Tandsmart

Als kind had ik vaak het gevoel dat ik in een verkeerd tijdsgewricht leefde. Niet uit nobele geschiedkundige nieuwsgierigheid naar kruistochten of kabeljauwse twisten, maar uit verlangen naar een leven zonder tandenpoetsen. Goed, de hoofdpersonen uit Afkes tiental, Kruimeltje en Kees de jongen hadden niet veel, zeker ook geen tandenborstel, maar wél iets waar ik in mijn Overveense twee-onder-een-kapwoning hevig naar smachtte: het plezier van iets lekkers langzaam opeten in bed. Dit was mij ten strengste verboden. Eind jaren zestig was tandenpoetsen een verrassend nieuwtje, en mijn ouders, beiden gestraft met een slecht gebit waar onophoudelijk duur aan gesleuteld werd, sprongen er gretig op in. ‘Snoep verstandig eet een appel’ en andere hetzerige leuzen maakten mij het leven letterlijk zuur.

Dat tandheelkundig credo van de jaren zeventig is inmiddels ingehaald door de tijd: fruitzuren vernielen het glazuur, heet het tegenwoordig. Gelukkig at ik, ondanks de schreeuwerige vruchtenpropaganda, zelden appels. Wel Milky Ways, die ook zonder fruitzuren hun sluipende sloopwerkzaamheden ongestoord uitvoerden. Ik kocht ze, nood breekt wet, van gestolen kwartjes en nam er ’s avonds onder de dekens kleine, genieterige hapjes van. Mijn moeder schetste telkens bij ontdekking vol afgrijzen een leven met een kunstgebit, volgens haar het summum van ‘armoeiigheid’. Om haar de mond te snoeren at ik af en toe een rupsje tandpasta, waarvan ik haar de brave pepermuntdampen geruststellend in het gelaat blies. Ik had niks tegen kunstgebitten, integendeel. Mijn oma had zo’n ding, dat haar in staat stelde dag en nacht boterbabbelaars te sabbelen zonder dat de constructie ooit maar iets aan gelijkmatig blinkende witheid inboette.

Mijn diepste kindervrees gold de schooltandarts, een bijziende beul die met zijn blote worstvingers de rotte melkkiesjes uit mijn krijsende kakement loswrikte, en de ergste gaten in het blijvende gebit op goed geluk plombeerde met grauwe kwakken soldeer. Daarbij had hij steevast een Caballero-sigaret in de mondhoek hangen, want de gevaren van het roken waren toen nog weinig meer dan een gerucht, dat alleen door met jute beklede reformtypes enigszins serieus werd genomen. Die vullingen vielen er vaak alweer uit als ik bij mijn moeder achterop op weg naar huis zat, nog nasnikkend in het roestige fietszitje. Toen ik twaalf was, mocht ik naar een ‘echte’ tandarts om het rampgebied te laten fatsoeneren. Uit verlichte pedagogische overwegingen besloot deze cariësnazi de tientallen gaten zonder verdoving te vullen, want dat zou mij leren voortaan beter te poetsen. Ik leerde er vooral van dat men tandartsen moet mijden.

Zodra ik met een zucht van verlichting op mijn zeventiende het ouderlijk huis verlaten had, ging ik helemaal niet meer naar welke tandarts dan ook. De aanvallen van beurtelings bonkende, vlijmende en zeurende kiespijn bestreed ik met een straf mengsel van aspirine en jenever, wat in één moeite door ook een heleboel andere problemen op de lange baan schoof. Verder zorgde ik ervoor zo min mogelijk te lachen, wat in de jaren tachtig naadloos samenviel met de heersende tijdgeest, maar op den duur toch iets krampachtigs kreeg. Pas op mijn 35ste won de ijdelheid het van de angst. Ik brak een voortand op een oudbakken stroopwafel, en belde rillend een tandarts die mij als vriendelijk en deskundig was aangeprezen. Een vrouw, dat scheelde. Deze dame porde mij eens tussen de stompjes, en verklaarde dat er nog niets definitief verloren was. Tientallen ochtenden na evenzovele doorwaakte nachten lag ik verstijfd van doodsnood in een schelle lamp te kijken terwijl ze à raison van 10.000 euro neuriënd de ene kroon na de andere op haar werk zette.

Mijn kinderen zal het niet overkomen, dacht ik, net als indertijd mijn moeder. Elke avond trek ik hun bekjes open en schrob de smartiesschilfers tussen het nog blinkende glazuur vandaan. Maar van de week vond ik een zakje schuimpjes onder het hoofdkussen van mijn dochtertje. Juist wou ik haar woedend ter verantwoording roepen, toen ik dacht aan mijn eigen heimelijke kindergenot. Ik heb het snoepgoed weggenomen, met een diep besef van zinloosheid. Kinderen vrezen de toekomst niet, en zien elke poging tot ouderlijk ingrijpen voornamelijk als flauwe pesterij die op slinkse wijze ontweken kan worden. Om ze van alle smarten te vrijwaren, moet je niet alleen het lekkers in een kluis opsluiten, maar ook de kinderen zelf. Dit is zowel technisch als emotioneel nauwelijks haalbaar. Maar wat dan? Komt tijd, komt onraad.

Pekingeend bij nacht
x97890295756831.xhtml
x97890295756832.xhtml
x97890295756833.xhtml
x97890295756834.xhtml
x97890295756835.xhtml
x97890295756836.xhtml
x97890295756837.xhtml
x97890295756838.xhtml
x97890295756839.xhtml
x978902957568310.xhtml
x978902957568311.xhtml
x978902957568312.xhtml
x978902957568313.xhtml
x978902957568314.xhtml
x978902957568315.xhtml
x978902957568316.xhtml
x978902957568317.xhtml
x978902957568318.xhtml
x978902957568319.xhtml
x978902957568320.xhtml
x978902957568321.xhtml
x978902957568322.xhtml
x978902957568323.xhtml
x978902957568324.xhtml
x978902957568325.xhtml
x978902957568326.xhtml
x978902957568327.xhtml
x978902957568328.xhtml
x978902957568329.xhtml
x978902957568330.xhtml
x978902957568331.xhtml
x978902957568332.xhtml
x978902957568333.xhtml
x978902957568334.xhtml
x978902957568335.xhtml
x978902957568336.xhtml
x978902957568337.xhtml
x978902957568338.xhtml
x978902957568339.xhtml
x978902957568340.xhtml
x978902957568341.xhtml
x978902957568342.xhtml
x978902957568343.xhtml
x978902957568344.xhtml
x978902957568345.xhtml
x978902957568346.xhtml
x978902957568347.xhtml
x978902957568348.xhtml
x978902957568349.xhtml
x978902957568350.xhtml
x978902957568351.xhtml
x978902957568352.xhtml
x978902957568353.xhtml
x978902957568354.xhtml
x978902957568355.xhtml
x978902957568356.xhtml
x978902957568357.xhtml
x978902957568358.xhtml
x978902957568359.xhtml
x978902957568360.xhtml
x978902957568361.xhtml
x978902957568362.xhtml
x978902957568363.xhtml
x978902957568364.xhtml
x978902957568365.xhtml
x978902957568366.xhtml
x978902957568367.xhtml
x978902957568368.xhtml
x978902957568369.xhtml
x978902957568370.xhtml
x978902957568371.xhtml
x978902957568372.xhtml
x978902957568373.xhtml
x978902957568374.xhtml
x978902957568375.xhtml
x978902957568376.xhtml
x978902957568377.xhtml
x978902957568378.xhtml
x978902957568379.xhtml
x978902957568380.xhtml
x978902957568381.xhtml