16

 

Rond een uur of zeven, een uur nadat Sabrina de vroege ochtendvlucht vanuit Tanger had genomen, hield Mike Graham zich verborgen in de bosjes aan de rand van een park in de Berlijnse wijk Kreuzberg. Hij stond recht tegenover een log en zwart blok luxeflats aan de Scharweberstrasse. De voordeur van nummer 17a stond in een flauwe hoek op de straat, zodat hij er precies recht tegenover stond en er was niets dat het zicht belemmerde. Over een paar dagen zou de lente officieel beginnen, maar desalniettemin was het een koude ochtend en al sinds zonsopgang had het onophoudelijk geregend. Mike had de allernieuwste lichtgewicht thermische kleding aan: een pak uit één stuk dat nauwelijks reflecterende eigenschappen had, en bovendien had hij een fles koffie meegenomen. Toch voelde hij zich om halfnegen door en door verkleumd. Naast hem, op een in de grond geprikt stuk bamboe, stond een hoogfrequente geluidsassimilateur waarvan de doelzoeker op het slot in de deur van 17a gericht was. Mike had zich voorbereid op het werk van deze ochtend door de vorige dag even langs het huis te rijden, en hij had toen meteen gezien dat de voordeur van een geluidsslot was voorzien dat als ermee geknoeid werd automatisch de deur op het nachtslot zette. Om als dat nodig mocht blijken ook het nachtslot open te kunnen krijgen, had hij naast de assimilator nog een reeks lopers meegenomen, plus twee dummy's en een KEYMAKER. Voor het geval het slot beter ontworpen was dan het op het eerste gezicht leek te zijn, had hij ook een paar ijzervijltjes bij zich. Om tien over negen kwam een vrouw in een modieuze duffelse jas de flat uit. Voordat Mike zijn kijker aan zijn ogen kon zetten, had ze echter haar capuchon al omhooggedaan. Ze trok de deur achter zich dicht, draaide zich om en richtte haar geluidssleutel op het slot. Mike drukte op het knopje van de assimilator en hoorde de zachte piep die bevestigde dat het apparaatje het signaal had opgevangen. De vrouw stak de sleutel in haar zak en liep het trapje van het bordes af. Het enige wat Mike van haar gezicht te zien kreeg voordat ze van de laatste trede stapte en van hem wegliep, was haar strakke mond en de felrode lippenstift die ze op had. Hij trok de assimilator van de stok af en stopte hem in zijn zak. Hij wachtte en keek toe. Gezien het gemiddelde aantal bewoners per woning hier, kon hij er met een gerust hart van uitgaan dat de flat nu leeg was, maar een beetje wachten kon geen kwaad, al was het wel vervelend voor zijn handen en voeten, die niet langer aangesloten leken te zijn op zijn bloedsomloop. Om tien uur stak hij de weg over en liep de trap op naar nummer 17a. Het regende nu heel erg en er was niemand in de buurt. Hij keek naar links en naar rechts en hield zijn kin op zijn borst gedrukt, zodat de camera boven de deur zijn gezicht niet in beeld zou krijgen. Hij haalde de assimilator uit zijn zak, richtte die op het slot en duwde op de knop met het opschrift ZENDEN. De machine stootte een scherp piepje uit, een duplicaat van het geluid dat de vrouw had gebruikt om af te sluiten. Hij was blij dat ze de deur niet op het nachtslot had gedaan. Hij duwde even en voelde de deur opengaan. Hij stapte snel het huis binnen en deed de deur dicht. Om zijn ogen aan het donker te laten wennen, bleef hij een minuut lang stilstaan. In een beveiligde ruimte zonder ramen waren de lampen vaak aangesloten op een alarmsysteem. Zodra een indringer ze aandeed, ging er onmiddellijk een signaal naar het dichtstbijzijnde politiebureau. Het was beter om het huis donker te laten en zich telkens als dat nodig was te behelpen met een zaklantaarn. Toen hij zijn ogen weer opende, zag hij een zwak rood nachtlampje boven de voordeur hangen. Vanuit zijn huidige positie had hij een onbelemmerd zicht op de hal en op een deel van de kamer aan het andere uiteinde daarvan. Zo te zien was dat de zitkamer. Hij liep ernaar binnen en zette zijn kleine MagLite-zaklantaarn aan. De kamer was ingericht met zware meubelen in moderne stijl. De meeste ervan waren zwartgelakt en bekleed met zwart of donkerblauw zeildoek. Boven de namaak open haard hing een ingelijst schilderij met een klein lampje erboven. Hij deed een stap naar voren en keek er eens goed naar. Hoewel het een slecht schilderij was, was toch duidelijk te zien dat het een portret van Erika Stramm was. Een dressoir aan de andere wand bleek aan de ene kant over een grote kastruimte en aan de andere kant over een reeks laden te beschikken. Hij klemde het lantaarntje tussen zijn tanden en trok de onderste lade open. Hij lag vol boeken, misschien wel honderd, allemaal pockets, allemaal nieuw en allemaal in het Engels. Er zaten echter maar twee verschillende titels bij: Armageddon in the East en The Abuses of Power. Ze waren allebei geschreven door Erika Stramm. In de lade daarboven lagen een tekenbord, wat professioneel uitziende tekenbenodigdheden en enkele tientallen vellen plakletters. De bovenste lade was een stuk interessanter. De lichtbundel viel op een stapel aantekenboekjes achterin. Ze werden bij elkaar gehouden door een postbode-elastiek en zagen er erg beduimeld uit. Om ze later met wat meer aandacht te kunnen bekijken, legde hij ze op het dressoir. Hij haalde ook een ordner en een ringband vol rekeningen uit de la te voorschijn. Terwijl hij achter in de lade voelde en voorzichtig een stapel papier om een nietmachine en een flesje inkt heen schoof, hoorde hij niet hoe er vanuit de slaapkamer naast de zitkamer langzaam een man op hem af sloop en de wandelstok die hij in zijn hand had, hoog ophief. De stok kwam neer. Mike liet zich op zijn knieën zakken en rolde opzij. Het was een reflexmatige beweging; zoiets deed hij altijd als hij het suizende geluid van een snel bewegend voorwerp hoorde. Terwijl de wandelstok op de bovenkant van het dressoir terechtkwam, gaf Mike een harde trap tegen de benen van de aanvaller, zodat die achterover viel. 'Kak eto nazy.. ' Het kwam tot een heftige worsteling. Een zware stoel viel met een klap om en plotseling voelde Mike een verschrikkelijk zwaar gewicht op zijn borstkas rusten. Twee handen grepen hem bij zijn nek en probeerden hem te wurgen. Hij rook een goede aftershave en een vleugje verschaalde cognac. 'Kalm aan.' In het pikkedonker rolden ze over de vloer tot de open deur hen tegenhield. Mikes hoofd smakte tegen de wang van de ander, die een kreet gaf en hem meteen losliet. Mike sprong overeind en voelde dat de ander zijn been vastgreep. Hij haalde uit met zijn andere been en trapte hard naar achteren. Nog terwijl zijn voet door de lucht schoot, werd zijn andere been echter onder hem uit getrokken, zodat hij op zijn rug viel. Zijn hoofd smakte tegen iets hards en even zag hij alles om zich heen vervagen. Hij werd zich ervan bewust dat de ander nu op zijn knieën zat en verwoed op hem in beukte. Mike dwong zichzelf rechtop te gaan zitten - tegen de neerhagelende slagen op zijn gezicht en zijn ribben in. Nadat hij met een geweldige wilsinspanning overeind had weten te krabbelen, greep hij de man bij diens nekvel en gaf hem met zijn andere hand een harde klap in de maag. De man klapte dubbel en begon te kreunen. Mike draaide zich om en zocht naar de deur. Hij zag hem, maar kreeg niet de tijd om ook maar een stap te verzetten. Een gebalde vuist raakte hem hard op zijn schedelbasis, zodat hij op zijn knieën zakte._ Hij werd weer overeind gehesen en kreeg opnieuw een stomp. Daarna werd hij in een stoel gesmeten en hij voelde hoe hij werd vastgebonden. Hij had niet langer voldoende kracht in zijn armen om nog tegen te stribbelen. Het licht ging aan. Mike sloeg langzaam zijn ogen op en zag de man met wie hij had gevochten. Hij was groot, heel groot, met een kaalgeschoren kop en een neus die minstens drie keer gebroken moest zijn geweest. Hij had een blauw sporthemdje en een trainingsbroek aan en terwijl hij daar naast de bank stond, wierp hij Mike een blik toe die duidelijk maakte dat hij hem maar al te graag nog een paar klappen zou willen verkopen. 'Hallo,' zei Mike. De man draaide zich om en liep de kamer uit. Een ogenblik later hoorde Mike dat er een telefoonhoorn werd opgenomen en een nummer werd ingetoetst.

*** 

De matgrijze Learjet taxiede van de rondweg af en bleef staan wachten tot hij toestemming zou krijgen om op te stijgen. Philpott en C.W. Whitlock waren de enige passagiers aan boord. 'Ik vind privé-vliegtuigen altijd heel rustgevend,' zei Philpott. Hij draaide even met zijn schouders, zodat hij nog behaaglijker in zijn gecapitonneerde fauteuil kwam te zitten. 'Een hoop beenruimte, alle gemakken binnen handbereik...' Hij wees naar het paneel naast hem. 'Een video, een leeslampje - en nog een echt góed leeslampje ook -Jaloezieën, muziek en zelfs een rechtstreekse telefoonverbinding met de piloot. En als je hier iets wilt eten, krijg je een hoeveelheid individuele aandacht die je verder alleen maar in de allerbeste restaurants krijgt.' 'U houdt ervan om vertroeteld te worden, hè?' zei C.W. Whitlock. 'Natuurlijk.' 'Aardig van u dat ik mag meegenieten van uw welverdiende luxe.' Ze waren op weg naar het vliegveld van Dallas en Fort Worth. Dat was een van de drukste luchthavens ter wereld en daarom was Philpott er zeker van dat hun aankomst niemand zou opvallen. 'Het zou prettig zijn geweest als we in hetzelfde hotel hadden kunnen logeren,' zei Philpott. 'Maar dat laat het scenario toch niet toe.' Whitlock viste een stukje papier uit zijn zak en las wat erop stond. 'Ik zit ergens naast de Johnson-snelweg. Hoever zit ik dan bij u vandaan?' 'Niet ver. Ik zit in het Fairmont in North Ackard Street - het nummer staat onder aan je papiertje.' 'En u bent meneer Beamish?' 'Inderdaad, meneer Tait.' Plotseling hoorden ze een brullend geluid dat al het andere overstemde. Hotsend en botsend reed het vliegtuig over de naden tussen de platen beton waar de landingsbaan mee betegeld was. Bij elke naad begon de hele cabine te trillen, tot hun snelheid zo groot was geworden dat de vleugels voldoende draagvermogen kregen en ze plotseling los van de grond kwamen. Slechts een paar seconden na het opstijgen veranderde het helse kabaal al in een zacht gedreun. 'Ik vind het nog steeds geen prettig idee dat we dit doen zonder op bericht van Sabrina en Mike gewacht te hebben,' zei Whitlock. 'Het is net alsof we een toneelstuk moeten opvoeren zonder dat we onze tekst hebben geleerd.' 'Improvisatie was toch een van onze sterke punten?' 'Ja, maar we weten niet waar we met deze mensen aan toe zijn, hè? Een improvisatie moet wel een beetje bij de omstandigheden passen, anders heb je er helemaal niets aan.' 'We komen er snel genoeg achter waar we aan toe zijn. Wat Mike en Sabrina ook mogen ontdekken, en of dat nou wel of niet iets te maken heeft met Harold Gibson en zijn volgelingen... daar kunnen we onze invalshoek altijd snel aan aanpassen, maar we zouden onze tijd verdoen als we in de tussentijd niet zelf eens gingen kijken wat dat gedoe in Texas nou eigenlijk met deze kwestie te maken heeft.' 'Aangenomen dat het daar iets mee te maken heeft.' 'Daar ben ik wel zeker van,' zei Philpott. 'En als dat nazi-gedoe er werkelijk niets mee te maken heeft, dan is dat ook niet erg. De afgelopen nacht heb ik eens diep nagedacht over het beeld dat je me hebt geschetst op grond van de aantekeningen in het extremistenboek en ik vind het allemaal bijzonder verontrustend. Het is hoog tijd dat er eens iets aan die Patriots wordt gedaan, denk je ook niet?' 'Als u daarmee wilt zeggen dat passieve observatie niet de juiste manier is om de activiteiten van dit tuig in te perken, ja, dan denk ik dat een nieuwe benadering wel gewettigd is.' 'En ik ben nog net agitator genoeg om ze met hun eigen wapen te bestrijden.' 'En wat mag dat dan wel zijn?' 'Intimidatie. Zelf hebben ze er natuurlijk een andere naam voor, maar...' Philpott trommelde even op zijn armleuning,'in dit stadium wil ik de zaken helder en duidelijk houden. Ik heb sterk het gevoel dat er een verband bestaat tussen Gibsons aanhangers, de moord op Emily Selby en dat lijstje van Erika Stramm, met Duitsers erop die vermoord moeten worden. Als daar inderdaad een verband tussen bestaat, dan moeten we te weten zien te komen welke de aard en omvang daarvan zijn.' En,zoals ik al eerder heb gezegd, het zou wel eens heel handig kunnen zijn om in Texas te zijn als Gibson wordt begraven.' Whitlock glimlachte. 'U bent wel vast van plan om die mensen te grazen te nemen, hè?' 'Hoe kom je daar nou bij?' 'Die snelheid van u, de manier waarop u plotseling in actie bent gekomen. U hebt zich nauwelijks de tijd gegund om deze tocht voor te bereiden.' 'Ik moet toegeven dat ik op een nogal grimmige manier tamelijk enthousiast ben over dit project.' Philpott keek even uit het raampje en zag dat het rasterpatroon van New Vork City inmiddels ver onder hem lag. 'En ik ben de overtuiging toegedaan dat dit een baan is voor mensen die niet helemaal zijn vastgeroest in de politiek correcte manier om dit soort dingen aan te pakken.' Na zeven jaar als hoofdinspecteur bij de recherche, plus nog eens zes jaar als een van de chefs van Scotland Yard's Special Branch, had Philpott een duidelijke mening over de operationele beperkingen van ambtelijke veiligheids- en inlichtingendiensten. Die FBI-types waren heel wat beter in het verzamelen en analyseren van gegevens dan de politie en ze wisten de resultaten van hun werk ook veel beter over het voetlicht te brengen, maar daar stond weer tegenover dat ze veel minder begrepen van de criminele mentaliteit. Bovendien misten ze de discipline van de militairen, voor wie plicht boven alles ging. Politie en militairen waren veel beter in staat om zich te schikken in de beperkingen die de wet hun oplegde, vooral waar het ging om het op wettige wijze verkrijgen van bewijsmateriaal. En als de autoriteiten zelf met gebonden handen moesten toezien, waren politie en leger bovendien veel beter in het nemen van hun eigen maatregelen. 'Ik heb een bijzonder sterke afkeer van het nazisme,' zei Philpott. 'De Blitzkrieg heeft een aantal van mijn familieleden het leven gekost, en naderhand heb ik een periode moeten doormaken waarin mijn land een aantal verbijsterende tegenslagen te boven heeft moeten komen zowel in industrieel als in sociaal opzicht. De mensen moesten hun leven opnieuw zien op te bouwen tegen een achtergrond van onophoudelijke armoede en grauwheid, en dat was allemaal te wijten aan de nazi's. Toen ik wat ouder was, ben ik in Belsen en Auschwitz geweest en pas daar ben ik me bewust geworden van de werkelijke schaal en reikwijdte van hun gruweldaden.' Hij keek Whitlock eens aan. 'Elke dag waarop ik een neonazi een streek kan leveren is een welbestede dag.' Tegen de middag landden ze op Dallas-Fort Worth. Philpott nam een taxi naar zijn hotel. Whitlock liep naar de Hertz-balie. huurde daar een Ford personenwagen en reed ermee naar de Comfort Inn aan de West Kingsley Boulevard. Nadat hij zijn intrek had genomen in zijn kamer, trok hij een informeel overhemd en een sportieve lange broek aan en ging met een borrel op het balkon staan. Het hotel was voorzien van een verwarmd zwembad en hij bleef een tijdje in de zon zitten om naar de zwemmers te kijken. De drank en de warme lucht hadden een ontspannende uitwerking op hem, en dus schonk hij zich nog een drankje in. Toen dat op was, achtte hij zich wel in staat om Carmen te bellen. Hij drukte voorkeuzetoets nummer 4 van zijn mobiele telefoon in. Dat was het nummer van haar kantoor. Nadat het toestel twee keer was overgegaan, vertelde haar antwoordapparaat hem dat ze pas morgen weer aanwezig zou zijn. Hij probeerde haar thuis te bereiken, maar daar was ze ook al niet. Hij had nog steeds niet besloten wat hem nu te doen stond toen de telefoon in zijn kamer overging. Hij liep naar binnen en nam op. 'Met Tait,' zei hij. 'Leugenaar dat je bent.' Whitlock wachtte even en zei toen nog een keer: 'Met Tait.' 'Dat is een leugen.' De man die hij aan de lijn had, lachte even. 'Hoe staat het ermee, C.W.?' Plotseling wist Whitlock wie het was. 'Grundy? Spreek ik met Russ Grundy?' 'Ja.' Grundy was een vooraanstaande UNACO-allrounder, een agent die over een brede scala aan vaardigheden en apparatuur beschikte en daardoor in staat was op korte termijn ondersteuning te bieden aan leden van de Task Force die met een missie bezig waren. Grundy's diensten omvatten onder meer nachtelijke observatie, fotografie, telecommunicatie, afluisteren, hoogtechnologische inbraak en sabotage. Net als de vier andere allrounders die de UNACO in dienst had, was hij permanent actief in het veld. Door de jaren heen hadden Whitlock en hij al tientallen keren samengewerkt. 'Hoe wist je dat ik het was?' zei Whitlock. 'De ogen van Texas zijn op jullie gevestigd. Ik heb meneer Philpott en jou op het vliegveld gezien.' 'En wij maar denken dat niemand ons daar zou opmerken.' 'Er is altijd wel iemand, C.W. Wat doen jullie hier in Dallas?' 'Dat wilde ik jou ook net vragen.' 'Ik ben een witwasorganisatie aan het schaduwen, in opdracht van de Fraudecommissie van de Veiligheidsraad. Het is allemaal internationaal gedoe - yens die worden omgewisseld in dollars, dollars die worden omgewisseld in ponden en marken...' 'Interessant,' zei Whitlock. 'Eh, nou nee, eigenlijk niet. Het is saai. Die mensen zijn erg voorspelbaar en bovendien houden ze zich op dit ogenblik gedeisd, of liever gezegd, dat denken ze, en dus gebeurt er niks. Nou kom op, vertel je me nou wat jullie hier uitspoken of niet?' 'Ik ben bang dat ik je dat niet kan vertellen, Russ. Daar moet de chef zelf over beslissen.' 'Nou, waarom stel je hem dan niet voor om vanavond met zijn drieën een borreltje te gaan drinken?' zei Grundy. 'Ik ken een paar tenten waar afluisteren onmogelijk is, dus Philpott kan me dan met een gerust hart vertellen wat jullie hier te zoeken hebben, en dan herinner ik hem er wel aan dat ik het altijd leuk vind om bij een goeie stunt betrokken te worden. Op die manier wordt mijn verblijf hier misschien toch nog interessant.' 'Afgesproken. Ik bel hem nu meteen wel even. Hoe kan ik je bereiken?' 'Ga maar op het balkon staan en zwaai even. Ik zit bij het zwembad.'