Hoofdstuk
1
In de Engelse kolonie Hurlingham, Buenos Aires, 1946
'Audrey, kom snel!' siste Isla,
en ze greep haar zestienjarige zuster bij de arm en trok haar uit
haar dekstoel. 'Tante Hilda en tante Edna zijn bij mama op de thee.
Ik hoor dat Emma Townsend is betrapt in de armen van een Argentijn.
Je moet komen luisteren. Het is om te gillen!' Audrey sloeg haar
roman dicht en liep achter haar zusje aan over het gazon naar het
clubhuis.
De decemberzon scheen fel neer op
dit kleine stukje Engeland, dat zich uit alle macht verzette tegen
een integratie met die nationaliteiten die al eerder waren
gearriveerd en zich hadden vermengd tot een natie. Als een
kwetsbaar vlot op de Spaanse zee zwaaiden de Engelsen met hun vlag
en lieten zich trots voorstaan op hun aanzien. Maar de koppige
geuren van eucalyptus en gardenia zweefden samen met de aroma's van
thee en cake door de lucht in een soepele tango, en het gemurmel
van Engelse stemmen die woorden half inslikten en tennisgeluiden
galmden over het terrein tegen het geroffel van Argentijnse pony's
en het gerebbel van de gaucho's die voor hen zorgden in. De twee
culturen reden langs elkaar voort als twee paarden die zich er
amper van bewust waren dat ze in feite een en dezelfde kar
trokken.
Audrey en Isla waren in dit
uitermate Engelse hoekje van Argentinië opgegroeid in een elegante
voorstad aan de rand van Buenos Aires. Met als middelpunt de
Hurlingham Club, waar in de gelambriseerde eetzaal onder strenge
portretten van de koning en koningin rosbief, steak en nierpastei
werden geserveerd, was de kolonie groot en invloedrijk en het leven
was er zo goed als het cricket. Vorstelijke huizen stonden keurig
achter hoge taxusheggen en Engelse countrytuinen, verbonden door
onverharde wegen die uitkwamen
op het vlakke land van de pampa.
De zusjes namen deel aan atletiekwedstrijden, speelden tennis,
zwommen en plaagden de struisvogel van de buren door golfballen in
zijn ren te gooien en geamuseerd toe te kijken als hij ze opat. Ze
gingen uit rijden op de uitgestrekte pampa en joegen door het lange
gras achter prairiehazen aan. En als de zon onderging en het
getsjirp van de krekels opklonk boven het gesnuif van de pony's en
daarmee het einde van de dag aankondigde, gingen ze picknicken met
hun moeder en nichtjes in de schaduw van de eucalyptusbomen. Het
waren langoureuze, onschuldige tijden, niet gehinderd door
drukkende beslommeringen van de volwassen wereld. Die wachtten wel
tot ze er oud genoeg voor waren, maar tot die tijd waren de
intriges en schandalen, die onder het genot van scones en
komkommersandwiches met gedempte stem de ronde deden door de
gemeenschap, een grote bron van vermaak, vooral voor Isla, die
ernaar verlangde oud genoeg te zijn om zelf dergelijke commotie te
veroorzaken.
Toen Audrey en Isla het
clubgebouw binnenslenterden, werden ze zich meteen bewust van de
gezichten die zich ophieven van hun kopjes Chinese thee en scones
om naar de twee zusjes te kijken die zich elegant een weg tussen de
tafeltjes door baanden. Ze waren aan aandacht gewend, maar terwijl
Audrey verlegen haar ogen neersloeg, stak Isla haar kin in de lucht
en overzag de tafeltjes langs de fraaie welving van haar
hooghartige neus. Hun moeder had hun gezegd dat het kwam doordat
hun vader een vooraanstaand zakenman was, een heel belangrijk man,
maar Isla wist dat het meer te maken had met hun dikke
pijpenkrullen die tot aan hun middel reikten en glansden als
zongedroogd hooi, en met hun kristallijnen groene ogen.
Isla was vijftien maanden na
Audrey geboren en was het meest opvallend. Ze was eigenzinnig en
ondeugend, en was gezegend met een huid die de kleur had van bleke
honing en lippen die zich krulden in een schalkse grijns, die nooit
naliet mensen te bekoren, ook al had ze weinig gedaan om hun
affectie te verdienen. Ze was kleiner dan haar zuster, maar leek
langer dankzij haar kwieke verende tred en een overdosis
zelfvertrouwen, waardoor ze liep met rechte rug en brede schouders.
Ze was verzot op aandacht en had zich vloeiende handgebaren
aangemeten als ze aan het woord was - als de Latino's, die altijd
ieders aandacht en bewondering wekten. Audrey had meer van een
klassieke schoonheid. Ze had een langgerekt, gevoelig gezicht, een
bleke albasten huid, die makkelijk bloosde, en ogen die een
weemoedigheid verrieden die was geïnspireerd door de
romantische verhalen die ze las en de muziek waarnaar ze luisterde.
Ze was een dromerig kind, dat op het clubterrein urenlang tevreden
in een dekstoel kon zitten dromen over de wereld voorbij het
eilandje waarvan ze deel uitmaakte, waar mannen hartstochtelijk
waren en zichzelf niet beteugelden, en waar ze dansten met hun
geliefde onder de sterren, te midden van een sterke jasmijngeur in
de met keitjes geplaveide straatjes van Palermo. Ze verlangde
ernaar verliefd te worden, maar haar moeder hield haar voor dat ze
nog te jong was om haar gedachten aan romantiek te verspillen.
'Later als je groot bent is er nog tijd genoeg voor de liefde,
kindje.' Vervolgens moest ze lachen om de dromerijen van haar
dochter. 'Je leest te veel romans, het echte leven ziet er heel
anders uit.' Maar Audrey wist instinctief dat haar moeder ongelijk
had. Ze kende de liefde alsof ze die in een ander leven al had
ervaren en er in gedachten met steken van nostalgie naar
terugverlangde.
'Ah, mijn schattige nichtjes!'
riep tante Edna uit toen ze de twee meisjes naderbij zag komen.
Vervolgens boog ze zich naar haar zuster toe en siste: 'Rose, ze
worden met de dag knapper. Het zal niet lang duren of de
jongemannen staan in de rij. Je zult Isla scherp in de gaten moeten
houden. Ze heeft een ondeugende schittering in haar ogen, zoveel is
zeker.' Tante Edna was weduwe en kinderloos, maar was er met
kenmerkend Brits stoïcisme in geslaagd de tragedies in haar leven
te boven te komen middels een gezond gevoel voor humor, en ze suste
haar knagende moederinstinct door haar neefjes en nichtjes zo
hartelijk te bejegenen alsof het haar eigen kinderen waren. Tante
Hilda verstarde en bezag Audrey en Isla met enige wrevel, want haar
eigen dochters waren mager en gewoontjes, met een vaalgele huid en
een nietszeggend karakter. Ze wenste dat ze in plaats van hen vier
zonen had gehad, want op die manier zou de kans op een geslaagd
huwelijk groter zijn geweest.
'Kom maar bij ons zitten,
meisjes,' vervolgde tante Edna, en ze tikte met een vlezige hand
beladen met sieraden op de stoel naast haar. 'We zeiden
net...'
'Pas devant les enfants,' kwam
Rose behoedzaam tussenbeide, en ze schonk zichzelf nog een kopje
thee in.
'O, vertél, mama!' smeekte Isla,
en ze trok een gezicht naar tante Edna, die haar een knipoog gaf.
Als ze het hun nu niet vertelde, zou ze dat later wel
doen.
'Het kan geen kwaad om dit
verhaal te vertellen, Rose,' zei ze tegen haar zuster. Vind je
niet, Hilda, dat het bij hun opvoeding
hoort?' Hilda perste haar droge
lippen op elkaar en frunnikte aan het parelsnoer dat om haar
spichtige hals hing.
'Voorkomen is beter dan genezen,'
antwoordde ze strak, want tante Hilda deed amper haar mond open
wanneer ze iets zei. 'Ik zie er geen kwaad in, Rose.'
'Goed dan,' gaf Rose toe, en ze
ging berustend achteruitzitten in haar stoel. 'Maar vertel jij het
maar, Edna, want ik raak er te veel door van streek.'
Tante Edna's blauwe ogen
twinkelden ondeugend en langzaam stak ze een sigaret op. Haar beide
nichtjes bleven ongeduldig wachten terwijl ze diep inhaleerde voor
het dramatisch effect. 'Een tragisch, maar uiterst romantisch
verhaal, lieve kinderen,' begon ze, rook uitblazend als een
goedmoedige draak. 'De hele tijd dat Emma Townsend nu al verloofd
is met Thomas Letton is ze dolverliefd geweest op een Argentijnse
jongen.'
'Het ergste is nog wel dat die
jongen niet eens uit een goede Argentijnse familie komt,' onderbrak
tante Hilda haar, en ze trok haar wenkbrauwen op om haar afkeuring
kracht bij te zetten. 'Hij is de zoon van een bakker, of zoiets.'
Ze begroef haar skeletachtige vingers in het pakje sigaretten van
haar zus en stak er verontwaardigd een op.
'Die arme ouders,' lamenteerde
Rose, die haar hoofd schudde. 'Wat zullen die zich
schamen.'
'Waar heeft ze hem ontmoet?'
vroeg Audrey; ze was direct gegrepen door de onmogelijkheid van de
verbintenis en wilde er graag meer over horen.
'Dat weet niemand. Ze wil het
niet zeggen,' antwoordde tante Edna, huiverend bij het
raadselachtige van het verhaal. 'Maar als je het mij vraagt komt
hij ergens uit de buurt. Hoe zou ze hem anders zomaar tegen hebben
kunnen komen? Het moet wel liefde op het eerste gezicht zijn
geweest. Ik heb uit zeer betrouwbare bron vernomen dat ze om
middernacht uit haar slaapkamerraam is geklommen om hem te kunnen
zien. Stel je voor, zoiets onbehoorlijks!' Isla schoof op haar
stoel heen en weer van opwinding. Tante Edna's ogen werden groot
als die van een kikker die zojuist een vette vlieg in de gaten
heeft gekregen. 'Afspraakjes om middernacht! Het lijkt wel iets uit
een roman!' sputterde ze, en ze dacht terug aan de geheime
afspraakjes in het paviljoen waar zijzelf in haar jonge jaren van
had genoten.
'Vertel eens hoe ze zijn
betrapt,' soebatte Isla, zonder aandacht te schenken aan de
misprijzende blik van haar moeder.
'Ze zijn ontdekt door haar
grootmoeder, de oude mevrouw Featherfield, die altijd slecht slaapt
en vaak 's avonds laat nog een wandelingetje door de tuin maakt. Ze
zag twee jonge mensen staan zoenen onder de sycomore en ging ervan
uit dat het haar kleindochter was met haar verloofde, Thomas
Letton. Je kunt je haar afgrijzen wel voorstellen toen ze de
vreemde donkere jongeman die zijn armen om Emma heen had geslagen
helemaal niet herkende, en die...'
'Zo is het wel genoeg, Edna,'
vond Rose opeens, en ze zette met een harde klink haar kopje op het
schoteltje.
'Die arme Thomas Letton zal er
wel kapot van zijn,' vervolgde tante Edna, met een tactvolle
uitweiding om haar zuster tevreden te stellen. 'Er is nu geen kans
meer op dat hij nog met haar trouwt.'
'Ik heb gehoord dat die malle
meid beweert dat ze verliefd is en dat ze haar arme ouders heeft
gesmeekt om haar met die bakkerszoon te laten trouwen,' voegde
tante Hilda, die haar sigaret uitdrukte, er stekelig aan
toe.
'Goeie hemel!' riep tante Edna
uit; ze wapperde haar ronde gezicht geagiteerd koelte toe met de
menukaart, maar genoot duidelijk van alle sappige
details.
'Lieve help,' verzuchtte Rose
spijtig.
'Wat geweldig!' bracht Isla
hijgend uit, enthousiast schuivend op haar stoel. 'Wat een heerlijk
schandaal. Zouden ze samen weglopen?'
'Natuurlijk niet, lieverd,'
antwoordde Rose, en ze klopte op haar dochters hand om haar tot
bedaren te brengen. Isla wond zich altijd om de kleinste dingen op.
'Die schande wil ze haar lieve familie vast niet
aandoen.'
'Wat verdrietig,' fluisterde
Audrey. Ze doorvoelde de pijn van de geliefden in zijn volle omvang
alsof het om haarzelf ging. 'Wat vreselijk jammer dat ze niet bij
elkaar kunnen zijn. Hoe moet het nu verder met hen?' Knipperend met
haar grote, dromerige ogen keek ze haar moeder aan.
'Ik denk dat ze vroeg of laat wel
weer bij zinnen komt, en als ze geluk heeft wil die arme Thomas
Letton misschien toch nog met haar trouwen. Ik weet dat hij erg dol
op haar is.'
'Dan zou hij een heilige zijn,'
was tante Hilda's commentaar. Terwijl ze jam op haar scone smeerde,
zette ze het meisje met een snelle zwaai van haar mes uit haar
gedachten.
'Dat zou hij zeker,' beaamde
tante Edna, die over de tafel heen reikte om een stukje
Walkers-shortbread te pakken. 'En dan zou ze heel erg van
geluk mogen spreken. Door de oorlog heerst er een groot tekort aan
mannen; daardoor zullen een heleboel jonge vrouwen zonder
echtgenoot komen te zitten. Ze zou zo verstandig moeten zijn om de
hare vast te houden.'
'En die arme jongen op wie ze
verliefd is?' vroeg Audrey met kalme stem.
'Hij had geen hoop mogen
koesteren,' antwoordde tante Hilda haar kortweg. 'Trouwens, wisten
jullie dat Moira Philips eindelijk haar chauffeur heeft ontslagen?
Volgens mij hebben ze daar goed aan gedaan, want de kans was immers
groot dat hij hun gesprekken zou overbrieven aan de regering,'
vervolgde ze luid sissend. 'Je moet er niet aan denken tot wat voor
narigheid dat zou kunnen leiden.'
Audrey bleef zwijgend zitten
terwijl haar moeder en tantes verder praatten over de chauffeur van
mevrouw Philips. Omdat Emma Townsend ruim zes jaar ouder was dan
zijzelf kende ze haar niet goed, maar ze had haar wel op de club
gezien. Een knap meisje met muisgrijs haar en een vriendelijk
gezicht. Ze stelde zich voor dat ze verschrikkelijk in de problemen
zat, alsof haar hele toekomst een akelig, liefdeloos gat was. Ze
keek naar haar zusje, die nu uit verveling met haar sandwich zat te
spelen; de chauffeur van mevrouw Philips was oersaai vergeleken bij
de onfatsoenlijke verhouding van Emma Townsend. Maar Audrey besefte
dat ze allebei een heel ander belang hadden bij het schandaal. Isla
genoot van de problemen die het meisje had veroorzaakt. De
romantische of tragische aspecten van het verhaal interesseerden
haar geen zier. Ze vond het prachtig dat niemand het over iets
anders kon hebben, dat ze er allemaal op dezelfde gedempte toon
over spraken als waarop ze over de dood praatten, en dat ze elk
pikant detail met een hongerige gretigheid verslonden voordat ze
het doorgaven aan hun vriendinnen. Maar ze raakte vooral opgewonden
door alle glamour van het gebeurde. Wat was het makkelijk om in hun
ordentelijke levens voor opschudding te zorgen. In stilte wenste
Isla dat zij degene was, en niet Emma Townsend, die zich koesterde
in het oog van zo'n storm. Dan zou ze tenminste genieten van de
aandacht.
Het duurde ruim twee weken
voordat Emma Townsend weer in de club werd gezien. Het schandaal
had zich als een bosbrand verspreid en uitgebreid, totdat ze er
door de roddelende dames van Hurlingham ten onrechte van werd
beschuldigd dat ze zwanger zou zijn. De Hurlingham-dames waren vier
vrouwen op leeftijd, oftewel 'Krokodillen', zoals tante Edna hen
boosaardig noemde, die bij de club uiterst efficiënt alle
evenementen organiseerden: de polo-toernooien, de
atletiekwedstrijden, de bloemententoonstellingen, tuinfeesten en
bals. Op dinsdagavond speelden ze bridge, op woensdagochtend golf
en op donderdagmiddag werd er geschilderd, en met slaapverwekkende
regelmaat stuurden ze uitnodigingen rond voor teaparties en
gebedsavonden. Zoals tante Edna het zag, vormden zij de
'protocolpolitie', en als de kleine lila uitnodiging niet bij je op
de mat viel, wist je dat je het een of ander had misdaan, hoewel
het soms wel een opluchting was om geen gepast excuus te hoeven
bedenken waarom je niet kon komen.
Audrey en Isla hadden twee weken
naar die arme Emma Townsend uitgekeken. Ze was op zondag niet in de
kerk verschenen, tot grote verontwaardiging van de dames van
Hurlingham, die met hun hoeden met veren dicht op elkaar als een
vlucht ganzen druk zaten te discussiëren en kritiek leverden op het
meisje omdat ze haar gezicht niet liet zien aan de goede God en Hem
niet om vergeving smeekte. Toen Thomas Letton met zijn familie
binnenkwam, was de hele congregatie stilgevallen en hadden ze zijn
knappe gestalte nagekeken toen hij met grote waardigheid door het
gangpad liep, zonder dat zijn onverstoorbare gezicht iets verried
van de vernedering waarvan Audrey zeker wist dat die brandde onder
zijn huid. De dames van Hurlingham knikten vriendelijk toen hij
langsliep, maar hij deed of hij hen niet zag en hield zijn blik
gericht op het altaar voor hem, waarna hij bedaard plaats nam naast
zijn moeder en zuster. Emma was ook niet verschenen bij het polo en
bij de daaropvolgende picknick die was georganiseerd door Charlo
Osborne en Diana Lewis, twee van de Krokodillen, die de hele middag
zaten te mompelen dat ze haar, als ze ook maar even bij hun
evenement haar gezicht zou laten zien, met schande beladen naar
huis zouden sturen, terwijl ze er in stilte op hoopten dat ze wél
zou komen, zodat ze meer te roddelen zouden hebben.
Audrey en Isla zaten in de lounge
met hun broers en ouders en, natuurlijk, de ontembare tante Edna,
toen Emma Townsend met gebogen hoofd binnensloop, haar blik strak
op de vloer gericht zodat ze niemand aan hoefde te kijken. Audrey
keek om zich heen toen het geroezemoes stilviel en ieder in het
vertrek zijn ogen opsloeg om te kijken hoe de plechtige stoet
binnenkwam en plaatsnam aan een tafeltje in de hoek. Iedereen
behalve kolonel Blythe, met zijn grote grijze snor, die te zeer
verdiept was in de London Illustrated News, terwijl hij zijn Turkse
sigaretten rookte, om de stilzwijgende commotie op te merken die
hem tot een klein eilandje maakte. Zelfs meneer Townsend, een forse
man met zilveren haar en wollige bakkebaarden, leek zijn
verontwaardiging in te slikken en verkoos stilzwijgen boven een
confrontatie, wat normaal gesproken op een dergelijk moment zijn
reactie zou zijn geweest. Deemoedig bestelde hij drankjes, waarna
hij de rest van de gemeenschap, die als een stel jakhalzen
afwachtte wat hij vervolgens zou doen, de rug toekeerde.
'Nou,' barstte tante Edna luid
sissend uit, 'het is helemaal niets voor Arthur om niet eens naar
ons te grommen.'
'Zo is het wel genoeg, Edna,'
gispte Henry haar, en hij pakte een handvol nootjes. 'Het is niet
aan ons om commentaar te leveren.'
'Vast niet,' gaf ze met een
glimlach toe. 'Dat doen de Krokodillen al genoeg voor
ons.'
'Ze vinden het natuurlijk
vreselijk dat ze dit niet mee kunnen maken.' Isla giechelde en gaf
haar zusje een por met haar elleboog. Maar Audrey kon niet meedoen
met de feestvreugde; ze had verschrikkelijk te doen met de
familieleden die allemaal zo open en bloot met hun dochter
meeleden.
Net toen de schande van de
Townsends hen dreigde te verstikken, ging er een zucht van
verbazing door het vertrek, als een plotselinge windvlaag. Audrey
draaide zich om en zag Thomas Letton over de vloer schrijden, met
zijn kin vastberaden in de lucht. Isla ging rechtop zitten met haar
mond wijdopen, alsof ze een kreet van opwinding wilde slaken.
Albert, die niet graag een gelegenheid voorbij liet gaan om zijn
zusje jarenlange pesterijen betaald te zetten, pakte een pinda en
gooide die haar keel in. Ze keek hem verrast aan, waarna ze zo rood
werd als een kroot toen het nootje in haar luchtpijp kwam en haar
de adem benam. Toen ze met een harde gil haar stoel opzijschoof,
gooide ze de glazen van tafel, die op de plankenvloer in stukken
vielen, zodat iedereen zijn aandacht afwendde van Thomas Letton en
de familie Townsend om te kijken wat er aan de hand was. Isla's
bloeddoorlopen ogen rolden door hun kassen en ze hoestte en
proestte en maaide met haar armen om zich heen in een verwoede
poging hulp te krijgen. Voordat Audrey besefte wat er gebeurde had
haar vader Isla van achteren beetgepakt, tilde haar van de grond en
sloeg zijn sterke armen om haar buik, waarbij hij met zijn polsen
keer op keer hard op haar longen drukte. Ze sputterde en hapte naar
adem, en werd almaar roder en roder, tot de hele lounge een kring
had gevormd om hun tafeltje heen, als een kudde nieuwsgierige
koeien, en iedereen hoopte van harte dat Henry Garnet zijn
dochter van een afgrijselijke dood zou weten te redden. Rose stond
als aan de grond genageld van angst terwijl de levensadem het
lichaam van haar kleine meisje in doodskrampen dreigde te
ontvlieden. In stilte bad ze tot God. Later zou ze Hem loven voor
Zijn tussenkomst, omdat de pinda met één forse stoot losschoot en
het kind een longvol lucht naar binnen kon zuigen. Albert was in
snikken uitgebarsten en had berouwvol zijn armen om zijn moeder
heen geslagen. Tante Edna schoot toe om Isla te omhelzen nu ze
strompelend terugkeerde van het randje van de dood, en begon
onbeheersbaar te trillen. De menigte toeschouwers applaudisseerde
en juichte. Alleen Audrey merkte op dat Emma Townsend zich uit de
voeten maakte met Thomas Letton. Het ontsnapte evenmin aan haar
aandacht dat ze elkaars hand vasthielden.
'Oudoom Charlie is gestorven
doordat hij stikte,' merkte tante Edna ernstig op toen het applaus
was weggestorven. 'Maar niet in een pinda. Het was een stukje kaas,
een doodgewoon stukje boe-rencheddar, zijn lievelingskaas. Nadien
noemden we hem altijd Cheddar-Charlie, hè, Rose? Die lieve
Cheddar-Charlie.'