19
Nadat Whitlock twee keer op de deur van de hotelkamer had getikt, liet Philpott hem binnen. 'Niemand heeft je gezien, hoop ik?' 'Wat jammer dat u dat nog moet vragen.' Whitlock zette zijn zonnebril af. 'Ik ben het hele hotel doorgelopen, alle winkeltjes in en uit gelopen en ik heb zelfs nog even een cola gedronken aan de bar. Niemand is me gevolgd, hoor. Hoe ging het bij mevrouw Gibson thuis?' 'Ik heb het een en ander in gang gezet.' Ze gingen in de gemakkelijke stoelen aan weerszijden van de marmeren koffietafel zitten. Whitlock haalde wat papieren uit zijn binnenzak en legde ze op tafel. 'Toen ik vanmiddag terugkwam van het kerkhof,' zei hij, 'was er wat e-mail voor me. Twee brieven. Het ene was het verslag van Sabrina. Uw secretaresse heeft het doorgestuurd. Ze schijnt niet te weten waar ze u kan bereiken.' 'Ik heb mijn administratieve medewerkers gezegd dat ze alle belangrijke berichten rechtstreeks aan jou moesten sturen en om er zeker van te zijn dat ze dat ook zouden doen, heb ik zelf geen adres achtergelaten.' Philpott maakte een peinzend gebaar met zijn glas. 'Als je wilt, kun je dat beschouwen als het ontwijken van alle verantwoordelijkheden die niet absoluut onontkoombaar zijn.' 'Dat denk ik heus niet.' Whitlock pakte zijn notitieboekje en sloeg het open. 'Sabrina heeft goed werk geleverd. Wat ze ons te melden heeft, komt er in essentie op neer dat JZ staat voor Juli Zwanzig. Daar kom ik straks nog op terug. Ze heeft ook ontdekt dat Jakoeb Hisjam is ingehuurd door een Amerikaan, waarschijnlijk Harold Gibson, om Emily Selby te vermoorden.' Whitlock tikte op de papieren op het salontafeltje.'Hier is de volledige uitdraai.' 'Dus een man die bijna net zo'n hekel heeft aan Arabieren als aan negers en joden, heeft een Arabier ingehuurd om het vuile werk voor hem te doen?' 'Daar ziet het wel naar uit.' 'En het tweede bericht?' 'Dat kwam van Mike Graham. Het is een Duits computerbestand. Ik heb er een ruwe vertaling van gemaakt. Sabrina zou het mooier hebben gedaan," maar alle feiten zijn er wel uit op te maken. Hij heeft goud gevonden.' 'Geef me een korte samenvatting.' 'De computerbestanden bevatten de statuten en doelstellingen van Juli Zwanzig' 'Dat betekent toch 20 juli?' 'Inderdaad. De groep bestaat uit joodse mannen en vrouwen die zich ten doel hebben gesteld om een uiterst geheime nazi-organisatie te ontmantelen die zichzelf de Siegfriedjugend noemt. Ik heb de gegevensbestanden van de CIA er even op nageslagen, maar daarin staat niets vermeld over een dergelijke organisatie, dus hij is inderdaad uiterst geheim.' 'Hoe jong zijn de leden van de Siegfriedjugend?' 'Helemaal niet jong. Niet meer in ieder geval. Het is het laatst ingezworen peloton van de Hitlerjugend en een paar dagen voor de val van Berlijn heeft de Führer ze in eigen persoon de eed afgenomen. Het schijnt dat ze die naam hebben aangenomen omdat Hitler, toen hij hun toesprak in de straat achter zijn bunker, heeft gezegd dat ze de belichaming van Siegfried vormden.' 'En de mannen op Emily's lijstje zijn de leden van die groep die nog in leven zijn?' 'Correct. Het opstellen van die lijst moet haar een heleboel energie hebben gekost. De mannen die erop staan, hebben gezworen dat ze de nagedachtenis van Adolf Hitler in ere zullen houden en dat ze de joden zullen vervolgen waar en wanneer ze daar de kans maar toe krijgen. Met behulp van een reeks geheime fondsen en andere financiële regelingen hebben hun begeleiders de jongens samen kunnen laten opgroeien.' 'En de Siegfriedjugend heeft zijn bestaan al die jaren geheim weten te houden. Dat betekent dat iemand opmerkelijk goed gepland heeft.' 'Er zijn een heleboel mensen geweest die hun de hand boven het hoofd hebben gehouden,' zei Whitlock. 'Een aantal van de mensen die hebben meegewerkt aan de ontsnappingsroutes van de oude nazi's zijn dezelfde mensen die het bestaan van de Siegfriedjugend hebben weten te verhullen. Ze zijn als groep opgevoed, ook weer diep in het geheim, op verschillende plekken in Zwitserland.' 'Zijn ze altijd bij elkaar gebleven?' 'Ja, en ook als volwassenen hebben ze altijd een onderlinge band gehad, precies zoals Hitler wilde. Maar in de officiële gegevens is daar niets van te merken. Zoals willekeurig welke groep Duitsers die als kinderen de oorlog hebben meegemaakt, stond na de oorlog maar een deel van hen officieel geregistreerd bij de instanties. Sommigen daarvan schijnen geadopteerd te zijn, anderen zijn kennelijk ondergebracht in pleeggezinnen, maar dat is dus allemaal niet meer dan een nauwkeurig uitgewerkte dekmantel. Ze zijn bij elkaar gebleven tot het tijd werd om hen stilletjes de maatschappij binnen te loodsen. De meesten van hen zijn een kant en klare carrière binnengeloodst.' 'Hebben ze Hitlers hoop weten te vervullen?' 'Volgens het bestand dat Mike ons heeft gestuurd, vormt de Siegfriedjugend tegenwoordig een gevestigde geheime organisatie die systematisch joden vermoordt en joodse ondernemingen torpedeert.' 'En ik neem aan dat de JZ zich weer ten doel heeft gesteld om de Siegfriedjugend uit te roeien?' 'Reken maar. Het zijn amateurs en veel leden hebben ze niet, maar ze zijn wel heel toegewijd.' 'Wat heeft Emily Selby met dit alles te maken?' 'Haar vader, Johannes Lustig. De organisatie is opgericht op zijn postume aandringen. Hij was een wetenschapper en een vurig zionist, en hij is elf jaar lang bezig geweest met het te boek stellen van een geschiedenis van wat hij "Hitlers andere monsters" noemde, de boeven die niet zo veel aandacht hebben getrokken. Tijdens de oorlog had je bijvoorbeeld de Kulturbüroangestellte, de cultuurbeambten van de SS die de antiquiteiten en kunstwerken van de joden gingen inspecteren. Nadat ze alles gecatalogiseerd hadden, werd het in beslag genomen. Zo hebben ze Lustigs vader tot de bedelstaf gebracht, een paar jaar voordat hij op transport is gesteld naar Auschwitz.' 'Is die geschiedenis ooit uitgegeven?' 'Kennelijk niet, en dat is jammer, want als die gegevens wat meer bekendheid zouden hebben gekregen, zouden er veel meer mensen al in een veel eerder stadium lucht hebben gekregen van het bestaan van de Siegfriedjugend. Kennelijk werden ze hier en daar in bedekte termen al door Lustig genoemd. Lustig heeft de details van de oprichting van de organisatie aangetroffen in het dagboek van een zekere generaal Albers, een van Hitlers assistenten. De rest is hij te weten gekomen door de politiearchieven grondig uit te kammen en uit vraaggesprekken met een aantal gepensioneerde Zwitsers die de jongens in de eerste jaren na de oorlog hebben verzorgd.' 'Hoe heeft Lustig een aantal mensen zover gekregen dat ze de JZ oprichtten?' 'In zijn testament heeft hij aangegeven dat er een legaat bestemd moest worden om, ik citeer...' - Whitlock keek even in zijn notitieboekje - '"een genootschap op te richten dat is gewijd aan de nagedachtenis van degenen die zo zwaar getroffen zijn; een genootschap dat zich ten doel zal stellen om de misdaden van de Siegfriedjugend te wreken; een genootschap dat de kwellingen van onze geliefde doden zal verzachten met zijn verschrikkelijke wraak."' 'Hoe zit het met hun naam? Waar komt die vandaan?' 'De twintigste juli is de datum waarop Lustig en zijn schoonzoon zijn verdronken op Lake Cayuga. Lustigs aanhangers beschouwen het als symbolisch dat die datum samenvalt met de aanslag op Hitler die kolonel Claus von Stauffenberg in 1944 op diezelfde datum heeft gepleegd. Hij probeerde Hitler te vermoorden met een bom die onder een kaartentafel was geplaatst.' 'Die poging is mislukt.' 'Dat weet ik, maar ik vermoed dat het feit dat hij het op Hitler gemunt had voor hen al symbolisch genoeg was. Er zit een ledenlijst bij - Erika Stramm heeft de ledenwerving verzorgd en het schijnt haar geen moeite gekost te hebben om een hoop eersterangs mensen in haar team te krijgen.' 'Weten we wie de JZ als moordenaars gebruikt?' 'Die worden niet met naam genoemd.' Philpott tuurde peinzend in zijn glas. 'Ik kan moeilijk geloven dat onze computerdeskundige Andreas Wolff lid is van een nazistische organisatie.' 'Hebt u hem wel eens ontmoet?' 'Een paar keer, en ik heb ook een hoop racistische fanatiekelingen gesproken, en die leken helemaal niet op Wolff. Die man is iemand die met zijn hoofd in de wolken loopt, een soort bejaarde hippie. Zijn professionele activiteiten zijn voor hem niet meer dan een soort bijbaantje. Hij is pas echt gelukkig als hij de wetenschap kan gebruiken om zijn fantasieën tot leven te wekken. Die computerspelletjes van hem gaan allemaal over mystieke flauwekul: koningen die maagden in nood gaan redden van de draak en zo. Politiek vindt hij alleen maar vervelend. Volgens mij vindt hij de hele werkelijkheid eigenlijk maar een saaie bedoening. Wolff is geen typische racist.' 'Ik zal Mike een onderzoek laten instellen.' 'Als Mike iets belangrijks te melden heeft, laat het me dan weten,' zei Philpott. 'En zorg dat je hem goed duidelijk maakt hoe belangrijk het is dat we JZ tot staan weten te brengen voordat de zaken uit de hand lopen. Hij moet erachter zien te komen wie de moordenaar met de blauwe ogen is.' 'Misschien dat Sabrina in Berlijn wel iets weet te bereiken.' 'Misschien wel.' Philpott hield de deur open. 'En zorg dat je één ding niet vergeet.' 'Wat dan?' 'Dat we hier zijn om de pleuris te laten uitbreken.' 'Ik wilde net de stekker er uittrekken,' zei Mike Graham.'dus als dit ook morgen kan...' 'Het duurt niet lang, Mike.' C.W. Whitlock stond op het balkon naar de zonsondergang te kijken. 'Ik wilde je even de laatste stand van zaken doorgeven. Waar zit je nu?' 'In bed, in Hotel Zipser. Het is hier middernacht.' 'Neem me niet kwalijk. Dat was ik ver. 'Ik zat te lezen,' zei Mike. 'Ik kan de laatste tijd niet zo goed in slaap komen. Ik moet wachten tot ik echt heel erg moe ben.' 'We zitten in Texas.' 'We?' 'De chef en ik. Dat leg ik je later nog wel eens uit, als ik deze klus overleef. Vertel eens, heb je Andreas Wolff al gezien?' 'Morgenochtend, zodra ik op ben. Ik heb hem maar via de gebruikelijke kanalen benaderd en een afspraak gemaakt. Het leek me dat ik het best kon beginnen met een beschaafde benadering.' 'Philpott wil dat je even wat natrekt, nu je daar toch bent.' Whitlock legde hem uit wat ze te weten waren gekomen over Juli Zwanzig, en dat Philpott er sterk aan twijfelde of Wolff zijn plaats op het dodenlijstje werkelijk verdiend had.'Ik weet zeker dat je wel een manier weet te vinden om het onderwerp ter sprake te brengen.' 'Verder nog iets?' 'Erika Stramm, is die makkelijk te beïnvloeden?' 'Uhm... het korte antwoord is nee.' 'We moeten weten wie de JZ als moordenaar gebruikt en Stramm is degene die ons dat kan vertellen.' 'Mij vertelt ze dat zeker niet; Ze wilde niet eens toegeven dat ze weet wat de JZ is. Ze beweerde ook dat Emily en zij alleen maar bevriend waren.' 'En je denkt niet dat ze alsnog bereid zou zijn om je te woord te staan?' 'Als ik ooit nog dicht genoeg bij haar in de buurt kom om haar een vraag te stellen, lig ik waarschijnlijk al in het ziekenhuis voordat ik zelfs maar de kans krijg om mijn mond open te doen.' 'Dat laat ik dan maar aan Philpott over.' 'Prima. Maar nu hang ik op, C.W. Ik begin plotseling slaap te krijgen.' 'Wil je niet horen wat Sabrina te weten is gekomen over die Arabier?' 'Een andere keer graag. Als ik vannacht weer geen oog dichtdoe, moet ik misschien wel twaalf uur wachten voordat ik weer de kans krijg.'
***
Sabrina stond in de in lichtblauw uitgevoerde keuken van haar flat aan East 93rd Street, aan het grote houten aanrecht dat het vertrek in tweeën deelde. Ze had net koffie gezet en schonk die nu in een kopje van donkergroen porselein. 'Dit gevoel betekent niet dat ik eenzaam ben,' zei ze streng tegen zichzelf. 'Ik heb gewoon last van jetlag.' Sinds haar terugkeer uit Marokko had ze zich de hele tijd al zo rot gevoeld. Ze had verwacht dat ze het heerlijk zou vinden om weer in haar eigen flat te kunnen rondscharrelen, maar zo was het niet gegaan. Ze had sterk het gevoel dat er op dit moment ergens anders belangwekkende dingen gebeurden en dat ze ineens op de een of andere manier overal buiten was komen te staan. Ze liep met haar kopje naar de bank en nadat ze was gaan zitten, pakte ze haar afstandsbediening en zette de tv aan. Zodra er een beeld op het scherm verscheen, begon ze te zappen. Vrouwen, zo had ze ergens gelezen, deden dat een stuk minder dan mannen, maar voor haar ging dat niet op. Geen van de beelden die ze zag langsflitsen, zag er interessant genoeg uit om haar aandacht vast te houden. Ze zette de tv weer uit en nadat ze zich weer in de kussens had laten zakken, snoof ze met veel genoegen de geur van de koffie op en staarde naar de nachtelijke hemel aan de andere kant van de ramen. Ze probeerde zich voor te stellen hoe anders haar leven eruit zou hebben gezien als ze was gaan lesgeven. Dat was ooit haar grote ambitie geweest, maar niets vormde zo'n goede afleiding als een buitenkansje. Na wat postdoctoraal werk aan de Sorbonne had ze een paar jaar door Europa getrokken en na haar terugkeer naar de VS was ze in dienst gekomen bij de FBI. Daar had haar vader de hand in gehad. George Carver was zijn hele werkzame leven in de politiek actief geweest ('beziggeweest met het politieke handwerk', was hoe hij het zelf placht te formuleren) en had misschien liever een zoon gehad. Sabrina had het baantje aangenomen omdat het haar wel avontuurlijk leek en ze het idee had dat ze daar misschien wel behoefte aan zou krijgen, na haar thuiskomst. Tijdens haar werk voor de FBI had ze ontdekt dat ze goed met vuurwapens overweg kon en dat ze ook veel aanleg had voor vechtsporten. Geleidelijk aan waren haar gedachten over een loopbaan als hoogleraar steeds verder op de achtergrond geraakt, en tegen de tijd dat een headhunter haar met zachte aandrang had weten te overreden om in dienst te treden van de UNACO, was Sabrina een echte vrouw van actie geworden, die in haar vrije tijd veel tijd en aandacht besteedde aan vreemde talen en Europese literatuur. Maar nu leek de gedachte aan een vaste baan op een pittoreske, landelijk gelegen universiteit haar buitengewoon aantrekkelijk. Ze dronk haar kopje leeg, bracht het terug naar de keuken en spoelde het schoon. Daarna deed ze het licht uit en liep naar de slaapkamer. Nu ze het gevoel toeliet, merkte ze pas hoe wanhopig moe ze was. Ze had kramp in haar schouder en nog steeds een zwaar gevoel in haar benen, een kater van al die tijd dat ze in een rare houding en met uitdrogingsverschijnselen in dat stinkende kamertje in Marokko had doorgebracht. Slaap, en rust voor haar arme spieren, dacht ze, en daarna zou ze weer heel anders tegen de wereld aankijken. Ze ging op de rand van het bed zitten en glimlachte toen haar blik op de foto van haar vader en moeder viel, die ze op het nachtkastje had staan. George en Jeanne Carver woonden tegenwoordig in Florida en sinds Georges pensioen had ze hen nauwelijks meer gezien. Zo nu en dan kwamen ze een paar dagen bij haar logeren, zodat Jeanne de kans kreeg om naar het toneel te gaan en George zijn oude vrienden weer eens terugzag, maar ze kwamen niet vaak genoeg en als ze dat deden, hadden ze altijd het gevoel dat ze inbreuk maakten op haar privacy. 'Deden jullie dat maar,' zei ze tegen de foto. Wat ze nu voelde, was wat ze in zichzelf het amputatiegevoel noemde: ze hoorde nergens bij en wilde ook nergens bij horen, maar voelde zich toch heel erg geïsoleerd. Of misschien was het wel veel eenvoudiger: ze had gewoon zelfmedelijden. 'Zelfmedelijden is een misdaad tegen jezelf,' zei ze streng. 'Kom op, hou je haaks, meid.' Terwijl ze zich uitkleedde en haar nachtpon aantrok, vond ze het desalniettemin erg moeilijk om zich niet heel somber en verdrietig te voelen. Ze had er een gewoonte van gemaakt om haar emoties op een laag pitje te houden. In het begin van haar loopbaan bij de FBI had ze ooit een korte relatie gehad met een adjunct-chef die heel vervelend was gaan doen toen ze verliefd op hem leek te worden. Uiteindelijk had hij zijn vrouw op haar afgestuurd. Tegenwoordig hield ze haar relaties met mannen dus maar op een oppervlakkig, puur vriendschappelijk niveau en bovendien lette ze er goed op dat ze iedereen uit de weg ging, die niet volkomen vrij was — en dat was moeilijk, want iedereen hield natuurlijk altijd bij hoog en laag vol dat hij dat was. De telefoon ging. 'Sabrina,' zei C.W. Whitlock,'ik hoop dat ik je niet uitje slaap haal.' 'Het scheelde niet veel, C.W., maar nee, dan had je nog twintig minuten langer moeten wachten.' 'Je weet best dat ik je niet op dit uur nog zou bellen als het niet belangrijk was.' Sabrina's andere telefoon begon te piepen en toen sprong de faxmachine aan. 'Dat hoor ik,' zei Whitlock. 'Het komt van mij. Het is een samenvatting van wat Mike te weten is gekomen tijdens zijn inbraak in de flat van Erika Stramm. Lees het even door.' 'Waarom krijg ik nu ineens al die aandacht?' 'Omdat we met een probleem zitten. Iemand moet dat afhandelen en Philpott denkt dat jij daar de meest geschikte persoon voor bent.' 'Vertel op.' 'Erika heeft vijandig gereageerd op Mikes inbraak.' 'Je meent het. Wil je daarmee zeggen dat ze hem op heterdaad heeft betrapt?' 'Kennelijk. Maar hoe dan ook, Mike is erin geslaagd om een computerfile te stelen. De inhoud daarvan vind je in de fax die ik je net heb gestuurd, maar er zit één belangrijke lacune in die informatie.' 'En belangrijke lacunes zijn mijn specialiteit?' 'We weten niet wie de moordenaar is, de beul, degene die de twee moorden heeft gepleegd waarvan wij weet hebben. En omdat Erika Stramm nu zo de pest heeft aan Mike is de kans dat ze hém dat vertelt vrijwel nihil.' 'Maar je denkt dat ze het mij wel wil zeggen?' 'Nou, de chef denkt van wel.' Whitlock zweeg even. 'En ja, ik eigenlijk ook. Ik heb altijd al bewondering gehad voor je, hoe zal ik het zeggen, je "overredingskracht".' Sabrina nam even de tijd om zijn woorden te laten bezinken en vroeg toen: 'Wanneer krijg ik mijn reisschema?' 'Je hebt het al. Het staat onder aan het eind van het faxbericht. Laat regelmatig wat van je horen en pas goed op jezelf, hè?' 'Ja, hoor. Jij ook.' Sabrina legde de hoorn neer en lachte de foto van haar ouders opnieuw vriendelijk toe. Dat was de manier waarop dit soort dingen werkte. Ze had net te horen gekregen dat ze eropuit moest gaan en haar leven moest wagen, en daarom voelde ze zich nu niet langer eenzaam.