9
Tegen de tijd dat de Lucky Lady op haar ligplaats terugkeerde, hadden Claire en Nick afgesproken samen te werken. Hij zou die middag het gebied om de brug afzoeken, voordat tijd en weer bewijsmateriaal konden vernietigen. Zij zou haar huis doorzoeken, nadat ze van hem wat suggesties had gekregen waar ze zelf misschien nog niet aan gedacht had. Hij zou haar vertellen hoe ze de processen-verbaal moest lezen, en zij zou mensen die Keith hadden gekend, vragen of hun iets ongewoons was opgevallen aan zijn gedrag.
Als ze na dat alles niets verdachts hadden gevonden, zou Claire zich niet meer tegen de uitspraak van de lijkschouwer verzetten en haar leven weer oppakken. Als er daarentegen iets niet in de haak leek, zou Nick haar helpen eventuele veelbelovende aanwijzingen op te volgen en de zaak zo nodig heropenen.
'Ik wil jou niet in moeilijkheden brengen,' had ze hem verzekerd terwijl ze tegenover elkaar aan de smaakvol gedekte tafel aan boord zaten. 'Ik verwacht heus niet dat je belastinggeld of onverantwoorde tijd in deze zaak steekt als er andere dingen op je liggen te wachten.'
'De zaak ligt niet in de ijskast, Claire. Dat zeg je van een oude zaak die ligt te beschimmelen, misschien al jaren lang, omdat er geen nieuwe aanwijzingen meer zijn. Het onderzoek naar Keiths dood is technisch gesproken afgesloten, maar niet in de ijskast beland.'
Hij had zijn spiegelende zonnebril inmiddels in zijn zak gestopt en keek haar nu aandachtig aan. Voor het eerst zag ze dat zijn ogen een verbijsterende kleur hadden, een kleur die binnenhuisarchitecten cichorei of salie noemden, groen met heel vaag iets bruins erin. Hij had een verweerd gezicht en een ietwat scheve neus, waardoor hij net niet echt knap was. Inmiddels was ze Nick als man gaan zien, in plaats van alleen maar als politieman, als sheriff. Hij had het nodige meegemaakt, hij had verlangens. Dat had ze nog nooit zo sterk bij iemand beseft, misschien zelfs niet bij Keith.
'Het is feitelijk zo...' hij ging haastig verder alsof hij zichzelf ervan wilde weerhouden iets anders te zeggen, 'dat het beleid op het bureau voorschrijft dat iemand niet aan een zaak mag werken als hij daarvóór al een persoonlijke relatie had met het slachtoffer. Dat is hierbij uiteraard niet het geval, maar nog niet zo lang geleden heb ik een hulpsheriff op het matje moeten roepen en tijdelijk moeten schorsen omdat hij emotioneel bij een getuige betrokken was geraakt.'
'Oké, dat is hierbij beslist niet het geval,' had ze gezegd, uitkijkend over het rimpelige blauwgrijze water van de baai. 'Was ik maar getuige geweest van wat er echt gebeurd is, in plaats van op een anonieme visser af te moeten gaan die ik niet geloof of vertrouw. Maar we overtreden dus geen regels of voorschriften voor jou?'
Hij schudde abrupt zijn hoofd. 'Zolang je maar begrijpt dat het kan gebeuren dat ik dit een poosje moet laten sudderen als er andere dingen dreigen over te koken.'
Hij had niet helemaal op zijn gemak geleken, bijna alsof hij zich schuldig voelde over de manier waarop hij zich had uitgedrukt. Het beangstigde haar dat er een zekere spanning tussen hen hing, in wat ze zeiden en niet zeiden. Maar het beangstigde haar nog meer dat ze misschien wel niets verdachts zouden vinden, en dat ze het dan weer zonder zijn hulp zou moeten stellen.
Later die middag reed Nick achter Claire aan Portfalls weer binnen, maar hij sloeg af naar zijn eigen huis om zich te verkleden voor hij op de plaats van Keiths dood ging rondkijken. In zijn kleine houten huis aan het andere eind van de stad trok hij een spijkerbroek, een flanellen hemd en een jack aan.
Toen hij zijn Spartaanse, onberispelijk opgeruimde slaapkamer rondkeek, besefte hij hoe klein alles leek nadat hij daarbuiten op het water was geweest. En hoe onpersoonlijk, zeker vergeleken bij de grote kamers van The Falls Fishing Lodge, Claires toekomstige Bed & Breakfast. Hij moest toegeven dat hij hier thuis ook wel een binnenhuisarchitect kon gebruiken, of een vrouwenhand. Als ze vrienden bleven, kon hij haar misschien zijn huis eens laten zien en haar advies vragen, net zoals zij het zijne had gevraagd.
Hij had haar verteld hoe ze haar huis echt grondig kon doorzoeken: uitkijken naar dingen die tegen de onderkant van een lade geplakt waren, alle zakken van Keiths kleren doorzoeken, en zelfs zijn schoenen, een poos aan zijn computer gaan zitten om naar ingekomen mail en opgeslagen documenten te zoeken, zijn gereedschapskist en zijn koffer met visgerei controleren en wat hij nog meer aan mannelijke bergplaatsen had waar zij zelden in keek, boeken en tijdschriften doorwapperen.
Nick schrok op toen zijn telefoon ging. Het was uitgesloten dat ze nu al iets gevonden had, al had hij haar die middag wel zijn geheime nummer gegeven. Hij greep de telefoon in de slaapkamer.
'Met Nick Braden.'
Stilte. Niemand. Niets op de lijn. Maar hij was er zeker van dat hij iemand hoorde ademen, dat er iemand was.
'Met sheriff Braden,' zei hij kortaf. 'Ik laat dit telefoontje natr -'
Klik.
Hij vloekte en smeet de hoorn neer. Om die reden had hij nu juist een geheim nummer en had hij geen nummerherkenning nodig, maar misschien had iemand zijn nummer verklapt.
Het was hem de nacht van Keiths verdwijning al opgevallen dat Claire geen nummerherkenning had. Hij zou haar zeggen de interlokale gesprekken op haar volgende telefoonrekening zorgvuldig te checken; hij kon ook een overzicht van de inkomende gesprekken naar de herberg opvragen bij een officiële database, maar daar wilde hij liever even mee wachten. Alleen snel het terrein en het huis afzoeken, en haar de processen-verbaal laten inzien en met een paar mensen laten praten - dat was alles. Dat moest voldoende zijn om haar gerust te stellen en zijn geweten te sussen.
Maar kon hij haar daarna dan loslaten? Soms had hij wanneer hij bij haar was, het gevoel dat hij er tot over zijn oren in zat en werd meegesleurd door een krachtige drang haar te beschermen.
Twee uur later klopte Nick op de achterdeur van de herberg, toen het net schemerig begon te worden. Hij wierp weer een blik op de stroomversnellingen onder hem. Geen visser op dat moment, maar goed, het was zondagavond, dus misschien zaten de weekendtripjes erop.
'Ik kom al!' hoorde hij Claire roepen. 'Ik ben in zijn kantoor begonnen,' vertelde ze buiten adem toen ze de deur voor hem opendeed. 'Ik heb onder de laden gekeken en heb net zijn computer opgestart. Heb jij iets gevonden?'
Hij schudde zijn hoofd. 'Ik ben ook een stuk de brug op geweest, om naar zijn sleutels of zijn schoenen te zoeken.'
'Zijn schoenen? Die zal de rivier intussen wel helemaal naar Puget Sound hebben meegesleurd.'
'Soms trekken springers ze uit voor ze -'
Haar hoop zonk weg. 'De vooronderstelling van waaruit jij werkt is tegengesteld aan die van mij,' protesteerde ze. 'Jij gelooft nog steeds dat hij zelf een eind aan zijn leven heeft gemaakt, en niet dat hij dat niet heeft gedaan.'
'Ik probeer alleen maar met alle mogelijkheden rekening te houden. Dus je hebt in zijn kantoor nog niets gevonden?'
Ze deed de deur dicht en weer op slot, en wenkte toen dat hij mee naar boven moest komen. 'Voor de computer heb ik nog een heleboel tijd nodig, maar ik kan ook maar beter de inhoud doorkijken van de dozen die ik nog niet heb uitgepakt sinds we hier zijn. Tussen haakjes, ik laat morgen definitief alle sloten vervangen, omdat zijn sleutels niet gevonden zijn. Je weet maar nooit.'
'Goed idee.'
'Dan heb je dus door dat ze kunnen zijn ingepikt door iemand die gevaarlijk is.'
'Ik heb door dat jij alle gemoedsrust moet krijgen die we je kunnen bezorgen,' zei hij. Hij bleef in de deur naar het kantoor staan terwijl zij de kastdeur openschoof. 'Nog één ding, Claire. Ik wil dat je me in vertrouwen neemt over wat je hier eventueel vindt. Maar je moet weten dat ik, als je iets aantreft dat, laten we zeggen, bezwarend voor Keith is, een officieel huiszoekingsbevel aanvraag. En je mag niet proberen me daarvan af te houden.'
'Zo ver had ik mezelf niet laten doordenken,' bekende ze, haar armen om zichzelf heen slaand.
'Als dat zou gebeuren, moet je goed weten dat ik écht zo'n bevel aanvraag, dat ik een aanwijzing niet zomaar kan negeren.'
'Ik heb gezegd dat ik antwoorden wil - de waarheid. Als ik zoiets over hem zou ontdekken, zou ik vast wel wensen dat ik het had laten rusten, maar ik wil het weten. Nee, ik zou je er niet van af proberen te houden. Wil je dat ik iets onderteken of zo?'
'Ik wilde alleen maar dat we het daarover eens waren. Het betekent dat je een zeker risico met me neemt.'
Hun blikken ontmoetten elkaar, en ze bleven elkaar aankijken tot zij haar blik afwendde.
'En nog maar een paar dagen geleden,' zei ze met een zucht, 'dacht ik dat ik geen groter risico liep dan dat ik de pest heb aan vissen, en dat Keith en onze gasten daar op de een of andere manier achter zouden komen.'
Hij glimlachte grimmig. 'Dus jij hield ook dingen voor hem verborgen, net zoals hij jou niet vertelde dat hij bij Noah Markwood had geïnformeerd of hij je schilderijen wilde verkopen. Kom op, laten we deze boeken maar eens gaan bekijken, vanbinnen en vanbuiten.'
Hij kwam dichterbij om de dozen uit de kast te trekken, dezelfde die hij in de nacht dat Keith verdwenen was al had zien staan, met extra linnengoed en boeken erop.
'Deze heb ik zelf in Seattle ingepakt,' zei ze terwijl ze de in elkaar gevouwen flappen van de boekendoos opentrok. 'Maar zoals je al zei, als we het grondig willen doen...'
Hij keek toe terwijl ze er twee kookboeken uithaalde en toen, nog steeds in de doos starend, naar adem hapte. Ze keek alsof ze er een opgerolde slang in zag liggen, en hij botste tegen haar schouder toen hij probeerde mee te kijken. De volgende twee boeken waren exemplaren met een harde kaft, die er gloednieuw uitzagen. Het ene heette Snel van je depressie af, en het andere Laat het leven je niet te veel worden.
Claire voelde zich misselijk. 'Ik heb die doos zelf ingepakt, Nick, en toen zaten ze er niet in. Ik heb ze zelfs nog nooit gezien. Maar Keith las nooit dat soort boeken, ook al ziet het er nu wel naar uit!'
Hij pakte Laat het leven je niet te veel worden op, keek erin naar de beide schutbladen, haalde het papieren omslag eraf om het te onderzoeken en bladerde het toen door. 'Ik kijk naar een naam van de eigenaar of een bon van de winkel,' legde hij uit, waarna zij het andere boek op dezelfde manier doorzocht.
'Niets om de eigenaar of de winkel van aankoop te achterhalen,' merkte Nick op.
'Het is niet van mij! En het was ook niet van hem!'
Ze kon haar paniek niet onderdrukken. Ze smeet het boek in de doos terug en drukte haar handen tegen haar ogen. Ze was doodmoe, gefrustreerd en bang, en ze voelde dat ze stond te wankelen op haar benen.
Nicks legde zijn arm om haar middel en leidde haar naar een stoel. Hij liet haar plaatsnemen en ging toen zelf op de rand van het bureau zitten, naar haar toe leunend. Ze probeerde het niet te doen, maar ze begon toch te huilen, deze keer in stilte en zonder zich te generen.
'Ook hier is weer een logische verklaring voor, Claire, ook al is het niet de verklaring die jij wilt accepteren. Zo te zien gaan die boeken niet over stress, maar over depressie. Keith wist blijkbaar zelf dat hij die volgende stap in het duister gezet had, ook al wist jij dat niet. Maar niets van dit alles houdt een beschuldiging van jou in.'
'O nee?' vroeg ze met een scherpe sarcastische stem. 'Ik woonde met hem samen en ik kende hem totaal niet. Daar begint het op zijn best naar uit te zien, en dat weet je.'
Ze haalde een zakdoekje uit de zak van haar spijkerbroek, veegde haar ogen af en snoot haar neus. Ze moest Nick en zichzelf bewijzen dat ze zich niet van alles had laten ontgaan, dat ze Keiths problemen niet verkeerd begrepen of genegeerd had. Ze had gedacht dat alles sinds zijn dood niet nog erger kon worden, maar nu voelde het of ze zich tegen een woeste rivier op worstelde en weer werd teruggeworpen door de sterke onderstroom van iets wat ze niet eens kon bevatten.
'Hij was niet down, Nick, en zeker ook niet echt depressief,' barstte ze los toen hij haar bleef opnemen. 'Die laatste dag leek hij alleen maar met het werk bezig te zijn. Hij heeft nog een volkomen normaal gesprek gevoerd met zijn oude baas in Seattle, Ethan Nance. Ik heb hem zelfs nog horen lachen toen hij per ongeluk een boer liet.'
'Heb je hun hele gesprek gehoord?'
'Nee, alleen het begin, maar ik kon het aan zijn toon horen -ernstig, af en toe misschien intens, maar niet depressief. Mensen die echt depressief zijn, worden lusteloos en teruggetrokken,' betoogde ze. 'Ze blijven niet druk bezig, zoals Keith.'
Ze wilde bijna zeggen dat iemand anders dan Keith die boeken in de doos kon hebben gestopt, maar ze had Nick verteld dat ze hem zelf had ingepakt en dat er verder niemand aan had gezeten. Zowel Nick als zijn hulpsheriff geloofde waarschijnlijk dat ze haar atelier gewoon niet had afgesloten. Ze kon beweren dat degene die Keiths sleutels had, in het huis had ingebroken en de boeken daar had neergelegd, en ook in haar atelier had ingebroken, maar ze wilde niet paranoïde klinken.
'We hadden afgesproken,' zei ze, haar klamme zakdoekje in elkaar draaiend, 'dat ik me erbij neer zou leggen als we een aanwijzing over Keith vonden, waar die ook op wees. Maar ik zou wel graag die processen-verbaal controleren en met Noah Markwood praten, en ook het huis en de computer verder doorzoeken, misschien met de Nances in Seattle praten.'
'Dat is best,' zei Nick terwijl hij zijn hand uitstak om haar trillende schouder stil te houden. 'Geef me je sleutels, dan ga ik in je atelier rondkijken, en dan checken we daarna dat er niemand in het huis is. Als ik wegga, kun je jezelf weer net zo barricaderen als je zei dat je de vorige nacht had gedaan. En dan beloof je te gaan slapen en hier niet vóór morgen mee verder te gaan - en je belt me op mijn mobiele telefoon als je nog iets vindt. Je hebt me toch niet daarstraks thuis gebeld, hè, en toen weer opgehangen?'
'Wat? Nee. Waarom -'
'Niets. Dat hoort nu eenmaal bij het vak.'
Haar hart sprong op bij de wetenschap dat hij haar nog steeds bleef helpen. Als stilzwijgend bedankje greep ze de pols van zijn hand op haar schouder vast. Hij gaf een kneepje in haar schouder; toen liet hij haar los alsof hij zich aan haar brandde, en liep snel naar de deur van het kantoor. Ze hoorde hem voor haar uit naar beneden gaan en liep haastig achter hem aan.
Het was tijd om in actie te komen in plaats van de gebeurtenissen alleen maar te observeren en te fotograferen. Wat voerden ze nu in vredesnaam weer uit in die herberg, temeer omdat ze weer boven waren? Je had niet veel fantasie nodig om te bedenken wat ze aan het doen zouden kunnen zijn. Dat zou nog eens fraaie foto's opleveren! Ah, daar kwam de sheriff weer in het zicht, op weg naar beneden. Maar dat hoefde nog niet te betekenen dat er niets gebeurd was.
Een van hen beiden moest nu niet alleen worden gewaarschuwd maar ook tegengehouden, uitgeschakeld, en Claire was zo te merken de grootste schuldige. De boodschap aan haar moest overduidelijk en gedenkwaardig zijn. Ja, het zou veel gemakkelijker en veiliger zijn om Claire Malvern aan te pakken dan de sheriff, ook al had hij net zo goed een koud bad in de rivier nodig.
'Hallo Mrs. Malvern, wat komt u hier doen zo vroeg op de maandagmorgen?' begroette DeeDee Duncan Claire toen ze het bureau binnen kwam. Het meisje had een knalgeel geruit pakje aan en bungelende roze-met-groene popart oorbellen in. Het was ongewoon helder weer, dus misschien had DeeDee kleding gekozen die daarbij paste, dacht Claire, hoe weinig passend die ook was voor haar werk.
'Vroeg?' wierp Claire tegen. 'Ik ben al sinds zonsopgang op en ik heb vanochtend al mijn sloten al laten vervangen.'
'O ja, u zei al dat u dat wilde doen. Hier, neem een donut, dan haal ik koffie voor u. De sheriff is er niet, hij is naar een ontbijtbespreking met de Kamer van Koophandel, maar u kunt hier bij mij op hem wachten. Dat zou ik wel gezellig vinden, want er is meestal niet veel te doen op maandag, en ik zou u dankbaar zijn als u een van die donuts opat, zodat ik ze niet allemaal naar binnen schrok.'
'Heb je dergelijke hulp dan nodig met Aaron en de andere mannen die hier de hele dag in en uit lopen?' vroeg Claire met een geforceerd lachje. Maar de koffie rook lekker. Ze liet zich door DeeDee naar een stoel bij de telefooncentrale dirigeren, die er net zo uitzag als het kantoor van een secretaresse, met een bureau vol met twee grote, volgepakte bakken voor ingekomen en uitgaande post en stapels papieren.
'Wat ik nog zeggen wilde,' zei DeeDee, 'iedereen was heel erg blij met dat eten laatst.'
'Eigenlijk zou je de dames van de kerk, vooral Tess Markwood, moeten bedanken. Wat me eraan herinnert - weet jij hoe laat Noah Markwood zijn winkels op het plein opent?'
'Klokslag tien uur. Daar kun je de klok op gelijk zetten.'
DeeDee gaf Claire een plastic bekertje koffie en een geglazuurde donut op een servetje; zelf nam ze er ook nog eentje. 'En het is nu tien voor tien,' vervolgde ze. 'Bent u op zoek naar beensnijwerk of iets van Puget Treasures? Hij heeft mooi maar duur spul in zijn winkel.' Ze zuchtte zo diep dat ze bijna leegliep.
'Toch jammer dat de Markwoods, die uit de stad en die van daarbuiten, niet met elkaar overweg kunnen,' ging DeeDee verder. Ze liet haar stem zakken, hoewel er verder niemand in het bureau leek te zijn. 'Man, ik vind het maar niks als familieleden niet met elkaar kunnen opschieten.'
'Heb jij veel familie?' vroeg Claire terwijl ze in haar plakkerige donut beet.
'Vader dood, moeder hertrouwd, woont in Seattle en werkt in de Boeingfabriek,' dreunde DeeDee op met haar mond halfvol. 'Dan heb ik nog drie oudere zusjes, alle drie getrouwd, die uit dit gat ontsnapt zijn. Echt knappe zusjes ook nog,' voegde ze er bijna verdedigend aan toe. 'De ene is nog een poosje fotomodel geweest en heeft zelfs tv-reclames voor Nordstrom gedaan. Ik woon in mijn eentje in een flat net buiten de stad, ten noorden van het vliegveld.'
Die korte woordenstroom leek zoveel te vertellen over het leven van dat kind. Als haar eigen leven op dat moment niet zo'n chaos was geweest, dacht Claire, zou ze DeeDee dolgraag onder haar hoede hebben genomen om haar aan te moedigen en haar wat tips te geven om wat af te vallen en kleding te kiezen die bij haar postuur paste. Het zag ernaar uit dat de hertrouwde moeder en de drie knappe getrouwde zusjes niet de moeite hadden genomen hun kennis over uiterlijk of liefde met DeeDee te delen.
Bovendien, besefte Claire, was DeeDee vast een goede informatiebron over alles en iedereen in de stad. 'Ik wist dat de sheriff er vanochtend niet was,' zei ze tegen het meisje, 'maar hij zei dat jij me kon laten zien hoe ik de processen-verbaal van het afgelopen jaar kan doorzoeken, die van afgelopen herfst, sinds ik hier in Portfalls ben komen wonen.'
'De verbalen? Tuurlijk. De formulieren liggen achter opgeslagen, ze staan niet in de computer. Maar de meeste zijn haastig neergekrabbeld en niet later uitgetypt of zo, en u zou het handschrift van sommige hulpsheriffs eens moeten zien! Maar ik ben gewend het te ontcijferen. Dus als ik kan helpen. U bedoelt niet processen-verbaal over uzelf?'
'Eigenlijk wil ik weten of er iets over mijn man tussen zit.'
'O. Ja, best, dat gaat best. Dan hebben we alleen zijn complete naam en geboortedatum nodig. Hier, vult u dit maar even in als het lukt.'
'Geweldig,' zei Claire. Ze veegde haar handen af aan haar servetje voor ze een balpen uit haar tas haalde en het simpele formulier begon in te vullen. 'Maar ik denk dat ik eerst nog even bij Noah Markwood langsga voor hij klanten krijgt, en dan terugkom om jullie archief door te kijken. En DeeDee, heel erg bedankt voor je hulp.'
Claire boog net voorover om haar tas van de vloer te pakken, toen ze de buitendeur open hoorde gaan. Was Nick daar al? Haar binnenste maakte een sprongetje bij de gedachte hem weer te zien.
'Is Sint Nick al terug, DeeDee?' vroeg een mannenstem.
Toen ze weer omhoogkwam, zag Claire dat Aaron Curtis binnen was gekomen.
'Oeps,' zei hij terwijl hij tegen haar grinnikte, en DeeDee giechelde.
'Sint Nick?' vroeg Claire.
'Hij is een goeie vent, absoluut recht door zee, daar komt die bijnaam vandaan,' legde Aaron haastig uit, als een kind dat ergens op betrapt wordt.
'En hij is royaal,' voegde DeeDee eraan toe, naar een mooie klimop op haar bureau wijzend. 'Hij brengt cadeautjes mee, zoals die plant daar.'
Claire zag dat er nog een verbleekt kaartje op een plastic prikker in stond, met daarop in Nicks forse handschrift: Voor de beste secretaresse/centraliste ter wereld.
Onwillekeurig glimlachte ze. Het drong tot haar door dat ze de insider-grapjes en kameraadschap miste waar ze vroeger met haar collega's - en vroeger met Keith - zo van genoten had. Wanneer waren die vertrouwdheid en solidariteit, die intimiteit, tussen hen beiden verdwenen? Plotseling was ze er zeker van dat die eerder gestorven waren dan hij.
Claire liep Noah Markwoods rijk binnen door de deur van de winkel die het verst weg lag, The Scrimshaw Shop, vooral omdat ze geïnteresseerd was in een speciaal stuk indiaans beensnijwerk in de etalage. Het deed haar denken aan wat Sam Twoclaws had gebruikt in zijn vreemde ritueel bij haar achter op de veranda, toen hij zei dat hij Keiths geest probeerde te vinden.
Ze was teleurgesteld toen ze mannenstemmen uit de ruimte achter de winkel hoorde komen, wat betekende dat Noah al een klant had. Tijdens het wachten bekeek ze de vitrines met prachtig, zij het soms primitief snijwerk van zeelieden. In hun vrije tijd aan boord van walvisvaarders hadden ze overal nautische taferelen in gekerfd, van doosjes met een ivoren deksel tot slagtanden en walviskaken. Maar het waren de luider wordende scherpe mannenstemmen in de achterkamer die echt haar aandacht vasthielden.
'Als jij denkt dat ik rijk en onafhankelijk ben, ben je gek.' 'Het zou jou geen donder kunnen schelen, hè, als het hele erfgoed van de familie eraan ging?'
'Natuurlijk kan dat me schelen, maar ik heb zwaar geïnvesteerd in dit nieuwe Markwood-erfgoed - deze winkels, en de kunst en cultuur die ze behouden en verspreiden, niet alleen hier ter plekke maar ook via internet, zodat de hele wer -'
'Kunst en cultuur? Onze grootvader en vader hebben zich kapot gewerkt om alleen maar voor eten te zorgen - cranberry's uit de moerassen, Noah. Weet je wel, voedsel, het dagelijks brood dat een man verdient voor zijn gezin? Als ze jou zo hoorden preken over kunst en cultuur, zouden ze zich in hun graf omdraaien. Ik zeg je toch, als ik geen lening krijg, moet ik allerlei risico's gaan nemen, nog meer dan ik nu al doe.' 'Zoals? Ik ben echt niet van plan mijn -' Claire sloop de buitendeur uit. Ze wilde niet dat de broers Markwood wisten dat ze hen gehoord had. Net zoals die arme DeeDee had gezegd, kon ook zij er niet tegen als familieleden niet met elkaar konden opschieten.
Ze staarde in de etalage van The Scrimshaw Shop, maar deze keer zag ze de zielenvanger van de sjamaan nauwelijks. In het schaarse zonlicht van de noordwestkust bood het glas haar als een opgepoetste spiegel haar eigen spiegelbeeld. Ze bestudeerde haar eigen gezicht, maar haar uitdrukking en haar ogen leken uitgevlakt, leeg in het felle licht. Zo had haar moeders blik eruitgezien toen ze dieper in haar irreële wereld wegzonk, herinnerde Claire zich.
Hoe had het hun kunnen ontgaan dat haar moeder zo ziek was? Toen haar moeder alleen gelaten wilde worden, hadden ze haar toen in de steek gelaten terwijl ze juist dicht bij haar hadden moeten blijven? En had Claire zelf niet in de echte wereld geleefd met Keith? Ze moest iets over het hoofd hebben gezien, moest hem hebben buitengesloten om niet te weten dat er iets afschrikwekkends en afschuwelijks aan de hand was in zijn leven. Wanneer had ze hem voor het laatst heel diep in de ogen gekeken om zijn emoties en zijn gedachten te lezen zoals ze bij Nick Braden had gedaan op het jacht, toen ze hun angsten hadden gedeeld?
Keith had de volgende stap in het duister gezet, had Nick gezegd. Van stress naar depressie naar...
Kende ze Keith al zo lang dat alles routine was geworden en dat ze hem niet eens meer echt had gezien? Misschien had ze de subtiele aanwijzingen dat hij depressief was over het hoofd gezien. De herberg was zijn droom geweest, en hoewel zij haar uiterste best had gedaan het ook haar droom te maken, was ze misschien te veel met zichzelf bezig geweest, had ze zich misschien te veel van hem teruggetrokken. Had Keith schulden, zoals Joel Markwood, of probeerde hij zichzelf te beschermen, zoals Noah? Maar voor wat, voor wie?
Joel kwam de voordeur uit stormen, zonder iets tegen Claire te zeggen, hoewel ze ervan overtuigd was dat hij haar had gezien en bijna iets had gezegd. Hij stak het trottoir over naar zijn truck, die een stukje verderop geparkeerd stond, rukte het portier open, sprong erin en smeet het portier weer dicht. Met gillende banden reed hij weg. Om hem niet te blijven nastaren liep Claire de winkel weer binnen, een kalmte voorwendend die ze niet voelde.
'Goeiemorgen? Is er iemand?' riep ze.
Terwijl hij met een witte zakdoek het zweet van zijn kale verhitte hoofd bette, duwde Noah met zijn schouder het zwarte gordijn opzij. 'Wat een verrassing, Mrs. Malvern... of heeft sheriff Braden u over de schilderijen verteld?'
'Ja, dat klopt. En omdat u gisteren ook op die vrijgezellenveiling was, wilde ik eerlijk gezegd uitleggen dat er niets persoonlijks achter zat toen ik op Nick Braden bood. Ik had alleen advies van hem nodig - professioneel maar onofficieel, zou je kunnen zeggen - en ik wist dat het voor een goed doel was.'
'Dat zei Nick ook al toen hij me vanochtend belde,' zei Noah terwijl hij naar haar toe kwam lopen. 'Hij staat enorm bij me in het krijt, niet alleen voor mijn stilzwijgen over wie hem gekocht heeft, maar ook omdat ik erheen ging om hem een plezier te doen en gekoppeld werd aan een... nou, een barracuda, of misschien kan ik beter zeggen een haai.'
Eindelijk lukte het hem een mager glimlachje te laten zien. Claire voelde dat hij blij was het over een ander onderwerp te kunnen hebben dan waar hij het zojuist met zijn broer over had gehad.
'Ik moet zeggen,' zei hij terwijl hij zijn zakdoek opvouwde en weer in zijn zak stak, 'dat ik uw schilderijen graag een paar weken in de winkel wil hebben en dat ik er, als ze verkopen, misschien nog wel een paar wil.'
'Echt waar? En niet alleen uit liefdadigheid?'
'Zeker niet. Ik zal een voorlopig contract opstellen, als u dat goed vindt, en dan kunnen we over prijzen onderhandelen en over de wijze van inlijsten overleggen. Ik weet zeker dat u met uw achtergrond in ontwerp en binnenhuisarchitectuur daar een duidelijke mening over hebt.'
'Dat is geweldig, maar Mr. Markwood -'
'Zeg maar Noah, alsjeblieft.'
'Noah, wat voor indruk maakte Keith op jou toen hij de schilderijen kwam brengen? Ik bedoel, leek hij ook maar enigszins van streek of gespannen? Ik begrijp wel dat je hem niet goed genoeg kende om te kunnen vergelijken, maar...'
'Hij leek aandachtig en vastberaden,' antwoordde hij. Hij zette zijn ene hand op zijn heup en leunde tegen de langste vitrine. 'Hij was er erg op gebrand dat ik de schilderijen nam, waardoor ik eerlijk gezegd een beetje tegen begon te sputteren - tegen zijn aandringen, niet tegen de doeken zelf. Maar met alle belangstelling die er hier in de buurt bestaat voor de waterval en die beruchte brug...'
Zijn stem stierf weg en hij keek gegeneerd.
'Ik wil niet dat de mensen denken dat ik daar geld uit sla,' zei Claire.
'Nee, ik ook niet,' stemde hij in.
'Maar ik ben blij dat je ze goed vindt, Noah, omdat ik gewoonlijk alleen maar voor mijn eigen plezier schilder. Als iemand anders er ook plezier aan beleeft, komt er tenminste nog iets goeds uit die tragische plek voort.'
'Ik verheug me er al op ze in de winkel te hebben, en ik moet je trouwens zeggen dat bijna negentig procent van mijn klanten niet hier uit de stad komt, de meeste komen niet eens uit het noordwesten, dus als ze geïnteresseerd zijn in jouw weergave van de brug is dat louter om de indringende schoonheid ervan, en niet uit sensatiezucht.'
Tijdens het praten hield hij zich bezig met het verschuiven van een paar dertig centimeter hoge Chinese honden in de vitrine. Het duurde even voor het tot Claire doordrong wat het waren.
'Die zijn toch zeker niet door zeelieden gesneden, hè?' vroeg ze. 'Ze lijken me Chinees. Keith heeft vroeger voor Chin Pacific gewerkt, zie je, een bedrijf dat dat soort dingen importeert.'
'O ja? Dat heeft hij niet verteld, maar we stonden ook in de kunstwinkel toen ik hem sprak, en ik neem aan dat hij niet eens wist dat ik ook antiek ivoor en Aziatische kunstobjecten van been verkoop. Dit zijn alleen maar goede imitaties, maar ik heb een schitterend ivoren paard van de Tang-dynastie in de safe. Maar goed, je bent hier niet bepaald om iets te kopen.'
'Ik heb wel een vraag over die indiaanse zielenvanger in de etalage,' zei ze. 'Heeft Sam Twoclaws die soms gesneden?'
'Sam doet wel eens wat beensnijwerk voor me, maar iets als dat zou hij nooit verkopen,' verklaarde Noah terwijl hij erheen liep en zijn hand in de zonbeschenen etalage stak om het voorwerp te pakken. 'Zielenvangers zijn uitsluitend voor sjamanen, en die ouwe Sam neemt die dingen uiterst serieus. Hij is een Coastal Salish, weet je, en zijn familie bezat het recht om sjamaan te zijn, zou je kunnen zeggen, en van generatie op generatie visgebieden en begraafplaatsen hier in de buurt te bezitten.'
'Dat heb ik gehoord. Een paar jaar geleden heeft hij vergeefs geprocedeerd om er een paar terug te krijgen.'
'Fascinerend, die ideeën van hen,' vervolgde Noah. Hij staarde naar het bewerkte stuk been dat hij in zijn handen hield. Het was vergeeld en gebarsten maar prachtig besneden, met gezichten die deels demonisch, deels dierlijk leken.
'Ze geloofden dat de ziel van jagers en vissers kon reïncarneren,' vertelde Noah, 'dat de scheidslijnen tussen dieren, mensen en geesten overschreden konden worden, met name door sjamanen. Ik stel me zo voor dat Sam daarom taxidermist is. De Salish geloofden dat de geest in de beenderen huisde, snap je, het deel van mens en dier dat het langst bewaard blijft. Dus denkt hij dat hij door het lichaam van dieren te conserveren in contact blijft met hun geest of zoiets.'
Claire huiverde. Misschien had Sam wel echt geloofd dat hij Keiths geest kon terugroepen, hem op de een of andere manier weer tot leven kon brengen. Plotseling had ze er behoefte aan weer buiten in het zonlicht te zijn, in plaats van te staren naar dingen die spraken van het verleden en van mensen die al lang dood waren.
Ze liep achteruit en pakte de deurknop vast.
'Als jij het ermee eens bent,' zei Noah, verbaasd opkijkend alsof hij opschrok uit gepeins, 'hang ik wat ik hier heb van je werk in de winkel. Ik vind echt dat je iets bijzonders hebt gemaakt van die landschappen. Er spreekt onderdrukte emotie uit, vermengd met een zeker verlangen naar de waterval en de rivier.'
'Verlangen?' fluisterde ze. 'Dank je. Bel me maar.'
Met een ruk trok ze de winkeldeur open, en ze rende naar buiten alsof ze zojuist ontsnapt was aan het duister van Sams geestenwereld.
Claire bleef zo druk bezig de herberg te doorzoeken, dat de tijd en het daglicht wegglipten. Nick belde iets na negen uur. Ze had de hele dag niets van hem gehoord, en hij klonk gehaast en zakelijk.
'Ik ben op weg naar het vliegveld om naar Cedar Island te vliegen,' vertelde hij.
'Waarom ga je niet met de veerboot in plaats van een vliegtuig te huren? Het begint hier al mistig te worden.'
'Wil je zeggen dat je bij de vrijgezellenveiling niet aandachtig naar mijn beschrijving hebt geluisterd?' vroeg hij bijna plagerig. 'Ik vlieg in mijn eigen toestel. Een vierpersoons watervliegtuig. Het is hier nog helder, dus de mist hangt waarschijnlijk alleen boven de rivier.'
'O. Vlieg je in het donker?'
'Ik kan zo nodig blind vliegen. Ik heb daar morgenochtend vroeg een bespreking, daarom logeer ik bij een vriend. Het is een prachtige avond, het is maar een kwartier vliegen en het is zo helder dat je de sterren kunt tellen.' Zijn stem haperde. 'Het is geweldig, in je eentje daarboven.' Hij klonk weemoedig, bijna triest.
'Het is er vast prachtig,' zei ze zacht. 'Mijn vader nam me vaak mee uit vliegen toen ik nog klein was, maar ik ben al een poos niet meer de lucht in geweest.'
'DeeDee zei dat jullie geen enkel proces-verbaal over Keith hebben kunnen vinden.' Hij klonk weer volkomen zakelijk.
'Niet één, maar ze heeft geweldig geholpen.'
'Typisch DeeDee.'
'Als ik dit allemaal achter de rug heb, zou ik graag haar vriendin willen worden, niet dat ik dat nog niet ben. Want volgens mij heeft ze behoefte aan een vriendin die wat volwassener is, als klankbord en om wat tips van te krijgen.'
'Dat zou ze fijn vinden, maar je loopt wel het risico dat ze zich aan je vast gaat klampen. Haar verwaande zusjes hebben haar afgeschreven omdat ze geen maatje weet ik veel wat een kleine maat is. Ze denken dat ze niet bereid is iets aan zichzelf te doen zodat ze kunnen toegeven dat ze familie van hen is. Maar af en toe kan ze je stapelgek maken met haar gemoeder. Hoor eens, Claire,' vervolgde hij in één adem, 'ik probeer nog één ding dat me te binnen schoot toen die boeken over depressie opdoken. Het toxicologisch rapport van een autopsie kost altijd wat meer tijd, en wanneer de conclusie zelfmoord luidt, wordt het soms meteen in het archief gestopt - daarom heb ik een berichtje aan de lijkschouwer gestuurd om na te gaan of
Keith antidepressiva in zijn lichaam kan hebben gehad.'
'Ik heb hem nooit iets zien slikken, en ik heb ook nooit rekeningen of verzekeringsclaims gezien voor dergelijke medicijnen. Omdat we niet meer via ons werk verzekerd waren tegen ziektekosten maar zelf een verzekering hadden afgesloten, zou ik dat gemerkt hebben.'
'Ja, maar omdat je niet op de hoogte was van die boeken, wist je misschien ook niets over pillen of een arts die we via een recept of zo kunnen opsporen.'
'Dat is zo. Dank je wel, ook voor alles wat je verder nog bedenken kunt.'
'Ik moet ophangen. Morgenmiddag ben ik terug en ik bel je als ik die toxicologische info losgekregen heb.'
'Bedankt. Ik ben nog steeds in huis aan het zoeken, al ben ik bang voor wat ik zou kunnen vinden.'
Bang voor wat ik zou kunnen vinden. Die laatste woorden echoden nog door haar hoofd toen ze een paar minuten later het licht op de veranda aandeed en het angstaanjagende dode ding zag dat haar door het glas en de mist aanstaarde.