15

Hoe ouders conflicten kunnen voorkomen door zelf te veranderen

Het laatste denkbeeld dat we ouders aanreiken is dat veel conflicten tussen ouder en kind kunnen worden voorkomen door zelf van houding te veranderen. Dit idee bespreken we aan het eind van het boek omdat ouders zich soms bedreigd voelen als we hun vertellen dat zij weleens degenen kunnen zijn die moeten veranderen en niet hun kinderen. Het is voor de meeste ouders veel gemakkelijker nieuwe vaardigheden te accepteren om hun kinderen te veranderen en nieuwe methoden om de omgeving aan te passen dan het idee te aanvaarden dat ze misschien bij zichzelf moeten beginnen met de veranderingen.

In onze samenleving wordt ouderschap meer gezien als een manier om de groei en ontwikkeling van kinderen te beïnvloeden dan als een methode die gericht is op de groei en ontwikkeling van ouders. Ouderschap betekent veel te vaak kinderen grootbrengen alsof zij degenen zijn die zich moeten aanpassen aan de ouders. We praten over probleemkinderen, maar niet over probleemouders. Schijnbaar bestaan er zelfs geen problematische ouder-kindrelaties.

Toch weet iedere ouder dat in zijn relaties met een echtgenote, een vriend, een familielid, een baas, of een ondergeschikte, hij op een bepaald moment zelf moet veranderen om ernstige conflicten te voorkomen of de relatie gezond te houden. Iedereen heeft weleens ervaren dat hij zijn houding moest veranderen met betrekking tot het gedrag van een ander, of dat hij meer van de ander kon verdragen door zelf zijn opvatting over het gedrag van de ander te wijzigen. Men kan zich bijvoorbeeld vreselijk ergeren aan de gewoonte van een vriend om altijd te laat te komen voor een afspraak. Na verloop van tijd begin je dat te accepteren, maak je er zelfs grapjes over en plaag je de vriend ermee. Je ergert je dan niet meer; het is aanvaard als een van de karakteristieke gewoonten van deze vriend. Zíjn gedrag is dus niet veranderd, maar je houding met betrekking tot zijn gedrag. Je hebt je aangepast. Je bent veranderd.

Zo kunnen ouders ook hun houding ten opzichte van het gedrag van hun kinderen veranderen.

Een moeder kan veel beter aanvaarden dat haar dochter er behoefte aan heeft zich op een bepaalde manier te kleden als zij eraan terugdenkt hoe zij zelf vroeger de mode volgde, tot ongenoegen van haar eigen moeder, om maar bij haar klasgenoten te horen.

Een vader kan de overmatige activiteit van zijn driejarige zoon veel beter accepteren nadat hij in de gaten heeft gekregen dat dit soort gedrag typerend is voor jongens van die leeftijd.

Een ouder doet er verstandig aan zich te realiseren dat hij het aantal onaanvaardbare gedragingen kan verminderen door zelf te veranderen, zodat hij het gedrag van zijn kind of van kinderen in het algemeen beter kan accepteren.

Dat is niet zo moeilijk als het misschien lijkt. Wanneer mensen eenmaal zelf ouder zijn geworden, wordt het gedrag van kinderen meer aanvaard, en na een tweede of derde kind is de tolerantie vaak weer groter. Ouders kunnen ook veel meer tolereren van kinderen als ze er het een en ander over gelezen hebben, en opvoedprogramma’s op de televisie hebben gevolgd of bijvoorbeeld een gesprek met een leerkracht of andere deskundige op het gebied van kinderen hebben gehad.

Direct contact met kinderen, of zelfs door de ervaringen van anderen met kinderen, kan de houding van ouders opmerkelijk veranderen. En er zijn nog meer opmerkelijke manieren die ouders kunnen doen veranderen, zodat ze meer leren accepteren van kinderen.

KUN JE JEZELF MEER GAAN ACCEPTEREN?

Onderzoek heeft aangetoond dat er een direct verband bestaat tussen de mate waarin mensen anderen accepteren en de mate waarin ze zichzelf accepteren. Iemand die zichzelf als mens accepteert, zal ook veel meer van anderen kunnen aannemen. Mensen die een heleboel in zichzelf niet kunnen aanvaarden, vinden het vaak ook moeilijk om veel van anderen te accepteren.

Een ouder zou zichzelf de dringende vraag moeten stellen: ‘In hoeverre accepteer ik wie ik ben?’

Als een eerlijk antwoord aantoont dat hij zichzelf als mens niet volkomen accepteert, is het aan te bevelen om nieuwe wegen te zoeken om meer voldoening te krijgen in wat hij heeft bereikt. Mensen met een hoge mate van zelfacceptatie en zelfrespect zijn over het algemeen zeer productief in wat ze bereiken, omdat ze hun talenten gebruiken, hun mogelijkheden ten volle benutten en veel voor elkaar krijgen.

Ouders die hun verlangens stillen door zich onafhankelijk en productief in te zetten, accepteren niet alleen zichzelf, maar hoeven ook geen voldoening te zoeken in de manier waarop hun kinderen zich gedragen. Ze hebben het niet nodig dat hun kinderen zich op een bepaalde manier ontwikkelen. Mensen met een hoge mate van eigenwaarde, die gebaseerd is op een hecht fundament van eigen onafhankelijke prestatie, accepteren veel meer van hun kinderen en de manier waarop ze zich gedragen.

Anderzijds, wanneer een ouder maar weinig in zijn eigen leven heeft waarin hij voldoening vindt en zichzelf waardeert, en hij in zijn streven naar voldoening sterk afhankelijk is van de wijze waarop anderen zijn kinderen beoordelen, zal hij veel minder van zijn kinderen accepteren. Vooral die gedragingen waarvan hij vreest dat ze hem een slechte ouder doen lijken, zal hij niet kunnen accepteren.

Omdat hij afhankelijk is van deze ‘indirecte zelfacceptatie’ zal een dergelijke ouder er behoefte aan hebben dat zijn kinderen zich op een bepaalde manier gedragen. En hij zal veel minder van hen kunnen aanvaarden en zich ergeren als zij afwijken van het door hem voorgeschreven plan.

Voor veel ouders is het een statussymbool geworden om ‘goede kinderen’ voort te brengen, die het op school goed doen, zich sociaal gemakkelijk bewegen, goed zijn in sport enzovoort. Ze hebben er behoefte aan trots te kunnen zijn op hun kinderen. Ze willen graag dat hun kinderen zich zo gedragen dat anderen hen als goede ouders zien. Veel ouders gebruiken hun kinderen als het ware om zich een gevoel van eigenwaarde en zelfrespect aan te meten. Als een ouder dat niet op een andere manier kan bereiken, zien we een situatie ontstaan waarin de ouder zo afhankelijk wordt van het kind dat hij overdreven bezorgd wordt en er behoefte aan heeft dat de kinderen zich op een bepaalde manier gedragen.

WIENS KINDEREN ZIJN HET EIGENLIJK?

Veel ouders rechtvaardigen de inspanning om hun kinderen in een van tevoren bepaald patroon te passen met: ‘Het zijn tenslotte míjn kinderen, nietwaar?’, of: ‘Hebben ouders dan niet het recht om hun eigen kinderen te beïnvloeden op de manier die zij het beste achten?’

Een ouder die het idee heeft dat hij het kind bezit en daarom het recht heeft het kind op een bepaalde manier te vormen, zal veel meer geneigd zijn het gedrag van dat kind niet te accepteren wanneer het afwijkt van het voorgeschreven patroon. Een ouder die een kind beschouwt als een individu op zich en zelfs een heel ander individu, dat helemaal niet het eigendom van de ouder is, zal veel meer accepteren in het gedrag van het kind omdat er geen vastgesteld patroon is. Zo’n ouder kan veel beter aanvaarden dat het kind uniek is, is veel beter in staat het kind datgene te laten worden waartoe hij de mogelijkheden bezit.

Een ouder die tot acceptatie in staat is, is bereid een kind de gelegenheid te geven zijn eigen ‘levensprogramma’ te ontwikkelen. Een ouder die minder tot acceptatie in staat is, heeft de behoefte zelf het leven van het kind te programmeren.

Veel ouders zien hun kinderen als een verlengstuk van zichzelf. Daarom probeert een ouder vaak het kind zodanig te beïnvloeden dat het zich ontwikkelt tot wat de ouder beschouwt als een goed kind, of dat het bereikt wat de ouder tot zijn verdriet nooit heeft kunnen bereiken. Psychologen hebben aangetoond dat in een gezonde menselijke relatie ieder mens de ander kan toestaan anders te zijn dan hijzelf, zich te ‘onderscheiden’. Hoe meer deze houding van onderscheid bestaat, des te minder behoefte is er de ander te veranderen, intolerant te zijn tegenover zijn uniekheid en zijn andere gedrag niet te accepteren.

In de trainingen Effectief Communiceren met Kinderen wordt vaak het volgende stukje besproken uit het boek De Profeet van Kahlil Gibran:

Uw kinderen zijn uw kinderen niet.

Het zijn de zonen en dochters van het verlangen van het leven naar een eigen leven.

Ze zijn wel door u ontstaan, maar behoren u niet toe.

En al zijn ze bij u, toch bezit u ze niet.

U mag hun uw liefde geven, maar niet uw gedachten.

Want ze hebben hun eigen gedachten.

U mag hun lichamen huisvesten, maar niet hun ziel.

Want hun ziel toeft in het huis van morgen.

U kunt slechts proberen zoals zij te zijn, maar probeer niet hen op u te doen gelijken.

Want het leven gaat niet achteruit, noch blijft het staan bij gisteren.

Ouders kúnnen zichzelf veranderen en het aantal gedragingen dat ze niet kunnen accepteren verminderen door tot het inzicht te komen dat hun kinderen hun niet toebehoren, geen verlengstuk van henzelf zijn, maar iets aparts, iets unieks. Een kind heeft het recht te worden wat hij mogelijkerwijs kan worden, ongeacht het verschil met de ouder of met het patroon dat de ouder heeft vastgesteld voor het kind. Dat is zijn onvervreemdbaar recht.

HOUD JE ECHT VAN KINDEREN OF ALLEEN MAAR VAN EEN BEPAALD SOORT KINDEREN?

Er zijn ouders die beweren van kinderen te houden, maar die door hun gedrag duidelijk laten merken dat ze alleen van een bepaald soort kinderen houden. Vaders die sport echt belangrijk vinden, wijzen soms een zoon af die belangstelling en talenten heeft die niet op sport gericht zijn. Moeders die uiterlijke schoonheid belangrijk vinden, kunnen een dochter afwijzen die niet past in het gangbare patroon van wat als vrouwelijke schoonheid wordt beschouwd. Ouders wier bestaan door muziek is verrijkt, laten een onmuzikaal kind soms onbewust merken hoe teleurgesteld ze in hem zijn. Ouders die academische en intellectuele vaardigheden waardevol vinden, kunnen onbedoeld emotionele schade toebrengen aan een kind dat dit soort intelligentie niet bezit.

Ouders zullen veel meer gedragingen kunnen accepteren als ze zich realiseren dat er een oneindige variëteit aan kinderen op deze wereld gezet wordt en dat deze kinderen op oneindig veel manieren hun leven kunnen inrichten. De schoonheid in de wereld en het wonder van het leven zijn nu juist gebaseerd op het feit dat er zo’n grote verscheidenheid van levende vormen bestaat.

Belangrijk is dat je niet verlangt dat je kind zich op een bepaalde manier ontwikkelt, maar dat je alleen maar wenst dat het zich ontwikkelt. Als ouders zich zo opstellen, zullen ze ongetwijfeld merken dat ze steeds meer kunnen accepteren van ieder kind en dat ze vreugde en opwinding beleven als ze hem zich zien ontwikkelen.

ZIJN JE WAARDEN EN OVERTUIGINGEN DE ENIGE WARE?

Hoewel ouders onmiskenbaar ouder zijn en meer ervaring hebben dan hun kinderen, is het vaak veel minder duidelijk dat hun specifieke ervaring of kennis hun als enigen de waarheid heeft leren kennen of voldoende wijsheid heeft verschaft om altijd te kunnen beoordelen wat goed en slecht is. Ervaring is een goede leermeester, maar men leert er lang niet altijd door wat goed is. Kennis is beter dan onwetendheid, maar iemand die veel weet, is niet altijd verstandig.

Ouders die moeilijkheden hebben in de relatie met hun kinderen hebben soms onwrikbare ideeën over goed en kwaad. Daaruit volgt dat hoe zekerder de ouders zijn dat hun waarden en overtuigingen de goede zijn, des te meer ze de neiging hebben deze aan hun kinderen op te dringen, en soms ook aan andere mensen. Daaruit volgt tevens dat zulke ouders veel minder in staat zijn om gedrag te accepteren dat lijkt af te wijken van hun eigen waarden en overtuigingen. Ouders die wat flexibeler zijn en alles minder zwart-wit bekijken, kunnen veel gemakkelijker gedrag accepteren dat lijkt af te wijken van hun eigen waarden en overtuigingen. Dergelijke ouders zullen veel minder gauw een bepaald gedragspatroon voorschrijven of proberen hun kinderen naar vastgestelde patronen te vormen. Dit zijn de ouders die veel gemakkelijker andere waarden accepteren, zoals je hoofd kaalscheren, afwijkende kleding dragen, ander seksueel gedrag vertonen, of rebelleren tegen het gezag op school. Het zijn de ouders die op de een of andere manier lijken te accepteren dat verandering onontkoombaar is, dat het leven niet blijft staan bij gisteren, dat de overtuigingen en waarden van de ene generatie niet noodzakelijkerwijs ook die van de volgende generatie zijn, dat onze samenleving verbeterd kan worden en dat we ons moeten verzetten tegen onredelijk en onderdrukkend gebruik van macht. Ouders die er zo over denken, vinden de keuzes van de jeugd van tegenwoordig begrijpelijk, gerechtvaardigd en werkelijk acceptabel.

LEEF JE UITSLUITEND VOOR JE KINDEREN?

Veel ouders stellen de relatie met hun kinderen primair en niet die met hun echtgeno(o)t(e). Sommige moeders zijn enorm afhankelijk van hun kinderen om de voldoening en het plezier te bereiken die eigenlijk uit hun echtelijke relatie zouden moeten komen. Regelmatig leidt dit ertoe dat de kinderen op de eerste plaats komen, dat ze zich opofferen voor de kinderen of dat ze het ontzettend belangrijk vinden dat de kinderen goed terechtkomen, omdat de ouders zoveel van zichzelf gegeven hebben in de ouder-kindrelatie. Deze ouders hechten veel te veel belang aan het gedrag van hun kinderen. Het gedrag van de kinderen vormt een te belangrijk punt. Deze ouders vinden dat de kinderen constant geobserveerd, geleid, gedirigeerd, met raadgevingen omringd en beoordeeld moeten worden. Het is voor dergelijke ouders heel moeilijk hun kinderen toe te staan fouten te maken of af en toe ergens over te struikelen in hun leven. Ze vinden dat hun kinderen beschermd moeten worden tegen mislukkingen, dat al het mogelijke gevaar bij hen vandaan moet worden gehouden.

Effectieve ouders zijn in staat zonder vooropgezette bedoeling met hun kinderen om te gaan. Voor hen is de huwelijksrelatie primair. De kinderen hebben wel een belangrijke plaats in hun leven, maar in ieder geval een plaats die niet belangrijker is dan die van de partner. Deze ouders geven hun kinderen veel meer vrijheid en zelfstandigheid. Ze genieten van het gezelschap van hun kinderen, maar niet ongelimiteerd. Ze vinden het ook prettig om alleen te zijn met hun partner. Ze leven niet alleen voor hun kinderen, maar ook voor hun huwelijk. Hoe hun kinderen zich gedragen of wat ze bereiken is voor hen daarom minder belangrijk. Ze zullen eerder vinden dat de kinderen hun eigen leven moeten leven en zullen meer vrijheid aan hun kinderen geven om zich te ontwikkelen. Dergelijke ouders corrigeren hun kinderen veel minder vaak en begeleiden hun doen en laten minder intens. Ze zijn er als de kinderen hen nodig hebben, maar ze hebben niet veel behoefte om tussenbeide te komen of zich op te dringen in het leven van de kinderen zonder dat hun dat gevraagd is. Doorgaans veronachtzamen ze hun kinderen niet. Ze bekommeren zich zeker om hen, maar zijn niet overbezorgd. Ze zijn geïnteresseerd, maar verstikken hun kinderen niet met hun zorg. ‘Kinderen zijn kinderen’, vinden ze, en dus kunnen ze de kinderen beter accepteren zoals ze zijn.

De ouders die tot de laatste groep horen, zijn duidelijk geneigd veel meer te accepteren en er zijn minder gedragingen waaraan ze zich ergeren. Ze hebben veel minder behoefte om te regelen of te preken. Ze kunnen hun kinderen meer vrijheid en meer eigenheid toestaan. Ouders uit de eerste groep kunnen veel slechter accepteren. Ze hebben er behoefte aan te controleren. Dit kan te maken hebben met een onbevredigende relatie met hun partner.

KUNNEN OUDERS HUN HOUDING VERANDEREN?

Kan het lezen van dit boek of de deelname aan een cursus Effectieve Communicatie met Kinderen een verandering teweegbrengen in de houding van de ouders? Kunnen ouders leren meer te accepteren van hun kinderen?

Professionele therapeuten zijn van mening dat mensen als gevolg van een ervaring met therapie, gespreksgroepen, boeken of televisie belangrijke veranderingen ondergaan in houding en gedrag. De meeste therapeuten en veel ouders zijn het er nu wel over eens dat mensen in belangrijke mate kunnen veranderen als ze de gelegenheid krijgen om vaardigheden in communicatie en het oplossen van conflicten te leren en in praktijk te brengen.

Bijna alle ouders die zich opgeven voor de oudertraining realiseren zich dat de houding en vaardigheden die ze er tot nu toe als ouders op na hielden veel te wensen overlieten. Velen van hen weten dat ze met een of meer van hun kinderen al ineffectief bezig geweest zijn. Anderen zijn bang voor de uiteindelijke gevolgen van de vaardigheden die ze tot nu toe gebruikten. Allen zijn er zich intens van bewust hoeveel kinderen in moeilijkheden raken en hoeveel ouder-kindrelaties verslechteren als de kinderen in de puberteit komen.

Als gevolg daarvan zijn de meeste ouders bereid om te veranderen, om nieuwe, effectievere methoden te leren, om de fouten van andere ouders – of die van henzelf – te vermijden, en om een techniek te ontdekken die hun taak vergemakkelijkt. Elke ouder is gemotiveerd om zijn kinderen nog beter op te voeden dan hij al doet.

In onze trainingen observeren we dan ook belangrijke veranderingen in de houding en het gedrag van ouders. Hier volgt een klein aantal verklaringen uit brieven en van de evaluatieformulieren van de ouders die onze training volgden:

‘Hadden we deze training jaren geleden maar kunnen volgen, voordat onze kinderen tieners waren.’

‘We behandelen onze kinderen nu met hetzelfde respect als waarmee we onze vrienden behandelen.’

‘Ik ben veel creatiever geworden door allerlei bijzondere oplossingen die we met methode III vonden.’

‘Ik kan hen nu veel beter confronteren met gedrag dat niet door de beugel kan.’

‘Ze luisteren nu beter en houden meer rekening met mijn behoeften.’

‘Ik prijs mezelf gelukkig dat ik een van de ouders ben die deze cursus hebben gedaan. Meer nog, ik heb het idee dat mijn kijk op de hele mensheid breder is geworden en dat ik anderen nu veel beter kan accepteren zoals ze zijn en niet zoals ik ze zág.’

‘Ik hield altijd al van kinderen, maar ik heb nu geleerd ze ook te respecteren. De oudertraining is niet alleen een training voor het opvoeden van kinderen, volgens mij is het een levensbeschouwing.’

‘Ik heb me gerealiseerd hoezeer ik mijn kinderen had onderschat en hoe zwak ik hen gemaakt had met mijn overdreven bescherming en bezorgdheid.’

Het lukt niet alle ouders hun houding zodanig te veranderen als nodig is om meer van de kinderen te kunnen accepteren. Sommige realiseren zich dat hun huwelijk geen wederzijdse voldoening geeft of ze merken dat ze de kinderen niet kunnen accepteren omdat ze zichzelf niet accepteren als man en vrouw.

Andere ouders vinden het moeilijk om het waardesysteem van zich af te zetten dat ze van hun eigen ouders geleerd hebben en waardoor ze nu zo oordelend en niet-accepterend optreden tegen hun kinderen. Nog weer anderen vinden het moeilijk van het idee af te komen dat ze hun kinderen bezitten of dat het hun levensdoel moet zijn hun kinderen te doen passen in een vastgesteld patroon.

Sommige ouders die het moeilijk vinden hun eigen grondhouding te veranderen, worden er door hun ervaringen met de oudercursus toe gebracht elders voor zichzelf hulp te zoeken. De cursus brengt dus kennelijk een groter zelfbewustzijn bij mensen teweeg en de motivatie en het verlangen om te veranderen, zelfs als de cursus op zichzelf niet genoeg is om een belangrijke verandering te bereiken. Soms komen ouders pas na een therapie-ervaring tot voldoende inzicht in zichzelf om bewust te kunnen veranderen. Pas dan kunnen ze een stap zetten op weg naar grotere effectiviteit als mens en als ouder.

Natuurlijk is het lezen van dit boek niet hetzelfde als deelnemen aan een training of therapie. Toch kunnen de meeste ouders door dit boek te lezen en zorgvuldig te bestuderen wel een goed begrip krijgen van de nieuwe filosofie over het opvoeden van kinderen. Veel ouders zullen door het lezen van dit boek een redelijk niveau bereiken in de specifieke vaardigheden die nodig zijn om die filosofie thuis in praktijk te brengen. De lezer kan deze vaardigheden regelmatig oefenen en lang nadat hij het boek uit heeft – niet alleen in de relatie met de kinderen, maar ook in de relatie met de echtgeno(o)t(e), zakenrelaties, ouders en vrienden.

Onze ervaring leert ons dat het inspanning kost om effectiever te worden in het opvoeden van kinderen, dat men er met toewijding aan moet werken, of men er nu mee bezig is tijdens het trainingsprogramma of door het boek te lezen of beide. Maar in welke baan hoeft men niet te werken?

Een filosofie over de relatie tussen ouder en kind waarop onze effectiviteits-programma’s zijn gegrond, wil ik in de vorm de volgende verklaring meegeven als uitdaging aan alle volwassenen:

MIJN RELATIES MET KINDEREN

Jij en ik hebben een relatie die ik waardevol acht en die ik wil behouden. Toch is ieder van ons een onafhankelijk individu met zijn eigen unieke behoeften en het recht om te streven naar vervulling van die behoeften. Ik zal oprecht proberen jouw gedrag te accepteren, wanneer je probeert te voldoen aan je behoeften of wanneer je problemen hebt bij het vervullen van je verlangens.

Wanneer je je problemen met me deelt, zal ik proberen met acceptatie en begrip te luisteren, zodat het voor jou gemakkelijker is zelf een oplossing te vinden en je niet afhankelijk bent van mijn oplossingen. Als je een probleem hebt omdat mijn gedrag jouw streven naar de vervulling van je behoeften in de weg staat, wil ik dat je mij open en eerlijk vertelt wat je voelt. Op zulke momenten zal ik luisteren en proberen mijn gedrag te veranderen, als ik dat kan. Wanneer echter jouw gedrag mijn behoeften in de weg staat, zodat ik geen acceptatie kan voelen ten opzichte van jou, zal ik mijn probleem met jou delen en je zo open en eerlijk mogelijk vertellen wat ik voel, in het vertrouwen dat je genoeg respect hebt voor mijn behoeften om te luisteren en daarna te proberen je gedrag aan te passen.

In die gevallen waarin we geen van beiden ons gedrag kunnen veranderen, teneinde tegemoet te komen aan de behoefte van de ander, en merken dat er een behoefteconflict is ontstaan in onze relatie, laten we ons dan verplichten zo’n conflict op te lossen zonder ooit gebruik te maken van jouw of mijn macht om te winnen ten koste van de ander. Ik heb respect voor jouw behoeften, maar ook voor die van mezelf. Laten we daarom altijd proberen oplossingen te zoeken voor onontkoombare problemen die voor ons beiden acceptabel zijn. Op die manier wordt er voldaan aan jouw behoeften, maar ook aan die van mij – niemand zal verliezen, we winnen allebei.

Het resultaat zal zijn dat jij je kunt blijven ontwikkelen als mens, doordat aan je behoeften wordt voldaan, maar dat geldt ook voor mij. Ik zal mijn waarden op een respectvolle manier proberen over te dragen aan jou, maar je tevens de ruimte geven je eigen waarden te ontwikkelen zonder dat dit tussen ons in komt te staan. Onze relatie kan op die manier altijd gezond blijven omdat die voor ieder van ons bevredigend is. We kunnen beiden worden wat in ons is en we kunnen met elkaar blijven omgaan met gevoelens van wederzijdse eerbied en liefde, in vriendschap en in vrede.

Hoewel ik er niet aan twijfel dat deze verklaring positieve veranderingen kan brengen in de beleving en het gedrag van ouders, de ontwikkeling en het gedrag van kinderen, en in de relatie tussen ouders en kinderen, kan een dergelijke verandering lang duren. Tenslotte zijn de volwassenen van vandaag de kinderen van gisteren, en daarom zelf vaak de producten van ineffectief ouderschap.

We hebben een nieuwe generatie ouders nodig die de uitdaging aanneemt om de vaardigheden aan te leren voor het grootbrengen van verantwoordelijke kinderen. Want daarmee moet het allemaal beginnen en dat kan vandaag nog, op ditzelfde moment – bij je thuis.