Hoofdstuk 7

Symbolen

 

Ik heb vanavond een beschermingsritueel moeten doen. Ik heb de Godin aangeroepen en runentekens op de vier windstreken geplaatst: Ur, Sigel, Eoh en Tyr. En ik heb met een gouden ring om ijzeren spijkers in de vier hoeken begraven. Vanaf nu draag ik ook een malachiet bij me, als bescherming. Er is een Zoeker gekomen.

Maar ik ben niet bang. De eerste klap is al uitgedeeld en de Zoeker is erdoor verzwakt En terwijl de Zoeker zwakker wordt, wordt mijn liefde sterker en sterker.

-Sgàth

 

Op maandag waren Mary K. en ik te laat op school. Ik had tot diep in de nacht in Maeves Boek der Schaduwen liggen lezen. Mary K. was laat naar bed gegaan vanwege een openhartig en zeer pijnlijk gesprek met Bakker. Dus versliepen we ons allebei. We meldden ons bij de administratie en kregen een waarschuwingsstrookje, onze schoolversie van de gele kaart.

De gangen waren leeg toen wij ieder onze kastjes opzochten en naar onze huiswerklokalen gingen. Mijn hoofd duizelde van alles wat ik had gelezen. Maeve hield van de kruidenkennis van Wicca. Haar Boek der Schaduwen stond vol lange passages over het magische gebruik van planten - hoe ze werden beïnvloed door de tijd van het jaar, de hoeveelheid regen, de stand van de sterren, de maanfasen. Ik vroeg me af of ik van de Brightendales afstamde, de clan die de grond bewerkte om zijn genezende kracht.

In het studielokaal liet ik me achter mijn bureau glijden. Gewoontegetrouw keek ik naar Bree, maar ze deed alsof ze me niet zag. Het irriteerde me dat het me nog steeds verdriet deed. Je moet haar vergeten, dacht ik. Ik had ergens gelezen dat het ongeveer half zo lang duurt om over een hechte vriendschap heen te komen als de vriendschap zelf had geduurd. In het geval van Bree zou ik over zes jaar nog steeds verdriet om haar hebben.

Ik dacht aan Dagda en hoe lief Bree hem zou vinden. Zij had heel veel van haar kat Smokey gehouden en was er kapot van geweest, toen hij twee dagen na haar veertiende verjaardag was doodgegaan. Ik had haar geholpen hem in de achtertuin te begraven.

'Hé, heb je je verslapen?' vroeg mijn vriendin Tamara Pritchett zachtjes achter haar tafel naast me. Wij zagen elkaar nog maar zelden, leek het, nu Wicca zoveel van mijn tijd opslokte.

Ik knikte en begon mijn boeken en notitieblokken klaar te leggen voor de ochtendlessen.

'Je hebt het grote nieuws gemist, ' ging Tamara verder. Ik keek op. 'Ben en Janice hebben vaste verkering. Vriendje en vriendinnetje. '

'Echt waar? Wat cool. ' Ik keek naar de andere kant van het lokaal, waar de tortelduifjes in kwestie naast elkaar zaten. Ze praatten zachtjes en keken elkaar stralend aan. Ik was blij voor hen. Maar ik voelde ook afstand. Ook zij waren vrienden die ik de afgelopen week nauwelijks had gezien.

Ik voelde iets prikken. Toen ik opkeek, zag ik dat Bree haar donkere ogen op mij had gevestigd. Ik schrok van haar felle gezicht. Toen knipperden we allebei met onze ogen en was het over. Zij keek een andere kant op en ik wist niet zeker of ik het me had verbeeld. Het bracht me van mijn stuk. Cal zei wel dat Wicca geen duistere zijde kende, maar een cirkel had toch ook tegenoverliggende zijden? En als één kant goed was, hoe zat het dan met de andere kant? Sky had ik al niet gemogen, zodra ik haar zag. Wat deed Bree dan met haar?

De bel voor de eerste les ging. Ik was chagrijnig, alsof ik hier niet op mijn plek was. Jaloers dacht ik aan Dagda die thuis kattenkwaad aan het uithalen was.

 

Tijdens Amerikaanse literatuur begon het te regenen; een naargeestige, gestage regen die op het punt stond over te gaan in natte sneeuw. Mijn oogleden voelden zwaar aan. Ik had niet eens tijd gehad voor een Cola Light en ik kreeg visioenen van mijn bed. Even overwoog ik Cal te halen en er tussenuit te knijpen, om samen alleen naar huis te gaan. We konden in mijn bed gaan liggen en in het Boek der Schaduwen van Maeve lezen en over magie praten...

Het was heel verleidelijk. Rond de lunchpauze werd ik heen en weer geslingerd, hoewel ik nog nooit had gespijbeld. Alleen de wetenschap dat mam af en toe midden op de dag thuiskwam, weerhield me ervan het idee te opperen toen ik Cal zag.

'Heb je hier een lunch genomen?' vroeg hij, toen hij het dienblad zag dat ik op de lunchtafel liet glijden. We keken elkaar aan. Even duidelijk als de regen hoorde ik de woorden ik heb je vanochtend gemist in mijn hoofd.

Ik glimlachte, knikte en ging tegenover hem zitten, naast Sharon. 'Ik heb me verslapen, dus ik had geen tijd om thuis iets klaar te maken. '

'Hoi, Morgan, ' zei Jenna die haar korenblonde haar over haar schouder duwde. 'Weet je dat ik steeds moet denken aan de woorden die je laatst uitsprak. Dat was zo bijzonder, ik kan het maar niet vergeten. '

Ik haalde mijn schouders op. 'Ja, het is vreemd. Ik weet niet waar ze vandaan kwamen. ' Ik draaide de dop van mijn flesje frisdrank. 'Ik heb ook nog geen tijd gehad om er onderzoek naar te doen. Op het moment zelf vond ik ze op een formule lijken waarmee je macht oproept, maar zeker weten doe ik het niet. De woorden klonken heel oud. '

Sharon glimlachte onzeker. Ze maakte haar bekertje soep open en pakte een knapperig broodje. 'Ik vond het een beetje eng, eerlijk gezegd, ' mompelde ze. 'Wel mooi, hoor, maar ook griezelig. Dat er woorden uit je mond komen die je zelf niet eens kent. '

Ik keek naar Cal. 'Heb jij ze herkend?'

Hij schudde zijn hoofd. 'Eh, nee. Maar toen ik er later over nadacht, meende ik wel dat ik ze eerder had gehoord. Ik zou willen dat ik de cirkel op band had opgenomen. Dan had ik het voor mam kunnen afspelen en kunnen horen of zij wist wat het was. '

'Hartstikke cool. Je spreekt in tongen, ' grapte Ethan. 'Net als dat meisje uit de Exorcist. '

Ik perste mijn lippen op elkaar. 'Heel fijn, hoor, ' zei ik. Robbie moest lachen.

Cal keek me even geamuseerd aan. 'Wil je ook een stukje?' Hij gaf me een stuk van zijn appel.

Zonder erbij na te denken nam ik een hap. Wat smaakte dat heerlijk. Ik keek ernaar. Het was gewoon een stukje appel. Maar lekker stevig, zoet en vol sap.

'Dit is een fantastische appel, ' zei ik verbaasd. 'Hij is volmaakt. Het is de über-appel. '

'Appels hebben heel veel symboliek, ' zei Cal, 'vooral Godinsymboliek. Moet je kijken. ' Hij pakte zijn zakmes en sneed zijn appel opnieuw door, maar nu overdwars, in plaats van in de lengte. Hij hield één helft omhoog. 'Een pentagram, ' zei hij, en hij wees op de vorm van het klokhuis. Het was een vijfpuntige ster binnen in de appel.

'Wauw, ' zei ik.

'Schitterend, ' zei Matt. Jenna keek hem even aan, maar hij keek niet terug.

'Alles heeft een betekenis, ' zei Cal luchtig, en hij nam een hap van de appel. Ik keek hem scherp aan, want het herinnerde me aan wat er gisteren in de kerk was gebeurd.

Aan de andere kant van de kantine zag ik Bree zitten, met Raven, Lin Green, Chip Newton en Beth Nielson. Ik vroeg me af of Bree het naar haar zin had in haar nieuwe groep... mensen over wie ze destijds praatte als over junkies en slampampers. Haar oude club - Nell Norton, Alessandra Spotford, Justin Bartlett en Suzanne Herbert - zat aan een tafel bij het raam. Die dachten vast dat Bree gek was geworden.

'Hoe zou hun heksenkring zaterdag zijn verlopen?' bromde ik, half tegen mezelf. 'Die van Bree en Raven. Robbie, weet jij dat? Heb je Bree gesproken?'

Robbie haalde zijn schouders op en stopte het laatste stukje van zijn pizza in zijn mond.

'Het is heel goed gegaan, ' zei Matt afwezig. Toen knipperde hij met zijn ogen en trok een rimpel in zijn voorhoofd, alsof hij niet verwacht had iets te zullen zeggen.

Jenna keek hem aan. 'Hoe weet jij dat?' vroeg ze.

Matt begon lichtelijk te blozen. Hij gaf een ruk met zijn schouders en bestudeerde aandachtig zijn lunch. 'Eh, ik heb tijdens Engels met Raven gepraat, ' zei hij ten slotte. 'Ze had het cool gevonden. '

Jenna bleef Matt strak aankijken. Toen begon ze haar dienblad op te ruimen. Weer dacht ik eraan terug dat ik Matts auto en die van Raven langs de kant van de weg had zien staan. Terwijl ik me afvroeg wat dat kon betekenen, hoorde ik een paar tafels verderop Mary K. lachen. Ze zat met haar vriendin Jaycee bij Bakker. Jaycees oudere zusje, Brenda, en nog een stel vrienden zaten er ook bij. Mary K. en Bakker keken elkaar diep in de ogen. Ik schudde mijn hoofd. Hij had haar weer voor zich gewonnen. Maar hij moest wel oppassen.

 

'Wat ga jij vanmiddag doen?' vroeg Cal na schooltijd op de parkeerplaats. Het regende vrijwel niet meer en er stond een gure wind.

Ik keek op mijn horloge. 'Afgezien van wachten op mijn zus? Niets. Ik moet voor het avondeten zorgen. '

Robbie zigzagde tussen een paar auto's door in onze richting. 'Wat is er met Matt aan de hand?' riep hij. 'Hij doet zo raar. '

'Ja, dat vind ik ook, ' zei ik. 'Alsof hij het wil uitmaken met Jenna, maar ook weer niet. Daar lijkt het althans op. '

Cal glimlachte. 'Ik ken hem niet zo goed als jullie, ' zei hij, en hij sloeg zijn arm om me heen. 'Doet Matt dan zo anders?'

Robbie knikte. 'Niet dat we hartsvrienden zijn of zo, maar hij lijkt nogal uit zijn doen. Meestal is hij heel rechtdoorzee en goed bij de les. '

'Dat is ook zo, ' was ik het met hem eens. 'Het lijkt erop dat hij heel andere dingen aan zijn hoofd heeft. ' Ik wilde over die auto's beginnen, maar vond dat te veel op roddelen lijken. Ik wist ook niet zeker of dat iets te betekenen had. Waren Bree en ik nog maar close, dacht ik plotseling. Zij zou het verschil hebben gemerkt.

'Morgan!' riep Jaycee. 'Mary K. vraagt of ik jou wil zeggen dat ze met Bakker meerijdt. ' Jaycee wuifde en liep met een dansende blonde paardenstaart door.

'Verdomme!' Ik maakte me van Cal los. 'Ik moet naar huis. '

'Wat is er dan? Wil je dat ik meega?' vroeg Cal.

'Dat zou heel fijn zijn, ' zei ik dankbaar. Prettig om een bondgenoot te hebben voor het geval Bakker weer het huis moest worden uitgetrapt.

'Tot kijk, Robbie, ' riep ik, en ik haastte me naar mijn auto. Verdorie, Mary K, dacht ik. Hoe kun je zo dom zijn?