19
* *
*
Maandag 4 augustus – 21.05 uur – Kremlin
‘Geachte burgers van Rusland, beste vrienden…’
Gogolov keek met priemende ogen in de camera.
‘…vandaag begint de wederopstanding van Moeder Rusland.’
* * *
Eliëzer Mordechai bekeek de toespraak op zijn computer.
De toespraak hoefde voor hem niet vertaald te worden. Hij was in Siberië geboren en sprak vloeiend Russisch. De wonderen der techniek stelden hem in staat de uitzending direct van de Russische satelliet te downloaden.
Bovendien had hij door het luisteren naar het ritme en de intonatie van Gogolovs stem zonder tussenkomst van een frequentiezeef of een of andere tussenpersoon het idee dat hij een extra kijkje in de ziel van deze man kreeg.
‘Het nieuwe Rusland wil vrede, geen oorlog. Het eist echter ook gerechtigheid en laat zich niet afschrikken. Het Russische volk heeft te lang op de Titanic gezeten. We hebben te lang toegekeken terwijl het schip van onze staat zonk toen onze leiders en hun makkers onze krijgsmacht ontmanden en onze nationale schatkist plunderden.
Ooit was de hele wereld jaloers op ons, op onze rijke cultuur, onze rijke historie en onze eerste man in de ruimte. De wereld sidderde voor onze aanwezigheid. Vandaag de dag zijn we hard op weg een derdewereldland te worden. In 1991, het jaar waarin het Sovjetrijk uiteenviel, was de gemiddelde levensverwachting van de Rus vijfenzestig jaar. Tegenwoordig is dat negenenvijftig. Dat is vijftien jaar minder dan die van de Amerikanen en het daalt nog steeds. Vóór 1991 leed niemand in Rusland honger. Er was geen Rus die het zonder medische zorg moest doen. Niemand werd aan zijn lot overgelaten. Er werd voor iedereen gezorgd. Toch leeft vandaag een op de vijf Russen onder de armoedegrens en verdient gemiddeld negenhonderd roebel – vijfentwintig euro – per maand. Dat is niet genoeg om te overleven – laat staan om enige waardigheid en enig respect te behouden. Waarom? Wat is er met ons gebeurd?’
Waar was Iljoesjkin? Waarom zorgde de man die deze dwaasheid in gang had gezet niet dat hij in het middelpunt van de belangstelling stond?
Mordechais gedachten gingen terug naar de dossiers die Al-Hassani hem een paar dagen eerder in Babylon had gegeven. Volgens de documenten in die dossiers had Saddam Hoessein in het geheim tientallen miljoenen dollars aan Iljoesjkin betaald om Irak te helpen internationale economische sancties van het vn-programma te ontduiken. Later was dit bekend geworden als het olie-voor-voedselschandaal. In de documenten was expliciet weergegeven dat Saddam wilde dat Iljoesjkin Boris Stoetsjenko, toenmalig president van Lukoil, zou overhalen tegen een verlaagde prijs Iraakse embargo-olie te kopen.
Het plan was heel eenvoudig: Stoetsjenko zou de Iraakse olie met winst doorverkopen op de wereldmarkt en zo een fortuin verdienen. Saddam zou de illegale opbrengst gebruiken om nog meer wapens te kopen om zich voor te bereiden op een volgende krachtmeting met Washington. En Iljoesjkin zou zijn aandeel van de illegale winst gebruiken om verder te bouwen aan een vijfde extreem rechtse zuil in Rusland in de hoop op een dag het Kremlin over te nemen.
In de dossiers stond dat het plan al begin 1990 in werking was getreden en lange tijd had alles op rolletjes gelopen. Alleen was Saddams regime nu omvergeworpen, Stoetsjenko gedood en Iljoesjkin verdwenen.
Had Gogolov ook geld van Saddam gekregen? Nee, zijn naam werd nooit genoemd in de correspondentie met Iljoesjkin en Zjirinovski. Hoe was het Gogolov dan gelukt boven aan deze met olie besmeurde ladder te komen?
‘Waar is het
misgegaan?’ vervolgde Gogolov, zo kalm en zo waardig dat hij eerder
een Amerikaanse directeur leek dan een moord-
dadige neonazi. ‘Hebben we geen natuurlijke hulpbronnen? Natuurlijk
wel. We zijn een van de grootste producenten van olie en gas ter
wereld. Hebben we geen menselijke hulpbronnen? Integendeel: de
Russen behoren tot de best opgeleide en meest innovatieve volken op
deze aardbol. Hoe zijn we dan op dit punt beland?
Ik zal het u vertellen. Rusland is verkracht, verslonden door mensen die gedreven werden door onverzadigbare, ongetemde gulzigheid. Neem bijvoorbeeld de overleden Grigori Vadim. Wist u dat onze voormalige president meer dan 23 miljard dollar op een Zwitserse bankrekening had staan? Wist u dat hij volledig betaald werd door Boris Stoetsjenko, de Siberische oliebaron voor wie “door en door corrupt” nog een te milde omschrijving is? Het is echt waar. Stoetsjenko werd echter rusteloos. Hij vond het niet leuk in een hoekje cheques uit te schrijven. Hij wilde dat de wereld wist hoe belangrijk hij was – het hoofd van Ruslands grootste oliemaatschappij en eigenaar van de corruptste politicus van Rusland. Vadim en zijn helpers betaalden twee Tsjetsjeense terroristen om Stoetsjenko uit de weg te ruimen. De twee terroristen brengen daarmee een crisis met de Verenigde Staten teweeg, die nu geheel uit de hand dreigt te lopen.
Te zijner tijd zullen wij het bewijs hiervan overleggen. We hebben al veel bewijs. We verzamelen nog meer. U zult het als eerste weten. Nu weet u waarom er actie moest worden ondernomen – nu, dit weekend, voordat het te laat was. Het was niet aangenaam. Dat pretendeer ik zeker niet. Maar het was hard nodig.’
* * *
MacPherson kon zijn oren niet geloven.
Was hier iets van waar? Had Vadim steekpenningen aangenomen? Had hij kunnen samenspannen met de Tsjetsjeense rebellen om een crisis met de vs uit te lokken? Wat zou zijn motief geweest zijn?
De vragen bleven maar opkomen, maar zelfs nu voelde de president zich geboeid door Gogolovs optreden.
De man zag er anders uit dan op de korrelige, iets onscherpe foto’s die de fbi en de cia van hem hadden. Hij zag er jonger uit, gezonder. Hij had een mager gezicht, een puntige Europese neus, vierkante kaken en een dunne, wrede glimlach. Zijn blonde haar was kortgeknipt, maar niet gemillimeterd en zijn huidskleur was lichter, bijna Arisch.
Zijn azuurblauwe ogen waren echter hetzelfde – fel en hypnotiserend – ook al zaten ze verstopt achter een bril met een rond, gouden montuur, waardoor je vergat dat Gogolov niets meer dan een koelbloedige moordenaar was.
* * *
Ruth Bennett staarde naar de televisie.
Ze kon zich niet herinneren dat het ooit zo stil was geweest in al die jaren dat ze naar deze schoonheidssalon ging. Normaal gesproken was het net een bijenkorf waar het gonsde van de interessante roddels en daarom was het een van de weinige uitjes waar ze elke maand naar uitkeek. Maar vandaag was het anders. Iedereen wist wat er op het spel stond en Ruth en de andere dames zaten aan de televisie gekluisterd. Bovendien wisten ze dat ze in Moskou gewoond had. Ze wisten dat haar zoon en haar toekomstige schoondochter hier op de een of andere manier bij betrokken waren. En ze wisten zeker dat ze haar miljoenen vragen zouden stellen als dit afgelopen was.
Maar wat kon ze in vredesnaam tegen hen zeggen?
Wie was die Gogolov? Wat wilde hij eigenlijk?
Iets in zijn ogen en de manier waarop hij sprak, beangstigde haar. En plotseling zat ze in Moskou. Ze was net getrouwd, zorgde voor haar baby en probeerde te overleven in een stad die Amerikanen leek te haten in een land dat openlijk dreigde hen levend te begraven.
Haar overleden man, Sol, had genoten van hun jaren in Rusland. Zij had elke minuut ervan verschrikkelijk gevonden – de feestjes, het continu op reis zijn, de immer aanwezige angst dat de kgb je zat af te luisteren, de kou die tot op het bot ging. Het ergste van alles vond ze het spelen van ‘het kleine vrouwtje’ dat constant haar kleine Jon-Jon bij een of andere tandeloze kinderjuffrouw moest achterlaten om in het openbaar te verschijnen met haar wereldreizende, kettingrokende, deadlineminnende emotionele leegte van een echtgenoot.
En waarvoor? Om een zoon groot te brengen die haar verfoeide?
Ze tuurde naar Gogolovs zielloze ogen en haar handen begonnen te trillen. Noem het vrouwelijke intuïtie, moederlijk instinct, een zesde zintuig. Op dat moment wist ze dat deze man haar zoon gevangen hield en ze wist dat ze hem nooit meer zou zien.
* * *
‘En daarmee kom ik bij de taak die voor ons ligt,’ zei Gogolov.
‘Door de vele doden die zijn gevallen toen ze met ons meevochten voor deze bevrijding, valt de verantwoordelijkheid voor het opbouwen van een nieuw Rusland mij ten deel. Ik heb niet om deze taak gevraagd, maar ik ben gaan geloven – hoewel met tegenzin – dat dit mijn bestemming is. Ik zal me daarom geheel en al wijden aan de taak die voor me ligt. Ik zal een team van goede en trouwe dienaren van het volk om me heen vergaren, mensen van eer, moed en onbetwistbare integriteit. Ik zal de orde in de straten weer herstellen en ik zal onze hoofdstad zuiveren van de schandvlek van corruptie.
Om te beginnen zal ik veiligheidstroepen opdracht geven in binnen- en buitenland de mensen die verantwoordelijk zijn voor de verkrachting van Rusland op te pakken en ik zal niet rusten voordat er gerechtigheid is gedaan. Ook zal ik de mensen die onze vijand hebben gesteund en bijgestaan niet vergeten.
Nu de zaken er zo voorstaan, geef ik bij dezen mijn toestemming het salaris van elke man of vrouw die in dienst van het leger en de geheime dienst staat, te verdubbelen. Degenen die ons eer aan doen, doen wij eer aan. Bovendien kondig ik bij dezen een nieuw initiatief aan om onze krijgsmacht te moderniseren en uit te breiden. In de komende tien jaar zullen we van een miljoen naar drie miljoen militairen in actieve dienst gaan. Ook zullen we in dezelfde periode onze inlichtingen- en veiligheidsdienst uitbreiden naar een miljoen agenten. De dienstplicht schaffen we echter af. Het nieuwe Rusland vraagt om een nieuwe krijgsmacht, een professionele, gemotiveerde, zwaar getrainde macht van bereidwillige en toegewijde manschappen. We zullen de beste en de slimste mannen en vrouwen van Rusland werven. We zullen hun concurrerende lonen aanbieden. We zullen hen uitrusten met de modernste technologie.
Amerika zal niet langer de politieagent van de wereld zijn. Washington zal niet langer zijn wil kunnen opleggen aan de rest van de wereld. Amerika zal niet langer in zijn eentje bepalend zijn voor de wereld die onze kinderen en kleinkinderen zullen beërven. Ik verbreek daarom de relaties met de vs en wel vanaf dit moment. Ik heb bevel gegeven de ambassade in Washington te sluiten. Ik heb opdracht gegeven de ambassadeur terug te halen. Ik geef ook bevel aan alle mensen met een Amerikaans paspoort, inclusief de mensen op de Amerikaanse ambassade hier in Moskou en in alle Amerikaanse consulaten binnen de Russische Federatie, Rusland binnen zeven dagen te verlaten of een gevangenschap te riskeren op grond van verdenking van spionage.
Dit betreft geen andere buitenlandse burgers die in de Russische Federatie werken of op bezoek zijn. Ik zie er in de komende dagen zelfs naar uit via de telefoon of persoonlijk te spreken met de leiders en de ambassadeurs van Ruslands vrienden en bondgenoten, om te beginnen met de leden van de Europese Unie met wie we onze toekomst op één lijn zien liggen.
Twijfel niet, zonen en dochters van Moeder Rusland. Ik ben me ervan bewust dat de verantwoordelijkheden die ik op me heb genomen enorm zijn; ik denk daar niet licht over. Maar ik neem ze op me in het vertrouwen dat de beste tijd nog voor ons ligt. Vandaag is een historische dag, mijn vrienden, het begin van een nieuw tijdperk, de geboorte van een nieuw Rusland – vrij, welvarend, rijk en sterk, een Rusland waarop de inwoners trots kunnen zijn en waarvoor de wereld ontzag zal hebben – en ik beschouw het als mijn heilige taak het volk van Rusland voor dit doel te verenigen.’