laten inschrijven en gaf de anderen te kennen dat ze in het open stuk moesten blijven wachten, ruim binnen eikaars armbereik. Verraad was niet uitgesloten.

Dortujla rekende daar kennelijk op. Ze keek gelaten voor zich.

Odrade keek oplettend om zich heen en maakte een aantal opmerkingen over hun omgeving. Meer dan genoeg camera-ogen, maar de rest...

Elke keer dat ze een van deze gebouwen betrad kreeg ze het gevoel dat ze zich in een museum bevond. Andere Herinneringen meldden dat dit soort herbergen al eeuwen niet betekenisvol veranderd waren. Zelfs heel vroeg al kon ze prototypes vinden. Een glimp van het verleden was te zien in de plafondkronen - reusachtige glinsterende imitaties van elektrische apparaten maar uitgerust met gloeibollen. Twee ervan overheersten het plafond als denkbeeldige ruimteschepen die in volle glorie uit de lege ruimte neerdaalden.

Er waren meer glimpen van het verleden te zien die maar weinig doorgangers in deze tijd zouden opmerken. De receptiehal achter zijn getraliede loketten, de wachtruimte met zijn wirwar van zitplaatsen en ongemakkelijke verlichting, bordjes die naar voorzieningen verwezen - restaurants, narcosalons, rendez-vous bars, zwembaden en andere gelegenheden voor lichaamsbeweging, automassageruimtes, en dergelijke. Alleen de taal en het schrift verschilden met vroeger tijden. Als ze de taal zouden kennen, zouden primitieve mensen van voor de ruimtevaart de bordjes zonder meer herkennen. Dit was een tijdelijke doorgangshalte.

Meer dan genoeg veiligheidsapparatuur. Een deel daarvan zag eruit als producten uit de Verstrooiing. Ix en Gilde hadden nimmer goud verspild aan camera-ogen en sensors.

In de receptiehal was een dolle dans van dienstrobots aan de gang - ze schoten kriskras door elkaar heen en maakten schoon, raapten rommel van de grond of leidden nieuw aangekomenen naar hun bestemming. Een groepje van vier Ixianen was net voor Odrades groep gearriveerd. Ze bekeek ze met belangstelling. Verwaand en toch angstig.

Haar Bene Gesserit oog wist mensen van lx altijd onfeilbaar te herkennen, hoe goed ze zich ook vermomd hadden. De basisstructuur van hun maatschappij tekende zijn individuele leden. Ixianen vertoonden een Hogbeniaanse houding tegenover hun wetenschap: politieke en economische eisen bepaalden welk onderzoek toelaatbaar was. Dat bewees dat de onschuldige naiviteit van de maatschappelijke dromen van de Ixianen verworden was tot de werkelijkheid van bureaucratisch centralisme - een nieuwe aristocratie. Ze bevonden zich dus op een hellend vlak dat niet meer recht te krijgen zou zijn, wat voor overeenkomst dit Ixiaanse gezelschap ook met Achtenswaarde Matres zou sluiten.

Hoe onze strijd ook zal aflopen, lx is ten dode opgeschreven. Bewijs: al eeuwen zijn er geen grote Ixiaanse uitvindingen gedaan.

Suipol kwam terug. 'Ze verzoeken ons op een escorte te wachten.'

Odrade besloot om de onderhandelingen meteen te openen met een praatje dat leerzaam zou zijn voor Suipol, de camera-ogen en de luisteraars op haar non-schip.

'Suipol heb je die Ixianen gezien die voor ons waren?'

'Ja, Moeder Superior.'

'Prent ze goed in je geheugen. Ze zijn de producten van een stervende maatschappij. Het is naief om te verwachten dat een bureaucratie briljante uitvindingen goed zal aanwenden. Bureaucratieen stellen heel andere vragen. Weet je welke?'

'Nee, Moeder Superior.' Gezegd na een onderzoekende blik op hun omgeving.

Xe kent ze wel! Maar ze weet waar ik mee bezig ben. Wat hebben we hier? Ik heb haar onderschat.

'Het zijn kenmerkende vragen, Suipol: Aan wie wordt het toegeschreven? Wie krijgt de schuld als het moeilijkheden veroorzaakt? Zal het een verschuiving in de machtsstructuur teweeg brengen die ons baantjes kost? Of zal het een of ander ondergeschikt ministerie belangrijker maken?'

Suipol knikte op het juiste moment maar de steelse blik die ze naar de camera-ogen wierp was misschien iets te doorzichtig. Maakte niet uit.

'Dit zijn politieke vragen,' zei Odrade. 'Ze laten zien dat de drijfveren van een bureaucratie lijnrecht in tegenspraak zijn met de noodzaak om je aan veranderingen aan te passen. Aanpassingsvermogen is een eerste vereiste voor het voortbestaan van een levensvorm.'

Tijd om onze gastvrouwen rechtstreeks aan te spreken.

Odrade keek omhoog en koos een opvallend camera-oog in een van de kronen. 'Kijk goed naar die Ixianen. Hun "geest in een deterministisch heelal" heeft plaats gemaakt voor een "geest in een onbeperkt heelal" waar alles mogelijk is. Creatieve anarchie is in dit heelal de manier om te overleven.'

'Dank u voor deze les, Moeder Superior.'

Suipol, je bent een juweel!

'Na alle ervaring die ze met ons hebben opgedaan,' zei Suipol, 'zullen ze toch vast niet meer twijfelen aan onze loyaliteit jegens elkaar.'

Schikgodinnen spaar haar! Deze is klaar voor de Marteling en zal hem waarschijnlijk nimmer beleven.

Odrade kon alleen maar instemmen met de conclusie van de leerling. Naleving van de Bene Gesserit manier kwam van binnenuit, van die voortdurend in de gaten gehouden kleinigheden die hun eigen huis op orde hielden. Elke aanspraak die de Zusterorde zou kunnen maken op het zoeken van een eigen weg in een vijandig heelal lag besloten in gewetensvol vasthouden aan onderlinge loyaliteit, een overeenkomst die in de Marteling werd beklonken. De Kapittelplaneet en de paar overgebleven dochtervestigingen waren de bakermat van een orde gegrondvest op delen en Delen. Niet gefundeerd op onschuld. Die was al lang geleden verloren gegaan. De orde was stevig geworteld in politiek bewustzijn en een kijk op de geschiedenis die losstond van andere wetten en gewoonten.

'Wij zijn geen machines,' zei Odrade terwijl ze naar de mechanische toestellen in hun omgeving keek. 'Wij vertrouwen altijd op persoonlijke verhoudingen, zonder ooit te weten waarheen die ons zullen leiden.'

Tamalane kwam naast Odrade staan. 'Vind je niet dat ze ons toch minstens een boodschap hadden kunnen sturen?'

'Ze hebben ons een boodschap gestuurd, Tam, door ons in een tweederangs herberg te huisvesten. En ik heb al antwoord gegeven ook.'