11

De volgende ochtend zat Claire niet tegenover Ethan Nance in zijn huis aan het meer, of aan de andere kant van zijn bureau op het kantoor van Chin Pacific Imports, zoals ze had gehoopt, maar reed ze naar het Seattle Aquarium aan de boulevard in het centrum.

Het regende zo hard dat er miniatuurwatervalletjes langs de ruiten van haar auto omlaagstroomden. Hoewel het voor elke inwoner van Seattle een erezaak was regen te negeren, gaf Claire er ten slotte toch maar aan toe door net als de anderen in de verkeersdrukte om haar heen haar ruitenwissers aan te zetten. Het woesj-woesjgefluister van de wissers en het geroffel van de druppels op het dak van de auto klonken verontrustend, dringend.

Ze had die nacht in een goedkoop hotel geslapen, omdat ze er niet aan moest denken de vragen te beantwoorden van vrienden bij wie ze zou kunnen logeren. Het was heel vreemd geweest om te proberen in slaap te komen met het geluid van het stadsverkeer; hoe doodmoe ze ook was, het was haar nauwelijks gelukt zelfs maar in te dutten zonder het doordringende geraas van de waterval.

Ze vond wat zo te zien de laatste lege parkeerplaats was op het parkeerterrein van het aquarium. Misschien was dat een goed voorteken, na de teleurstelling toen ze van Ethans secretaresse hoorde dat hij twee dagen weg was. Ze verlangde er wanhopig naar hem te spreken. De secretaresse had echter wel een lunchafspraak met Diana Nance voor haar geregeld, hier in het aquarium, waar ze eens per week als vrijwilligster in de cadeaushop hielp.

Claire had nog bijna een uur voor haar afspraak met Diana; daarom kocht ze een kaartje en slenterde langs de expositie. Overlevingsstrategieën was het onderwerp van de eerste zaal. Dat was een goeie, dacht ze terwijl ze de longvis en sidderaal bekeek. Bordjes op de wanden meldden dat deze dieren een speciaal mechanisme hadden ontwikkeld om zich aan te passen of zichzelf te beschermen, iets wat zij de laatste tijd ook wel kon gebruiken.

Ze besefte dat ze sinds kort achterdochtig en wantrouwig was geworden. Ze had meer belangstelling voor de onderzoeksmethodes van politie en privé-speurders, werd geobsedeerd door alles wat er gebeurde, hoe onbetekenend ook. Terwijl ze daar liep, hoorde ze Nicks stem weer, toen hij haar zo nadrukkelijk opdroeg voorzichtig te zijn in Seattle.

Ze keek achterdochtig rond maar zag alleen moeders met kinderen in wandelwagens en verschillende schoolklassen met hun leerkrachten, die door iemand van het museum werden rondgeleid. Dit was een educatieve instelling voor het hele gezin, dus hier zou ze heus wel veilig zijn.

Ze verbaasde zich over de afmetingen van de reuzenoctopus en sloeg de rafelvissen en zeepaardjes gade die op de afdeling Mythe, Magie & Mysterie langsdreven. Hoe mysterieus Sam Twoclaws ook kon zijn, Nick dacht niet dat hij degene was die die vreselijke uitstalling achter op haar veranda had gezet. Wel had hij toegegeven dat Sam iets had gezegd over dierengeesten op heilige gronden, waar ook het terrein van de herberg toe behoorde. Toch was Claire het met Nick eens wat Sam betrof. Hij was een goede vriend geweest voor Keith, al moest ze toegeven dat ze, als ze haar eigen man niet eens echt gekend had, misschien beter niemand kon vertrouwen.

Het langst bleef Claire in de zaal die Zalmen & Mensen heette. Er waren een zalmval en een zalmkwekerij te zien, maar het fascinerendst was het inzicht dat bezoekers geboden werd op de intuïtieve drang van de zalm terug te keren naar de rivier waar hij geboren was om daar ook zijn eigen jongen te verwekken.

Claires gedachten gingen sneller dan de stroom aan de andere zijde van de zware glazen afscheiding. Hoe wanhopig had zij ooit naar een kind verlangd. Ze was nu pas vijfendertig. Als ze erachter was wat er met Keith was gebeurd en waarom, en als ze had besloten of ze in Portfalls wilde blijven of naar Seattle terug wilde, kon ze misschien een kind adopteren.

Ze merkte dat er een nerveus uitziende man met een plattegrond van het aquarium in zijn hand naar haar stond te staren; daarom liep ze de trap af naar de verdieping eronder om zich ervan te overtuigen dat hij haar niet volgde. Nee, hij kwam niet naar beneden. Ze raakte in verrukking door het onderwaterbassin met zijn zeeotters met glanzende vacht, en liep toen naar de koepel waar de haaien langszwommen en hun publiek met lidloze wijdopen ogen gadesloegen.

'Claire, je bent er al,' zei een vrouwenstem achter haar.

Claire schrok op. Het was Diana Nance, met haar lange haar in een strakke wrong opgestoken. Ze droeg een parelgrijze leren rok en jasje.

'Ik was zo blij dat Ethans secretaresse je op zo korte termijn kon bereiken, Diana,' zei Claire terwijl ze een vluchtige omhelzing deelden en Diana haar een luchtkus gaf.

'Ik ben blij dat het nu eens meisjes onder elkaar is en dat je die Mei Gibson-sheriff deze keer niet op sleeptouw hebt,' merkte Diana op. Ze wees dat ze naar boven moesten.

'Ja, hij heeft wel wat van die goeie ouwe Braveheart,' gaf Claire toe. 'Hij heeft dan wel geen blauwgeverfd gezicht, maar zijn bloed is wel politieblauw. Nog even over die zondag - hij heeft me enorm geholpen, en ik wilde alleen maar het goede doel waar hij het voor deed steunen. Zijn vrouw is jong gestorven aan borstkanker.'

'Wat vreselijk! Geen wonder dat hij aan die idiote veiling meedeed. Hoor eens, ik ging net een boodschap doen voor de manager van de cadeaushop en ik zag dat de regen is opgehouden. We kunnen een poosje naar buiten gaan, misschien bij de markt iets te eten kopen. Al die muren van water om me heen maken me soms zo depressief als wat.'

'Ga maar voor,' zei Claire, en ze volgde Diana naar de cadeaushop omdat ze haar tas moest halen.

Die muren van water maken me zo depressief als wat. Verdorie, dacht Claire. Ze had er behoefte aan door Diana opgebeurd te worden, en niet ontmoedigd. Ondanks het feit dat ze gruwelijke visioenen had gehad van Keith die onder water om adem vocht, had het aquarium haar niet gedeprimeerd. Ze had die enorme ramen grijs-groen bewegend water als vlucht gezien. Maar... was dat hoe Keith de rivier en de waterval had gezien?

'Ik weet een korte route,' zei Diana terwijl ze naar buiten liepen. Net als anderen om hen heen hadden ze geen paraplu bij zich en negeerden ze de aanhoudende spetters onderweg naar Pike's Place Market. Claire schrok van het kabaal van een veerboottoeter.

'Je zit al te lang in de rust en stilte daarginds,' zei Diana met een glimlach die alleen haar mondhoeken omhoogtrok en de rest van haar gezicht rimpelloos en onbeweeglijk hield. 'Maar daar zou ik op het moment ook wel wat van kunnen gebruiken. Soms maken we onszelf veel te druk, Ethan en ik.'

'Zoals ik al eerder zei, zijn jullie allebei van harte welkom in de herberg zodra het jullie uitkomt - dit weekend als je wilt.'

'Als je het zeker weet,' zei Diana. 'Omdat je toch met Ethan wilde praten, zouden we misschien voor één nacht naar je toe kunnen komen.'

'Geweldig! Je hoeft me alleen maar even te laten weten welke dag jullie komen, nadat je hem gesproken hebt.'

'Hij is voor een paar dagen naar mijn vader, een werkvakantie, omdat vader nog steeds aan het hoofd van de adviesraad staat. Zijn titel is nu voorzitter van de adviesraad en hoofd van het dagelijks bestuur, in plaats van directeur. Wil je wel geloven dat hij zijn nieuwe huis in de Cascades Xanadu heeft genoemd?' vroeg ze, naar het gedicht van Coleridge verwijzend over het fantastische paleis van de oude oosterse keizer Kubla Khan.

Ja, dacht Claire, vanwege Howard Chins rijkdom en macht, zelfs zijn Chinese afkomst was dat een perfecte naam. 'Heel passend,' zei ze tegen Diana. 'Wat mijn nederige herberg betreft, ik zal jullie dolgraag de omgeving laten zien. Er is een cranberrykwekerij dichtbij, en het is bijna oogsttijd. Ze zetten de velden onder water en gebruiken grote zuigers. O, en op het plein is ook een winkel met ivoor- en beensnijwerk, met Chinese reproducties en een echt Tang-paard te koop,' vervolgde ze, opgewonden en dankbaar dat ze ook nu Keith er niet meer was toch kwamen logeren.

'Ik zal je bellen,' beloofde Diana. 'En wat dacht je nu van gerookte zalm op Siciliaans zuurdesembrood en vers fruit voor de lunch? Ik verga van de honger, omdat ik nooit veel klaarmaak als Ethan er niet is.'

'Je had met hem mee moeten gaan. Het is vast heel mooi in de Cascades.'

'Ze kunnen mij missen als kiespijn wanneer ze helemaal in ChinPak verdiept zijn,' zei ze met een spottend lachje. 'En trouwens, ik heb mijn afspraken hier, en zoals ik al zei snak ik soms naar een beetje rust.'

Toen ze de trap van de boulevard naar de markt op liepen, werd Claire omringd door de geuren en geluiden van die vertrouwde drukke plek. De opgewonden stemmen van de visverkopers stegen boven het geroezemoes van de winkelende mensen en de melodieën van folkmuzikanten uit. Toen ze de geur van een mengsel van kruiden rook, wist ze zeker dat het koffie van Starbucks was.

'Ik doe voorzichtig met cafeïne omdat ik er de laatste tijd nog gespannener van word dan anders, maar vandaag moet ik echt een latte hebben,' zei ze tegen Diana.

'Na de wijn,' riep die over haar schouder. Toen bleef ze opeens midden in die mensenmenigte stilstaan om Claire nog eens, en nu hartelijker, te omhelzen. 'Neem me maar niet kwalijk als ik me gedraag of alles in je leven normaal is, alleen maar omdat je weer even hier bent,' zei ze. 'Je bent vast kapot van Keiths dood.'

'Als ik het probeer uit te leggen, stort ik ter plekke in.'

Met een begrijpend knikje ging Diana Claire door het gedrang voor naar een viskraam waar handgeschreven borden gerookte zalm beloofden, en ze gingen in de korte rij staan wachten.

'Je zou weer hier kunnen komen wonen,' opperde Diana. 'Ik heb verschillende vrienden die aan het bouwen of aan het verhuizen zijn, en ik wil je met alle plezier aanraden als binnenhuisarchitect, of Kallile's aanraden als je daar weer zou gaan werken. En,' ging ze nog enthousiaster door, 'vader heeft een buurman - als je dat tenminste zo kunt noemen, als je nagaat hoe groot die stukken land daar zijn - die jouw werk prachtig zou vinden. Zodra ik heb gezien wat je met de herberg hebt gedaan, zal ik die man een paar foto's laten zien. Jij zou hem vast ook graag mogen. Hij is pas gescheiden en -'

'Je begint toch niet meteen al te koppelen, hè?' protesteerde Claire.

'Natuurlijk niet.' Ze stak haar hand op alsof ze een eed aflegde. 'Maar zijn ex had alles hypermodern. Hij wil een andere inrichting die wat landelijker oogt, als passende omlijsting van zijn schitterende uitzicht op de bergen. Eigenlijk net zo, neem ik aan, als jij je inrichting op je rivier hebt afgestemd.'

Je rivier. Claire dacht er inderdaad aan als haar rivier, haar thuis, hoe afschuwelijk het ook was wat daar allemaal gebeurd was. Dat was één ding dat ze tijdens haar korte verblijf in Seattle ontdekte. Ze meende nog steeds af en toe de waterval in haar hoofd te horen, die haar terugtrok, haar naar zijn vreemde rust lokte, zo anders dan het geluid van Seattle.

'Ik heb nog geen besluit genomen over mijn toekomst,' vertelde ze. 'Maar ik waardeer je aanbod en alle steun die Ethan en jij me hebben gegeven - ons hebben gegeven, toen het nog ons was'

'Kom op,' zei Diana overredend toen Claire tranen in haar ogen kreeg. 'Ik weet de ideale plek waar we kunnen eten en praten.'

Nadat ze hun lunch hadden gekocht, leidde Diana Claire door een doolhof van hoekjes en gangen naar een restaurant met vier tafels op een klein pleintje waar een overkapping de regen weghield. Diana kocht een fles wijn, al kostte die meer dan Claire voor een nieuwe jurk betaald zou hebben. Diana kende de ober; Claire zag dat ze hem tien dollar toestopte.

Halverwege hun maal, in de hoop dat het op Diana zou overkomen als iets wat ze opeens bedacht, stelde Claire de vraag waarvoor ze eigenlijk gekomen was. 'Heeft Ethan eigenlijk wel eens iets losgelaten over zijn laatste indrukken van Keith, die dag voor hij doodging - je weet wel, toen Keith hem belde? Ik probeer nu eenmaal zo veel mogelijk herinneringen te verzamelen.'

De knappe vrouw liet de wijn in haar glas ronddraaien en staarde ernaar alsof ze er een soort koffiedikantwoord van verwachtte. 'Ik zou natuurlijk niet voor Ethan moeten praten,' zei ze, 'maar ik geloof dat hij vond dat Keith een tikje manisch klonk.'

'Manisch? Op wat voor manier?'

'Hij had toch niet gedronken, hè?'

'Alleen een paar biertjes bij de pizza. Hij zat vol energie, hij vond het heerlijk om te zorgen dat de gastenkamers klaar kwamen en verheugde zich er ontzettend op de herberg te openen. Dat is ook de reden waarom zelfmoord zo onlogisch lijkt.'

'Je kunt verder beter met Ethan praten over hun telefoontje en Keiths ups en downs.'

Claire werd weer overrompeld. Het voelde of ze een stomp in haar te volle maag had gekregen. 'Ups en downs?' herhaalde ze. Ze herinnerde zich hoe de psychiater van haar moeder haar stemmingswisselingen had beschreven. Nadat haar vader hertrouwd was, was Claire tussen haar moeders spullen een psychiatrisch rapport tegengekomen dat ze bewaard had, ook al had ze het in geen jaren gelezen.

'Claire,' onderbrak Diana haar gepieker, 'weet je, Keith was een heel intense ambitieuze man, een beetje zoals Ethan, vind je niet?'

Claire wilde al aanvoeren dat iemand die een veelbelovende, goed betalende baan vaarwel kon zeggen niet echt ambitieus kon zijn. Maar Keith was absoluut vastbesloten geweest zijn leven te veranderen, te ontsnappen, dus in die zin was hij wel ambitieus. Ze besloot er niet tegenin te gaan, althans niet op dat moment.

'Vreemd, zoals je soms de mensen met wie je het intiemst bent toch niet echt goed kent,' gaf ze toe, langs Diana's schouder naar de optocht van langslopende mensen kijkend. 'Ik hoop echt dat Ethan en jij dit weekend kunnen komen. Ik ben er zeker van dat het me zal helpen wat meer rust in mijn hoofd en mijn hart te krijgen als ik met Ethan praat, omdat Keith en hij zo close waren.'

'Meende je het daarstraks dat je niet gelooft dat Keith zelfmoord heeft gepleegd?' vroeg Diana terwijl ze hun het laatste restje wijn inschonk. 'Dus jij denkt dat het een... ongeluk of zo was?'

'Een ongeluk? Midden in de nacht op dié brug?' riep Claire uit. 'Als jullie er zijn, zal ik hem je laten zien. Hij zou daar nooit uit eigen beweging op gegaan zijn!'

Mensen die langsliepen keken om bij haar uitbarsting. Een vrouw bleef stokstijf staan en staarde haar aan voor ze haastig doorliep.

'Nee,' zei Diana, haar stem even beheerst als haar uitdrukking, 'ik... we moeten er niet aan denken die brug te zien, hoeveel aantrekkingskracht hij ook heeft voor mensen die er een eind aan willen maken.' Ze stond op en stopte haar tas onder haar arm. 'Ik had niet door dat het al zo laat was, en ik moet nodig terug. We bellen gauw, Claire. Ik vind het zo erg, zo erg,' fluisterde ze. Ze boog naar voren om Claire een kneepje in haar schouder te geven en draaide zich toen om om tussen de menigte op de markt te verdwijnen.

Verdorie, dacht Claire. Na die plotselinge tirade zou ze de Nances vast geen van beiden ooit nog zien.

 

'Ik moet je nu meteen even spreken, DeeDee,' zei Nick de volgende ochtend toen hij op weg naar zijn kamer langs haar bureau kwam. Zijn heiligdom lag in het midden van het gebouw, met het archief, de voorraad kantoorbenodigdheden, twee cellen voor tijdelijke hechtenis en een afgesloten wapenkamer met kluisjes erachter.

'Ja, natuurlijk,' zei ze blij, maar ook een tikje achterdochtig. 'Als de telefoon gaat, kan ik die vandaar ook horen. Voelt u zich wel goed, sheriff?'

'Ik voel me prima,' zei hij kortaf. Alweer een vrouw die deed of ze zich zorgen om hem maakte, dacht hij, terwijl het maar al te duidelijk was dat ze meestal hun eigen agenda hadden. Susan wel tenminste. En Claire? Was zij volkomen oprecht tegen hem geweest?

DeeDee bracht een pen en een schrijfblok mee alsof ze verwachtte dat hij haar een brief ging dicteren of belangrijke instructies ging geven of zo. Hij probeerde zijn kokende woede in bedwang te houden. Hij was in een pesthumeur door de droevige vondst van die laatste zelfmoordenaar en de herinneringen aan de dood van Keith Malvern die dat weer opriep. Hij zou die brug laten slopen, wat er ook gebeurde.

'Doe de deur dicht en ga zitten,' zei hij terwijl hij zijn colbert om de rug van zijn stoel hing maar nog bleef staan. Hij rolde zijn overhemdsmouwen op en ging op de rand van zijn bureau zitten. DeeDee, die opeens verlegen leek, schuifelde naar binnen, sloot de deur en ging zitten. Het groengeel van haar rok en blouse deed bijna pijn aan zijn ogen, en hij voelde hoofdpijn opkomen.

'Ik hoor dat je Claire Malvern laatst hebt geholpen de processen-verbaal door te kijken - maandag, geloof ik.'

'O, ja. Dat was maandag, die ochtend toen u dat ontbijt van de Kamer van Koophandel had. Ik heb medelijden met haar, en ze is heel aardig. Ik heb mijn andere werk niet laten liggen toen ze hier was, eerlijk, en -'

'Dat bedoel ik ook helemaal niet. Het is prima dat je haar geholpen hebt. Maar ze zei dat jullie samen niets hadden gevonden. Of eigenlijk, dat jij al het zoekwerk voor haar hebt gedaan.'

DeeDee sperde haar ogen wat verder open en kneep ze toen tot spleetjes. 'Dat is zo. Wat is er aan de hand?'

'Er is aan de hand dat Aaron zegt dat hij Keith Malvern heeft genoteerd omdat hij te hard reed en zeker weet dat dat verbaal door jou opgeborgen is. En dat hij het er op dat moment ook met jou over gehad heeft. Ik weet hoe zorgvuldig je altijd bent met je kantoorwerk, wat een goed geheugen je hebt, en ik heb je nog nooit eerder zo'n fout zien maken. DeeDee?' drong hij aan toen ze rood werd en heen en weer schoof onder zijn doordringende blik.

'Dwing me nu niet aardige agent, gemene agent met je te spelen,' ging hij verder, 'want de aardige agent heb je al gezien. Heeft zij je gevraagd niet te vertellen wat er in dat verbaal stond? Heb je het haar laten meenemen of het voor haar vernietigd?'

Ze keek even verbaasd. 'Ik wil niet dat u haar de schuld geeft,' flapte ze eruit, haar aantekenblok tegen haar enorme boezem klemmend. 'Het is mijn schuld, en zij heeft geen behoefte aan nog meer narigheid in haar leven.'

'Ik weet zeker dat ze dat op prijs zou stellen, maar vertel nu maar eens wat er in vredesnaam gebeurd is.'

'Ik heb het gedaan.'

'Wat gedaan?'

'Dat verbaal dat Aaron over Keith Malvern had geschreven verwijderd voor zij het kon zien en haar toen verteld dat er niets over hem was.'

'Waar is het?'

'Ik heb het versnipperd. Het gebeurt wel vaker dat er eentje kwijtraakt, dacht ik, en de man is toch dood.'

Nick vloekte binnensmonds. Hij probeerde zijn geduld niet te verliezen. 'Verdomme, juist omdat hij dood is, is het dubbel belangrijk. Ik zit er niet op te wachten dat mijn personeel bewijzen vernietigt. Het is al lastig genoeg als de boeven dat doen!'

Tranen trilden aan haar wimpers.

'Kom op, DeeDee, je bent een professionele centraliste en vaak mijn rechterhand hier op het bureau, dus ik wil geen tranen, ik wil de waarheid, van begin tot eind.'

'Nadat ze het formulier had ingevuld en me had verteld waar ze naar op zoek was, ging ze eerst nog naar hiernaast, naar Noah Markwood. Ze bleef ongeveer een halfuur weg, misschien iets langer.'

'En in die tijd heb jij de verbalen doorgezocht van de hele periode dat de Malverns hier wonen?'

'Ik had ze zelf opgeborgen. Ik weet wel ongeveer wat erin zit en waar ik dat kan vinden, vooral van zo kort geleden, en ja, ik herinnerde me dat Aaron het er in het voorbijgaan over gehad had. Het is hier niet bepaald Sodom en Gomorra, met bergen belangrijke verbalen om op te bergen, hoor.'

Ze toonde weer wat pit. Dat had hij veel liever dan die zielige hondenblik.

'Ga door,' beval hij. 'Je loog tegen haar dat er geen verbaal was omdat...'

'Omdat ze dan zou hebben gedacht dat haar man niet van haar hield!' barstte DeeDee los. 'Heeft Aaron verteld met wie hij werd aangetroffen en wanneer? Ik weet zeker dat het beter voor haar is om zijn herinnering te koesteren dan dat ze slecht over hem gaat denken, als -'

'We hebben het er nu over wat jij moet doen, of niet moet doen, en dat is met politie-eigendommen en mogelijke bewijzen in een strafzaak knoeien,' schreeuwde hij.

'Wat? Het was alleen maar een verbaal over een snelheidsovertreding.'

'De conclusie die jij uit dat verbaal trok, is dat Anne Cunningham en Keith Malvern een verhouding hadden, of niet soms?'

'Eh... dat zou kunnen, denk ik. Dat zou Mrs. Malvern heel goed gedacht kunnen hebben. Dit heb ik haar ook niet verteld, maar ik heb ze een keer samen uit het Bide-A-While motel zien komen.'

Hij kamde met zijn vingers door zijn haar en ging achter zijn bureau zitten. 'Dus je trok je conclusie niet alleen uit dat verbaal maar ook uit ander, ondersteunend bewijs,' mompelde hij.

'Zo zou je het kunnen noemen, ja. En dan is Annes reputatie er ook nog, maar dat is natuurlijk maar een gerucht.'

'Vertel het toch maar.'

'Nou, ik heb gehoord dat ze een bepaalde reputatie heeft, dat ze nogal veel contacten heeft, om het vriendelijk uit te drukken. Heeft ze... wel eens met u geflirt?' vroeg ze, alsof ze Anne ervoor op het matje wilde roepen.

Hij kon zijn oren niet geloven. DeeDee, wier rode kleur was weggetrokken, bloosde weer toen hij haar woedend aankeek. 'Alleen een antwoord op mijn vraag, graag,' beval hij.

'Ik weet dat ze met Noah Markwood en nog een paar mannen is omgegaan, met een paar tegelijk, geloof ik. En ik heb haar twee keer overdag met Keith Malvern in de stad gezien en toen konden ze het zo te zien heel goed met elkaar vinden, en dan nog die keer dat ik ze uit het motel heb zien komen - maar daar waren ze niet met dezelfde auto. O ja, en ik heb Noah Markwood ook een keer tegen haar horen zeggen dat ze een hoer was omdat ze hem - Noah - verleidde en tegelijkertijd Keith aan het lijntje hield, en Noah klonk goed kwaad op Keith en haar.'

Nick mompelde weer een vloek en trok zijn vingers weer door zijn haar. De gedachten vlogen door zijn hoofd. Hij kon nog steeds niet geloven dat Keith vermoord was - hij moest toch uit zichzelf naar buiten zijn gegaan, die beslissende, fatale nacht - maar plaatselijke inwoners, inclusief Anne en Noah, waren mogelijke verdachten. En Claire?

Hij probeerde kalm en beheerst te klinken. 'En je vond niet,' zei hij, 'dat je iets van dat alles aan mij moest vertellen, nadat die man dood was aangetroffen? Ik vertrouw op jou hier, DeeDee, en ik kan niet hebben dat dit soort dingen gebeurt onder mijn mensen. Ik moet ieder van jullie kunnen vertrouwen en geloven. Ik schors je voor onbepaalde tijd zonder betaling.'

Ze hapte als een vis naar lucht. 'Ik... Alleen maar omdat ik haar wilde helpen? U probeert haar ook te helpen, dus ik dacht -'

'Het punt is: je wordt betaald om te denken. En dat kleine stukje papier dat jij hebt weggepakt en vernietigd en waar je over hebt gelogen, kon aanwijzingen verschaffen over iemands dood - misschien wel naar zijn moordenaar of moordenaars leiden.'

'Dat gelooft u, nadat u de zaak hebt afgesloten met die conclusie van zelfmoord?' riep ze. 'U kunt toch niet denken dat Noah hem vermoord heeft, of dat Mrs. Malvern erachter gekomen was van die twee en dat zij toen -'

'Zo is het genoeg! Je werkt hier niet om misdrijven op te lossen of mensen te verdedigen, net zo min als om met bewijzen te knoeien.'

Ze begon weer te huilen, hoe kwaad ze er verder ook uitzag. Het zat hem helemaal niet lekker; hij vermoedde dat haar baan en de mensen op het bureau een groot deel van haar leven uitmaakten.

'Voor hoe lang?' vroeg ze met hangend hoofd. 'Betekent voor onbepaalde tijd dat ik eigenlijk ontslagen ben?'

'Zeker niet. Ik zou nog twee keer zo kwaad zijn als je hier op het bureau niet zo belangrijk was en niet zo vertrouwd werd. En voor hoe lang, dat laat ik je nog wel weten.'

'Het is net als toen u Aaron bestrafte,' zei ze. Haar gezicht stond pruilend, maar ze klonk klagerig. 'U wilt niet dat uw personeel zich mengt in het privé-leven van slachtoffers of getuigen, maar wij zijn ook maar mensen, we doen allemaal wel eens iets wat we niet zouden mogen doen.'

Hij hoorde haar onuitgesproken verwijzing naar hem en Claire, maar hij weigerde toe te happen. Hij hoopte alleen maar dat Claire, als Keith en Anne echt een verhouding hadden gehad, en als zij dat wist, niet dat wapen dat hij uit haar zak had gehaald had gebruikt om Keith te dwingen de brug op te gaan en hem naar beneden had geduwd, om daarna uitdagend de hulp van die aardige plaatselijke sheriff te gebruiken om het te verbergen.

 

Voor het eerst genoot Nick niet van de vlucht naar Cedar Island die middag, hoe mooi de zee en de lucht ook waren. Toch moest hij erheen, omdat hij die laatste vlucht had uitgesteld en was omgedraaid om Claire te helpen met dat dode hert op haar veranda.

De hele dag al werd hij door woede voortgedreven, eerst toen hij DeeDee op het matje moest roepen en schorsen, daarna toen hij iemand moest vinden die haar overdag kon vervangen. Hij was van plan DeeDee binnenkort terug te laten komen, maar de regels moesten in acht worden genomen. Hij bleef zichzelf maar voorhouden dat het volslagen getikt was om op dit moment een emotionele band met Claire te krijgen, hoe graag hij dat ook wilde, zeker nu hij Aaron en DeeDee zo hard had aangepakt vanwege hun persoonlijke betrokkenheid. Maar met die nieuwe aanwijzing over Anne en Keith - en Noah -deed hij er alleen maar goed aan zijn pogingen deze zaak tot op de bodem uit te zoeken vol te houden, niet voor Claire maar voor de gerechtigheid.

Maar als Claire had geweten dat Keith een verhouding had en had besloten er iets aan te doen, dan zou ze er toch nooit op hebben gestaan dat de zaak verder onderzocht werd? Hij geloofde haar, maar hij zou haar wel moeten ondervragen wanneer ze uit Seattle terugkwam.

Hij had al geprobeerd Anne Cunningham te ondervragen, maar had ontdekt dat zij voor twee dagen naar Portland was voor een makelaarsconferentie. Het leek wel of hij niets snel kon bereiken - behalve Cedar, een eiland dat zo klein en ruig was dat het niet eens een fatsoenlijke landingsbaan had. Als de wind uit de verkeerde hoek kwam, hoefde je niet eens te proberen op de grond te komen.

Maar de wind was die dag wel gunstig voor een landing op zee. Hij cirkelde één keer boven de kleine baai dicht bij de pier voor de veerboot en liet de Susan toen op haar drijvers neerkomen. Toen voer hij op de motor naar de steiger over ruwe golven, maar niet te ruw voor hem.

 

Claire besloot niet nog een nacht in Seattle te blijven. Na haar lunch met Diana had ze op haar autoradio gehoord dat het lichaam van een vrouw was gevonden in de Bloodroot River, na haar zelfmoord van Portfalls Bridge. Claire had bijna gemeend tijdens de reportage de waterval op de achtergrond te horen bulderen, ook al had de nieuwslezer kennelijk in de studio gezeten en was hij niet ter plekke. In gedachten had ze de tonnen neerstortend water gezien, wervelend wit, en de val van die arme vrouw. Maar dat haar lichaam was gevonden hield in dat het opsporingsteam weer weg zou zijn en dat de grond om de herberg weer van haar alleen was.

Toen ze er vlak voor het donker arriveerde, was ze zelfs blij om terug te zijn. Ze liep naar binnen en zette haar tas en haar handtas in de keuken. Ze nam niet eens de tijd de wijde enkellange rok en het jasje uit te trekken die ze de hele dag al aanhad. Hoewel ze de sloten had laten vervangen, maakte ze een rondgang door het huis, deed lampen aan, keek onder bedden en in kasten. Zachte regen begon op het dak te tikken, een kalmerend geluid dat niet volledig overstemd werd door de waterval. Ze keek uit het raam naar de rivier, waar de laatste zalmen nog stroomopwaarts worstelden.

Plotseling wilde ze naar buiten, wilde ze zich nat en schoon van de regen voelen. Je rook het altijd meteen als het regende op de ceders. De luchtjes in Seattle konden scherp en vitaal zijn, maar de geuren in Portfalls waren rustgevender en stimulerender. Toen ze de veranda op liep en haar gezicht ophief naar de grijze hemel, zag ze aan de waterkant één enkele visser een zalm vangen. Keith had altijd gezegd dat het goed vissen was in de regen.

De visser had een volle bos haar, maar zoals hij zijn hoofd hield... ja, het leek Joel Markwood wel, met die toupet van hem. Toen hij hem rond zijn vijfendertigste pas had gekocht om zijn kalende hoofd te bedekken, had hij honderden moppen over haarstukjes verteld, had Claire gehoord. Hoewel ze zo nog natter zou worden, liep ze verder de veranda op.

'Iets gevangen?' riep ze hem toe.

'Hé,' reageerde hij verbaasd toen hij haar zag. 'Tess had een ovenschotel voor je meegegeven, maar toen ik aanklopte, was je er niet.'

'Ik kom net terug uit Seattle. Tess en jij zijn een geweldige steun voor me. Ik ga koffie zetten. Zal ik jou ook een beker brengen?'

'Nee, bedankt, ik heb mijn portie gevangen en ik moet weer eens terug. Eigenlijk had ik helemaal niet moeten gaan, zo kort voor de oogst, maar we kunnen de vis goed gebruiken. Ik zal die schaal uit de auto halen.'

Hij liep van de rivier weg, en Claire bleef op de veranda op hem staan wachten. Het regende nog steeds zachtjes, maar ze was nu vrijwel doorweekt, net als Joel.

'Hier is hij,' zei hij toen hij met een dichtgeplakte papieren zak om de hoek van het huis verscheen. Na zijn opmerking dat ze de vis goed konden gebruiken en zijn ruzie met Noah over geld die ze had afgeluisterd, geneerde ze zich bijna om het voedsel aan te nemen. Ze moest binnenkort maar eens bij Tess langs met een of ander cadeau. Hopelijk zou er wat meer geld binnenkomen zodra ze hun cranberryoogst binnen hadden.

'Sorry dat ik laatst voor de winkel van mijn broer zomaar langs je heen stormde,' zei hij, zijn handen in de zakken van zijn spijkerbroek stekend toen ze de schaal had aangepakt. 'We zijn het niet altijd met elkaar eens.'

'Je hoeft je tegen mij niet te verontschuldigen. Ik ken niet veel broers of zussen die dat wel zijn. Hoor eens, Joel, op de begrafenis zei ie dat je Keith niet goed kende, maar nu hij er niet meer is, verzamel ik herinneringen die mensen aan hem hebben. Kun jij je nog iets bijzonders herinneren uit gesprekken met hem?'

'We hebben uitsluitend over vissen gepraat. En over het weer misschien, of hoe het met de herberg of bij mij op de kwekerij ging. Alleen maar dat soort alledaagse dingen. Maar ik ben laat. Ik moet weg.'

'Wat ik nog zeggen wilde, ik krijg dit weekend waarschijnlijk logés en het leek me leuk met hen de kwekerij te komen bekijken,' riep ze hem na.

Hij draaide zijn hoofd een stukje en sprak over zijn schouder. 'De meeste mensen denken dat de cranberry's gewoon zo van een struik worden geplukt. Ik heb wel eens het idee dat de kinderen tegenwoordig denken dat ze in een plastic zak in de supermarkt groeien.' Hij verdween tussen de sparren. Zijn auto stond zeker een stukje verderop langs de weg.

Ze zette de schaal in de oven en zette die op een lage stand. Toen liep ze, omdat ze toch al nat was, de veranda weer op terwijl het nog donker werd. Ze nam zich heilig voor niet meer bang te zijn. Ze zou goed eten, goed slapen en voldoende lichaamsbeweging nemen terwijl ze verder uitzocht wat er met Keith was gebeurd. Zelfs door iemand die dierenlijken en beenderen bij haar dumpte, zou ze zich niet laten wegjagen. Ze zou zich niet op haar kop laten zitten door dat vreemde gevoel dat ze af en toe had, alsof ze in de gaten gehouden werd, en dat door dat hertenkarkas verergerd was. Dat zou wel uit haar eigen onzekerheid of fantasie voortkomen.

Met een gevoel van uitdaging liep ze naar het rivierpad en volgde het een stukje, van de ene kant van haar grondgebied naar de andere, om wat beweging te krijgen en van haar frustratie af te komen. Het was eindelijk opgehouden met regenen, hoewel er nog water van takken en twijgjes drupte. Aan de stroomopwaartse grens van haar grond bukte ze om een paar felgekleurde schoongeregende bladeren op te rapen om voor een herfststuk op haar tafel te gebruiken. Even verderop groeide wat van de grijsgroene bloedwortelplant waar de rivier naar genoemd was. Als de stevige stengels doorbraken, kwam er oranjerood sap uit, en dat had Sam kennelijk gebruikt om zijn neus en zijn gezicht te verven, die dag dat hij het ritueel met de zielenvanger had uitgevoerd.

Sindsdien had ze het een en ander over de bloedwortel gelezen. Een groot deel van het kruid was giftig. Het kon het zenuwstelsel minder gevoelig maken en fataal blijken, maar het zou mooi staan in dit herfstboeket.

Toen ze bukte om wat te plukken, hoorde ze iets ruisen tussen de beregende sparren, of misschien was het de rivier over de stroomversnellingen daar vlakbij. De waterval was een onafgebroken sissend gebulder, niet zo luid als hij 's nachts soms klonk, ook al was ze nu buiten. Misschien had ze een hert tussen de bladeren horen lopen, hoewel de herberg in het volle zicht lag en herten zelden in de buurt van mensen kwamen.

Claire zag de gevilde hinde weer voor zich; ze ging rechtop staan en keek om, tuurde in de dieper wordende schaduwen naar de rand van het bos. Ze bleef doodstil staan en luisterde ingespannen. Niets. Ze moest maar teruggaan. De ovenschotel zou wel klaar zijn.

Toen ze in de richting van het verlichte huis wilde lopen, werd ze getroffen door een plotselinge brandende pijn, zo hevig dat ze het bewustzijn verloor.