7

Mijn mooiste verjaardag

'Hoe kón je dat zeggen? Hoe kon je mij de schuld geven tegenover haar?' schreeuwde mama tegen papa.

Ian hoorde hen en kwam halverwege de trap af. Ze stonden in de gang.

'Wil je wat zachter praten, Caroline?'

'Nee. Ik wil niet zachter praten. Ik wil niet als een kind in een hoek kruipen in dit huis. Hoe kon je dat doen? Ben je zó bang voor je eigen moeder?'

'Ik probeer de dingen alleen maar wat gemakkelijker te maken,' zei papa, die zijn stem liet dalen tot een luid gefluister. 'Het doet ons geen goed om haar het gevoel te geven dat we samenzweren om dingen voor haar geheim te houden. Op deze manier is het beter.'

'Je bedoelt dat het beter is dat ik de enige schuldige ben?'

ik kan gemakkelijker vrede met haar sluiten. Rustig nu maar. Het gaat weer over,' zei papa.

'Gelijk heb je, het gaat over,' zei mama. Ze liep naar de trap, herinnerde zich mijn nieuwe kleren en ging weer terug naar de bank om ze te pakken. 'Kom mee naar boven, Jordan. We zullen je spullen voorlopig opbergen.' Ze pakte mijn hand en sleepte me zo ongeveer naar de trap. 'Dit hoort een prettige dag te zijn, je verjaardag.' Ze zei het terwijl ze papa recht in zijn gezicht keek.

Ik keek naar papa en toen naar Ian, die teleurgesteld leek dat de ruzie tussen mama en papa zo snel voorbij was. Hij draaide zich om en liep weer naar boven naar zijn kamer. Ik wist niet wat er voor nodig zou zijn om hem in de war of bezorgd te maken over iets wat er in onze familie gebeurde. Op mij maakte hij altijd de indruk dat hij het verwacht had, voorzien, of soms zelfs verwelkomd, omdat het iets was waarover hij in zijn dagboek kon schrijven, terwijl ik mijn angst en verdriet niet kon verheimelijken.

'Wees maar niet bang, Jordan,' zei mama tegen me in mijn slaapkamer. 'Ik zal je verjaardagsdinertje hierdoor niet laten bederven.'

Daarover maakte ik me niet echt zorgen. Ik was verward en verontrust omdat papa gelogen had. Het was de eerste keer dat ik hem erop betrapte dat hij dat deed. Ik had hem nooit zo perfect gevonden als mama. Ik wist dat hij op school mislukt was en ik wist dat hij niet zo'n goede zakenman was. Het waren dingen die oma Emma ons nooit liet vergeten, maar ik beschouwde hem als een goed mens die van ons hield. Hij kon alleen niet zoveel van ons houden als mama omdat hij het te druk had met zijn pogingen om succes te hebben.

Altijd als mama klaagde dat mijn vader te hard werkte of ons te vaak alleen liet, hief hij zijn handen op en riep uit: 'Ik probeer een beetje onafhankelijkheid te bereiken voor dit gezin, Caroline. Je wilt toch niet eeuwig afhankelijk zijn van mijn moeder?'

'Ik wil nooit afhankelijk van haar zijn,' antwoordde mama dan en hij haalde zijn schouders op.

'Nou? Laat me daar dan mijn best voor doen.'

'Je doet je best maar,' mompelde ze en draaide zich van hem af.

Papa keek naar mij en zei: 'Vrouwen.'

Ik had geen idee wat hij daarmee bedoelde.

'Waarom vertelde papa niet de waarheid?' vroeg ik aan mama toen ze mijn nieuwe kleren had opgeborgen.

Ze keek naar me alsof ze toen pas besefte dat ik wist dat hij ermee ingestemd had mijn problemen geheim te houden voor oma Emma en het niet alleen haar idee was. Was ze vergeten dat ik erbij was toen ze het bespraken of dacht ze gewoon dat ik het niet begrepen had?

'Het is niet gemakkelijk je oma de waarheid te vertellen,' zei mama. 'Tenminste, dat is het voor je vader nooit geweest. Hij denkt dat het gemakkelijker is haar te vertellen wat ze graag wil horen. Dat doen mensen voortdurend tegen elkaar, Jordan. Dat hoeft je

'Je zult een heel mooie vrouw worden, Jordan,' voorspelde hij. Het compliment benam me bijna de adem. 'Dat hoeft overigens niemand te verbazen. Vader is een knappe man en moeder is mooi. Ook al keur ik het niet goed hoe ze er gebruik van maakt. Oma Emma heeft gelijk wat betreft de invloed van de genen.'

'Wat is dat?'

'Wat je erft, wat aan je wordt doorgegeven. Op een gegeven moment wilden mensen alleen binnen de familie trouwen om zeker te weten dat ze hun goede genen niet zouden verliezen. Het was of je tentoonstellingshonden fokte,' zei hij grijnzend.

Hij zweeg even en keek me weer met een intense blik aan, richtte zijn donkere ogen op me alsof ik een exemplaar onder zijn microscoop was.

'Wat is er mis?' vroeg ik.

'Er is niks mis. Integendeel, ondanks alle kritiek en klachten die we hebben over oma Emma, moeten we toch toegeven dat ze een goede smaak heeft op het gebied van kleren.'

'Smaak? Je kunt kleren toch niet proeven?'

'Het betekent gewoon dat ze weet wat iemand goed staat, wat er goed uitziet. Ze heeft verstand van kwaliteit, perspectief. Ik heb een studie gemaakt van dit huis, van de inrichting, en ik kan je wel zeggen dat alles wat ze heeft gekocht en een plaats heeft gegeven, iets anders aanvult.'

Aanvult? Hoe konden dingen elkaar aanvullen? Ik wist niet wat hij bedoelde, maar deed of ik het begreep. Hij kende zoveel woorden en deed zelfs oma Emma verbaasd staan over het gemak waarmee hij de kruiswoordpuzzel van de New York Times oploste. Ian was intelligenter dan mijn leraren, dacht ik.

We hoorden mama en papa uit hun kamer komen. Mama lachte om iets dat papa had gezegd.

'Het schijnt dat ze het hebben bijgelegd,' zei Ian.

'Ze hebben de vredespijp gerookt,' zei ik, en hij lachte zelfs, niet omdat ik iets had gedaan wat hij mal vond maar omdat ik iets had gezegd dat hij slim vond.

' Kom,' zei hij en stak zijn hand naar me uit.

Toen we in de gang kwamen, bleven onze ouders staan en keken verbluft naar ons.

'Je ziet er heel goed uit, Ian,' zei mama tegen hem.

'Dank je.'

'Hij is net zo goed gekleed als ik en hij kan een das beter strikken dan ik, dat is een feit,' zei papa. 'En kijk eens naar onze mooie jarige'. We moeten jullie aan oma Emma laten zien. Wacht maar tot ze Jordan die jurk ziet dragen.'

'Ze heeft haar al gezien in die jurk, Christopher,' zei mama. 'Weet |o nog? Ze moest hem meteen aantrekken van haar.'

Toch zal het goed zijn als ze ons zo bij elkaar ziet,' zei hij nadrukkelijk. Feitelijk vond ik dat we er allemaal prachtig uitzagen, vooral mama, die een van haar mooiste jurken had aangetrokken en haar haar had gedaan, zodat het er weer goed uitzag. Ze had zich opgemaakt en droeg oorbellen en een bijpassende armband en ketting. Het was al een tijd geleden dat ze zich zo mooi had aangekleed. Ik was blij dat het ter ere van mijn verjaardag was, ter ere van mij. In plaats van aan mezelf te denken als de oorzaak van nieuwe moeilijkheden, kon ik aan mezelf denken als de reden voor goede dingen.

Ik dacht ook dat ik begreep wat Ian bedoelde met genen. Onze ouders waren aantrekkelijke mensen. Ian was knap en ik zou mooi worden. Misschien waren we toch een gezin voor het omslag van een tijdschrift en misschien hadden de mensen geen ongelijk die ons benijdden.

We liepen de gang door naar de trap en daalden die af alsof we op hol punt stonden een chique balzaal te betreden, zoals de mensen deden tijdens oma Emma's Gouden Tijdperk. Ian bleef mijn hand vasthouden, wat me verbaasde. Ik was blij te zien dat mama haar hand op papa's arm hield. Ze zagen er inderdaad uit of ze het hadden bijgelegd en weer van elkaar hielden.

Oma Emma zat in de zitkamer te wachten en keek alsof ze niet anders verwacht had dan dat we eerst naar haar toe zouden gaan voor een inspectie. Ik denk dat mama vermoedde dat papa haar had gewaarschuwd, want ik hoorde haar mompelen: 'Wat toevallig dat ze hier zit en ons schijnt te verwachten.'

'Zo, moeder,' zei papa, mama negerend, 'en hoe ziet de familie March eruit?'

Ze liet haar blik over ons heen gaan als een generaal die haar troepen inspecteert, liet haar ogen even goedkeurend rusten op Ian voor ze zich op mij concentreerde. Haar gezicht veranderde van uitdrukking. Ze gaf me het gevoel dat ze mijn hele toekomst kon overzien en dat wat ze zag haar bezorgd maakte. Een ogenblik later richtte ze zich tot mama en papa.

'Verzamel je krachten,' zei ze. 'Binnenkort wordt ze een hartenbreekster en zul je voortdurend op je hoede moeten zijn.'

Papa glimlachte, maar mama keek haar kwaad aan.

'Tijd genoeg voor we ons daarover zorgen hoeven te maken,' zei

'Niet zoals kinderen tegenwoordig worden opgevoed,' hield oma Emma vol.

'Weet je zeker dat je niet meegaat, moeder?' vroeg papa, kennelijk in de hoop snel van onderwerp te kunnen veranderen.

'Dank je, maar nee, dank je. Hoe je het leuk kunt vinden om rook in je gezicht te krijgen voor je gaat eten is me een raadsel.'

'Laten we gaan,' drong mama aan. Ze gaf zelfs een rukje aan papa's arm.

'Goed, dan gaan wij ervandoor,' zei hij. We gingen naar buiten en stapten in zijn Mercedes.

Het was lang geleden dat we ergens als gezin naartoe waren gegaan. Als we zo bij elkaar waren, voelde ik me veilig. Ik voelde me als lans rups, beschermd, hoopvol.

Op weg naar het restaurant praatte papa over ons komende verblijf in het zomerhuis aan het meer. Over een paar dagen gingen we erheen. Hij zei dat hij de eerste twee of drie dagen bij ons zou blijven en beloofde dan zo vaak mogelijk in de weekends te komen.

Mama zei niet veel. Ze luisterde en keek voor zich uit. Het enige wat ze zei over de voorbereidingen voor ons vertrek was dat we ervoor moesten zorgen dat we alles van dr. Dell'Acqua kregen wat we nodig hadden.

'Ik moet zeker weten dat we genoeg hebben,' zei ze.

Ik keek naar Ian. Hij werd niet geacht het te weten.

' Wat hebben we nodig van dr. Dell'Acqua?' vroeg hij met een knipoog naar mij.

Papa en mama keken elkaar aan en toen draaide mama zich om en zei: 'Iets wat ik nodig heb. Niets om je zorgen over te maken, Ian.'

'Mooi,' zei Ian. Hij glimlachte heimelijk en keek tijdens de hele rit naar het restaurant uit het raam.

In het restaurant gaven mijn ouders me mijn cadeau. Het was een gouden medaillon aan een gouden ketting. Er zat een foto in van twee baby's. Eerst dacht ik dat Ian en ik het waren, maar mama ver-telde me dat het haar babyfoto was en die van papa.

'We dachten dat het misschien een dierbaar bezit voor je kon zijn.'

Ian inspecteerde het en knikte waarderend alsof hij een juwelier was . Toen hielp hij me het om te doen en maakte de sluiting vast. Ik betastte het medaillon en glimlachte omdat het me het gevoel gaf dal ik mijn beide ouders altijd dicht bij me zou hebben.

Ons diner was vrolijk en gezellig. De kok jongleerde met het eten en deed wonderen met zijn messen. Hij bouwde een vulkaan van uien, die met een zacht plofje uitbarstte onder gejuich en applaus, Later bracht het restaurant een kleine verjaardagstaart met zeven kaarsjes, en iedereen, ook de obers en serveersters, zong 'Happy Birthday'. Zelfs Ian zong, en luid ook. Ik vond het het mooiste verjaardagsfeest dat ik ooit had gehad. Misschien, als oma Emma was meegegaan, zou ze aangenaam verrast zijn geweest, dacht ik.

Op weg naar huis wilde papa stoppen bij zijn supermarkt om de nachtmanager te controleren. De markt was vierentwintig uur open en hij had nog twee managers voor de andere diensten. Wij zouden in de auto wachten, maar hij bleef zo lang weg, dat mama uitstapte en naar binnen ging om te zien wat er aan de hand was. Toen ze met hem terugkwam, keek ze niet vrolijk meer.

Beiden stapten zonder iets te zeggen in.

'Wanneer heb je haar aangenomen?' vroeg mama toen papa wegreed.

'Een paar weken geleden.'

'Welke kwalificaties heeft ze om als manager van een supermarkt te kunnen werken, Christopher?'

'Ze heeft veel ervaring in de zakenwereld. Toen ze uit Bethlehem vertrok heeft ze bijna een jaar lang een warenhuis gerund in Philadelphia.'

'En waarom is ze uit Philadelphia vertrokken? Is ze daar ontslagen?'

'Nee, nee. Ze haatte de stad. Waarom maak je je daar zo druk over?'

Mama keek hem aan, keek toen recht voor zich uit en vervolgens uit het zijraam. Ik dacht niet dat ze verder nog iets zou zeggen. Ian en ik luisterden gespannen naar elk woord.

'Dat kun je niet menen,' zei ze ten slotte.

Papa zweeg tot we dichter bij oma Emma's huis kwamen. Toen draaide hij zich om naar mama en zei: 'Het is zuiver zakelijk, verder niets, Caroline. Zoek er niks achter.'

'Het kan me niet schelen,' zei mama. 'Doe wat je wilt.' Ze wendde zich af, maar ik kon zien dat ze een paar tranen wegveegde voor ze uit haar ogen rolden.

Wat was er gebeurd dat haar aan het huilen maakte?

Toen we binnenkwamen was oma Emma al naar haar slaapkamer. Het was heel stil in huis en mama leek geen woord meer tegen iemand te willen zeggen. We gingen allemaal naar boven. Kort daarna kwam mama bij me binnen om me nog een laatste keer geluk te wensen met mijn verjaardag. Ik had mijn pyjama al aan en kroop in bed. Ik moest er nog steeds aan denken hoe bedroefd ze was geworden nadat we bij de supermarkt waren gestopt.

'Waarom huilde je in de auto?' vroeg ik.

'Grotemensenpraat, lieverd. Maak je geen zorgen. Nogmaals gelukgewenst, en nog heel veel jaren.' Ze gaf me een zoen op mijn wang, trok de deken recht en deed het licht uit toen ze wegging.

Ik was niet echt moe. Ik had gedacht dat ik dat zou zijn, maar de gedachten bleven door mijn hoofd tollen, draaiden rond de gebeurtenissen van die hele uitputtende dag. Ik herinnerde me het ge-schonk van Ian en stapte uit bed om het uit de speelgoedkist te halen. Daarna ging ik weer naar bed, deed de bedlamp aan en sloeg langzaam de pagina's om. Het meisje in het boek was ouder dan ik. Zr was net twaalf geworden en had allerlei vragen over zichzelf. Snel bladerde ik verder.

Onwillekeurig zocht ik naar de kikkervisjes. Ik vroeg me af of vrouwen ze in haar lichaam voelden rondzwemmen. Hoe lang bleven ze zwemmen? Waar gingen ze naartoe als en wanneer ze het eitje misten? Er viel zoveel te weten. Zou het boek me alles vertellen?

Er was een heel nieuwe wereld voor me opengegaan omdat er dingen in mijn lichaam waren gebeurd die nog een tijdlang niet hadden moeten gebeuren, misschien nog jarenlang niet.

Waarom zei oma Emma dat ik harten zou breken en wat bedoelde ze toen ze tegen mijn ouders zei dat ze hun krachten moesten verzamelen? Zou dat in het boek staan? Waarom was mama kwaad over een nieuwe manager? Hoe kon dat nu grotemensenpraat zijn? Zou Ian de antwoorden weten? Hoe moest ik ooit weer in slaap vallen met al dat rumoer in mijn hoofd?

Maar eindelijk lukte het toch. De woorden en plaatjes werden steeds waziger tot ik mijn ogen niet meer open kon houden. Ik viel in slaap met het geopende boek boven op me, wat heel erg verkeerd was, want mama was in mijn kamer voordat ik wakker werd en vond het. Ik voelde dat ze het oppakte en ernaar keek.

'Hoe kom je daaraan?' vroeg ze, toen ik mijn ogen opende en rechtop ging zitten. 'Jordan?'

Nu zou Ian kwaad op me zijn, dacht ik. Ik had een geheim verraden en ik had hem een belofte gedaan, een eed gezworen. Hij zou nooit meer iets om me geven. Kon ik liegen?

'Dat heb ik hier gevonden,' zei ik.

Ze meesmuilde. 'Jordan, ik vroeg je iets. Ik weet dat dit boek niet hier in huis was. Ik wens een eerlijk antwoord.'

Ik begon te huilen. 'Ik mocht het je niet vertellen.'

Ze staarde me aan en haar ogen lichtten op. 'Ian,' zei ze. 'Heeft hij je dit gegeven? Jordan?'

Het antwoord stond op mijn gezicht geschreven.

'Waarom heeft hij je dit gegeven? Hoe heeft hij het ontdekt? Heb je het hem verteld?'

'Hij had gehoord dat ik bij dr. Dell'Acqua was geweest en hij wilde weten waarom.' Ik was vastbesloten haar verder niets te vertellen over zijn research. 'Ik heb hem beloofd dat ik je niet zou vertellen dat hij het wist. Nu is hij natuurlijk woedend op me.'

Ze dacht even na. De angst verdween uit haar gezicht en haar lichaam ontspande zich. Toen glimlachte ze. 'Het is in orde. Ik had het ook niet voor hem geheim moeten houden. Als iemand hier in huis rijp genoeg is om te begrijpen wat er aan de hand is, dan is het Ian. Ik zal met hem praten. Hij zal niet kwaad zijn dat je het me hebt verteld. Feitelijk,' zei ze, terwijl ze de bladzijden omsloeg en de platen en tekst in het boek bekeek, 'is het heel slim van hem je dit te geven.'

'Het was zijn verjaarscadeau voor me,' zei ik.

'Je verjaarscadeau?' Ze keek weer somber. 'Ja, het is een goed cadeau, alleen zou ik willen dat het dat pas over jaren zou zijn,' mompelde ze.

Ze keek om zich heen en perste haar lippen op elkaar. Toen zei ze iets vreemds, fluisterde het alsof ze niet wilde dat ik het zou horen.

'Het is dit huis. Alles is veranderd toen we hier zijn komen wonen.'

Ze besefte dat ik haar gehoord had en glimlachte weer. 'Het is goed, schat. Alles komt in orde.' Ze gaf me een zoen. 'Kom, sta op en kleed je aan. Er is veel te doen voordat we naar het meer gaan.'

Maar ik kon niet vergeten wat ze had gezegd over het huis. Was het waar?

Ze liet me achter, luisterend naar de fluisteringen, die zij, zoals ik nu vermoedde, ook moest horen.