•36•
‘Ik vind meneer Riggs aardig, mama.’
‘Nou, zo goed ken je hem niet, hè?’
LuAnn zat op de rand van het bed van haar dochter en liet haar vingers gedachteloos over het dekbedovertrek gaan.
‘Ik heb een goed instinct als het om zulke dingen gaat.’
Moeder en dochter wisselden een glimlach. ‘O ja? Nou, misschien kun je je inzichten dan met me delen.’
‘Serieus: komt hij gauw terug?’
LuAnn haalde diep adem. ‘Lisa, misschien moeten we hier binnenkort weg.’
Lisa’s hoopvolle glimlach verdween op slag. ‘Hier weg? Waarheen?’
‘Dat weet ik nog niet. En het is nog niet zeker. Oom Charlie en ik hebben het nog niet helemaal besproken.’
‘Zijn jullie ook van plan het met mij te bespreken?’
LuAnn schrok van de onbekende toon van Lisa’s stem. ‘Waar heb je het over?’
‘Hoe vaak zijn we in de afgelopen zes jaar verhuisd? Acht keer? En dat zijn dan alleen nog maar de jaren die ik me kan herinneren. God weet hoe vaak we zijn verhuisd toen ik nog erg klein was. Het is niet eerlijk.’ Lisa kreeg een kleur en haar stem trilde.
LuAnn sloeg haar arm om Lisa’s schouders. ‘Schatje, ik zei niet dat het zeker was. Ik zei alleen ‘‘misschien’’.’
‘Daar gaat het niet om. God, dus het is nu ‘‘misschien’’. Of misschien volgende maand. Maar op een dag is het ‘‘we gaan weg’’ en dan kan ik daar niets aan doen.’
LuAnn drukte haar gezicht in Lisa’s lange haar. ‘Ik weet dat het moeilijk voor je is, kleintje.’
‘Ik ben geen kleintje, mama, niet meer. En ik zou heel graag willen weten waarvoor we op de vlucht zijn.’
LuAnn verstijfde en keek met een ruk op om Lisa indringend aan te kijken.
‘We zijn niet voor iets op de vlucht. Waarvoor zouden wij nou op de vlucht kunnen zijn?’
‘Ik hoopte dat je me het zou vertellen. Het bevalt me hier goed. Ik wil hier niet weg, en als je me niet heel goed kunt uitleggen waarom we weg moeten, ga ik niet.’
‘Lisa, je bent tien jaar oud en je mag voor die leeftijd dan erg intelligent en ontwikkeld zijn, evengoed ben je nog een kind. Dus waar ik ga, ga jij ook.’
Lisa wendde haar gezicht af. ‘Heb ik een groot trustfonds?’
‘Ja, hoezo?’
‘Nou, als ik achttien word, wil ik mijn eigen huis hebben en dan blijf ik daar tot ik doodga. En ik wil niet dat jij dan ooit op bezoek komt.’
LuAnn werd vuurrood. ‘Lisa!’
‘Ik meen het. En misschien heb ik dan vrienden en vriendinnen en kan ik de dingen doen die ik wil doen.’
‘Lisa Marie Savage, je bent over de hele wereld geweest. Je hebt dingen gedaan waarvoor de meeste mensen in hun hele leven nooit de kans krijgen.’
‘Nou, weet je wat?’
‘Wat?’ zei LuAnn fel.
‘Op dit moment zou ik zo met die andere mensen ruilen.’
Lisa ging op het bed liggen en trok het dekbed bijna over haar hoofd. ‘En nu wil ik graag alleen zijn.’
LuAnn wilde iets zeggen, maar zag ervan af. Ze beet op haar lip en liep vlug door de gang naar haar kamer, waar ze zich op het bed liet zakken.
Het viel allemaal uit elkaar. Ze kon het voelen, als een grote bol wol die een hoge trap af wordt gegooid. Ze stond op, ging naar de badkamer en zette de douche aan. Ze trok haar kleren uit en stapte onder het dampende water. Terwijl ze tegen de muur leunde, deed ze haar ogen dicht en probeerde tegen zichzelf te zeggen dat het allemaal wel goed zou komen, dat Lisa de volgende morgen bijgedraaid zou zijn, dat ze nog evenveel van haar moeder zou houden. Dit was niet de eerste keer geweest dat moeder en dochter in de loop van de jaren onenigheid hadden gehad. Lisa had niet alleen haar uiterlijke kenmerken met haar moeder gemeen, maar ook haar onafhankelijkheid en koppigheid. Na enkele minuten kwam LuAnn wat tot rust en liet ze het kalmerende water over zich heen stromen.
Toen ze haar ogen opendeed, stond haar een ander beeld voor ogen. Matthew Riggs moest zo langzamerhand wel geloven dat ze gek was. Gek en ook nog volslagen oneerlijk. Een fraaie combinatie als je indruk probeerde te maken. Maar dat probeerde ze niet. Ze had eerder medelijden met hem, omdat hij twee keer zijn leven had gewaagd en beide keren van een koude kermis thuis was gekomen. Hij was erg aantrekkelijk, maar ze was niet op zoek naar een relatie. Hoe kon ze? Hoe zou ze er zelfs maar over kunnen denken dat ze een partner zou nemen? Ze zou geen woord durven zeggen uit angst dat ze per ongeluk een geheim liet ontsnappen. Evengoed moest ze de hele tijd aan Matt Riggs denken. Hij was een erg knappe man. Sterk, eerlijk, moedig. En hij had ook iets geheims in zijn verleden. En hij had het niet altijd gemakkelijk gehad. Ze vervloekte opeens haar lot, het feit dat ze geen normaal leven leidde en dat ze niet eens kon proberen vriendschap met hem te sluiten.
Ze zeepte zich met krachtige bewegingen in
en verdreef daarmee haar frustraties. De harde beweging van haar
handen over haar huid wekte iets verontrustends in haar tot leven.
De laatste man met wie ze had geslapen, was Duane Harvey geweest;
dat was nu meer dan tien jaar geleden. Terwijl haar vingers zich
over haar borsten bewogen, stond Riggs’ gezicht haar weer voor
ogen. Ze schudde woedend haar hoofd, deed haar ogen weer dicht en
legde haar gezicht tegen de muur van
de badkamer. De kostbare, geïmporteerde tegels waren nat en warm.
Ze bleef in die houding staan, ondanks de waarschuwingssignalen die
door haar hoofd gingen. Zo nat. Zo warm. Zo veilig. Bijna zonder
dat ze er erg in hand, zakten haar handen naar haar middel af en
gingen ze over haar billen, en al die tijd had ze Matthew Riggs in
gedachten. Ze hield haar ogen stijf dicht. De vingers van haar
rechterhand gleden nu naar haar navel. Haar borsten werden
zwaarder. Onder het geluid van het water kwam er een diep gekreun
over haar lippen. Een grote traan liep over haar gezicht voordat
hij werd weggespoeld. Tien jaren. Tien vervloekte jaren. De vingers
van haar twee handen raakten elkaar nu aan, waren in zekere zin op
elkaar aangesloten, als de radertjes van een klok. Langzaam,
systematisch, evenwichtig. Heen en weer. Plotseling richtte ze zich
zo snel op dat ze met haar hoofd tegen de douchekop
kwam.
‘LuAnn!’ riep ze tegen zichzelf. Ze draaide de kraan dicht en stapte onder de douche vandaan. Vervolgens ging ze op het deksel van de wc zitten en liet haar hoofd tussen haar knieën zakken; het lichte gevoel in haar hoofd trok al weg. Haar natte haar viel over haar lange, blote benen. Het water stroomde van haar lichaam af; de vloer werd drijfnat. Ze keek met een schuldig gezicht naar de douche. De spieren in haar rug trokken zich samen, de aderen in haar armen zwollen op. Het viel niet mee. Het viel echt niet mee.
Ze kwam wankelend overeind, droogde zich af en ging naar de slaapkamer.
Tot de kostbare inrichting van haar slaapkamer behoorde een erg vertrouwd voorwerp. De klok die haar moeder haar had gegeven tikte nog, en toen LuAnn dat getik hoorde, begonnen haar zenuwen tot rust te komen. Goddank had ze die klok al die jaren geleden in haar tas gestopt, vlak voordat ze bijna vermoord werd in die caravan. Nog steeds luisterde ze, als ze ’s nachts wakker werd, naar het typische geluid van die klok. Hij sloeg elke derde slag over en maakte om ongeveer vijf uur ’s middags een geluid alsof iemand zachtjes tegen een cimbaal had geslagen. De raderen en draden, de ingewanden van het uurwerk, waren moe, maar het was of ze naar een oude vriend luisterde die de snaren van een versleten gitaar aansloeg, zodat de noten niet klonken zoals ze eigenlijk moesten klinken maar er toch een enorme geruststelling van uitging, een diepe vredigheid.
Ze trok een slipje aan en ging naar de badkamer terug om haar haar te drogen. Toen ze in de spiegel keek, zag ze een vrouw die op de drempel van iets stond: waarschijnlijk een catastrofe. Zou ze eens naar een psychiater moeten gaan? Of was het waar dat een therapie alleen succes kon hebben als je de waarheid sprak? Ze keek naar zichzelf in de spiegel en vormde die vraag met haar lippen. Nee, psychotherapie zat er niet in. Zoals gewoonlijk moest ze het in haar eentje verwerken.
Ze streek met haar vinger over het litteken op haar gezicht, voelde alle contouren van de opgezette, beschadigde huid en herleefde daarmee de pijnlijke gebeurtenissen uit haar verleden. Je mag het nooit vergeten, zei ze tegen zichzelf. Het is allemaal bedrog. Allemaal een leugen.
Ze was klaar met het drogen van haar haar en wilde net naar de slaapkamer teruggaan en zich op het bed laten vallen toen ze zich Lisa’s woorden herinnerde. Ze kon die rancune en woede niet de hele nacht laten smeulen. Ze moest weer met haar dochter gaan praten. Of dat op zijn minst proberen. Voordat ze naar Lisa’s kamer ging, ging ze eerst naar haar slaapkamer om haar ochtendjas aan te trekken.
‘Hallo, LuAnn.’
LuAnn schrok zo hevig dat ze de deurpost moest vastgrijpen, anders zou ze op de vloer zijn gezakt. Toen LuAnn hem aankeek, merkte ze dat de spieren in haar gezicht niet meer functioneerden. Ze kon niet eens een antwoord over haar lippen krijgen. Het was net of ze een beroerte had gehad.
‘Het is lang geleden.’ Jackson kwam van het raam vandaan en ging op de rand van het bed zitten.
Omdat hij zich zo nonchalant gedroeg, kon LuAnn zich uit haar verdoving losmaken. ‘Hoe ben je hier binnengekomen?’
‘Dat is niet relevant.’ De woorden en de toon klonken haar meteen bekend in de oren. De gebeurtenissen van al die jaren geleden drongen zich meteen weer aan haar op en dreigden haar te verlammen.
‘Wat wil je?’ Ze wrong de woorden over de lippen.
‘Aha, dat is erg relevant. Maar we hebben veel te bespreken, en ik stel voor dat jij dat doet met wat kleren aan.’ Hij keek nadrukkelijk naar haar lichaam.
LuAnn vond het uiterst moeilijk om haar blik van hem weg te nemen. Dat ze halfnaakt tegenover een man stond, was veel minder verontrustend dan dat ze hem haar rug zou moeten toekeren. Ten slotte gooide ze haar kastdeur open, haalde er een lange ochtendjas uit en trok hem vlug aan. Ze trok de ceintuur strak om haar middel en draaide zich toen weer om. Jackson keek niet eens naar haar. Hij keek om zich heen in haar weelderige boudoir. Zijn blik bleef even op de klok aan de muur rusten en ging toen weer verder. Blijkbaar had de korte blik die hij op haar lichaam had geworpen – een aanblik waarvoor veel mannen veel over zouden hebben gehad – hem alleen maar in verlegenheid gebracht.
‘Je bent vooruit gegaan. Als ik het me goed herinner, beperkte je smaak zich vroeger tot vuil linoleum en afdankertjes van de bedeling.’
‘Ik stel het niet op prijs dat je hier bent binnengedrongen.’
Hij draaide zich naar haar om en keek haar fel aan. ‘En ik stel het niet op prijs dat ik ondanks mijn volle agenda de tijd moest nemen om jou opnieuw te redden, LuAnn. O ja, word je liever LuAnn of Catherine genoemd?’
‘Je mag kiezen,’ zei ze op scherpe toon. ‘En ik hoef niet door iemand gered te worden, zeker niet door jou.’
Hij stond op van het bed en keek aandachtig naar haar veranderde uiterlijk. ‘Erg goed. Niet helemaal zo goed als ik had kunnen doen, maar ik zal geen spijkers op laag water zoeken,’ zei hij ten slotte. ‘Toch zie je er heel elegant, heel stijlvol uit. Mijn gelukwensen.’
LuAnn antwoordde: ‘De vorige keer dat ik je zag, droeg je een jurk. Afgezien daarvan ben je niet veel veranderd.’
Jackson had nog steeds de donkere kleren aan die hij in het huisje had gedragen. Zijn gezicht was hetzelfde als toen ze elkaar voor het eerst ontmoetten, al had hij zijn magere lichaam niet dikker gemaakt. Hij stak zijn hoofd naar voren en het was of zijn glimlach zijn hele gezicht verslond. ‘Wist je dat niet?’ zei hij. ‘Afgezien van mijn andere opmerkelijke capaciteiten word ik nooit ouder.’ Zijn glimlach was meteen ook weer verdwenen. ‘En laten we nu praten.’ Hij ging weer op de rand van het bed zitten en nodigde LuAnn met een handgebaar uit om aan een klein antiek schrijfbureau te gaan zitten dat tegen een van de muren stond. Ze deed het.
‘Waarover?’
‘Ik begrijp dat je bezoek hebt gehad. Iemand die je in een auto achtervolgde?’
‘Hoe weet je dat nou weer?’ zei LuAnn woedend.
‘Je wilt gewoon niet accepteren dat je geen informatie voor mij verborgen kunt houden. Zoals het feit dat je in strijd met mijn duidelijke instructies naar de Verenigde Staten bent teruggekomen.’
‘De tien jaar zijn voorbij.’
‘Gek is dat. Ik kan me niet herinneren dat ik een einddatum heb genoemd toen ik die instructies gaf.’
‘Je kunt niet van me verwachten dat ik de rest van mijn leven op de vlucht blijf.’
‘Integendeel, dat is precies wat ik verwacht. Dat is precies wat ik éís.’
‘Je kunt niet mijn hele leven beheersen.’
Jackson keek weer in de kamer om zich heen en stond toen op. ‘Alles in de juiste volgorde. Vertel me over die man.’
‘Ik kan deze situatie zelf aan.’
‘O ja? Voorzover ik kan zien, heb je de ene na de andere blunder begaan.’
‘Ik wil dat je nu meteen weggaat. Ik wil dat je maakt dat je mijn huis uit komt.’
Jackson schudde rustig met zijn hoofd. ‘De jaren hebben je temperament niet milder gemaakt. Ook met onbeperkt veel geld kun je geen tact of wellevendheid kopen, hè?’
‘Loop naar de pomp.’
In antwoord daarop stak Jackson zijn hand in zijn jasje.
In een oogwenk had LuAnn een briefopener van haar bureau gepakt. Ze hield haar arm schuin om met het ding te kunnen gooien. ‘Ik kan je hiermee op tien meter afstand doden. Met geld kún je een heleboel kopen.’
Jackson schudde triest met zijn hoofd. ‘Tien jaar geleden heb ik jou gevonden, een jong meisje met een goed stel hersens, een meisje dat in erg moeilijke omstandigheden leefde. Maar evengoed was je uitschot, LuAnn. En sommige dingen veranderen gewoon nooit, hoe jammer dat misschien ook is.’ Zijn hand kwam langzaam uit zijn jasje. Hij had er een stukje papier in. ‘Je kunt je speelgoedje wegleggen. Je zult het niet nodig hebben.’ Hij keek haar zo kalm aan dat ze bijna verlamd was. ‘Tenminste niet vanavond.’ Hij vouwde het papier open. ‘Nou. Ik heb begrepen dat er de laatste tijd twee mannen in je leven zijn gekomen. Een van hen is Matthew Riggs; van de ander weten we de naam nog niet.’
LuAnn liet langzaam haar arm zakken, maar ze hield de briefopener nog stevig vast.
Jackson keek op van het papier. ‘Ik heb er belang bij dat jouw geheim nooit uitkomt. Ik heb een aantal zakelijke activiteiten, en bovenal stel ik prijs op anonimiteit. Jij bent een dominosteentje in een lange rij van zulke steentjes. En als ze beginnen te vallen, blijven ze meestal vallen tot helemaal aan het eind. Ik ben dat eind. Begrijp je dat?’
LuAnn leunde in haar stoel achterover en sloeg haar benen over elkaar. ‘Ja,’ antwoordde ze kortaf.
‘Door naar de Verenigde Staten terug te komen heb je onnodige complicaties in mijn leven gecreëerd. De man die je volgt, is achter je identiteit gekomen door onder andere in je belastinggegevens te kijken. Dat was precies de reden waarom ik niet wilde dat je naar Amerika terugkwam.’
‘Dat had ik waarschijnlijk niet moeten doen,’ gaf LuAnn toe. ‘Maar probeer jij maar eens elke zes maanden te verhuizen, steeds naar een ander land met een andere taal. En probeer dat maar eens te doen als je een klein dochtertje hebt.’
‘Ik heb begrip voor je problemen, maar ik nam aan dat het wel verschil maakte dat je een van de rijkste vrouwen ter wereld was.’
‘Zoals je al zei: met geld kun je niet alles kopen.’
‘Je hebt die man nooit eerder ontmoet? Niet op al je reizen? Daar ben je absoluut zeker van?’
‘Ik zou het me herinneren. Ik herinner me alles van de afgelopen tien jaar.’ Ze zei dat zachtjes.
Jackson keek haar aandachtig aan. ‘Ik geloof je. Heb je enige reden om aan te nemen dat hij van de lotto weet?’
LuAnn aarzelde even. ‘Nee.’
‘Je liegt. Vertel me onmiddellijk de waarheid of ik dood iedereen in dit huis, te beginnen met jou.’ Die abrupte bedreiging, zo kalm en precies uitgesproken, kwam zo hard aan dat ze haar adem inhield.
Ze slikte met moeite. ‘Hij had een lijst. Een lijst van twaalf namen. Mijn naam, Herman Rudy, Bobbie Jo Reynolds en anderen.’
Jackson nam die informatie snel in zich op en keek toen naar het papier. ‘En die Riggs?’
‘Wat is er met hem?’
‘Zijn achtergrond is niet helemaal duidelijk.’
‘Iedereen heeft geheimen.’
Jackson glimlachte. ‘Touché. Onder andere omstandigheden zou dat me niet dwars zitten. Maar in dit geval wel.’
‘Ik kan je niet volgen.’
‘Riggs heeft een mysterieus verleden en hij is toevallig in de buurt als je hulp nodig hebt. Ik heb me laten vertellen dat hij je heeft geholpen.’
LuAnn keek hem onderzoekend aan. ‘Ja, maar hij is hier al vijf jaar, dus al veel langer dan ik.’
‘Daar gaat het niet om. Ik wil niet beweren dat die man hier speciaal voor jou naartoe is gekomen. Ik wil beweren dat er heel goed iets heel anders aan de hand kan zijn dan wat hij zegt. En nu komt hij toevallig in jouw wereld terecht. Dat zit me dwars.’
‘Ik geloof niet dat het iets anders dan toeval was. We hadden hem ingehuurd om een karwei voor me te doen. Het was helemaal niet zo bijzonder dat hij in de buurt was toen die andere man me begon te achtervolgen.’
Jackson schudde zijn hoofd. ‘Het bevalt me helemaal niet. Ik heb hem vanavond gezien.’ LuAnn verstijfde zichtbaar. ‘In het huisje. Ik was zo dicht bij hem.’ Hij hield zijn handen ongeveer zeventig centimeter van elkaar vandaan. ‘Ik dacht erover hem ter plekke te doden. Dat zou heel gemakkelijk zijn geweest.’
LuAnns gezicht werd bleek en ze likte over haar droge lippen. ‘Daar is geen enkele reden voor.’
‘Dat kun jij niet weten. Ik ga onderzoek naar hem doen en als ik iets in zijn achtergronden vind waardoor ik denk dat ik in moeilijkheden kan komen, zal ik hem elimineren. Zo simpel ligt dat.’
‘Laat mij je aan die informatie helpen.’
‘Wat?’ Jackson keek haar geschrokken aan.
‘Riggs ziet iets in mij. Hij heeft me al geholpen, waarschijnlijk mijn leven gered. Het is heel normaal dat ik mijn dankbaarheid toon. Dat ik hem beter leer kennen.’
‘Nee, dat bevalt me niet.’
‘Riggs is niet belangrijk. Een aannemertje. Waarom zou jij je met hem bezighouden? Zoals je al zei: je hebt het druk.’
Jackson keek haar enkele ogenblikken strak aan. ‘Goed, LuAnn, doe dat. Maar als je dingen aan de weet komt, geef je ze meteen aan me door, anders zal ik de zaak-Riggs in mijn eigen erg capabele handen nemen. Is dat duidelijk?’
LuAnn liet haar adem ontsnappen. ‘Ja.’
‘Die andere man moet ik natuurlijk vinden. Dat moet niet al te moeilijk zijn.’
‘Doe dat niet.’
‘Pardon?’
‘Je hoeft dat niet te doen. Hem vinden.’
‘Ik ben er heel zeker van dat ik dat wel moet doen.’
De herinnering aan Rainbow kwam weer in haar op. Ze wilde niet nog een dode op haar geweten hebben. Dat was ze niet waard. ‘Als hij weer komt opdagen, gaan we gewoon het land uit.’
Jackson vouwde het papier weer op en stopte het in zijn zak terug. Hij plaatste zijn vingertoppen tegen elkaar. ‘Jij begrijpt kennelijk niet ten volle wat er aan de hand is. Als jij de enige was die hij op het spoor was gekomen, zou jouw simplistische oplossing misschien afdoende zijn, in elk geval tijdelijk. Maar de man heeft een lijst met de namen van de andere elf mensen met wie ik heb gewerkt. Je zult het met me eens zijn dat het in feite ondoenlijk is om al die mensen bijna tegelijktijdig het land uit te laten vluchten.’
LuAnn hield haar adem in. ‘Ik kan de man betalen. Hoeveel geld kan hij nou willen? Dat moet afdoende zijn.’
Op Jacksons gezicht verscheen een strak glimlachje. ‘Chanteurs zijn geen sympathiek slag mensen. Ze willen nooit weggaan.’ Op scherpe toon voegde hij eraan toe: ‘Tenzij ze daar op extreme wijze toe worden gebracht.’
‘Jackson, alsjeblieft, doe het niet,’ zei ze opnieuw.
‘Wat moet ik niet doen, LuAnn? Zorgen dat jij in leven blijft?’ Hij keek om zich heen. ‘En met dit alles?’ Hij liet zijn blik weer op haar rusten. ‘Hoe gaat het trouwens met Lisa? Is ze even mooi als haar moeder?’
LuAnn voelde dat haar keel zich samentrok. ‘Het gaat goed met haar.’
‘Uitstekend. Zullen we dat zo houden?’
‘Kun je het niet gewoon loslaten? Laat mij het afhandelen.’
‘LuAnn, jaren geleden werden we met een andere chanteur geconfronteerd. Ik heb met hem afgerekend en ik zal ook met deze chanteur afrekenen. In dit soort aangelegenheden kies ik bijna nooit voor delegeren. Wees nou maar blij dat ik Riggs in leven laat. Voorlopig.’
‘Maar die man kan niets bewijzen. Hoe zou hij dat kunnen? En zelfs als hij het kon, zouden ze jou nooit op het spoor komen. Misschien zou ik naar de gevangenis gaan, maar jij niet. Ik weet niet eens wie jij werkelijk bent.’
Jackson stond op, zijn lippen stijf op elkaar. Hij streek even met zijn linkerhand over de rand van de sprei die op het bed lag.
‘Mooi borduurwerk is dit,’ merkte Jackson op. ‘Indiaans, nietwaar?’
Omdat ze even door die vraag werd afgeleid, keek LuAnn opeens in de loop van een 9 mm met geluiddemper.
‘Het zou een oplossing kunnen zijn dat ik jullie alle twaalf om het leven breng. Voor onze nieuwsgierige vriend zou het spoor dan doodlopen. Vergeet niet dat de periode van tien jaar voorbij is. Het hoofdbedrag van de lotto is al teruggestuurd naar een Zwitserse bankrekening die ik op jouw naam heb geopend. Ik raad je dringend aan dat geld niet naar de Verenigde Staten over te maken.’ Hij haalde weer een papier uit zijn zak en legde dat op haar bed neer. ‘Hier heb je de machtigingscodes en de andere rekeninginformatie die je nodig hebt om bij het geld te komen. De herkomst van het geld is onnaspeurbaar. Daar heb je het. Zoals we hadden afgesproken.’ Jacksons vinger kromde zich om de trekker van zijn pistool. ‘Maar nu heb ik eigenlijk weinig reden om jou in leven te laten, hè?’ Hij kwam naar haar toe. LuAnns vingers verstrakten zich om de briefopener.
‘Leg dat neer, LuAnn. Ik verzeker je: je bent erg atletisch, maar je bent niet sneller dan een kogel. Leg dat weg. Nú.’
Ze liet de briefopener vallen en ging met haar rug tegen de muur staan.
Jackson bleef pas staan toen hij nog maar enkele centimeters van haar verwijderd was. Terwijl hij het pistool ter hoogte van haar linkerwang bracht, streek hij met zijn linkerhand – hij droeg handschoenen – over haar rechterwang. Dat gebaar had niets seksueels. Ook door de handschoen heen voelde LuAnn de zuiver klinische kilte van zijn aanraking.
‘Je had dat ding meteen moeten gooien, LuAnn. Dat had je echt moeten doen.’ Hij keek haar spottend aan.
‘Ik ga niet iemand in koelen bloede doden,’ zei LuAnn.
‘Dat weet ik. Dat is je grootste tekortkoming, want dat is precies het moment waarop je moet toeslaan.’
Hij haalde zijn hand weg en keek haar aan.
‘Tien jaar geleden had ik het gevoel dat jij de zwakke schakel in de keten was. In de tussenliggende jaren dacht ik dat ik me misschien had vergist. Alles verliep zo soepel. Maar nu blijkt mijn eerste intuïtie goed te zijn geweest. Ook als ik zelf niet het gevaar liep ontdekt te worden, zou het een fout van mijn kant zijn om toe te staan dat die man je chanteert of misschien zelfs de manipulatie van de lotto aan de kaak stelt. En fouten maak ik niet. Nooit. En ik sta ook niet toe dat andere mensen invloed uitoefenen op plannen van mij, want dat zou op zich al een fout zijn. Trouwens, ik zou het niet kunnen verdragen dat zo’n geweldige prestatie verstoord werd.
Denk eens aan het geweldige leven dat ik je heb gegeven, LuAnn. Onthoud wat ik je al die jaren geleden heb gezegd: ‘‘Overal heen gaan, alles doen.’’ Dat heb ik jou gegeven. Het onmogelijke. Helemaal van jou. Moet je je nu eens zien. Een perfecte schoonheid.’ Zijn hand ging naar de voorkant van haar ochtendjas. Met langzame bewegingen maakte hij de ceintuur los. De ochtendjas viel open en haar trillende borsten en platte buik kwamen in zicht. Hij liet de ochtendjas van haar schouders op de vloer glijden.
‘Natuurlijk zou het verstandig zijn als ik je doodde. Nu meteen, hier in deze kamer. En wat kan het mij ook schelen?’ Hij richtte het pistool op haar hoofd en spande de trekker. LuAnn deinsde terug en kneep haar ogen stijf dicht.
Toen ze ze weer opendeed, keek Jackson naar haar reactie. Ze beefde onbedaarlijk. Haar hart bonkte en ze kon niet meer op adem komen.
Jackson schudde zijn hoofd. ‘Je zenuwen lijken me niet meer zo sterk als toen we elkaar de vorige keer ontmoetten, LuAnn. En zenuwen, of het gebrek daaraan: daar draait alles om.’ Hij keek even naar het pistool, schoof de veiligheidspal erop en praatte rustig door: ‘Zoals ik al zei: als je met een zwakke schakel wordt geconfronteerd, is het verstandig om die schakel te verwijderen.’ Hij zweeg even en ging toen verder: ‘Ik zal dat niet met je doen, tenminste nog niet. Zelfs niet nu je ongehoorzaam bent geweest en alles op het spel hebt gezet. Wil je weten waarom?’
LuAnn bleef tegen de muur staan, te bang om zich te bewegen. Ze keek hem met grote ogen aan.
Hij vatte haar stilzwijgen als instemming op. ‘Omdat ik het gevoel heb dat jij een nog grotere lotsbestemming hebt. Dat zijn dramatische woorden, maar ik ben dramatisch van aard; dat mag ik wel over mezelf zeggen. Zo eenvoudig is het echt. En jij bent ook voor een erg groot deel een creatie van mij. Zou je zonder mij in dit huis wonen, als een ontwikkeld mens spreken en denken, de wereld bereizen wanneer je maar wilt? Natuurlijk niet. Door jou te doden zou ik in feite een deel van mezelf doden. En je kunt je wel voorstellen dat ik daar niets voor voel. Toch moet je niet vergeten dat een wild dier, als hij in het nauw gedreven wordt, uiteindelijk een poot zal opofferen om te ontsnappen en in leven te blijven. Denk geen moment dat ik niet tot dat offer in staat ben. Als je dat denkt, ben je een idioot. Ik hoop oprecht dat we je uit deze probleemsituatie kunnen redden.’ Hij schudde meewarig met zijn hoofd, ongeveer zoals hij tien jaar eerder tijdens hun allereerste ontmoeting had gedaan. ‘Echt waar, LuAnn. Maar als het ons niet lukt, lukt het niet. In het zakenleven doen zich de hele tijd problemen voor, en ik reken erop dat jij je rol speelt, dat je alles in het werk stelt om te zorgen dat we dit probleem kunnen omzeilen.’ Jacksons stem werd weer zakelijk. Hij tikte de punten op zijn vingers af. ‘Je zult het land niet verlaten. Je hebt blijkbaar veel moeite gedaan om er weer in te komen, dus nu moet je hier maar een tijdje blijven om ervan te genieten. Als je weer met onze mysterieuze vreemdeling in contact komt, meld je dat ogenblikkelijk aan mij. Ik ben nog steeds bereikbaar op het nummer dat ik je tien jaar geleden heb gegeven. Ik zal regelmatig contact met je opnemen. Eventuele nadere instructies die ik je geef, zul je tot op de letter opvolgen. Begrepen?’
Ze knikte vlug.
‘Ik spreek in alle ernst, LuAnn. Als je me nog eens ongehoorzaam bent, zal ik je doden. En dan wordt het een langzame en ongelooflijk pijnlijke dood.’ Hij lette op haar reactie. ‘En ga nu naar de badkamer en breng jezelf tot rust.’
Ze draaide zich langzaam om.
‘O, LuAnn?’
Ze keek hem weer aan.
‘Vergeet niet dat als we dit probleem niet in de hand houden en ik die zwakke schakel moet elimineren, ik geen enkele reden zal hebben om het daarbij te laten.’ Hij keek onheilspellend in de richting van de deur die naar de gang leidde, en naar de kamer nog geen tien meter verderop waar Lisa lag te slapen. Hij keek haar weer aan. ‘Ik zou mijn zakenrelaties graag zo veel mogelijk reden geven om succes te behalen. Ik denk dat ze me dan lang niet zo gauw zullen teleurstellen.’
LuAnn rende de badkamer in en deed de deur achter zich op slot. Ze greep het koude marmer van de toilettafel vast, onbedaarlijk trillend tot in al haar ledematen, alsof ze haar geraamte daar bij hem had achtergelaten. Ze sloeg een dikke badhanddoek om zich heen en liet zich op de vloer zakken. De moed die ze van nature had, werd getemperd door haar gezond verstand. Ze begreep heel goed hoe het groot het persoonlijk gevaar was waarin ze verkeerde. Maar dat was nog lang niet haar grootste angst. Het feit dat Jackson zijn moordlustige blik misschien op Lisa zou richten, maakte haar bijna ziek van angst.
Vreemd genoeg verdween juist bij die gedachte alle onrust van LuAnns gezicht. Ze keek naar de deur. Aan de andere kant daarvan stond iemand met wie ze waarschijnlijk meer gemeen had dan haar lief was. Ze hadden allebei geheimen; ze waren allebei ongelooflijk rijk geworden door bedrog. Ze hadden allebei geestelijke en lichamelijke capaciteiten die ver boven de norm lagen. En wat misschien nog meer betekenis had: ze hadden allebei iemand gedood. Zij had dat in een opwelling, spontaan gedaan, met overleving als enig motief. Jackson had het met voorbedachten rade gedaan, maar ook in zijn geval was overleving het motief geweest. Misschien was de kloof niet zo groot als hij op het eerste gezicht leek. Per slot van rekening was het resultaat de dood van twee mensen geweest.
Ze kwam langzaam overeind. Als Jackson ooit zou proberen Lisa te doden, zou hij óf LuAnn sterven. Andere mogelijkheden waren er niet. Ze liet de badhanddoek op de vloer vallen. Ze maakte de deur open. Tussen Jackson en LuAnn Tyler leek een etherische connectie te bestaan die elke logische verklaring tartte. Het was of hun synapsen, ook nu ze zo lang van elkaar vandaan waren geweest, op een bepaald, bijna bovenmenselijk niveau waren samengesmolten. Want ze was er absoluut zeker van dat ze hem zou vinden als ze naar de slaapkamer terugging. Ze gooide de deur open.
Niets. Jackson was weg.
LuAnn schoot wat kleren aan en rende door de gang om bij Lisa te gaan kijken. Het meisje haalde regelmatig adem; ze sliep. Een tijdlang bleef LuAnn gewoon bij Lisa staan. Ze durfde haar niet alleen te laten. Ze wilde haar ook niet wakker maken, want dan zou ze haar angst niet voor haar dochter verborgen kunnen houden. Ten slotte keek LuAnn of de ramen op slot zaten en ze verliet de kamer.
Ze ging naar Charlies slaapkamer en maakte hem voorzichtig wakker.
‘Ik heb net bezoek gehad.’
‘Wat? Wie?’
‘We hadden kunnen weten dat hij erachter zou komen,’ zei ze moedeloos.
Toen de betekenis van haar woorden tot zijn slaperige hoofd doordrong, ging Charlie meteen rechtop in bed zitten, zo heftig dat hij bijna de lamp op het nachtkastje omgooide. ‘Grote goden, was hij hier? Was Jackson hier?’
‘Toen ik onder de douche vandaan kwam, stond hij in mijn slaapkamer op me te wachten. Ik geloof dat ik nog nooit van mijn leven zo bang ben geweest.’
‘O, god, LuAnn, schatje.’ Charlie drukte haar enkele ogenblikken dicht tegen zich aan. ‘Hoe... Hoe heeft hij ons gevonden?’
‘Ik weet het niet, maar hij weet alles. De man die me achtervolgde. En Riggs. En ik, ik heb hem over de lijst van lottowinnaars verteld. Ik probeerde te liegen, maar hij merkte het meteen. Hij zei dat hij iedereen in het huis zou doden als ik hem niet de waarheid vertelde.’
‘Wat gaat hij doen?’
‘Hij gaat op zoek naar de man, en als hij hem vindt, zal hij hem doden.’
Charlie leunde tegen het hoofdeind en LuAnn kwam naast hem zitten. Charlie legde zijn grote hand over zijn gezicht en schudde zijn hoofd. Hij keek haar aan. ‘Wat zei hij nog meer?’
‘Dat we niets moeten doen. We moeten voorzichtig zijn met Riggs, en we moeten het Jackson laten weten als die andere kerel weer komt opdagen.’
‘Riggs? Waarom had hij het over hem?’
Ze keek hem aan. ‘Wat Riggs betreft, is Jackson nogal achterdochtig. Hij denkt dat Riggs zijn eigen redenen heeft om zich met de zaak te bemoeien.’
‘Verdomme,’ kreunde Charlie, en hij kwam plotseling uit bed. Hij stond op en begon zich aan te kleden.
‘Wat ga je doen?’
‘Ik weet het niet, maar ik heb het gevoel dat ik iets moet doen. Waarschuw Riggs. Als Jackson achter hem aan zit...’
Ze pakte zijn arm vast. ‘Als je Riggs over Jackson vertelt, teken je daarmee zijn doodvonnis. Op de een of andere manier komt Jackson erachter. Hij komt altijd overal achter. Ik heb Riggs in veiligheid gebracht, tenminste voorlopig.’
‘Hoe heb je dat gedaan?’
‘Jackson en ik hebben een regeling getroffen. Tenminste, ik denk dat hij akkoord ging. Dat weet je bij hem nooit.’
Charlie, die zijn broek aan het ophijsen was, hield daar even mee op en keek haar verbaasd aan.
LuAnn ging verder: ‘Voorlopig concentreert Jackson zich op die andere man. Hij zal hem vinden, en we kunnen hem niet waarschuwen, want we weten niet wie hij is.’
Charlie ging weer op het bed zitten. ‘Dus wat doen we?’
LuAnn pakte zijn hand vast. ‘Ik wil dat je Lisa wegbrengt. Ik wil dat jullie allebei weggaan.’
‘Ik laat je nooit alleen zolang die kerel in de buurt is. Geen denken aan.’
‘Je zult dat doen, Charlie, want je weet dat ik gelijk heb. Ik red me wel. Maar als hij Lisa te pakken zou krijgen...’ Ze hoefde de zin niet af te maken.
‘Waarom ga jij dan niet met haar weg? Ik kan het hier wel afhandelen.’
LuAnn schudde haar hoofd. ‘Dat werkt niet. Als ik weg ben, gaat Jackson op zoek. En dan zoekt hij heel goed. Zolang ik er ben, blijft hij hier in de buurt. Intussen kunnen jullie tweeën wegkomen.’
‘Het bevalt me niet. Ik wil je niet alleen laten, LuAnn. Niet nu.’
Ze sloeg haar armen om zijn brede schouders. ‘God, je laat me ook niet in de steek. Je past alleen op het dierbaarste dat ik heb...’ Ze zweeg abrupt, want Jacksons gezicht drong zich weer aan haar op.
Ten slotte pakte Charlie haar hand vast. ‘Goed. Wanneer wil je dat we gaan?’
‘Nu meteen. Ik zal Lisa helpen terwijl jij je koffers pakt. Jackson is nog maar net weg, dus ik denk niet dat hij het huis in de gaten houdt. Hij zal wel denken dat ik verlamd ben van angst, dat ik helemaal niets durf te ondernemen. Eigenlijk zit hij er niet ver naast.’
‘Waar gaan we heen?’
‘Kies jij maar een plaats uit. Ik wil het niet weten. Op die manier kan niemand de informatie uit me krijgen. Bel me als je er bent, dan kunnen we regelingen treffen om daarna veilig te communiceren.’
Charlie haalde zijn schouders op. ‘Ik heb nooit gedacht dat het zo zou gaan.’
Ze drukte een vluchtige kus op zijn voorhoofd. ‘Het komt wel goed met ons. We moeten alleen voorzichtig zijn.’
‘En jij? Wat ga jij doen?’
LuAnn haalde diep adem. ‘Alles wat nodig is om te zorgen dat we dit allemaal overleven.’
‘Riggs ook?’
Ze keek hem recht in de ogen. ‘Vooral Riggs.’
‘Ik heb er de pest in, mama. Ik heb er de pest in.’ Lisa liep stampend in haar pyjama door de kamer, terwijl LuAnn de tassen van haar dochter volgooide.
‘Ik vind het verschrikkelijk, Lisa, maar je moet me vertrouwen.’
‘Vertrouwen, ha! Dat uitgerekend jij dat woord gebruikt!’ Lisa keek haar woedend aan.
‘Ik heb er nu echt geen behoefte aan dat je zulke dingen tegen me zegt, jongedame.’
‘En ik heb hier geen behoefte aan.’ Lisa ging op het bed zitten en sloeg koppig haar armen over elkaar.
‘Oom Charlie is klaar. Je moet opschieten.’
‘Maar we hebben morgen een schoolfeest. Kan het niet wachten tot daarna?’
LuAnn klapte een koffer dicht. ‘Nee, Lisa. Het kan echt niet wachten.’
‘Wanneer komt hier een eind aan? Wanneer houd je op me van hot naar her te slepen?’
LuAnn streek bevend met haar hand door haar haar en ging naast haar dochter zitten. Ze sloeg haar arm om het trillende meisje heen. Ze kon het verdriet dat door het kleine lichaam ging bijna lichamelijk voelen. Kon de waarheid haar dochter nog meer verdriet doen dan dit? LuAnn balde haar vuist en drukte hem tegen haar rechteroog. Ze probeerde te voorkomen dat haar zenuwen uit haar lichaam barstten.
Ze keek haar dochter aan. ‘Lisa?’ Het meisje weigerde haar moeder aan te kijken.
‘Lisa, alsjeblieft, kijk me aan.’
Ten slotte keek Lisa haar moeder aan. Op haar kleine gezicht tekende zich een mengeling van woede en teleurstelling af, een combinatie die verpletterend op LuAnn overkwam.
LuAnn sprak langzaam. De woorden die ze uitsprak, zouden een uur geleden nog ondenkbaar zijn geweest. Maar sinds Jackson was teruggekomen, was er veel veranderd. ‘Ik beloof je dat ik je op een dag, erg gauw, alles zal vertellen wat je wilt weten. Sterker nog, ik zal je meer vertellen dan je ooit over mij, over jezelf, over alles wilt weten. Goed?’
‘Maar waarom...’
LuAnn legde haar hand zachtjes op de mond van haar dochter om haar tot zwijgen te brengen. ‘Maar ik vertel je nu dat wat ik je zal vertellen hard zal aankomen. Het zal je verdriet doen en je zult misschien nooit begrijpen waarom ik het heb gedaan. Misschien zul je me erom haten, misschien zul je het jammer vinden dat ik je moeder ben...’ Ze zweeg even, beet hard op haar lip. ‘Maar wat je gevoelens ook zullen zijn, je moet weten dat ik deed wat mij indertijd het beste leek. Ik deed wat mij het beste voor jou leek. Ik was erg jong en ik had eigenlijk niemand die me kon helpen een besluit te nemen.’
Ze nam Lisa’s kin in haar hand en hief het gezicht van haar dochter naar haar op. Lisa’s ogen blonken nu van tranen. ‘Ik weet dat ik je nu verdriet doe. Ik wil niet dat je weggaat, maar ik ga nog liever dood dan dat jou iets overkomt. Oom Charlie ook.’
‘Mama, je maakt me bang.’
LuAnn pakte Lisa met beide handen vast. ‘Ik hou van je, Lisa. Meer dan ik in mijn hele leven ooit van iemand heb gehouden.’
‘Ik wil niet dat jou iets overkomt.’ Lisa streek over het gezicht van haar moeder. ‘Mama, red je je wel?’
Het lukte LuAnn haar geruststellend toe te lachen. ‘Een kat komt altijd op zijn pootjes terecht, schat. Mama redt zich wel.’