HOOFDSTUK 3
‘Het gaat prima. Ik voel me goed.’ In de binnenspiegel leken mijn blauwe ogen veel te groot terwijl ik in het stuur kneep en mijn knokkels wit werden. ‘Alles onder controle. Volledig onder controle.’
Mijn maag negeerde mijn peptalk en begon zich om te draaien. Ik liet het stuur los, pakte mijn tas, trok hem open, haalde er een potje snoepjes uit en stak er eentje in mijn mond. De laatste keer dat ik zo misselijk was geweest was acht jaar geleden. Toen had ik over de open schoenen van mijn beste vriendin heen gekotst.
Vandaag zou ik niet gaan kotsen.
Niet op de officiële eerste dag van de rest van mijn leven.
Oké. Dat klonk misschien iets te dramatisch. Al was vandaag wel een grote dag. Het was mijn eerste dag als management-assistente bij de Lima Academy. Na al die schooljaren had ik geen idee wat ik ervan kon verwachten. Misschien zou ik het werk gaan doen waarvoor ik al die jaren geleerd had, misschien zou ik worden ingezet als veredelde koffiedame. Als dat laatste het geval was, dan was het mooi klote, maar alsnog zou ik het doen. Je moest ergens beginnen. Je moest er tijd in investeren.
Ik haalde diep adem, deed mijn tas dicht en stapte uit mijn auto. Ik streek met mijn hand over mijn kokerrok, haalde nog eens diep adem en liep door de parkeergarage. Het klikken van mijn hakken klonk als een echo van mijn bonzende hart.
De Lima Academy zat in een groot gebouw in het centrum van de stad. Voorheen was het een fabriek, maar nu was het getransformeerd tot een van de beste sportfaciliteiten van de Verenigde Staten.
Ik was al een paar keer eerder in het gebouw geweest, tijdens de sollicitatieprocedure en daarna voor een rondleiding. Op de begane grond was een zeer goed uitgeruste sportschool met zo’n beetje alle cardio- en krachtapparatuur die je maar kon bedenken. Op de eerste en tweede verdieping waren meerdere boksringen, kooien en ruimtes die vol lagen met matten op de grond, zo ver het oog reikte. De Lima Academy focuste niet alleen op mixed martial arts of kooigevechten. Ze trainden boksers, kickboksers, karateka’s, beoefenaars van Braziliaanse Jiu Jitsu en Krav Maga. Op sommige avonden kon het gewone publiek zelfverdedigingslessen volgen. De derde en vierde verdieping waren nog volop in verbouwing. Andrew Lima, de eigenaar en grondlegger van de academie, wilde nog meer trainingsringen hebben. Alle kantoren zaten op de vijfde verdieping, met uitzondering van Lima’s kantoor, dat op de zesde zat.
Tijdens de sollicitatieprocedure had ik Andrew Lima en zijn familie, die kennelijk voor hem werkte op de academie, geen enkele keer gezien. Ik had al mijn gesprekken gehad met Marcus Browser, de man die ik ging assisteren.
Ik nam de lift naar de vijfde verdieping. Toen ik naar buiten stapte, had ik allemaal knopen in mijn maag en gierde de spanning door me heen. Ik stond recht voor de matglazen deuren waarop stond: LIMA ACADEMY – KANTOREN.
Het kantoor van meneer Browser zat helemaal achterin, achter een aantal kantoorhokjes en gesloten kantoren. Ik zette een glimlach op en liep door het middelste gangpad. Onderweg hoorde ik om me heen allemaal gedempte gesprekken.
Al voordat ik bij meneer Browsers kantoor aankwam, ging zijn deur open en stapte hij naar buiten. Meneer Browser was van middelbare leeftijd en had een sportieve bouw. Hij leek helemaal op zijn plek in zijn geperste broek en zijn polo met het bedrijfslogo erop. Hij was niet alleen. Er stond een man naast hem, in een joggingbroek en met een T-shirt waarop ook het bedrijfslogo stond.
‘Ah, perfecte timing.’ De donkere huid rond meneer Browsers ogen rimpelde toen hij glimlachte. ‘Dit is Stephanie Keith, onze nieuwe assistente. Mevrouw Keith, dit is Daniel Lima. Hij is de opzichter van de sportfaciliteiten.’
Ik verplaatste mijn tas naar mijn linkerhand en stak mijn rechter uit. Hij gaf een stevige, warme hand. ‘Aangenaam kennis te maken, meneer Lima.’
‘Noem me maar Dan. Er lopen hier te veel Lima’s rond om formeel te doen.’ Hij liet mijn hand los en glimlachte. ‘En Marcus overdrijft.’
Meneer Browser smaalde, maar zijn glimlach verdween niet terwijl Dan verderging: ‘Ik hou alleen toezicht op de kickboksers en de bokstrainingen.’
‘En Dan is te bescheiden,’ zei meneer Browser terwijl hij zijn armen over elkaar sloeg. ‘Hij is van grote waarde voor de hele onderneming. Zonder hem zouden Andre en Julio ergens aan het huilen zijn in een donker hoekje.’
Ik had geen flauw idee waar ze het over hadden, dus ik glimlachte en knikte maar. Als ik een gokje moest wagen, behoorden Andre en Julio ook tot de enorme Lima-familie.
‘Ik moet gaan,’ zei Dan. ‘Leuk je te ontmoeten, Stephanie. Succes.’ Hij wreef met een hand over zijn kale hoofd. ‘Dat heb je wel nodig als je met deze vent werkt.’
Meneer Browser sloeg zijn ogen ten hemel toen Dan wegliep. ‘En hij is nog wel het makkelijkst in de omgang van alle Lima’s. Onthoud dat goed.’
‘Hoeveel zijn er?’ vroeg ik.
‘Die hier werken? Vijf, inclusief Andrew. Er zijn talloze neven en nichten en God mag weten wat nog meer – ik zweer het je, ze zijn familie van half Philadelphia – maar de meesten zul je niet te zien krijgen. De broers zijn trouwens de enigen die meer te zeggen hebben dan ik,’ legde hij uit. ‘Nu je officieel lid bent van de academie, ga ik er geen doekjes meer om winden.’
Eh…
Ik knipperde langzaam met mijn ogen. ‘Oké. Ik hou wel van directheid.’
Zijn donkere ogen glinsterden. ‘Wat de gebroeders Lima zeggen is leidend. Bovendien zijn zij de enigen aan wie je verantwoording hoeft af te leggen en zijn zij de enigen die je opdrachten mogen geven.’
Vanuit mijn ooghoeken zag ik dat een aantal hoofden uit de kantoorhokjes onze kant op gedraaid waren.
‘Die gasten van marketing gaan je voor hun karretje spannen,’ ging meneer Browser verder, ‘met van die onzinnige kloteklusjes zoals kopietjes maken en kantoorbenodigdheden inkopen. Dat is niet jouw werk. Daar hebben ze al iemand voor.’ Hij keek naar links. ‘Ja, Will, ik heb het over jou, met je luie reet.’
Ik hoorde ergens vanuit een kantoorhokje diep gegrinnik – waarschijnlijk was dat Will.
‘Deanna Cardinali, die je ontmoet hebt toen je je papierwerk in orde moest maken, werkt bij HR. Je assisteert haar en ze komt zometeen met je praten. Dit’ – hij wees naar het grote U-vormige kantoorhokje achter me – ‘is je nieuwe thuishonk. Dan ben je dicht in de buurt als ik je nodig heb.’
Ik draaide me om naar het bureau en moest mezelf even knijpen. Het bureau, de computer, de telefoon, de printer en de documenthouders, dit was allemaal van mij. Oké, ze waren van het bedrijf, maar toch ook van mij.
Hier kon ik telefoontjes plegen en notities maken, handleidingen maken, vergaderingen en zakenreisjes plannen, documenten ordenen, en, volgens meneer Browser, die lui van marketing en sales negeren. Hier begon mijn carrière en kon ik opklimmen naar de positie die meneer Browser had. Misschien niet bij de Lima Academy, maar vast wel ergens. Deze ervaring zou me later in het leven goed van pas komen.
Ik glimlachte toen ik mijn tas op mijn bureau zette. ‘Begrepen.’
‘Mooi.’ Meneer Browser zette een stap achteruit en stak zijn hand in zijn zak. Hij haalde er een geel stukje papier uit. ‘Dan zou ik nu graag willen dat je mijn kleding van de stomerij haalt.’
Het duurde welgeteld twee dagen en drie uur voor de mannen van sales deden waarvoor meneer Browser me had gewaarschuwd. Ze waren met z’n tweeën, en het kostte me in het begin eerlijk gezegd moeite ze uit elkaar te houden. Ze hadden hetzelfde kapsel, zo’n warrig model, met een hoeveelheid gel erin waar je normaal een week mee kon doen. Ze gingen allebei gekleed in een polo die minstens twee maten te klein was, alsof ze shopten op de kinderafdeling. Ze sportten allebei… overmatig. Ze waren enorm gespierd. Dikke schouders, brede nekken, bicepsen als bowlingballen en handen als kolenschoppen.
En allebei waren ze drukker met het staren naar mijn borsten dan dat ze daadwerkelijk met me praatten.
Ik wist niet wat ze dachten te zien. Tenzij ze door kleding heen konden kijken, viel er weinig te beleven. Ik droeg nette, verhullende bloesjes. Maar als ze niet naar mijn borsten keken, dan keken ze wel naar mijn benen of kont. Ze deden het niet eens stiekem. Elke keer dat ik ze erop betrapte, stonden ze geniepig te grijnzen.
Ze probeerden het ook voor elkaar te krijgen dat ik hun kleren van de stomerij ging halen, koffie voor ze haalde, hun rapporten printte, vergaderingen plande, zo’n beetje alles wat er gedaan moest worden. Normaal gesproken had ik er geen moeite mee om koffie voor anderen te halen als ik dat zelf al ging doen, maar zij wachtten altijd met hun verzoekje totdat ik weer op mijn plek zat.
Donderdagochtend, toen ik terugkwam met een dubbele espresso voor meneer Browser en vreemd genoeg ook een bos pioenrozen voor zijn kantoor, stond een van de anabolentweeling bij mijn bureau te dralen. Ik dacht dat het Rick was.
Ik deed net alsof ik hem niet zag toen ik meneer Browsers kantoordeur achter me sloot en naar mijn bureau liep. Ik zette mijn cappuccino neer en keek met een hoopvolle blik naar de telefoon. Er knipperden geen berichtlichtjes op het toestel. Verdorie.
Ik zette mijn tas onder het bureau, zette mijn computer aan en klikte op een Worddocument dat ik op mijn bureaublad had opgeslagen. Het introductiepakket voor nieuwe medewerkers moest op de schop, en Deanna had me aan het werk gezet met de welkomstbrief en de huisregels, die bijgewerkt moesten worden met de informatie die ze me een dag eerder had gegeven. Ik bekeek mijn notities, een paar woorden die ik zo haastig had neergekrabbeld dat ik geen idee meer had wat ik ermee bedoelde.
Ik hoorde zware voetstappen dichterbij komen.
Ik concentreerde me op mijn notities en pakte mijn cappuccino erbij. De kleine haartjes in mijn nek kwamen overeind. Ik voelde praktisch zijn blik de achterkant van mijn schedel penetreren. Hoelang moest ik hem negeren tot hij wegging? Mijn ogen werden groter terwijl de seconden wegtikten. Zou het er te dik op liggen als ik de telefoon oppakte en deed alsof ik een telefoontje moest plegen?
Rick liep naar een ander kantoorhokje, precies tegenover me. ‘Hoi, Stephanie.’
Hem negeren was blijkbaar geen optie. Ik nipte van mijn karamelkoffie en zei: ‘Hoi.’ Ik wilde niet lomp zijn, maar hij en zijn anabolenbroer maakten me knettergek.
Hij leunde met zijn brede armen over het wandje. ‘Wat doe je?’
Ik keek zo onverschillig mogelijk en wees met mijn pink naar het scherm. ‘Werken.’
‘Dat zie ik,’ reageerde hij onverschrokken. ‘Waaraan?’
Ik slikte een zucht weg en zette mijn beker neer. ‘Het werknemersintroductiepakket.’
‘Dat klinkt zwaar saai.’ Hij tikte met zijn vingers tegen de wand. ‘Heb je na het werk nog iets te doen?’
Nee hè. Ik keek op, en ja hoor, hij keek helemaal niet naar mijn gezicht. Hij had zijn blik vastgepind op mijn borsten, alsof zich daar de antwoorden op alle levensvragen bevonden. ‘Ik heb vanavond nog wel een paar dingen te doen.’
Zijn blik week niet af. ‘We gaan straks met een paar man naar Saints, hier verderop in de straat. Mocht je nog van gedachten veranderen, kom dan ook.’
‘Ik zal eraan denken.’ Ik wachtte een seconde, en toen hij nog steeds naar mijn borsten staarde, schraapte ik mijn keel.
Ricks ogen schoten omhoog en hij had nog wel het fatsoen om een beetje beschaamd te kijken omdat ik hem betrapt had op gluren. Zijn gebruinde wangen liepen rood aan. ‘Dus eh, waar werkte je ook alweer aan?’
Ik vroeg me af hoe goed Rick zijn werk deed. Gelukkig waren hij en zijn ‘fantastische’ tweelingbroer niet vaak op kantoor. Normaal gesproken waren ze in de sportzaal, nieuwe leden aan het werven of gewichten aan het heffen of zo. ‘De werknemershandleiding,’ zei ik nogmaals. Ik wierp een hoopvolle blik op de telefoon.
‘Ah, ja, zwaar saaie shit,’ herhaalde hij.
Als ik nu een superkracht had gehad, dan zou ik op commando mijn telefoon hebben laten rinkelen.
‘Ik weet niet waarom ze je hierboven laten werken,’ ging hij verder, en ik trok langzaam een wenkbrauw op. ‘Ik bedoel, man, je bent zo lekker.’
Ik overwoog hoe raar het zou zijn als ik gewoon, ik weet niet, mijn kop op mijn toetsenbord ramde.
‘Als we jou in de sportzaal hadden, sleepten we hele hordes nieuwe abonnees binnen, vooral kerels.’ Hij lachte, zo’n hoog, gierend geluid, en nu overwoog ik mijn hoofd tegen mijn monitor te rammen. ‘Zonde om jou hier in een kantoortje te proppen. Het is wel duidelijk waarom ze jou hebben aangenomen.’
Ik knipperde met mijn ogen en keek hem aan. ‘Pardon?’
Hij knipoogde en ik balde mijn vuisten. ‘Iedereen die twee ogen heeft weet dat het door je uiterlijk komt, dus het lijkt zo’n verspilling dat je hier zit, saaie shit te doen. We kunnen iemand als jij wel in ons team gebruiken.’
Ik keek hem met stomheid geslagen aan. Zei hij nou serieus dat ze me aangenomen hadden vanwege mijn uiterlijk? Recht in mijn gezicht?
‘Die vorige chick was hier wel op haar plek. Niet echt een lust voor het oog, als je het mij vraagt. Shit, ik hoop niet dat je op dezelfde manier eindigt als zij. Hoe dan ook,’ zei hij, en hij sloeg met zijn hand tegen het wandje terwijl hij een stap naar achteren deed. ‘Mocht je van gedachten veranderen, we zijn bij Saints. Ik trakteer je op een drankje.’
Ik zou nog liever op een vliegveld stranden tijdens een sneeuwstorm.
Rick liep weg, kennelijk overtuigd van zichzelf na ons gesprek, en ik keek weer naar mijn scherm. De woorden werden wazig voor mijn ogen. Mijn aderen leken gevuld met ijs. Ik wist zeker dat ik niet aangenomen was omdat meneer Browser me knap vond. Ik was aangenomen omdat ik geslaagd was met bijna alleen maar tienen. Ik was aangenomen omdat ik het geweldig had gedaan tijdens het sollicitatiegesprek. Ik was aangenomen vanwege mijn kwalificaties.
Ik legde mijn hand op de muis, klikte en schudde mijn hoofd om alle gedachten die erin ronddwaalden na het gesprek met Rick eruit te krijgen. Nou ja, bijna allemaal dan. Wie was het meisje dat voor mij deze baan had gehad en wat was er in vredesnaam met haar gebeurd?