Stella stond op de gang bij intensive care en leunde tegen de lichtgroene ziekenhuiswand. Ze was al de hele nacht in het ziekenhuis, maar toch had ze geen last van het gebrek aan slaap. Ze had gehoord dat het menselijk lichaam onvermoede krachten kon aanspreken in geval van nood en dat was waar. Het was acht uur 's ochtends en ze had sinds gisteravond alleen maar drie koppen koffie en een flesje mineraalwater gehad. Maar ook als ze in bed had gelegen zou ze geen oog dicht hebben gedaan. Daar was ze veel te bezorgd voor.
Ze was vreselijk geschrokken toen Angela de vorige avond om elf uur had gebeld. En Stella had meteen het ergste gevreesd toen ze de stem van haar oude vriendin hoorde.
'Angela! Wat is er? Er is toch niets met pa aan de hand, hè?' had ze gezegd terwijl ze zich aan de tafel vastklampte.
'Hij heeft een hartaanval gehad en hij ligt nu in het ziekenhuis in Kinvarra, Stella. Op de intensive care. De artsen willen mij en Alas- tair niets vertellen omdat wij geen familie zijn. Volgens mij kun je beter hiernaartoe komen...' Angela maakte haar zin niet af.
'Hoe ernstig was het?'
Angela klonk somber. 'Heel ernstig, vrees ik. Hij was bij ons toen hij die aanval kreeg, anders weet ik niet wat er was gebeurd. Hij was volkomen overstuur, Stella, maar hij bleef volhouden dat we je moeder niets mochten vertellen. Het spijt me. Ik wist niet meer wat ik moest doen.'
'Heel verstandig dat je mij hebt gebeld. Ik zal zorgen dat ik er over een uur ben,' fluisterde Stella. 'Ik neem mijn mobiele telefoon mee, dus als er iets is, kun je meteen bellen.' Ze gaf het nummer door en rende naar haar slaapkamer om een paar dingen in een tas te stoppen. Drie minuten na Angela's telefoontje zat Stella al in de auto. Ze belde het nummer van Tara en kreeg het antwoordapparaat. 'Tara, als je thuis bent, wil je dan alsjeblieft opnemen?' vroeg Stella. Maar Tara nam niet op. Verdomme. Stella wilde geen nare boodschap achterlaten, maar ze moest iets zeggen. 'Bel me alsjeblieft onmiddellijk op mijn mobiel zodra je deze boodschap hoort, Tara.'
Daarna probeerde ze Tara's mobiel, maar daar stond de voice- mail aan. Ze liet dezelfde boodschap achter en belde Holly.
'Hoi, Stella.' Holly klonk slaperig.
'Hallo, schat. Ik heb slecht nieuws, Holly. Pa heeft een hartaanval gehad.'
'O, nee!' Holly was meteen klaarwakker.
'Angela heeft me net gebeld. Ik heb een paar dingen in een tas gestopt en sta nu op het punt om naar huis te rijden. Moet ik je ophalen?'
'Ja. Over tien minuten sta ik buiten op je te wachten.'
Toen Stella voor het huis in Windmill Terrace stopte, stond een bleke Holly al met een weekendtas op de stoep.
De zusjes omhelsden elkaar met betraande ogen.
'Heeft Angela nog meer gezegd?' vroeg Holly terwijl ze haar gordel omdeed. 'Gaat het heel slecht met hem?'
Stella schudde haar hoofd. 'Ze kon me niet veel vertellen. Gelukkig was hij bij Alastair en Angela toen het gebeurde en zij hebben meteen een ambulance gebeld. Ik durf niet te denken aan wat er was gebeurd als hij alleen thuis was geweest...' Ze beet op haar lip om niet in tranen uit te barsten.
Holly klopte geruststellend op haar arm. 'Kop op, Stella, hij wordt wel weer beter, iets anders mogen we niet denken. Als we bij het ziekenhuis aankomen alsof we het ergste verwachten, zal pa dat meteen in de gaten hebben. Voor zijn bestwil moeten we positief blijven. En hij is nu in goede handen.'
'Ja, dat weet ik wel.' Stella wreef even in haar ogen en probeerde zich op de weg te concentreren.
'Heb je Tara ook gebeld?'
'Die was niet thuis en ik wilde geen boodschap achterlaten met de mededeling wat er precies is gebeurd.' Stella was even stil. 'Mam weet het ook nog niet. Angela zei dat pa haar had gesmeekt om het niet aan mam te vertellen.'
Holly kreunde. 'Ach, die arme pa. Hij denkt vast dat als mam het hoort ze meteen naar huis zal komen omdat hij ziek is, terwijl hij alleen maar wil dat ze naar huis komt omdat ze naar hem verlangt. We moeten het haar wel vertellen, Stella.'
'We kunnen haar moeilijk midden in de nacht bellen. Dan zal ze meteen in de auto springen en misschien wel een ongeluk krijgen.'
'Maar dan moeten we haar wel morgenochtend meteen bellen. Ze houdt namelijk echt van hem,' zei Holly.
De goden waren met hen zodat ze na iets meer dan een uur al in Kinvarra waren. Het was jaren geleden dat ze in het ziekenhuis waren geweest, maar de intensive care van de afdeling cardio stond goed aangegeven en ze holden de trap op en de gang door tot ze Angela en Alastair in een van de wachtruimtes zagen zitten. Toen hij hen zag aankomen, sprong Alastair op en omhelsde beide zussen. 'Tot nu toe gaat alles goed,' zei hij.
Meer hoefden ze niet te weten. Terwijl Holly Angela omhelsde om haar te bedanken ging Stella haastig op zoek naar een verpleegkundige die hen naar Hugh toe zou kunnen brengen.
Het was stil op de intensive care, met uitzondering van het gezoem en gepiep van de apparaten. Drie van de vier bedden waren bezet en de patiënten lagen roerloos als mummies tussen de lakens. Hugh lag bij het raam.
Het eerste wat Stella door het hoofd schoot, was dat de man in het bed helemaal niet op haar vader leek. Haar vader had er altijd heel gezond en energiek uitgezien. Nu lag hij angstig stil en zijn huid was grauw, alsof hij al dood was. Er was een zuurstofapparaat aangesloten op zijn neus, hij had plakkertjes van de hartmonitor op zijn borst en in de rug van zijn hand zat een infuus. De verpleegkundige ging opzij om plaats voor hen te maken.
'Schrik maar niet. Het ziet er altijd naar uit,' zei ze rustig.
'Hoe gaat het met hem?' vroeg Stella terwijl ze Hughs slappe hand vastklemde. Aan de andere kant van het bed trok Holly een stoel bij, ging zitten en streelde haar vaders voorhoofd. Ze kon maar met moeite haar tranen inhouden.
'Hij maakt het redelijk goed,' zei de verpleegkundige voorzichtig. 'Hij heeft geluk gehad dat iemand meteen een ambulance kon bellen. Ik ga even op zoek naar de dokter, die kan u wat meer vertellen. Ga maar gauw zitten.' Ze trok nog een stoel bij, waarop Stella dankbaar neerviel.
Terwijl ze zaten te wachten kwamen er regelmatig verpleegkundigen langs om te kijken hoe het met Hugh ging. Ze knikten de zussen toe die verstomd zaten te wachten, maar het duurde een halfuur voordat er eindelijk een arts verscheen, een kleine, Indiase vrouw met de donkerste en liefste ogen die Stella ooit had gezien.
'Jullie vader heeft een ernstige hartaanval gehad. Nu moeten we goed oppassen dat hij geen arrythmia krijgt, dat wil zeggen dat zijn hart in een normaal ritme moet blijven kloppen. Hij ligt aan de monitor en krijgt medicijnen om zijn hartritme te reguleren, maar de komende paar uur zijn cruciaal.'
Gedurende de nacht moesten Stella en Holly af en toe op de gang gaan zitten als hun vader verzorgd moest worden. Stella stuurde Angela en Alastair naar huis om uit te rusten. 'Het heeft geen zin om hier met ons allen te gaan zitten wachten,' zei ze. 'Jullie zijn hard aan slaap toe.'
In de loop van de nacht was de toestand van Hugh nauwelijks veranderd. Hij was maar één keer kort wakker geworden en had flauw geglimlacht naar zijn dochters die hem toefluisterden dat hij weer beter zou worden en dat ze van hem hielden en... Maar toen was hij alweer in slaap gevallen. Dat had hun iets meer hoop gegeven.
Om halfacht stuurden de verpleegkundigen hen weg om te gaan ontbijten.
'We bellen jullie wel als dat nodig is. De specialist komt om half- tien, dus dan moeten jullie weer terug zijn.'
Terwijl Holly naar het toilet ging, leunde Stella vermoeid tegen de muur en bedacht dat het algauw tijd zou zijn om Tara opnieuw te bellen.
'Alles in orde?' vroeg Holly toen ze terugkwam en haar arm om de schouders van haar zus sloeg. Stella knikte.
Toen ze buiten stonden, bleek het een stralende zonnige ochtend te zijn. De werkelijkheid deed vreemd aan: auto's met vermoeide mensen die op weg waren naar hun werk, keurig geklede mensen die naar de bushaltes wandelden. Op de afdeling intensive care had Stella het gevoel gehad dat de tijd stilstond, nu zag ze dat het niet zo was.
De verpleegkundige had hun een eetcafeetje aanbevolen, omdat het nog uren zou duren voordat de kantine van het ziekenhuis openging. Toen ze naar binnen liepen, hing er een baklucht en de geur van sterke koffie.
'Ik weet eigenlijk niet of ik wel iets kan eten,' mompelde Stella.
'Onzin,' zei Holly vastberaden. 'We nemen een compleet Iers ontbijt en dat zul je opeten ook, al moet ik je voeren.'
Tara lag roerloos in bed naar de radio te luisteren en probeerde wakker te worden. Slaapmiddelen deden hun reputatie geen eer aan, vond ze. Zelfs slapeloosheid was beter dan dit. De vorige avond had ze voor de tweede keer iets geslikt om te kunnen slapen en dat was ook wel gelukt, maar nu had ze het gevoel dat ze door Mike Tyson buiten westen was gemept en daar was ze niet bepaald van opgeknapt. Isadora had wel gezegd dat het behoorlijk sterke tabletten waren, maar ze had niet gezegd dat ze knock-out zou gaan.
'Ik heb ze van de dokter gekregen toen mijn vader is overleden,' had Isadora verteld. 'Maar denk erom dat je er geen glas wijn bij neemt of zo, want dan ben je de volgende ochtend echt uitgeteld.'
Maar er was helemaal geen alcohol inTara's flat meer. Ze had alle flessen in de gootsteen leeggegoten, zelfs de tonicfles die tot haar verbazing half met wodka was gevuld. Alleen de lucht van alcohol maakte haar al misselijk en ze had zelfs geen trek in een glaasje wijn. Ze moest niets meer van drank hebben nu ze wist wat het met Finn had gedaan.
Toen ze ging verliggen, had ze het gevoel dat ze lood in haar armen en benen had. Een frisse douche, daar zou ze wel van opknappen. Door het geluid van de douche hoorde ze niet dat de telefoon overging, want toen stond ze net met haar gezicht omhoog onder het ijskoude water. Ze stond zich af te drogen toen de telefoon opnieuw ging. Het was pas tien over acht en niemand anders dan Finn zou het in zijn hoofd halen om haar zo vroeg al thuis te bellen.Tara holde naar de telefoon en zag tot haar verbazing dat er twee boodschappen op het antwoordapparaat stonden.
'Hallo.'
'Tara, goddank.' Het was Stella. 'Is Finn bij je?'
Tara moest even snel nadenken voordat ze wist wat ze daarop moest zeggen. 'Nee, die is al heel vroeg naar zijn werk gegaan. Hoezo?'
'Ik moet je iets vertellen, maar ik had het prettiger gevonden als je niet alleen was geweest,' legde Stella uit. 'Het gaat om pa. Hij heeft een hartaanval gehad.'
Tara trok de handdoek stijf om zich heen en begon te trillen.
'Hallo, meiden,' zei hun vader opgewekt. Hij zat rechtop in bed. Naast hem stond een verpleegkundige die hem een paar pillen liet slikken.
'O, pa,' zei Stella stralend.
Holly drukte voorzichtig een kusje op zijn voorhoofd. 'Wat heb jij ons laten schrikken, stouterd,' zei ze plagend.
'Hij was vast weer veel te wild aan het dansen in de disco,' zei de verpleegkundige bij wijze van grapje. 'Altijd hetzelfde liedje met die lange knappe kerels met zilvergrijs haar. Als ze de zestig zijn gepasseerd, willen ze wel blijven dansen.'
Hugh lachte en Holly en Stella ontspanden toen ze een sprankje humor in zijn vermoeide ogen zagen.
'Goed, meiden, we willen dat jullie vader weer even lekker gaat slapen, dus we zetten jullie een paar uur lang de deur uit. Volgens de nachtploeg hebben jullie hier de hele nacht gezeten, dus jullie zullen zelf ook wel behoefte hebben aan een beetje rust. We zullen goed op meneer de discodanser passen en we bellen jullie wel als hij weer rare streken uithaalt.'
Dat was precies de goeie aanpak. Hugh vond het vreselijk om als een invalide behandeld te worden en nu zat hij breeduit te grijnzen, alsof hij echt ieder moment kon gaan dansen in plaats van in bed te moeten liggen na een ernstige hartaanval.
Op de gang kregen ze van een andere arts te horen hoe het met hun vader was. 'We moeten nu eerst uitzoeken hoeveel schade zijn hart heeft opgelopen en of hij misschien gedotterd moet worden. Over een paar dagen zullen we ook wel contrastfoto's maken, maar voorlopig zorgen we er eerst voor dat zijn toestand stabiel blijft. De eerste paar dagen zijn altijd het meest riskant.'
Toen de dokter weg was, gingen Stella en Holly nog even bij hun vader langs.
'We hebben met Tara gesproken en ze wenst je het allerbeste toe. Ze is ook onderweg hierheen.'
Hugh knikte. 'En wat jullie moeder betreft...' begon hij.
'We bellen haar ook op,' zei Holly ferm. 'Maak je daar nu maar niet druk over, pa. Mam zal je vast willen zien.'
'En als ze nu eens niet wil komen?' vroeg Hugh zwak.
'Natuurlijk komt ze wel,' zei Stella.
De zusjes schrokken toen ze hun ouderlijk huis in Kinvarra binnenkwamen. Het huis zag er redelijk opgeruimd uit, maar het maakte een kille en onbewoonde indruk. De gezelligheid die Rose altijd meebracht, ontbrak.
'Ga jij maar naar bed, Holly,' zei Stella. 'Ik wacht wel opTara. Ze gaat eerst naar het ziekenhuis, maar als pa slaapt, mag ze toch niet blijven en dan komt ze meteen hierheen.'
'Je moet mam ook nog bellen.'
Stella vroeg zich af of het wel verstandig was om Rose te bellen, maar ze wist dat haar moeder het haar nooit zou vergeven als ze haar deze crisis probeerde te besparen.
Rose had de ochtend doorgebracht in het Albertine Verpleeghuis, officieel om te helpen bij het opmaken van de bedden. In feite was er nog veel meer te doen, maar de directrice van het tehuis had haar verteld dat ze die taakomschrijving gebruikten voor de werkzaamheden van hun vrijwilligers. 'Anders gaan ze ons bij de geneeskundige dienst nog korten op personeelskosten en we kunnen toch al nauwelijks het hoofd boven water houden.'
Toen haar werk bij het verpleeghuis erop zat, reed Rose door naar Castletown om nog wat inkopen te doen. In de winkel stonden een paar meisjes bij het rek met kinderzonnebrillen die probeerden te beslissen of ze de glinsterende zilverkleurige of de meisjesachtige roze modellen het leukst vonden. Ze waren hooguit een jaar of negen en stonden giechelend alle brillen te passen.
Ze deden Rose prompt aan Amelia denken en heel even voelde ze een scheut van spijt. In de zomer logeerde Amelia vaak wekenlang in Kinvarra bij Hugh en Rose en dat was altijd ontzettend gezellig. Rose onderdrukte de tranen die ineens in haar ogen brandden en gooide een stokbrood in haar winkelwagentje. Nadat ze ook kaas, een pot zure uitjes, tomaten, sla, komkommers en paprika's had ingeslagen reed ze terug naar Freddies huis. Het was bijna twee uur toen ze daar aankwam en haar boodschappen uit de kofferbak tilde.
Mildred, Prinny en Pig kwamen hijgend naar haar toe rennen, terwijl Freddie hinkend achter hen aan kwam.
'Waar is je kruk?' wilde Rose weten toen ze het pad opliep met de opgewonden honden om haar heen, die enthousiast aan de tassen snuffelden. 'Ik ben helemaal kapot,' ging ze verder. 'Ik heb echt een fantastische ochtend achter de rug, maar sjonge... het is wel hard werken, hoor...' Ze hield ineens haar mond, toen ze besefte dat Freddie haar op een vreemde manier aankeek. Rose herkende de blik van hoe-kan-ik-haar-dit-slechte-nieuws-het-best-vertellen onmiddellijk. Ze begon te trillen en moest de boodschappentassen op het pad zetten.
'Ga maar mee naar binnen,' zei Freddie, terwijl ze de tassen oppakte.
'Nee.' Rose bleef staan. 'Ik verzet geen stap tot je me hebt verteld wat er aan de hand is. Is er iets met de meisjes of met Amelia? Vertel het me alsjeblieft, Freddie.'
'Het gaat om Hugh. Hij heeft een hartaanval gehad. Stella heeft me vanmorgen gebeld, vlak nadat jij was weggegaan. Ze wilde niet dat je het nieuws via de telefoon zou horen en dat was ik roerend met haar eens, vandaar dat ik je niet in het tehuis gebeld heb.'
'Een hartaanval.' Rose wist dat haar gezicht even star zou zijn als haar hoofd aanvoelde. 'Maar hoe kan... Hoe gaat het met hem? Hij is toch niet dood, hè? Dat probeer je me toch niet met een zoet lijntje aan mijn verstand te brengen?'
'Welnee. Hij leeft, maar hij ligt in Kinvarra in het ziekenhuis en Stella en Holly zijn bij hem.Tara is nog onderweg. Kom nou maar binnen en ga even zitten,' drong Freddie aan. 'Je hebt een schok gehad.'
Rose liet zich door Freddie meetronen en zakte binnen in een stoel voor de open haard. Ze voelde zich slap, alsof alle leven uit haar was weggevloeid en ze niets anders was dan een lege dop. Ondertussen zette Freddie de waterketel aan om thee te zetten.
'Wanneer is het gebeurd?'
'Gisteravond.'
Daar schrok ze nog meer van. 'Gisteren? Maar waarom hebben ze me dan niet eerder gebeld?'
Rose snapte er niets van. Ze waren de hele avond thuis geweest. De honden, die instinctief begrepen dat Rose overstuur was, kwamen om haar heen zitten om haar te troosten. Ze stak haar hand uit en streelde Prinny over haar zachte kop, terwijl Freddie zwijgend verderging met haar voorbereidselen voor de thee.
'Freddie, waarom hebben ze me niet eerder gewaarschuwd?' vroeg Rose opnieuw, voordat het antwoord haar vanzelf te binnen schoot. 'Of wilde Hugh soms niet dat ze het mij vertelden?'
Freddie zette de thee met een klap op het lage salontafeltje. 'Ik weet dat je niet van suiker houdt, maar als je een schok hebt gehad...'
'Vertel me nou maar wat er aan de hand is,' zei Rose.
'Hugh wilde niet dat jij het zou weten. Hij wilde trouwens ook niet dat Stella, Tara en Holly gewaarschuwd zouden worden,' deelde Freddie mee. 'Maar Angela Devon heeft hem maar laten praten en toch Stella opgebeld.'
'En niet mij,' zei Rose.
'Misschien had ze het idee dat de meisjes hun vader op dat punt maar moesten ompraten,' opperde Freddie redelijk.
Rose nam een slokje thee en huiverde. Veel te zoet. Daarna holde ze naar haar slaapkamer om haar mobiele telefoon te pakken en aan te zetten. Ze belde eerst Stella en daarna Holly, maar beide toestellen stonden uit. Toen ze het nummer van Tara intoetste, kreeg ze meteen gehoor.
'O, mam,' zeiTara half huilend. 'Ik ben nu op weg naar Kinvarra. Stella heeft me pas een uurtje geleden te pakken gekregen. Arme pa. En ik weet helemaal niet hoe het nu met hem gaat. ..'
'Stil maar,' zei Rose geruststellend. 'Maak je geen zorgen, schat, het komt allemaal wel weer in orde. Het ziekenhuis in Kinvarra is fantastisch, daar zullen ze heel goed voor je vader zorgen. Je weet toch dat hij zo sterk als een beer is.'
'Maar nu niet meer,' snikte Tara. 'Hij is ontzettend mager geworden en hij wil gewoon niet eten. Stella zegt dat hij kilo's is afgevallen en dat hij gewoon de moed heeft opgegeven. Ik kan er niet meer tegen, mam. Ik kan niet nog meer ellende aan. Niet na Finn.'
'Wat is er dan met Finn?' vroeg Rose verschrikt.
'Hij is bij me weggelopen,' snikte Tara.
Rose sloot haar ogen en deed een schietgebedje dat haar gezin verder niets meer zou overkomen. Dit was allemaal haar schuld. Ze had gewoon op hen moeten passen, dan waren al die dingen vast niet gebeurd.
'Tara, lieve schat, dat komt heus wel weer in orde. Je vader wordt gewoon weer beter, want hij is een knokker en dat weet jij ook wel. Ik ga zo gauw mogelijk naar hem toe en dan vrolijk ik hem wel weer op. En wat Finn betreft, hij houdt van je, schat. Hij komt vast wel weer terug.'
'Nee, want hij is al eeuwen weg en hij heeft niets meer van zich laten horen,' ging Tara verder.
Rose had het gevoel dat ze ongeveer tien afleveringen van een tv- soap had gemist, zodat ze er nu geen touw meer aan vast kon knopen. 'Maak je nou geen zorgen,' zei ze nog een keer. 'Alles komt heus wel weer in orde.'
Nadat Tara snuffend afscheid had genomen, ging Rose met een vaartje haar koffers pakken.
'Doe Hugh de groeten en wens hem het allerbeste van mij,' zei Freddie terwijl ze Roses kamer binnenhinkte om haar te helpen.
Rose knikte. Ze wilde niet echt over al die problemen nadenken, anders zou ze vast in snikken uitbarsten.
'Ga hem maar gauw vertellen hoeveel je van hem houdt, Rose,' zei Freddie. 'Dat is het beste voor jullie allebei.'
Rose reed op de automatische piloot van Castletown naar Kinvar- ra, waarbij haar instinct haar vertelde welke route ze moest nemen en waar ze extra voorzichtig moest rijden. Ze was het liefst op topsnelheid naar Hugh gereden voordat het te laat zou zijn, maar haar verstand vertelde haar dat ze dat niet moest doen. Een persoon in het ziekenhuis was al erg genoeg.
Onderweg probeerde ze zich voor te stellen dat de robuuste, gezonde Hugh in het ziekenhuis lag. Hij was nog nooit ziek geweest. Griep, bronchitis, oververmoeidheid, dat waren dingen die andere mensen overkwamen, niet Hugh. Hij was vitaal, zijn levenslust bruiste door zijn aderen.
'Goed bloed,' had hij bij wijze van grap altijd gezegd, iets waaraan Rose zich mateloos had geërgerd, omdat ze dacht dat hij bedoelde dat zijn welvarende, bevoorrechte achtergrond hem sterker had gemaakt dan haar armoedige familieleden. Maar dat was gewoon stom van haar. Hij was gewoon trots op die typisch mannelijke manier dat hij nooit ziek was. Het was helemaal niet bedoeld als steek onder water voor Rose en haar familie.
Verdomme, die maximumsnelheid kon haar gestolen worden. Ze moest zo gauw mogelijk naar hem toe. Als ze werd aangehouden, zou ze tegen de politie zeggen dat ze op weg was naar haar man die net een hartaanval had gehad en dat ze van hem hield en bij hem wilde zijn. Ze hield echt van hem. Rose trapte het gaspedaal in. Als ze in vredesnaam maar niet te laat kwam. Dat zou ze zichzelf nooit vergeven.
'Stel, Glenn voor je,' riep Holly naar boven en Stella rende naar de slaapkamer van haar ouders om de telefoon op te pakken.
'Hallo, Glenn.'
'Ik ben geschrokken van het nieuws over je vader,' zei Glenn.
'Ja,' zei Stella en ze barstte prompt in tranen uit.
'Het was niet mijn bedoeling om je aan het huilen te maken,' zei Glenn onhandig. 'Ik wilde je alleen maar laten weten dat ik je boodschap had ontvangen en vragen of je liever had dat ik eerder terugkwam met Amelia.'
'Ja,' zei Stella nog steeds snikkend.
Na haar gesprek met Glenn liep ze naar Holly's oude kamer en zag haar zusje volledig gekleed op het bed liggen.
'Ik doe geen oog dicht,' zei Holly zuchtend. 'Ik wou dat ik kon slapen, ik ben echt bekaf.'
'En ik doe niets anders dan janken en ik weet niet waarom,' snikte Stella.
'Stella, pa ligt in het ziekenhuis en mam wordt verscheurd door schuldgevoelens omdat zij ons in de steek heeft gelaten terwijl wij haar allemaal zo hard nodig hadden, waarom zou je niet huilen?'
Holly trok Stella naar zich toe en troostte haar op de manier waarop ze dat ook bij Amelia zou hebben gedaan. 'Alles komt wel weer in orde, lieverd, dat weet je best.'
'Dit is gewoon belachelijk. Ik zou de oudste en de wijste moeten zijn,' zei Stella tegen Holly's schouder en ze merkte tot haar verbazing dat die ineens begon te trillen van het lachen.
'Dit is gewoon een giller,' grinnikte Holly. 'Dat je de oudste bent, wil helemaal niets zeggen, alleen dat jij de enige bent die af en toe een nieuw schooluniform kreeg!'
Ondanks haar tranen barstte Stella in lachen uit. 'Ik hoop dat je me dat niet kwalijk neemt.' Als de oudste van de meisjes Miller was zij de enige die op de middelbare school twee keer een nieuwe donkerrode blazer had gekregen.
'Heb je Nick al gesproken?'
Stella begon nog harder te huilen. 'Het gaat helemaal niet goed met ons,' zei ze. 'Ik heb hem al een week niet meer gezien. Volgens mij is het uit en ik ben er helemaal kapot van.'
Ze bleven nog een tijd op het bed zitten. Holly zei niets en streelde haar zusje alleen maar over haar hoofd.
'Dat kunnen jullie samen best oplossen,' zei Holly ten slotte toen Stella eindelijk uitgehuild was. 'Kijk maar naar wat er met Tom en mij is gebeurd. Als wij vanaf het begin precies hadden gezegd wat we dachten, zou ons dat een hoop verdriet hebben gescheeld.'
Stella kneep even stevig in Holly's hand. Ze was dolblij geweest dat Holly en Tom elkaar hadden gevonden. Haar zus verdiende de beste man die er was.
'Je houdt van hem, dus die problemen kun je ook wel oplossen,' hield Holly vol. 'Je bent nog nooit bij de pakken neer gaan zitten, Stella Miller, dus neem nou maar contact op met Nick en zorg dat alles weer in orde komt. Jenna zal heus wel bijdraaien, ze moet je alleen wat beter leren kennen. Ik ken niemand die zo lief, zo hartelijk en zo geweldig is en ik ben zo trots als de pest op je. Dat moet je dan maar vertrouwen geven.'
Stella lachte door haar tranen heen. 'Dank je wel. Ga jij nou maar wat slapen, dan ga ik Nick bellen. We zullen wel zien wat er gebeurt.'
Toen ze Nick aan de telefoon had, kreeg ze weer die belachelijke neiging om in tranen uit te barsten en het scheelde een haartje of ze had tegen hem gezegd dat ze wilde dat hij bij haar was.
'Met je vader komt het heus wel weer in orde,' troostte Nick haar toen ze hem vertelde dat Hugh een hartaanval had gehad. 'Hij is sterk en gezond, dus daar moet je maar op vertrouwen.'
'Ja, dat weet ik wel.' Stella pakte weer een tissue. 'Dat zegt Holly ook, maar ik vond het doodeng om hem daar te zien liggen met al die slangetjes en zo. Hij zag er in dat ziekenhuisbed zo zwak en oud uit. Zo heb ik nog nooit aan mijn vader gedacht.'
'Ik had hetzelfde met mijn moeder.'
Het bleef even stil terwijl ze allebei dachten aan het verdriet dat ze op een dag onder ogen zouden moeten zien. Niemand had het eeuwige leven, dat wist Stella best. Ook Hugh en Rose niet.
'Ik heb je ontzettend gemist, Stella. Je weet niet half hoe erg,' zei Nick hartstochtelijk. 'Het enige wat me op de been heeft gehouden is de afspraak die ik met je had en de wetenschap dat we alles wel op konden lossen.'
Stella stond in de keuken en liep naar het raam om op de vensterbank te gaan zitten.
'Jenna zei dat je tegen haar had gezegd dat we het waarschijnlijk uit zouden maken.'
Stella's gezicht vertrok. Op de manier waarop Nick het zei, klonk het veel killer dan haar bedoeling was geweest. 'Ik zat ontzettend in de put,' zei ze. 'En om eerlijk te zijn dacht ik dat Jenna het helemaal niet erg zou vinden om dat te horen.'
'Maar dat was wel zo. Ik weet dat ze zich tegenover jou walgelijk heeft gedragen, Stella...'
Ze viel hem in de rede. 'Maar die dag was ze juist erg lief, Nick. We hebben zelfs voor het eerst met elkaar gepraat.'
'Ja, dat heeft ze me ook verteld,' zei hij. 'Ze bood haar verontschuldigingen aan en zei dat het helemaal niet haar bedoeling was geweest dat wij uit elkaar zouden gaan. En,' voegde hij er grimmig aan toe, 'Clarisse schijnt ook nog een duit in het zakje te hebben gedaan door tegen Wendy te zeggen dat het voor Jenna het beste zou zijn als wij weer bij elkaar kwamen.'
'O. Nou ja, ik heb al eerder tegen je gezegd dat ze me niet mocht.'
'Dat kan best, maar ik heb wel een woordje met Wendy en haar te wisselen.'
'Ik zou het maar vergeten,' raadde Stella hem aan. Ze wilde voorkomen dat Wendy en Clarisse dat op Jenna zouden wreken. 'Wendy zal het ook wel niet gemakkelijk hebben gehad en je schiet er niets mee op als je het haar kwalijk neemt dat Clarisse zich als een kreng heeft gedragen.'
'Jij hebt het voor het zeggen,' plaagde Nick haar.
'Ik ben blij dat je dat ook weet,' zei ze.
Uiteindelijk verbrak Stella de verbinding met een glimlach. Als nu alleen haar vader ook maar beter werd, zou alles toch weer op z'n pootjes terechtkomen.
Inmiddels had ze echt honger gekregen en ze liep naar de koelkast toe. Geen wonder dat haar vader ziek was geworden. Er lag vrijwel niets in, alleen een pak melk en een stukje beschimmelde kaas.
'Goed, dan moet ik maar boodschappen gaan doen,' zei ze hardop. Nadat ze een briefje voor Holly had neergelegd, ging Stella op weg naar de supermarkt waar ze een van de grote boodschappen- karretjes pakte en begon in te slaan. De vriezer zou waarschijnlijk ook wel leeg zijn. Binnen de kortste keren was haar kar zo vol dat ze het ding nog maar met moeite vooruit kon duwen. Sjongejonge, wat had ze een honger. Misschien moest ze maar een kant-en-klare salade kopen, dan kon ze die onderweg naar huis opeten. Stella pakte een plastic bakje en stond te dubben over wat ze er allemaal in zou doen. Uitjes in het zuur, een schepje tonijnsalade, ja, lekker met die vissaus. Ze keek zelfs niet naar de gekookte rijst en de verse sla en zocht nog meer vette lekkernijen om in haar bakje te scheppen. Verse mayonaise... Stella verstarde voordat ze de lepel in de bak kon zetten. Ze had een hekel aan verse mayonaise. Altijd al gehad. En nu had ze er plotseling een onbedwingbare trek in. Onbedwingbare trek. De schok die ze had gehad toen ze hoorde dat haar schat van een vader na een hartaanval in het ziekenhuis was opgenomen, was nauwelijks groter dan het besef dat ze zwanger was. Voor de tweede keer in vierentwintig uur moest Stella zich ergens aan vasthouden om te voorkomen dat ze onderuitging.
Door de glazen deuren van de afdeling intensive care kon Rose Hugh al zien. Hij lag te slapen en er was niemand bij hem. Ze duwde de deur open, stapte naar binnen en liep geluidloos naar het bed van haar man.
Rose was vaak genoeg in ziekenhuizen geweest en had al heel wat zieke mensen gezien, maar toch was het een schok om Hugh daar zo te zien liggen. Hij lag zo stil dat het net leek alsof het leven uit zijn lichaam wegebde terwijl ze naar hem stond te kijken. De vastbeslotenheid waarmee Rose onderweg haar tranen had kunnen bedwingen smolt weg en ze voelde hoe haar keel werd samengeknepen.
Ze had veel eerder naar huis moeten gaan, dan was dit vast niet gebeurd. Ze ging behoedzaam op de rand van het bed zitten en legde haar koele hand op Hughs voorhoofd. Vreemd genoeg zag hij er jonger uit. Omdat hij zo was afgevallen, leek hij meer op de man op wie ze al die jaren geleden verliefd was geworden, ook al had hij nu veel meer rimpels.
Toen hadden ze nog zoveel dromen gehad. En ze waren van plan geweest om samen oud te worden. Maar dat kon nog steeds. Als ze tenminste geluk had. Ze had zichzelf voor de gek gehouden met het idee dat ze zonder Hugh verder zou kunnen leven: dat was helemaal niet waar. Ondanks alles had ze hem nog steeds nodig.
Zijn oogleden trilden en plotseling keek hij haar aan, met ogen die nog wazig waren van de slaap.
'Rose,' zei hij schor. 'Je bent toch gekomen.'
'Wat had jij dan gedacht?' vroeg ze zacht, terwijl ze zijn voorhoofd streelde. 'Dat ik je over zou laten aan de goede zorgen van Adele?'
'Ze is al hier geweest, maar ik heb haar weer naar huis gestuurd,' zei hij. 'Ik heb alleen jou nodig.'
'Dat is dan voor het eerst,' zei ze luchtig.
'O nee, Rose, dat is niet waar.' De tranen sprongen Hugh in de ogen en Rose moest op haar lip bijten om dat voorbeeld niet te volgen. Het was al een hele tijd geleden dat ze hem had zien huilen. 'Ik had nooit verwacht dat je zou komen,' ging hij verder met een hees gefluister. 'Je zei dat alles voorbij was.'
Ze boog zich over hem heen, zodat hij niet zoveel moeite hoefde te doen om te praten. 'Ik heb me vergist, Hugh. Het is niet voorbij, niet als je samen zoveel hebt meegemaakt als wij. Ik moest gewoon een tijdje alleen zijn, maar nu ben ik weer terug. Ik ben weer terug om voor jou te zorgen.'
Hij glimlachte zwak en deed even zijn ogen dicht. 'Ik heb iemand nodig die voor me zorgt,' zei hij. 'Zonder jou ben ik niets waard.' Plotseling probeerde hij te gaan zitten en Rose hielp hem overeind. 'Ik heb nadrukkelijk tegen ze gezegd dat ze je niet mochten bellen,' zei hij ongerust. 'Ik wilde niet dat je terug zou komen omdat ik op sterven lig.'
'O, Hugh.' Rose drukte haar wang tegen de zijne. 'Je gaat helemaal niet dood, lieve schat. Dat wil ik gewoon niet hebben. En ik was trouwens allang van plan om terug te komen. Ik moest alleen bij Freddie blijven omdat ze haar enkel verstuikt had. Zodra ze weer beter was, zou ik weer naar huis gaan.'
'Echt waar?'
Ze knikte.
'Pa! Mam!' Ze keken op en zagen hoeTara met een betraand en doodsbleek gezicht de afdeling op holde. Ze zag eruit als een geest. 'Ik dacht dat ik je niet meer terug zou zien,' zei ze terwijl ze haar hoofd naast dat van haar vader op het kussen legde.
Hugh keek Rose aan.
'Niet huilen, schat,' zei hij. 'Het is nu allemaal weer in orde.'
Rose pakte een stoel zodat haar dochter kon gaan zitten.Tara zag er zo slap uit dat Rose niet wilde dat ze bleef staan.
'Het spijt me, schattebout,' zei Hugh terwijl hij zijn hand over het piekhaar van zijn middelste dochter liet glijden. 'Het was nooit mijn bedoeling om je moeder of jullie verdriet te doen. Ik weet niet hoe ik moet uitleggen...'
Tara legde haar vinger op zijn lippen. 'Ssst,' zei ze zacht. 'Ik begrijp het best.' En dat was ook zo. Ze had van Finn gehouden en toch was ze zo verblind geweest dat ze hem gewoon bedrogen had, zonder te bedenken hoeveel pijn ze haar man daarmee zou doen. Ze had gewoon impulsief gehandeld. Pas achterafhad ze beseft hoe ze hem met haar onnadenkendheid had gekwetst. Ze had haar vader als een zedig tutje veroordeeld omdat hij ontrouw was geweest en vervolgens had ze precies hetzelfde gedaan. Gezien de omstandigheden hoefde hij helemaal niets uit te leggen.
De herinnering aan het bittere, gekwetste gezicht van Finn schoot haar ineens weer door het hoofd en ze kon de gesmoorde snik die haar ontsnapte niet inhouden.
'Niet huilen,' smeekte Hugh die dacht dat hij de aanleiding was.
'Ik huil niet om jou,' riep Tara uit. Ze klemde zijn hand vast en barstte in snikken uit.
'Alles komt heus wel weer goed,' zei Rose, terwijl ze haar man en haar dochter troostend streelde.
En voor het eerst sinds tijden hadTara het idee dat ze misschien wel gelijk had.