4
Koen trok zijn kleren uit, gooide ze achteloos op de grond en ging naast Isabel in bed liggen.
‘Alles rustig?’ vroeg ze.
‘Ik weet het niet. Je moeder ligt naar het plafond te staren en Bibi kennende kan ze elk moment bij ons kruipen. Ze woelt in haar slaap, dan weet je het wel.’
‘Ik vind het prima als ze vannacht bij ons komt liggen.’
Koen knikte en keek naar de digitale klok op het nachtkastje.
‘Zeg maar vanmorgen, het is al bijna halfvijf.’ Hij beet op zijn lip.
‘Een hartinfarct. Jezus nog aan toe, dat geloof je toch niet? Een man die altijd lacht en van het leven geniet, totaal geen binnenvetter…’
‘Je vergeet te vertellen dat zijn cholesterolgehalte veel te hoog was en hij twee flessen wijn per dag naar binnen sloeg,’ zei Isabel verwijtend. Ze was boos. Op haar vader die niet omzichtig genoeg met zijn gezondheid omging, maar ook op zichzelf omdat ze in de verleden tijd had gesproken. Alsof haar vader niet voor zijn leven vocht maar al dood en begraven was.
‘Ik kan er gewoon niet over uit dat Margreet ons nu pas heeft verteld hoe de situatie werkelijk lag. Dan had ik er toch niet over gepeinsd om er lustig op los te schenken? Hoe haalt hij het in zijn hoofd om…’ Een traan gleed langs zijn rechterwang.
Isabel draaide op haar linkerzij. Met haar vingertoppen veegde ze teder de druppels van zijn gezicht.
‘Het komt goed. Heus, hij redt het wel.’
Koens bovenlip trilde. Zijn ogen bleven vochtig. Hij haalde zijn neus op. ‘Waarom hij? Waarom nou uitgerekend hij? Het slaat echt helemaal nergens op. Dit heeft Willem niet verdiend.’ Hij maakte een wegwerpgebaar en sloeg daarna zijn hand voor zijn ogen. ‘En dit slaat ook nergens op,’ sprak hij machteloos. ‘Het is jouw vader. In plaats van jou te troosten lig ik hier als een klein kind te janken. Sukkel die ik ben.’
Isabel bleef hem aankijken. Ze wist waar zijn emotionele reactie vandaan kwam. Hij had de troost net zo hard nodig.
Toen ze hem leerde kennen boterde het niet tussen haar vader en de man op wie ze verliefd was geworden. Met zijn modieuze brilmontuur, op maat gesneden overhemden en leren instappers voldeed Koen niet aan het profiel van de man met wie haar vader zijn jongste dochter graag thuis zag komen. In zijn ogen was haar vrijer een carrièrejager die voornamelijk oog voor zichzelf had. Op zijn werk bleek Koen inderdaad een keiharde instelling te hebben. Hij werkte zich op van salesmanager tot directeur van een bedrijf dat over de hele wereld honderdduizenden printers per jaar afzette. Een uitstekende handelspositie die mede door Koens inspanningen werd bereikt. De aandeelhouders liepen dan ook weg met de relatief jonge directeur.
In zijn privéleven toonde Koen echter een andere kant: zachtaardig, zorgzaam en even verliefd op haar als de eerste dag waarop ze hem ontmoette. Langzaam maar zeker trok ook haar vader bij. De dromerige blik en de glimlach die de jongeman regelmatig op zijn dochter wierp, bevielen hem en stelden hem gerust.
Toen Koen hem op een akelig ouderwetse manier om de hand van zijn dochter vroeg, omarmde Willem hem als de zoon die hij nooit had gehad. Koen kreeg er een vader voor terug. Hij had zijn vader na een kort ziekbed aan kanker verloren. In de jaren die volgden werd hun relatie inniger. Ze bleken steeds meer gemeenschappelijke interesses te hebben, luisterden aandachtig naar elkaars argumentatie en lachten om dezelfde grappen. Het onderlinge respect was groot. De geboorte van Bibi verstevigde die band.
‘Ik kan niet slapen,’ zei Koen. Hij legde beide handen onder zijn hoofd en staarde naar het plafond. ‘Laten we de dag van morgen nog eens doorlopen. Het is best mogelijk dat we belangrijke zaken over het hoofd hebben gezien.’ Het hielp om concreet te zijn. Om te plannen. Dan voelde hij zich niet zo machteloos.
Isabel knikte. Morgen was een belangrijke dag. Dan konden de doktoren waarschijnlijk meer over de toestand van haar vader zeggen. Hou vol, papa.