Achttien
Acht weken vakantie. Schoolvakantie wel te verstaan. Wat doe je ermee?
El señor heeft hooguit tijd om tien dagen met ons op reis te gaan, maar that’s it. Gelukkig is daar Club Mundet. Dat is een heuse countryclub waar we heel posh lid van zijn. En met ons Caesars halve school en vriendenkring. Een uitvinding. Op haar advertenties prijst Club Mundet zichzelf aan als een oase in de stad. Hartstikke cliché, maar ook hartstikke waar.
Midden in Polanco ligt het uitgestrekte terrein. Het is reusachtig. Er zijn picnickvelden; groen, met hoge bomen en houten bankjes. Er zijn wandelpaden; door kinderen gebruikt om te fietsen, door sportievelingen gebruikt om te joggen en door daredevils gebruikt om te skateboarden. Er zijn twee mooie speeltuinen, eentje buiten en de andere binnen, voor regenachtige dagen. Er zijn twee restaurants. Het park telt maar liefst twintig tennisbanen, twee zwembaden, vier paddletennisbanen, voetbalvelden, en een sporthal voor basketbal, ballet, toneel et cetera. Het is een paradijs voor jong en oud, waar je alle soorten sport binnen handbereik hebt.
Vriendinnen Hilda en Adriana hebben ons met succes overgehaald ook lid te worden. Na een paar leuke lunches met hen, en vooral fantastische speelmiddagen voor Caesar en Carmen, zijn we overstag gegaan. Het aardige van Club Mundet is dat ze ook meedenken over de lange zomervakanties. En een curso de verano (soort zomerkamp) aanbieden voor de kids. Ik was er als de kippen bij om Caesar in te schrijven.
Elke dag wordt hij van half-tien tot half-twee vermaakt, in een groepje met zeven andere jongetjes van zijn leeftijd. Ze zwemmen, houden speurtochten, spelen verstoppertje, voetballen, touwtrekken, maken tekeningen, bouwen hutten. Dit alles onder de bezielende leiding van zijn tokayo (naamgenoot), want de prof heet Cesar. Het leuke van een tokayo is dat je elkaar voortaan met die term aanspreekt. “Hola tokayo,” begroeten zij elkaar nu elke ochtend.¬
‘s Ochtends gaat Caesar vaak met el señor mee naar kantoor, dat heel convenient aan de overkant van Club Mundet ligt. Caesar zit dan vanaf acht uur achter het bureau van Liby, de secretaresse van el señor en groot fan van Caesar en Carmen. Om een even actieve indruk als zijn vader te wekken, gaat elke dag zijn Spider-Man-laptop mee.
Laatst wees hij in Palacio de Hierro zelfs een miniherenkostuum met stropdas aan als ontbrekend in zijn garderobe. “Voor als ik naar het werk van papa gaat.” Dat vond ik, hoewel gecharmeerd van het concept, een tikje overdreven. Daarbij straalt Caesar dermate veel natuurlijk overwicht uit, dat hij zich niet hoeft te hullen in een slick kostuum.
Tussen acht en kwart over negen werkt Caesar zich een slag in de rondte.
Hij maakt vele tekeningen, die de hele wand achter het bureau van Libs the bips (ja, mama is zoo grappig) sieren. Ook surft hij op internet op zoek naar coole games. Regelmatig schakelt hij daarbij de hulp van de complete IT-afdeling in. Elpequeno jefe (de kleine baas) kan nu al uitstekend delegeren.
Als rond één uur het einde van de cursusdag nadert, spring ik met meeneming van Maria en Carmen in de auto om Caesar op te halen, die zich in hartje Mexico City heeft beziggehouden met speurtochten in de ‘bossen’, vliegtuigjes bouwen, voetbalwedstrijdjes en zwemavonturen.
Maria vindt het geweldig bij Club Mundet en ik vind dat op mijn beurt weer leuk voor haar.
Veel ouders nemen hun muchacha mee, of sturen haar er alleen met de kids op uit. Vaak zodat mams haar nagels kan laten doen of heur haar kan laten föhnen, soms omdat de moeder – zoals vriendin Hilda – gewoon een werkdag moet draaien. Het is hoe dan ook een goede deal.
Kinderen vinden het er leuker dan thuis en de muchacha ook. Het is net als met de kinderfeestjes een verzamelplek waar ze kunnen kletsen en vooral roddelen over hun eigenzinnige bazinnen.
Ik ben benieuwd wat Maria allemaal over mij te melden heeft. Ik sta er zelden bij stil, want ik voel me nu wel vertrouwd met haar, maar toch is zij op dit moment in mijn leven degene die misschien wel het meest van mij weet. Heel veel meer dus dan mij lief is, privacygevoelig als ik ben.
Om te beginnen doet ze de was. Ze kent mijn kleine slipjes én grote onderbroeken van binnen en van buiten. Letterlijk.
Ze woont met ons onder één dak. Als el señor en ik intieme momenten beleven, zou ze dat zomaar kunnen horen. Ook iets wat ik expres niet tot mij laat doordringen. Ruzies komen gelukkig zelden voor, maar ook die zou ze kunnen meekrijgen. Ze ziet mij functioneren als moeder, als echtgenote en als haar bazin. En natuurlijk gewoon als Eus. Die steeds blij aankondigt wanneer ze weggaat en wat ze precies gaat doen, omdat ze denkt dat dat hoort en omdat ze soms in de war is over het gegeven wie nu aan wie verantwoording moet afleggen.
Die vervolgens steevast binnen tien seconden weer hijgend voor de deur staat omdat ze haar tas, portemonnee, badpak, sleutels, telefoon, auto, pakje drinken voor Caesar, melk voor Carmen of wat dan ook is vergeten.
Die nooit de telefoon opneemt. Die één keer per week non-stop ratelend in een vreemde taal haar moeder aan de lijn heeft. Die er vaak uitziet als een overjarig kind. Maar soms opeens Mexicaanse hoge hakken draagt en bijpassend opgestoken haar heeft. Die om-te-huilen-zulke-bizarre zins-constructies op Maria’s landgenoten afvuurt. Vaak wild enthousiast, soms woest geïrriteerd.
Die regelmatig komt kletsen in Maria’s kamer. Die met vallen en opstaan heeft geleerd duidelijk aan te geven wat ze van Maria wil. Die een taakomschrijving in gebrekkig Spaans op de koelkast heeft geplakt. Die als ze is weggeweest een blikje cola en zakje chips meeneemt, omdat ze weet dat Maria dat zo lekker vindt.
Die de zorg en liefde voor haar kinderen met Maria deelt. Die met Maria naar de dokter gaat als zij zich niet lekker voelt. Die de consulten en medicijnkosten voor haar rekening neemt. Die vitaminepillen koopt en kopjes thee brengt. Kortom: die zich als moeder, bazin, gewoon Eus en soms zelfs als echtgenote van Maria opstelt.
Maria heeft dus stof genoeg voor verhalen.
Na afloop van de curso lunchen we vaak met z’n allen in het restaurant.
El señor komt meestal ook langs en af en toe nodigen we Liby uit. Liby, zijn trouwe secretaresse, die als surrogaatoma optreedt voor Carmen en Caesar en die mij vaak helpt door de Mexicaanse papiershit te komen, zoals elk jaar bij het herinschrijven van Caesar op school. Libs the bips mag dan ook niet ontbreken bij la comida (de warme middagmaaltijd), die in Mexico meestal met het complete gezin wordt genuttigd. Maria en Liby horen inmiddels bij de extended versie daarvan.
Hardcore sporten is er op Club Mundet echter voor ons niet bij. We zijn nog steeds zo verknocht aan de sportclub van het Nikko-hotel dat we het niet over ons hart kunnen verkrijgen om de tennisbanen en het zwembad daar de rug toe te keren. Club Mundet is eigenlijk onze naschoolse opvang.
Ook Carmen wordt in dit entertainmentcircus niet vergeten. Op dinsdagmiddag is er muziekles voor baby’s. Alle moeders of muchachas (of in ons geval allebei) zitten lekker in het zonnetje in een kring te rammelen op sambaballen om de dreumesen wat gevoel voor ritme bij te brengen.
Soms doet Caesar ook mee, maar vaker speelt hij met vriend en klasgenoot Ander ergens op het complex. Dat is misschien wel het allergrootste voordeel van Mundet: het is er in tegenstelling tot buiten de hekken hartstikke veilig. Caesar kan er vrij rondlopen en onbezorgd spelen.
Vandaag huppel ik zelf over de paden tussen de joggers en skateboarders door. Het is feest! Na weken en weken aan het plafond gekleefd te hebben gezeten, afgewisseld met in de gordijnen te hebben gehangen of onder de vloer gekropen te zijn, is de kogel dan toch eindelijk door de kerk: ik mag mijn boek schrijven!
Toen de verlossende mail eenmaal kwam, was ik zo van mijn a propos dat el señor hem drie keer moest voorlezen en mij moest verzekeren dat de boodschap een ‘ja betekende. Sinds ik mij op dit ondoorzichtige schrijverspad heb begeven, heb ik namelijk zo vaak het woord ‘nee’ gehoord dat ik een ‘ja’ niet eens meer als zodanig herken. Maakt niet uit.
Dat kleine woordje is voldoende om als Speedy Gonzales naar huis te scheuren en direct weer verder te schrijven.♦