Stof tot nadenken

Dit stukje schrijf ik in Bergen aan Zee, waar de blushelikopter af en aan vliegt richting het nog steeds zacht smeulende bos.

Het lijkt me heerlijk om die helikopterpiloot te zijn. Helemaal alleen in de lucht. Verder echt niemand. Zelfs de koningin moet met de trein naar een of ander muf bedrijfsuitje in Denemarken.

Op Schiphol staan onderhand lange rijen gefrustreerde klagers te sputteren. In plaats van een treintje naar de binnenstad te pakken, staan ze een potje zeikerig te zeveren over het feit dat ze niet naar hun flatje in een of andere grijze buitenwijk kunnen.

Wat zijn mensen toch tutmutsen. Ik zou het wel weten als ik in een stad als Amsterdam zou stranden. Eerst mijn baas bellen dat ik voorlopig niet kan komen, dan een taxi naar de grachtengordel nemen, de magistrale exposities in het Van Gogh en de Hermitage bezoeken, een paar bruine kroegen leegdrinken, een coffeeshopje opsnuiven, even over de Wallen zwalken en me daar door een pooier laten uitleggen dat er weer hoop is voor deze buurt omdat onze bekendste hoerenloper zich als burgemeesterskandidaat gemeld heeft. Dat betekent begrip voor de branche. Eindelijk een bestuurder die vanuit de klant kijkt.

Heerlijk toch als de wereld zoals nu op IJsland een flinke boer of wind laat en even goed van slag is. Geen mooier leven dan een ontregeld leven.

Het zou toch geweldig zijn als de aardbol nog even doorpruttelt en het vliegverkeer een maand of twee stil komt te liggen. Een relativeringsmomentje. Wat een feest als je vakantie naar die verschrikkelijke Canarische Eilanden niet doorgaat of dat je niet naar Benidorm of een ander gruweloord hoeft. Dat een zinloze zakenreis naar een of ander grijs kantoor op een Zuidas aan de andere kant van de wereld geen doorgang kan vinden. En wat te denken dat je niet naar dat op voorhand mislukte huwelijk van je neef hoeft of naar een tragisch jubileum van een of andere oom of tante. Hoe prettig is het als je als zakenman nog twee maanden in New York moet blijven? Het liefst op kosten van een veel te rijke verzekeringsmaatschappij.

Heerlijk toch? Dan ga je toch niet staan klagen dat je het liefst zo snel mogelijk terug wil naar je saaie mokkel en puberende kinderen in die droeve doorzon in Alphen aan den Rijn? Grijp die stad bij zijn lurven en leef jezelf leeg. Wat een feest moet het zijn als je als supporter niet naar de WK badminton in Manchester kunt.

Moet ook steeds denken aan de mensen in Halfweg en Zwanenburg die niet kunnen slapen van de stilte. Voor het eerst in jaren denderen er geen Boeings door hun dromen. Ze gaan piekeren over de tekst die de Britse minister van Financiën naar zijn IJslandse collega moet mailen: Cash!! No ash! Of over Koos H., die van de schadevergoeding die hij na dit weekend krijgt, een huis naast de Gooise villa van Peter R. de Vries koopt.

En wat te denken van de blije Belgen die niet verder hoeven met de uiterst onbetrouwbare Dick Advocaat en ook nog eens een flinke zak geld van de kleine generaal gaan ontvangen. Na de vernederende Fortismalaise gun ik dat onze zuiderburen zeer en ik raad ze aan om Haagse Dickie helemaal kaal te plukken. Zijn haar zit al redelijk los. De Russische maffia staat garant. Dickie pakt minimaal dertig miljoen en volgens Rijkman Groenink word je botergeil als je dat bedrag op je bankafschrift ziet staan. Trots vertelde hij deze week zonder enige vorm van schaamte hoe heerlijk hij het nu heeft. Ik vrees toch dat bij het uitbreken van de nieuwe revolutie hij als eerste aan de beurt is.

Onderhand vraag ik me af of dit weekend het dienstreisje van de paus naar Malta doorgaat. Hij zou op dat eiland over de aan misdienaars likkende geestelijken babbelen. Geluk dat dat niet hoeft. Wat hij nu gaat zeggen? Wat hij altijd zegt: „Bedenk dat gij stof zijt en tot stof zult wederkeren!”

oorde ik Mariëtte Hamer en Agnes Kant tegen elkaar stamelen en dacht ik heel stiekem: die SGP heeft het nog niet zo gek bekeken.