14
Hun volgende stap was het inkijken van de rapporten over de twee ongevallen. Toen Fariman na Samantha het kantoor van TAPS Security binnenstapte, stond de local chief met een liniaal in de hand te wijzen naar een plan dat op zijn bureau lag. Naast hem stond een man in een Fidel-Castropak zonder kentekens van rang. Nog voor de man zich omdraaide, herkende Fariman aan de hoekige kaken en de kaarsrechte rug kolonel Turner. Hij was zeker dat de ander dwars door zijn vermomming zou heenzien en hield zijn hart vast, maar Samantha trok met haar meest sensuele glimlach alle aandacht naar zich toe. De headchief van TAPS Security staarde als gebiologeerd naar haar gezicht. Zijn blik daalde langzaam af en bleef hangen bij haar kleine borstjes, alsof hij in staat was dwars door de trui, die tot haar dijbenen reikte, heen te zien. Toen wendde hij met tegenzin zijn hoofd af en wijdde zijn aandacht opnieuw aan het plan.
‘Wat moeten jullie?’ vroeg de local chief terwijl hij zijn corpulente lijf zo opstelde dat ze van het plan op het bureau nauwelijks meer iets konden zien.
‘We willen graag de dossiers inkijken van de twee natives die onlangs verongelukten,’ zei Samantha.
‘Ik heb nu geen tijd,’ zei de chief humeurig. ‘Kom straks maar terug.’
‘Geef het hun,’ zei Turner.
De local chief knarsetandde en gooide de liniaal op het bureau. Uit een ladekast haalde hij twee dunne mapjes en gaf die aan Samantha. Die wierp een vluchtige blik op de inhoud. Naast hun personalia en hun conduitestaat zat er alleen een verslag in over het ongeluk dat door de local chief zelf was opgesteld. Ze fronste de wenkbrauwen en gaf het dossier door aan Fariman. ‘Ik zie dat Thrope van Keystone Canyon naar Coldfoot Camp werd overgeplaatst,’ zei ze.
‘Ja. Hij en een paar honderd anderen.’
‘Ja, maar die anderen kwamen niet onder een hijslast terecht. Waarom is er geen doktersverslag?’ vroeg ze. ‘Is er geen autopsie verricht? En waar zijn de getuigenverklaringen?’
‘Waar denk je dat je bent, dame? In Londen? Dat je werkt voor Scotland Yard? We zijn hier op vijf passen van de noordpool. Er gebeuren hier alle dagen ongelukken. Als het het weer niet is dat daarvoor verantwoordelijk is, dan zijn het de ijsberen. Of iemand rijdt zich met een bulldozer te pletter in een ravijn.’
‘Wat is er met de lichamen gebeurd?’ vroeg Fariman. Hij kon zich de tong wel afbijten. Turner hoorde zijn stem en keek onderzoekend naar zijn gezicht. ‘Kennen wij elkaar?’ vroeg hij fronsend.
‘Ik zou niet weten hoe,’ mompelde Fariman onverschillig zonder zijn ogen van het dossier op te slaan.
‘Kunnen we nu eindelijk voortgaan met ons werk?’ vroeg de chief.
‘U hebt nog niet geantwoord op de vraag wat u met de lichamen hebt gedaan, chief.’ Samantha hield een notitieboekje in de hand en noteerde daarin ijverig met een zilveren potlood.
‘Thropes lichaam is door zijn familie afgehaald. Van de ander hebben we alleen wat as teruggevonden. Hij is omgekomen toen in de schuilhut waarin hij zijn toevlucht had gezocht, de oliekachel ontplofte. De hut is volledig uitgebrand.’
‘Hé, wacht even.’ Samantha stak haar zilveren potlood uit naar de chief alsof ze uit een rij van verdachten de schuldige aanwees. ‘In uw verslag schrijft u dat Kobuk in een sneeuwstorm is omgekomen. Hoe zit het nu eigenlijk?’
‘Verrek, dame. Hij ís omgekomen in de sneeuwstorm. Of had je liever dat ik in mijn rapport schreef dat hij in een vlaag van waanzin zichzelf in brand heeft gestoken? Hoe denk je dat de nabestaanden zich dan zouden voelen?’
Samantha zweeg verbijsterd.
‘Wie heeft de stoffelijke resten gevonden?’ vroeg Fariman.
‘Rondzwervende Tlingit-jagers. Het duurde een week voor die Kotzebue bereikten en de sheriff konden waarschuwen. Die zond een communiqué over de radio naar de werkkampen in het binnenland. Toen we dat hoorden, hebben we er een reddingshelikopter heen gestuurd. De redders hebben de as verzameld. De as is in Fairbanks uitgestrooid omdat niemand ze opeiste.’
‘Kunnen we de mensen van dat reddingsteam spreken?’
‘Nee. Tenzij je er een reis naar Mar del Plata voor over hebt. De bemanning bestond uit Argentijnen van wie het contract bijna was afgelopen. Je weet dat we hier een groot verloop kennen onder het personeel. Zo. Dat volstaat. Ik heb andere dingen aan mijn hoofd.’ Voor Samantha en Fariman wisten wat er gebeurde, had de chief hen naar buiten geleid en de deur achter hen gesloten.
‘Interessante ontwikkeling,’ zei Samantha. ‘Het lijkt me een piste om verder uit te zoeken.’
‘Zeker.’ Fariman dacht na. ‘Ik stel voor dat we eerst wat meer te weten proberen te komen over wat Thrope en Kobuk de laatste weken voor hun dood hebben uitgevoerd. We weten natuurlijk dat ze lasnaden inspecteerden aan de hand van rontgenfoto's. Maar hoe? Waar? Met wie zijn ze in conflict gekomen? En waarom?’
‘Bij wie kunnen we daarvoor terecht, denk je?’
‘Laten we beginnen bij hun opvolgers. Die moeten intussen al wel zijn aangesteld. Om een paar doden meer of minder wordt in Alaska de bouw van een pijplijn niet stilgelegd.’
Joe Dermitt, de man die Nolan Kobuk opvolgde en zijn intrek had genomen in de kamers die Kobuk met Thrope had gedeeld, kon model staan voor de doorsnee pijplijnwerker: hij was tussen de dertig en de veertigjaar oud, robuust gebouwd, met een getaande huid, een onverzorgde baard en door de vorst gekloofde lippen. Een blauwe rook met een hennepachtige geur vulde de kamer en deinde zachtjes mee op de tonen van stereofonische muziek. Dermitt haalde flesjes tafelbier uit de koelkast en zette die in de zithoek op de lage tafel neer. Hij bood hun een zelfgerolde sigaret aan uit een blikken doosje. ‘Zin in een stickie?’ Ze schudden allebei het hoofd.
‘Ik dacht dat dat niet mocht,’ zei Samantha.
‘Er zijn hier heel wat goede dingen des levens niet geoorloofd: gokken, sterkedrank, vuurwapens.’ Dermitt stak een sigaret aan met een wegwerpaansteker en inhaleerde diep. Met een zucht van welbehagen blies hij de rook uit. ‘Hasj is daar gelukkig niet bij.’ De afwisseling van hun bezoek kwam hem niet ongelegen, maar zijn stemming sloeg om zodra Fariman hem het doel ervan uiteenzette. Hij liep naar de platendraaier en zette de muziek een tiental decibel luider. ‘Al wat ik weet, is dat Thrope de ondergrondse sectie deed en Kobuk de bovengrondse. Thropes sectie was klaar. Die van Kobuk niet. Ik leg daar nu de laatste hand aan. En nee, ik heb niets abnormaals ontdekt.’ Hij Hep naar de voordeur en vergewiste zich ervan of ze goed op slotzat. ‘Er valt altijd wel wat op lasnaden aan te merken, maar je moet niet roomser zijn dan de paus, zoals Thrope. Voor hem was de klassieke röntgenfotografie niet goed genoeg. Hij werkte met gammafotografie. Dat is fotografie met radioactieve isotopen. Die leggen veel meer fouten bloot, maar de techniek is niet altijd betrouwbaar. Geen wonder dat hij bij de pipeliners niet erg geliefd was.’
‘Denk je dat iemand hem, of Kobuk, om die reden heeft gemold?’
‘Verrek, kerel, nee. Als ik dat moet geloven, kan ik maar beter opstappen terwijl het nog kan, nietwaar?’ Hij keek nerveus van de een naar de ander. ‘Bovendien moet Kobuk wel erg geschift geweest zijn om er met een auto vandoor te gaan die in reparatie was.’
‘En je weet zeker dat zijn overhaaste vertrek geen vlucht was? Er is bij jouw weten kort daarvoor niets abnormaals gebeurd?’
‘Nee.’ Dermitt aarzelde. ‘Hoewel…’ Zijn hasjsigaret was uitgegaan. Hij stak ze opnieuw aan. Hij ademde in en liet de rook Iangzaam door zijn neusgaten ontsnappen. ‘Er wordt gefluisterd dat hij de nacht voor zijn vertrek in het labo alle röntgenfoto's van de ondergrondse sectie heeft zitten nakijken. Maar vraag me niet waarom. Ik weet het niet.’
‘Of je wilt het niet weten?’
Dermitt staarde naar het plafond, als een concertbezoeker die naar muziek luistert die hij goed kent. Voor hem was het onderwerp afgehandeld. Hij antwoordde alleen nog op nietsbetekenende vragen. Voor de rest rookte hij zijn stickie en bleef hij dromerig luisteren naar de muziek. Pas toen ze op het punt stonden te vertrekken, haalde hij opeens een kartonnen buis van bijna een halve meter lang tevoorschijn en gaf die aan Fariman. ‘Drie röntgenfoto's van lasnaden. Kobuk had de rolletjes in de kast van de tv verborgen. Niet erg verstandig. Toen ik de televisie aanzette, vloog hij bijna in brand. Volgens mij is ermee geknoeid.’
‘Geknoeid waarmee?’ vroeg Samantha. ‘De lasnaden of de foto's?’
Dermitt haalde de schouders op. Hij bracht hen naar de deur en keek of de gang leeg was. Toen bleek dat dat inderdaad zo was, liet hij hen buiten. Voor hij de deur achter hen dichtdeed, fluisterde hij iets dat voor Fariman klonk als ‘BOAT’, maar Samantha hield vol dat hij ‘both’ had gezegd: allebei.
Later, op Farimans kamer, bekeken ze de inhoud van de buis. Er zaten drie filmrollen in, elk vijftien centimeter breed en bijna vier meter lang. Samantha floot tussen haar tanden. ‘Bevat elke rol foto's van slechts één lasnaad?’
‘Vanzelfsprekend. Bij een pijplijn met een diameter van 1,2 m zal de omtrek wel dicht bij de vier meter zijn. Maar we verspillen onze tijd. Zoiets nazien kan alleen in het labo of door specialisten. Ik stel voor dat we naar Crazy Horse Camp vliegen en de rollen aan Ron Tamaku laten zien.’ Fariman begon de filmrollen in de buis te stoppen, maar bij het laatste rolletje wees hij haar op het witte kadertje dat op het uiteinde van de opgerolde film zichtbaar was. Daarin stond duidelijk leesbaar een datum van opname en een volgnummer. ‘Zou het kunnen dat de gestolen lijst uit een opsomming van data en volgnummers bestond?’
Ze schoof de mouwen van haar trui omhoog en schudde het hoofd. ‘Zo goed heb ik de lijst niet bekeken.’
Hij raakte met de top van zijn wijsvinger de blote huid van haar arm aan. ‘Dat geeft niet. Wat doen we nu?’
Er ging een lichte siddering door haar lichaam. ‘Slapen,’ zei ze. ‘Ik ben moe. Hetwas een lange dag.’ Ze liep naar de verbindingsdeur. In de deuropening bleef ze staan. 's en F,’ zei ze.
‘Wat bedoel je?’ vroeg hij omzichtig. ‘Samantha en Fariman?’
‘Nee, De lijst. Bij ieder nummer stond ofwel een s ofwel een F in vetjes, alsof de aandacht er heel nadrukkelijk op werd gevestigd. Ik denk dat ik weet wat het betekent.’
‘Wat?’ vroeg hij, lichtelijk teleurgesteld.
‘Suspect en Falsified.’ Haar glimlach deed hem meer dan ooit aan Sharon denken. ‘Verdacht en vals.’ Ze zag de teleurgestelde blik in zijn ogen en interpreteerde die verkeerd. ‘De foto's,’ voegde ze er vlug aan toe. ‘Niet jij.’