20

Pepina’s keuken was helemaal overgenomen. Cameramannen brachten aarde mee naar binnen onder hun schoenzolen, meisjes met koptelefoons renden rond en ratelden instructies, allerlei benodigdheden werden van vrachtwagens gehaald die in een rij op de oprit stonden. Zoals altijd was Paolo het middelpunt, terwijl Pepina op een fraaie, nieuwe keukenstoel zich koelte zat toe te wuiven en deed alsof het haar allemaal niets interesseerde.

Chiara bleef op de drempel staan. “Mijn god,” zei ze. “Dit is belachelijk.”

Een meisje met een klembord haastte zich naar haar toe. “Leveringen graag via de achterdeur,” zei ze kortaf met een blik op Chiara’s bagage.

“Maar ik kom niets leveren. Ik ben Chiara Fox.”

Het meisje bloosde. “Sorry, ik herkende je niet,” verontschuldigde ze zich. “Je ziet er zo anders uit zonder die tomatenkroon en basilicumketting. En Paolo zei dat hij niet wist wanneer je zou komen.” Ze bloosde nog dieper toen ze zijn naam noemde, en begon ijverig met haar pen te krabbelen op haar klembord.

Op dat moment keek Pepina op en zag haar. Ze liet haar waaier zakken en baande zich een weg door de menigte heen om haar kleindochter te begroeten. “Ciao, bella,” zei ze terwijl ze haar op beide wangen kuste.

Chiara probeerde zich met haar erbarmelijke Italiaans te verontschuldigen. “Het spijt me. Ik had geen idee.”

“Maak je niet druk, ik vind het niet erg,” stelde Pepina haar gerust, en ze kneep even in haar wang. “Mooi meisje van me,” zei ze vervolgens met een zwaar accent. Chiara merkte dat ze er ouder en kleiner uitzag. Ze was mager geworden en de kleur was uit haar gezicht weggetrokken.

Erminio hield zich schuil aan de zijkant van het huis. Hij zat te dutten in zijn rieten stoel onder de wingerd. Rosaria zat naast hem te schrijven in een groot boek op haar schoot. Op de armleuning van haar stoel lag een mobiele telefoon en ze had een bril op die steeds langs haar glimmende neus zakte. Ze was nog slanker dan de laatste keer dat ze elkaar hadden gezien, maar ze zag er ook gejaagder uit.

“Paolo heeft een dubbele boeking gemaakt,” klaagde ze met een beschuldigende blik op Chiara. “Als Giacomo Salerni volgende maand niet nog twee huisjes klaar heeft, dan kunnen we de opening wel vergeten.”

“Over welke opening heb je het?” vroeg Chiara verbaasd.

“O, je weet wel, dat toeristengedoe dat mijn Paolo zo graag wil. We zitten al bijna vol,” zei ze terwijl ze op het boek klopte. “Sinds jouw kookboek is uitgekomen, word ik gebeld door allerlei mensen die de geheimen van mamma Pepina’s keuken willen leren kennen. Mijn god, hoe zal het gaan als mijn Paolo op de televisie is geweest! Ik kan het vast niet aan.”

“En hoe moet Pepina het aankunnen?” wilde Chiara nijdig weten. “Ze is oud, je kunt niet van haar verwachten dat ze dagen achtereen mensen leert koken.”

Rosaria haalde haar schouders op. “O, ik help wel, en Paolo ook. Mamma hoeft alleen maar uien te snijden, voor de show.”

“En Erminio? Vindt hij het niet erg dat er allemaal vreemdelingen door zijn huis lopen?”

Haar grootvader hoorde zijn naam noemen en opende zijn ogen. Toen hij Chiara zag, kwam er een brede glimlach op zijn gezicht. “Hoe gaat het met mijn mooie meisje?” vroeg hij, en hij begon toen zo snel en opgewonden in het Italiaans te ratelen, dat ze het niet kon volgen.

“Wat zegt hij?” vroeg ze aan Rosaria.

“O, hij heeft makkelijk praten, hij hoeft niets te doen,” was het enige antwoord dat ze kreeg.

“Ja, maar wat zei hij dan?” drong ze aan.

Rosaria legde uit dat alle opwinding over het boek en het tv-programma was doorgedrongen tot voorbij San Giulio, helemaal tot Milaan, waar Salvatore, haar enige broer, met zijn gezin woonde. Hij kwam naar huis om erbij te zijn als de opnamen werden gemaakt, en twee van haar jongere zussen, Sandra en Claudia, kwamen ook.

“Jarenlang hebben ze het te druk gehad met hun werk en hun kinderen om de moeite te nemen hun ouders op te zoeken. Nu komen ze allemaal tegelijk en ik ben degene die ze onderdak moet bieden en te eten geven. De oude man is natuurlijk dolblij, vooral omdat Salvatore komt, want die was altijd het lievelingetje. Maar hij heeft makkelijk praten,” herhaalde Rosaria vermoeid. “Hij hoeft niets te doen.”

Het was zo vol in huis dat Chiara niet in haar oude kamer kon logeren. Daar stonden nu dozen met etenswaren opgestapeld, en als die waren weggehaald, was de kamer bestemd voor Sandra, Claudia of Salvatore.

“O, sorry, ik nam gewoon aan dat ik hier kon logeren,” zei Chiara, een beetje terneergeslagen. “Ik had tegen de productiemanager gezegd dat ze geen hotelkamer voor me hoefden te bespreken, maar ik had het eerst met jullie moeten opnemen.”

“Bel Caffè Angeli op,” stelde een gejaagde Rosaria voor terwijl ze met de mobiele telefoon naar haar zwaaide. “Misschien kun je bij Franco en Giovanni logeren.”

Voor ze kon bellen, kwam het meisje met het klembord naar haar toe. “Het spijt me echt,” begon ze. “Je dacht toch niet dat we vandaag met de opnamen van jou zouden beginnen? We doen alleen opnamen van gerechten voor de bronvermeldingen aan het begin, en daar zijn we al laat mee.”

“Maar ik kan toch wel blijven kijken?”

“Ja, natuurlijk, maar er zal niet veel aan zijn, vrees ik. Alle spannende dingen worden bij de eigenlijke productie gedaan.”

Roger, de regisseur, had voor de opening iets bedacht waarbij met tussenpozen hetzelfde object werd gefotografeerd, waardoor het zou lijken alsof Chiara’s gerechten met massa’s tegelijk werden opgegeten en borden werden schoongelikt door een onzichtbare, uitgehongerde menigte.

Terwijl ze keek hoe ze alles in gereedheid brachten voor de eerste opname, voelde Chiara iets van spijt. Ze had de rust hier verstoord door haar boek, ze had ieders leven veranderd en ze wist niet of dat wel een verbetering was. Alleen Paolo leek echt in zijn element.

Ze had hem vandaag gemist toen de bus de piazza opreed. Ze had uit het raam gekeken, half in de verwachting dat hij weer op dezelfde plek zou staan wuiven en kushandjes geven, maar tegenwoordig had hij het veel te druk om zijn tijd te verdoen met wachten bij een bushalte.

“Die broer van je, Paolo, wat een mooie man is dat,” kletste het meisje met het klembord enthousiast verder. “Is hij vrijgezel? Alle meisjes van de ploeg zijn gek op hem. Ze houden een wedstrijd wie hem het eerst kan kussen.”

“Eh, hij is mijn broer niet, maar mijn neef…en hij was eigenlijk mijn vriend,” zei Chiara.

“O ja? Sorry, dat wist ik niet.” Het meisje giechelde nerveus. “Nou, in dat geval zou ik hem maar in de gaten houden. Je hebt hier een hoop concurrentie.”

Nu waren ze bijna klaar om de opnamen te beginnen. De cameraman dronk zijn koffie op en at een stuk dubbelgevouwen pizza op, gevuld met dungesneden ham, die Pepina voor de filmploeg had gemaakt. Een styliste had een plat, rond brood gebakken dat trots op de grenenhouten keukentafel lag en ze strooide er zorgvuldig meel overheen. Er was echter nog een probleem. Roger stond in het midden van de keuken en kreeg een woedeaanval. “Nee, nee, nee!” riep hij. “Daar deugt niets van!”

“Wat niet? Heeft het brood de verkeerde vorm?” De arme styliste keek ontzet.

“Nee, dat is het niet,” snauwde hij.

“Ligt het aan het servies? In Engeland vond je het goed.”

“Nee, aan het servies ligt het niet.” Hij keek naar de blauw met gele handbeschilderde borden op de versleten, oude tafel. Toen sloeg hij met zijn hand tegen zijn voorhoofd als een slechte mimespeler. “Dat is het, die tafel! Die is niet rustiek genoeg. Hij moet weg. Hij deugt niet. Mij spreekt hij niet aan als een Italiaanse keukentafel. Haal iets wat ouder is.”

Het meisje met de koptelefoon keek nerveus naar haar memoblad. “Zo raken we achter, Roger,” waarschuwde ze. “En als we achterlopen, gaan we over het budget heen.”

“Ik kan niets met deze tafel!” hield hij vol, en hij liep vlug de keuken uit terwijl hij over zijn schouder riep: “Jullie hebben een uur om een andere tafel te zoeken!”

Chiara sloeg Paolo gade. Hij zag er zo knap en volkomen op zijn gemak uit, zoals hij daar omgeven door camera’s en mensen stond. Ze was bijna blij met het uitstel, dan had ze de kans om weer met hem te praten. Ondanks alles wat hij die dag in Pizza Pizza tegen haar had gezegd, kon ze nog steeds nauwelijks geloven dat hij zo snel genoeg van haar had gekregen.

“Ah, bella.” Hij had haar eindelijk opgemerkt en glimlachte flauwtjes. “Wat een man hè, die Roger. Hij let op elk detail. Ik denk dat ons programma bij hem in goede handen is.”

Chiara vroeg zich af wanneer haar tv-programma eigenlijk ‘ons programma’ was geworden. Haar blik viel op Paolo’s knappe gezicht dat vanaf een monitor in de hoek naar haar keek, en ze besefte dat de kijkers dol op hem zouden zijn.

“Heb je even,” siste ze hem toe. “Laten we even buiten gaan praten.”

“Natuurlijk.” Hij volgde haar de deur uit en de boomgaard in.

Eenmaal van de televisieploeg vandaan pakte hij haar handen en streek even met zijn wang langs de hare. “Wat is er, cara?” informeerde hij beleefd. “Je lijkt niet erg blij vandaag?”

“Het is niet ‘ons programma’, Paolo, maar dat van mij,” snauwde ze.

“Ik weet het, sorry. Het is allemaal hard werken voor me, zie je.” Hij glimlachte naar haar. “Ik moet nu van alles tegelijk doen en dat is heel vermoeiend. Ik heb meer dan het tv-programma en de toeristen aan mijn hoofd. Misschien wordt het ook nog wat met mijn foto’s. Ik heb enorm veel reacties gehad op die foto’s van me die in jouw boek staan, en de kans bestaat dat ik nog meer opdrachten krijg.”

Iets begon Chiara te dagen. Had Paolo haar de hele tijd aan het lijntje gehouden? Had Giovanni dan toch gelijk over hem?

“Zoveel mogelijkheden…,” zei ze peinzend. “En die zouden er niet zijn geweest, zonder mij en mijn boeken, nietwaar? De toeristen, de huisjes, je moment van beroemdheid.”

“Precies, en het is ongelofelijk. Alles gebeurt tegelijk, en ik moet er toch uithalen wat er inzit? Eerlijk gezegd ben ik een beetje bang, Chiara.”

“Bang waarvoor?” vroeg ze kortaf.

“Mamma zegt steeds dat ik me te veel op de hals heb gehaald. En misschien heeft ze wel gelijk. Als al die toeristen komen, kan mijn familie het dan wel aan? Ik weet het niet. Misschien heb ik een grote fout gemaakt door zoveel in die huisjes te investeren.”

Hij leek echt bezorgd, en ondanks alles voelde Chiara zich milder gestemd. “Ik kan nog wat langer blijven als het filmen achter de rug is. Ik hoef niet meteen terug naar Londen. Misschien kan ik helpen.”

Paolo lachte. “Zou je dat willen? Fantastisch. En misschien, als alles onder controle is, kunnen we wat meer tijd doorbrengen samen. We zijn toch nog steeds goede vrienden?”

Paolo drukte haar even tegen zich aan en Chiara voelde hoe haar hart een sprongetje maakte. Ze was nog niet helemaal immuun voor hem, hoe graag ze dat ook wilde. Toen zag ze dat zijn aandacht afdwaalde. Hij keek over haar schouder naar Giacomo Salerni, die tegen een van de half afgebouwde huisjes geleund stond te doezelen in het warme zonlicht.

Paolo vloekte stevig in het Italiaans, liet haar los en liep naar zijn bouwvakker toe om hem ruw wakker te maken.